75 „Uwe voorvaderen waren soldaat; uw grootvader wenschte, dat gij zoudt doen als zij." „Als hij nog leefde, zou hij mij dan aanraden onder het vaandel der republiek te strijden - „Hij zou u aanraden Frankrijk te dienen, wat ook het vaandel zij." Giston zweeg. Hij moeit iu zijn hart zijn ouden vriend gelijk geven, dat het tijd werd zijn leven van ledigheid te laten varen en in het leger dienst te nemen- Hii vre'esde echter door de republiek te volgen de gunst dei koningsgezinde gravin te verliezen en dit gevoegd bij den ge heimen wensch zich niet van Marie-Théiese te verwijderen hield hem terug Om zich tegenover zich zelt te verantwoorden, meende hij dat de dagelijksche bez gheden, die de zorg voor zijn bezitting meebracht, hem verhinderden zijn geboorteplaats te verlaten. Zoo stonden de zaken, toen de val van het koningschap en de zegepraal der'revolutie weiden gevolgd door den geesel van den oorlog. Om een eind te maken aan de woelingen der uitgewekenen en aao den steun dien zij ontvingen van Kngeland, Pruisen en Oosten - rijk, opende Fraukrijk de vijandelijkheden tegen deze mogend heden. Deze beantwoordden dat met hun legers naar de Fransche grenzen te doen oprukken, zoowel in het Noorden als in het Oosten. Dit gaf een schok, die de geheele natie doortrilde. Overal weerklonk de oproep tot het volk om de wapenen op te vatien, waaraan door velen gehoor werd gegeven. De Jacobijnsche partij maakte van deze geestdrift gebruik om de gewelddadigheden tegen den adel en de bezittende klasse te verdubbelen. Niet slechts tegen de uitgewekenen die met de vijanden gemeene zaak maakten, werden wetten uitgevaardigd, maar ook vele burgers, die rustig in hunne woonplaatsen bleven, werden tot verdachten verklaard en als schuldigen behandeld onder voorwendsel dat zij met den vijand heulden. Binnen weinige dagen volgden te Parijs en in vele andere steden een groot aantal arrestatiesde gevangenissen werden gevuld ten gevolge van huiszoekiogen, die roof en diefstal meebrachten. Bijna overal werden onsch :ldigen hierdoor getroffen. Te Fécamp zoowel als elders greep de partij der Jacobijnen deze gelegenheid aan om zich aan allerlei gruwelen over te geven. Vreedzame burgers werden vervolgd, als wild opgejaagd en gevangen gezet. Nu meende Hervas de gravin te moeten aanraden te vertrekken en deelde haar ter overtuiging mede aan welke gewelddadigheden de regeerders van Frankrijk zich schuldig maakten. Doch de edel vrouw was zoo verlangend te blijven dat zij aan vankelijk scheen te meenen dat Hervas het gevaar overdreef. „Wat kan men mij te laste leggen," vroeg zij. „Ik heb niets gedaan, dat mij zelfs verdacht kan maken." „Daartoe is de naam, dien ge draagt in den tegenwoordigen tijd, reeds voldoende, mevrouw." „Maar zou men aan mij wel denken Wie kent mij buiten de dorps bewoners „U vergeet Luyster, mevrouw; ge kunt er zeker van zijn, dat ge te Fécamp op de liist der verdacaten staat a Het gelukte Hervas echter niet, de gravin teoveituigen dat het gevaar onmiddellijk dreigde en zij stelde haar vertrek uit Alleen wist hij te verkrijgen, dat de toebereidselen gemaakt werden. Ze zag er tegen op omdat zij de strenge wetten tegen de uitgewekenen kende en omdat ze niet wist waarheen zij zou gaan. E-i dan hoe zou zij het land verlaten, terwijl de grenzen overal bewaakt werden? Ze kon er niet aan denken Duitschland, Zwitserland of Spanje te bereiken; daartoe zou zij geheel Frankrijk moeten door trekken. En zelfs voorzien van een paspoort, aangenomen, dat ze zich dit kon verschaffen, was ze er nog lang niet zeker van ongehinderd het doel der reis te bereiken. Bleef over Engeland. Van uit Normand wat dit het spoedigst te bereiken, maar de haven plaatsen werden streng bewaakt en de geregelde dienst op Engeland was wegens den oorlog gestaakt. Dit alles hield ze Hervas voor om het uitstel te rechtvaardigen Hij had er niet op geantwoord, maar eenige dagen later deelde hij haar mede, dat hij maatregelen had genomen opdat zij van Saint- Valè'y-en-Caux kon vertrekken. Hij had een visscher weten over te halen mevrouw de Ruque- mare over te brengen naar een punt op de Engelsche kust. Men zou te middernacht zee kiezen en de bewakers der kleine havens waren omgekocht om niet op de personen in de visschersboot te letten. Zeker, de overtocht was weinig aanlokkelijk voor vrouwen die aan alle gemakken des levens gewoon waren, maar bij gunstigen wind zou hij s'ech s kort duren. Eenige uren waren voldoende om de vluchtelingen in veiligheid te brengen. Door aldus de vlucht der gravin voor te bereiden gaf Hervas haar een nieuw bewijs van zijn toewijding, want als het bekend werd stelde hij zich bloot aan vervolging. Zij dankte hem dan ook recht hartelijk, besloot zijn raad te volgen en maakte de noodige beschikkingen zoo voorzichtig dit mogelijk was en zonder haar plan ruchtbaar te maken. Slechts twee der bedienden werden in het vertrouwen genomen. Een zou haar vergezellen en de andere zou voorat de zaken die bij haar verblijf in den vreemde onmisbaar waren naar Saint-Valery brengen Het geheim werd zoó goed bewaard, dat niemand in Hacqetot eenig vermoeden had van de toebereidselen die de gravin maakte Verplicht om te vluchten ter verzekering van haar vrijheid en zelfs van haar leven, moest zij haar bezittingen opofferen, die als behoorende aan eea uitgewekene, geconfiskeerd zouden worden. Mnar ze zou trachten te redden wat zij kon. Familieportretten, zilverwerk, sieraden, die ze niet medenam en een aanzienlijke som in goud werden overgebracht naar Gaston s huis en daar verbor gen, zoodat ook deze medeplichtig werd aan de vlucht der gravin. Ook hij stelde zich dus aan gevaar bloot, maar hierover bekom merde hij zich weinig; gaarne had hij voor de gravin en haar dochter zijn leven willen geven. cmQrt Hun aanstaand vertrek veroorzaakte hem dan ook groote sma en deze werd geheel gedeeld door Marie Thé! eie De gedachte, dat zij van elkaar gescheiden zouden worden, zonder te weten of zij elkander ooit zouden weerzien, perste hem vaak de tranen ui de oo^en Zij zochten dan ook elke gelegenheid, die zich aan bood om bij elkaar ie zijn en elkaar te spreken, en deze dagen van samenzijn drukten het zegel op hun wederzyd.che genegen ^Wellicht zou in minder bewogen tijden de gravin aan deze toe nadering tusschen de jongelieden meer aandacht hebben geschon ken en die niet zoozeer hebben laten aangroeien. Wel was zij ook eenerzijds Gaston zeer genegen en achtte ze hem boog om zijn karakter en ontwikkeling, maar anderzijds beschouwde z.j hem als een jongen man van lager stand, die zich met tot haar rang m Hervas'maakte in het geh.im de toebereidselen voor de vlucht der gravin eu om deze te beter verborgen te houden, veranderde hij niets in zijn gewone bezigheden. Sedert hij bij Gaston woonde had hij reeds gedeeltelijk in het verborgen en voor een ander deel in het openbaar geleefd. Hij had zich veitoond als een vroom man, die zonder zich te beklagen en onderworpen aan de wetten leed onier de rampen, die hem hadden gedwoDgen van stand te veranderen. Hij maakte zich nuttig in het huis en de zaken van Gaston en bezocht als bewaker der in beslag genomen abdij, da gelijks de bouwvallen. Al had hij niet kunnen bewerken, dat de gebouwen hersteld werden, hij zorgde toch dat ze geen meerdere schade leden. De landerijendie bij het klooster behoorden, werden bebouwd door laadlieden, die hem in dat toezicht terzijde stonden. Dat was de publieke zijde van zijn bestaan ln de verbor gen zijde bevond zich de voormalige religieus. Ofschoon uit het klooster verdreven, bleef hij getrouw aan zijn gelofte en onder hield zooveel hij kon, de regels zijner orde. Na de sluiting der abdij hadden de dorpelingen geen kerk meer, waarom Hervas van het kasteel met edelmoedige toestemming der gravin een zaal tot kapel had iugerich', waarin de pastoor van een naburige parochie het H. Offer kwam opdragen en waar hij zelf dagelijks zijn gebeden verrichtte Maar nadat de regee ring van de priesters den eed op de constitutie had geëischt, waar aan geen trouw dienaar der Kerk kon voldoen, was de viering der H. Geheimen achterwege gebleven Dit zou alleen hebben kunnen geschieden door een voor de wet beëedigd priester, en het scheen Hervas beter de kapel te sluiten dan er een renegiat in toe te laten. Doch de geheele sluiting was slechts sehijnbaar. In het geheim werd nu en dan toegang verleend aan een der vele priesters, die geweigerd hadden den eed af te leggen en die nog in het land verborgen leefden. Deze geheime organisatie van verboden godsdienstoefeningen nam een groot deel van Hervas' fijd in beslag, en dezen kart van zijn leefwijze kenden slechts die inwoners van Hacquetot, welke hij had gemeend te kunnen vertrouwen. O/erigens, het werd voortdurend moeilijker met de geheime godsdienstige plechtigheden voort te gaan. De ijver der getrou wen was niet bekoeld, maar ze meenden te worden bespionneerd en verdacht Bij velen was de vrees sterker dan het geloof Zoo was de toestand op het oogecblik, dat de gravin besloten had te vertrekken. Hervas, die nog steeds vreesde, dat Luyster zou trachten de bevolking tegen de edele vrouw op te zetten, was niet gerust voor hij haar buiten diens bereik wist. De dag voor het vertrek bepaald naderde snel. Er was beslo ten dat op den Zondag, die daaraan voorafging, iü de kleine kapel van het kasteel nog een H. Mis zou worden opgedragen. Men had een klein getal getrouwen gewaarschuwd, die allen prompt op dit vrome en matineuze rendez vous tegenwoordig waren. De nacht was nauwelijks voorbij, en het sloeg vier uren op den toren van het kasteel, toen de priester het altaar betrad. De gravin en haar dochter zaten in de eerste rij. Allen ontvingen de H Communie. Gaston knielde daarbij naast het jonge meisje. Er was geen tijd voor lange ceremonies of aandacht, wijl ieder vóór dat het volle dag was in zijn huis moest zijn teruggekeerd. De priester bepaalde zich, toen de Mis uit was, dan ook tot eenige korte opwekkingen en vermanitgeD. Bij het beeDgaan zei Marie Thérèïe tot Gaston: „lk heb veel voor je gebeden, Gaslon." „En ik. ik heb veel voor ons beiden gebeden." antwoordde hij. Ofschoon hij slechts een korte nachtrust had genoten, gevoelde Gaston geen behoefte aan slaap, maar veel meer aan frissche lucht en beweging, en toen Hervas zich gereed maakte om naar de abdij te gaan besloot hij hem te vergezellen. Zij sloegen den weg in die naar de zee leidde en waren spoedig in het gezicht van het verwoeste klooster, waarvan het gezicht, ofschoon zij het zoo vaak voor zich hadden gehad, hen toch weer treurig stemde. Hervas ontsloot het hek en beiden gingen door de kapel en de sacristie naar het kloostertot hun verbazing vonden ze daar te midden der ruïne Luyster. Met een bijl was hij bezig de graf zerken los te maken en in stukken te hakken, ten einde ze ge makkelijk te kunnen vervoeren op een kruiwagen die er bij stond. Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 16