~BUÏTENLAND, BINNENLAND. Tweede Blad, behooiende bij De Leidsche Courant van Zaterdag 18 Februari. De Week. Gelijk er geen enkele donderslag komt die niet voorafgegaan is door de fel flitsenden bliksemstraal, welke alles in den ronde verlicht en te voren duistere unten klaar als den dag voor oogen rengt, zoo ook geschiedt in de politie ke wereld niets wat men gevoegelijk een donderslag zou noemen, zonder dat daardoor op voor den buitenstaander nog onbekende feiten een lichtstraal gewor pen wordt die een kleine schijn der waarheid, zooal niet zien, dan toch ra den doet. De donderslag kwam gister niet on verwacht. We hadden al uit de verte het grommelen van de naderende bui ge hooid, geruchten van spannende ver houdingen tusschen China en Rusland. En nu plotseling het ultimatum „Als je op een der zes punten een weigerend antwoord geeft houd ik het ervoor dat je niet als vriend en buur met me om wilt gaan en zal ik weten wat me te doen staat.,; Zooals men gemeld heeft in het eerste punt gaat het voornamelijk over het verdrag van 1881, waarbij Rusland be loofd had de streek Ili, in Chineesch Turkestan, te ontruimen wanneer China zekere handelsvoorrechten zou toestaan in Ili en Mongolië, benevens het recht van vrije vaart op den Amoer, de Soen- gari en de Oessoeri. Van dit verdrag" heeft China zich nimmer iets aangetrok ken en het is te begrijpen dat Rusland op krachtige wijze China aan die ver plichtingen zal herinneren. En dit kan wel het best geschieden door de bezet ting der landstreek Ili. En nu de lichtstraalMen weet dat eenigen tijd geleden Frankrijk erg be zorgd is geweest over de troepenver plaatsing aan de westgrens van Rus land, waarin het een bewijs zag van de verflauwde liefde voor het bondge nootschap met Frankrijk. Evenwel wist toen reeds de „Womoje Wremija" te mel den dat een en ander niets met de po litiek uitstaande had, maar in verband stond" met de algemeene mobiilis.atie- plannen. Of dit laatste geheel waar is, meenen we met een licht schouderophalen te mogen beantwoorden, wel echter zou het meer dan waarschijnlijk zijn dat Rus land, dat natuurlijk ook niet over ijs van één dag gaat, met het oog op het naar China te zenden ultimatum en de moge lijk daar op te volgen bezetting van Ili, die troepen noodig had. Eveneens valt nu een heel ander licht op de samenkomst te Potsdam. Waar schijnlijk heeft daar de slimme Rus be tracht een „voor wat, hoort waf'-poli- tiek. Kan niet heel gemakkelijk de af spraak gedaan zijn, dat, wanneer Rus land Duitschland niet bemoeilijkt in za ke den Bagdadspoorweg, Duitschland een oogje zal dichtknijpen voor even- tueele buiten-de-band-springerij van# Rusland in China? Maar nu kpmen wij v/eer op het terrein der booze verdenkin gen, alsof niet enkel de handelspolitiek zou behartigd worden in de Chineesche kwestie. Laten we dus het antwoord van China afwachten en ons intusschen' vermeien in de vermakelijke „zure drui ven" kwestie in Italië. 't Is wonderlijk, zoo druk men ;zich daar maakt over de koninklijke bezoe kers, die niet komen willen. Of toch, verwonderlijk is het niet. 't Is het eeuwi ge duel tusschen Quirinaal en Vaticaan in zake het bezoek van staatshoofden en dat, naar het algemeen gevoeletn, dit jaar zal uitloopen op een leelijke nederlaag van het Quirinaal. 't Begon reeds met den DuitsChen Keizer. Verwonderlijk dat, na wat ge beurd is in het buitenland als terugslag op de befaamde redevoering van den .Romeinschen burgemeester, Broeder Na than, men in Italië zich heeft kunnen blijmaken tpet de gedachte aan een be zoek van den keizer dat, gezien» de ver houding tot het Vaticaan, naar mensche- 1 ijke berekening nooit zou kunnen plaats hebben, om de eenvoudige reden, dat het Jubeljaar van Italië een rouwjaar yoor den H. Stoel is. En nu moge men van Italiaainfsdhe zijde, om zijn misnoegdheid en teleur stelling te verbergen, gaan beweren dat (geen enkele vorst uitgenoodigd is om te komen, een feit is dat de teleurstelling en woede over de ontvangen kaakslag groot is. Men had den keizer, ware hij nu maar gekomen, gaarne vergeven dat hij in '1903 met groote praal in uit Duitsch land gezonden galakoetsen en met Duit- Sche kurassiers naar den Paus reed. Hij heeft toen aan het weinige en thousiasme bij zijn vertrek hun teleur stelling kunnen merken, maar dit is hee- lemaal een streep door hun zoo schoone rekening. Een streep door een andere rekening wordt deze week in Frankrijk getrokken, iDaar is men aan het grasduinen in' de papieren van den overleden WaWeck- jRousseau die, ondanks het protest van Üe weduwe kalmweg in de „Main"1 (worden gepubliceerd. Daardoor wordt Su, een nieuw; licht geworpen.op het pro ces van Dreyfus. Onder dë papieren be vinden zich ook brieven van generaal OaJlifét waaruit o.m. blijkt dat de Duit- sche keizer met wien, volgens Mercieris verklaring Dreyfus in verbinding stond door von Bulow een voor Dreyfus ont lastende verklaring had laten afleggen. Tevens moet de toenmalige regeering de zaak gaarne in den doofpot hebben willen stoppen. Immers Oallifet schreef: Wanneer ik den regeeringscommissa- ris geen instructies geef, dan zal EX vrijgesproken worden, daarvan ben ik zeker. Zoo wij echter ons in de zaak mengen dan bereiden wij een' veroor deeling voor. Ook blijkt de Duitsche gezant bij G. te zijn geweest die daar zeide dat de keizer zich van den domme houden zou. Een en ander heeft echter niet mogen baten. Wel trachte men aan stonds na de veroordeeling gratie voor D. te verkrijgen. Wat echter verder nog van den ondergrond dezer kwestie bloot komt, zal een volgende week ons wellicht leeren. V. Wcekpraatje. Indien de Roomsche kranten van vleesch en bloed waren geweest, dan zouden zij er deze week hebben uitgezien als de roode lappen waarmee men de stieren in de arena aanhitst of om meer bij de journalistiek te blijven als de blozend roode boekjes van „Futura", zoo immers gloeiden zij van verontwaardiging over de taal die er Vrijdag 10 Febr. door sommige Chris- telijk-Historischen in den Haagl was uitgebracht. Er is dan van alle kanten .genoeg tegen opgekomen, niet alleen van Roomsche en van apti-revolutio'- naire zijde, doch aan de liberale zijde hebben ze er nog ettelijke woordjes over vuil gemaakt. Nog meer beschouwingen er aan vastknoopen, lijkt me onnoodig, en daarom iets anders en wel ook een vergadering. De vereeniging „St. Laurentiuis" te Amsterdam hield Woensdag een verga dering waarin over een sociologisch on derwerp gesproken werd. Pastoor Bult n.l. de adviseur van het R. K. Vakbureau hield een inleiding over „Familieloon", en betoogde op klemmende wijze, dat een werkman recht heeft op eeji loon, dat niet alleen voldoende is om zich zelf, maar ook om zijn gezin te onder houden. Uit hetgeen later in die verga dering gebeurde, valt af te leiden dat de regeling van het loon in Amsterdaml nog wel iets te wenschen over laat, want met algemeene stemmen werd een motie aangenomen, waarin verklaard werd, dat een herziening der bestaande loonrege ling dringend noodzakelijk is. Nu de werklieden zullen niet om loonregeling vragen, wanneer de loonen te rjpog zijni Men kan dus uit dit alles gevoegelijk afleiden, dat er nog vele werklieden in Amsterdam zijn, die zich niet in staat be vinden om f a t s o e n 1 ij k met hun^gezin' door de wereld te komen. En 't is toch een onbetwist recht wat di e tnen- schen daarop hebben. Ik heb de inlei ding van pastoor Bult niet in haar ge heel voor me liggen, doch uit de zin sneden waarmee de motie toegelicht en opgehelderd wordt, is gemakkelijk op te maken, waarmee pastoor Bult zijn stelling bewezen heeft. Ter verduidelij king, of liever omdat het toch nooit kwaad kan, als men er iets meer van hoort, zal ik er iets van laten volgent Dat de werkman, die slechts weinig ver diend, overgelaten is aan de liefdadig heid van anderen, om zijn kinderen een' goede opvoeding te geven, dat laat ik nog buiten bespreking, niet omdat het niet vernederend voor den man vindt, maar omdat het slechts een argument is, om nog eens bijzonder op de zaak aan te dringen. Doch er zijn moig vele andere en daaronder op de eerste plaats het gevaar voor Neo-Malthusianisme, dit spreekt te duidelijk dan om daar nog verder op in te gaan, en als dit argu ment bij de betrokken overheden of werkgevers niet zwaar weegt nu... ja, dan pleit het niet voor hen. Dit argument zegt dunkt nu reeds zooveel, dat ik gevoegelijk de andere achterwege kon laten, doch nog één wil ik aangeven. Een betrekkelijke wel vaart is voor den werkman een besliste eisc'h voor de verheffing van zijn zede lijk en maatschappelijk bewustzijn. Ga maar eens na, hoe het met de menschen gesteld is die een onvoldoend inko men hebben, wat zijn dat meestal voor lui en op maatschappelijk en op zede lijk gebied, dat er uitzonderingen op zijn, leert ons ook de ervaring, dopli ik heb wel eens gehoord, dat uitzonde gen den regel bevestigen, en zo o zal het hier ook wel zijn. Over een andere eigenaardige verga- gadering eveneens te Amsterdam' wil ik ook nog iets zeggen. Deze vergadering moet echter nog gehouden worden, doch er is toch reeds bekend gemaakt, wie er als sprekers zullen optreden,, en dit viel me juist het meest op. Het sprekers college is uit zulke heterogene elemen ten saamgesteld, dat het niet gauw in je hoofd op zou ko'men om zulk een com binatie te maken. Luister, 't Is een open bare vergadering tot bestrijding van< pornografie. De eerste spreker is de opperrabijn Vredenburgh, deze zal het hebben over „Pornografie in betrek king tot godsdienst en ethica''. De twee de is de Amsterdamsche anti-rev. wet houder (van onderwijs) De Vries, deze zal zijn hoorders vergasten op een be- gpre,king v,an „Pp/&ogrlaifi£ jp betrek king tot school en opvoeding" en de derde is onze bekende redenaar de Fran ciscaner Pater De Greeve, deze hoopt zijn auditorium te boeien met een be spreking van „Pornografie en zedelijk leven". Is dat nu geen rare samenkoppe ling, doch hoe je er ook over moogit denken, 'tis en blijft een echt verblij dend teeken, dat er van zooveel ver schillende zijden eendrachtig en jjve- rig saamgeweikt wordt omdat groote euvel te bestrijden. En daarom zullen we met vreugde op 26 Febr. a.s. te Am sterdam broederfijk vereenigd zien, een Katholieken monnik en een opperrabbijn der Israëlieten. Mocht er dus kans zijn dat van het vaasje der coalitie na de barst van deze week een stukje afspringt toch blijven de Katholieken er van hou den om zich te vereenigen met andere partijen, waar het gaat om een verder felijk kwaad te bestrijden. STAN. De gezondheid der Nederlanders. Woensdagavond hield de heer J. C. Ramaer, hoofd-ingenieur-directeur van den Waterstaat te 's Hage een voor dracht getiteld: „De sterfte in Neder land in verband met hygiëne eau Water staat." Spr. vertoonde kaarten, waaropi met verschillende kleuren de percentsgewij ze sterfte omstneeks 1850 en thans, in de gemeente was aangegeven. Verge" e- ken met den vreemde is de sterfte hier te lande zeer gunstig; zij is slechts iets geringer in Engeland en' Noorwe gen, en bij ons is de verbetering in: de zen nog in de allerlaatste jaren zeer groot, zoodat wij, als de vermindering in sterfte doorgaat, en daarop is alle waarschijnlijkheid spoedig de meest gezegende natie in dit opzicht zullen zijn. Spr. merkt op dat tot op zekere hoogte de geboorte- en sterftecijfers gelijken tred met elkander houden. Sedert 1850 is het sterftecijfer in Nederland beginnen te verminderen, sterker werd deze ver mindering in 1870 en nog steeds gaat het in deze richting voort. Thans zijn Noord-Holland en Gro ningen, Friesland, dat sedert 1860 onder de provinciën het minste sterftecijfer had (vóór dien had Gelderland het re cord), voorbijgesneldZuid-Holland en Zeeland zullen spoedig volgen. Tegenwoordig zijn er in Holland en Zeeland streken, die in gezondheid niet onderdoen voor de gezondste bergstre ken, ofschoon er ook nog in de [aiid- provinciën gedeelten zijn waar het met de sterfte nog treurig uitziet. Het ergste is er aan toe het midden van de Meierij van 's Hertogenbosch!, een breede strook, gaande van de Bel gische grens bezuiden Eindhoven tof niet ver van de Maas bij Megen en Ra- vestein, deze strook, die ruim 60 ge meenten telt met ongeveer 190,000 zie len, heeft een sterfte 22, en dit getal is hetzelfde als omstreeks 1850; er zijn zelfs gemeenten als Stiphorst waar zij van 22 tot 29, Nistelrode waar zij van 24 op 20, Heesch waar zij van 21 op 27; Bokstel en Leende waar zij van 22 op 27Erp waar zij van 20 op 25 is ge komen. Ook in Drenthe en Overijssel zijn enkele gemeenten als Weerselo, Zuidlaren, Zweelo, waar in 60 jaren de sterfte iets vermeerderd is, is die waar krankzinnigen verpleegd worden daarentegen is de sterfte in de gemeen te Norg, waar de strafkoloniën zijn, zeer veel verbeterd. Thans vindt men de gezondste stre ken langs de zeekust. Bijzonder mun ten uit in Zuid-Holland de geheele kuststrook, vooral in Delfland tot vrij ver landwaarts in, de langs de zee gele gen eilanden, en wel vooral het weste lijk deel van Voorne en geheel Goeree en Overflakkee. Verder in Zeeland vooral groote gedeelten van Zuid-Beveland en het 4e district, alsmede deelen van Wal cheren, Schouwen en DuiveLand, en in Noord-Holland benoorden het Noord- zeekanaal een tal van verspreide plaat sen, maar vooral in de 17e eeuw droog gelegde meren en de geheele Zaan streek. De Beemster en Wormer waren reeds in het midden der vorige eeuw gezond, de Haarlemmermeer was met de ge heele omgelegen streek kort na de droog making, tot omstreeks 1860, zeer onge zond, thans is die streek tamelijk ge zond. De droogmakerijen in het noord westen der provincie Utrecht behoorden tot die met de grootste sterftethans zijn ook zij niet ongezond. Enkele dor pen in deze streken, als Nieuiwveeini, maken nog een uitzondering. Zeer weinig invloed op de sterfte hebben de ongevallen op zee, ook epi- demiën als de cholera van 1866. In 1909 heeft prof. van Overbeëk de Meijer een onderzoek ingesteld naar de sterfte op plaatsen waar waterleidin gen zijn, de uitkomst was dat overal de sterfte verminderde, zoodra er in een plaats waterleiding kwam. Dit bewijst echter niets, want ook in gemeenten! die nog geen waterleiding hebben, was de gezondheidstoestand reeds zeer goed Het feit dat men in Zeeland en op som mige Zuid-Holl. eilanden thans regen water, vroeger water uit de slooten ge bruikten, heeft ontegenzeggelijk de sterfte verminderd. De hoofdoorzaak ligt volgens' spit voor de zeeprovinciën in de verbetering yan den, ^ate(rsta,a,ts,tp,estand i Hierna hield de heer Ra.rr.aer nog een korte beschouwing over de geboorten in ons I-and, waarvan hij ook kaarten ver toonde. In vroegeren tijd hielden de ge boorten vrijwel gelijken tred met de sterfte; alleen waar een streek zeer bloeiende was, waren de geboorten be langrijk grooter. Sedert een 20-tal ja ren is dit in sommige deelen van ons land veranderd. Spreker had eenige gegevens van ge meenten in Noord-Holland boven het IJ. Ofschoon het aantal huwelijken voor Katholieken en Protestanten ongeveer gelijk was gebleven, is daar de Katholie ke bevolking met ongeveer 171/2 pCtt vermeerderde, terwijl het Protestante gedeelte met 4 pCt. verminderd is. Ook in 't Noordwesten van Friesland en in groote steden ;zijn de geboorten sterk aan 't dalen. Uit alles is het, vol gens spr., duidelijk, dat het de vrijden kerij is, die deze beperking in haar ge volg heeft. Spr. eindigde met den wensch, dat de vrijdenkers van allerlei pluimage zul len inzien, dat, al mocht zelfs de be perking der geboorten in hun eigen tij delijk belang zijn (hetgeen spr. trou wens bestrijdt) zij er het algemeen be lang mede schaden. Trekhonden wet. In ons nummer Van Donderdag j.l. ver meldden wij den datum van in werking- treding der trekhond en wet. 't Is mis schien voor onze lezers van belang eenige bepalingen daaruit op te nemen. Het is verboden, dat meer dan twee personen op de hondenkar plaats nemen. De lading, met inbegrip van den per soon, op de kaT gezeten, moet zich in evenwicht bevinden en haar gewicht mag niet zoo groot zijn, dat het trekken bo venmatige inspanning vereischt De snelheid mag niet grooter zijn, dan die van een paard in draf. De inschrijving van den houder van eene hondenkar, geschiedt in eene door- loopende nummerreeks, met dien verstan de, dat voor elke hondenkar een afzon derlijk nummer wordt gebezigd. Ls eene inschrijving onherroepelijk door gehaald, dan is eene nieuwe inschrijving eerst toegelaten na verloop van dertig dagen na de doorhaling. De burgemeester geeft van eene on herroepelijke doorhaling terstond kennis kennis aan de burgemeesters der om liggende gemeenten, met vermelding van de dagteekening dier doorhaling De afgifte van nummerbewijzen {ge schiedt kosteloos. Het is verboden, als trekhonden te ge bruiken of te doen gebruiken: le. kreupele, schurftige, gewonde, zicht baar drachtige of zoogende honden 2e. nog niet volwassen honden; 3e. honden met een geringe schouder hoogte dan zestig centimeter. Tot het tuig moeten behooren een borstriem van minstens vier centimeter breedte van zacht leder, reikende tot achter de voorpooten en met strengen verbonden aan een spoorstok, onder de hondenkar vastgemaakt tusschen de twee uiteinden van 'de boomen, een draagriem vau minstens zes centimeter breedte en buikriem van minstens vier centimeter breedte. De hondenkar moet voorzien zijn van steunsels, die voorkomen, dat zij den hond drukt, wanneer hij in rust is, en van een drinkbak. Op de kar moeten de naam van den houder en van de gemeente, waarin hij woonplaats heeft, alsmede het nummer van de kar goed leesbaar voorkomen. Als geleider van de hondenkar mag niet (Optreden een persoon, die den leef tijd van veertien jaren nog niet bereikt heeft. Indien ide hondenkar met meer'dan één hond is bespannen, moeten de honden naast ielkander worden gespannen. Vaar ,de kar mogen niet meer dan drie, onder de kar niet meer dan twee honden iworden gespannen. Onder «de kar mogen geen honden worden gespannen, die, te rekenen naar de schouderhoogte, niet rechtop onder de kar kunnen staan. Brieven uit Zoeterwoude. IV. Met een kleine verandering kan1 ik eern bekend woord aanhalen en zeggen', dat het oog van Nederland op Zoeterwoude gevestigd is. Wij hebben namelijk de eer en het genoegen maar vooral het voordeelonder onze belasting be talende burgers te mogen rekenen „Prc>- fessor" de Haas, wiens practijken door het Leidsche Kantongerecht staan ge vonnist te worden. Over de Haas en zijn werken een enkel woord. Men behoeft nog niet oud te zijn om zich den tijd nog te kunnen herinneren, dat de Haas het eerlijk, maar eenvoudig beroep uitoefende van schoenlapper. Wat er de aanleiding toe was, weet ik niet, maar op een goeden dag kwamen de menschen, behalve voor hun sclioe- nne, ook herstel vragen voor hun lichaam, later alleen voor het laatste. De Haas was tot dit alles bereid, hij ging vooruit en na korten tijd was zijn naam gevestigd. Hij wist zijn positie niet alleen onverzwakt te handhaven1, maar zelfs nog voortdurend te verbe teren. Hij klom steeds in aanzien en 't is schier ongelooflijk, hoevelen zwe ren bij het woord en de kruiden van de Haas. Als een bewijs van het drukke be zoek moge dienen, dat onze gemeente rad oplangs besloot, het gedeelte van. den Haagweg bij de Haas te beschou wen als bebouwden kom, omdat het ver keer op dat punt zoo druk is. En a 1 die drukte wordt veroorzaakt door de pa tiënten van den „Professor". Men mee- ne niet, dat alleen leden der „smalle gemeente" hun toevlucht Hot hem ne men, lieden, die van dokters een afkeer hebben, omdat deze gestudeerd heb^ ben en menschen zijn van hooger standi Neen, ook zij, van wie men sleChts af keer en minachting voor den kwakzalver verwachten zou: personen, die weten schappelijk onderlegd zijn en anderen^ wier stand en maatschappelijke posi tie schenen te verbieden, genezing te zoeken bij den ex-schoenlapper zij allen komen met vertrouwen zijn raad vragen. Reeds langen tijd liep het ge rucht, als zou zelfs de Koningin-Moeder door de Haas van een ziekte genezen: zijn. Ik heb het nooit kunnen gelooveiu. En toch, in een interview, opgenomen] in „De Leidsche Courant" van 6 Fe bruari j.l. wordt dit gerucht bevestigd I Hoe dit alles te verklaren Iedereen, die niet moedwillig Voor de feiten zijn oogen sluit, zal moeten er kennen, dat de Haas geen kwakzalver is van de echte soort, van wien gezegd kan worden, dat hij ....„maakte met zijn kranke waar zijn kranke beurs gezond." Reeds het langdurig bestaan 'zijner „practijk" en de voortdurende vooruit gang daarvan zijn daarmede volkomen in strijd. Maar oo'ktalrijk, ja talloos zijn de gevallen van beterschap, gevonden in het huis aan den Haagweg, waarvan de bewoner misschien het opschrift (Ha- bis Perkara) niet eens behoorlijk ont cijferen lean. En het gaat niet aan, dat alles omver te redeneeren met groo!er woorden of flauwe verhaaltjes. Zoo gaf een vereeniging, die mij overigens zeer sympathiek is, een boekje uit, waarin het werd voorgesteld, als zou de Haas afluisteren, wat de patiënten in de- wachtkamer van zich zelf vertellen ere daarna doen, alsof hij de kwaal op het voorhoofd der menschen lezen kon. Iedereen, die ook maar iets van de Haas gehoord of gezien heeft, weet, dat zulks totaal onmogelijk is en zal met mij in het verhaaltje het bewijs zien, dat de schrijver met de Haas een beetje ver legen zit. De Kantonrechter schreef „de won deren" toe aan het smalen op dokters en de suggestieve kracht, die daarvan uitgaat. Ook dat is geen afdoende ver klaring. Immers, dat smalen kan slechts indruk maken op een deel van „Profes sor's" patiënten. Ik zelf geloof aan den grooten invloed van suggestie, maar itó ken meerdere gevallen en iedereen kent er die naar mijn Ieekenmeeningl met suggestie onmogelijk te verklaren zijn. Dat de Haas zijn gaven „van boven" heeft, is wel mogelijk, maar dat hij won deren zou doen in de ware beteeken is van het woord, gelooft niemand. Mijn conclusie isveel wordt ver klaard door suggestie, maar overigens is hier het bekende gezegde van toepas sing: „dat er meer is tusschen hemel en aarde dan de wijsbegeerte droomenl kan". Ik kan niet zeggen, dat hij er voor het Kantongerecht bepaald slecht is af gekomen verleden Maandag. Want het feit, dat een zijner patiënten na zijn' behandeling overleden is en een ander krankzinnig geworden, bewijst op zich' zelf nog zooveel niet .vergeleken bij de ta 1 r ij k e n, die, na door doktoren „op gegeven" te zijn, bij hem beterschap vonden. Overigens schijnt het niet be wezen te zijn, dat de bovenbedoelde twee patiënten door de behandeling van de Haas resp. overleden en krank zinnig geworden zijn, anders had men! hem toch wel eenvoudig kunnen vervol gen wegens het „veroorzaken yan den] dood door schuld". Dat gebeurt meer. In zijn kruiden schijnt men niets gevaar lijks gevonden te hebben, want dan zou dat stellig ter terechzitting gebleken zijn. Of hij veroordeeld zal worden of niet, doet weinig ter zake. Duizend gul den boete kan hij wel betalen en dan..., hij krijgt er in ieder geval een schitte rende reclame voor in de plaats. Nu nog eenige andere zaken. Zooals men weet, heeft de heer A. J. Rijs- houwer eervol ontslag aangevraagd als notaris ter standplaats Zoeterwoude en dat zal hem natuurlijk wel worden ver leend. Zou het nu niet mogelijk zijn, een' Katholiek als zijn opvolger benoemd te krijgen Me dunkt ja. De kern der gemeente bestaat bijna geheel uit Roomschen en, vestigt zich een Katholiek notaris op het Dorp of in de onmiddellijke om geving daarvan, dan zal hij zeer zeker op den steun der invloedrijke Katholie ken kunnen rekenen en dan zou het hem wellicht gelukken, een be hoorlijke practijk te verwerven. Ik be veel deze zaak bescheiden, maar toch met eenige vrijheid in de aandacht van be langhebbenden en belangstellenden aan. Lukt het nu niet,, dan misschien nooit! Laat niet van ons gezegd kunnen wor den dat we in zake „baantjes" achter zijn door eigen schuld. In het voorjaar van 1910 werd van we- ge den Boerenbond alhier tweemaal per week een kalverenveiling gehouden]. Men kwam daartoe, omdat men meen de, dat de opkoopers de zaken zoo goed eens waren, dat die eensgezindheid de prijzen .wel een beetje drukte. Boven,-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 5