wwip'ïin:i Hoor onze longcns ctt meisjes. Beste vriendjes en vriendinnetjes. 56 het blonde kopje van zijn verloofde achter de luchsia's en geraniums zich bij zijn nadering ophief en hem groetend toeknikte. Nog eenige schreden en hij was aan de fabriek Op de trap ontmoette hij reeds den ouden Biuckner, die hem dadelijk ia beslag nam. „Goeden morgen, Otto. Goed, dat je er al bent. Boven ligt een bestel ling. Naar nummer 172 je weet wel, die blauwe Iris met die eeuwig lange bladeren, het slangenpatroon, zooals je het zelf genoemd hebt, moet een patroon voor een looper gemaakt worden en wel spoedig. Daarvoor heb ik aan jou gedacht." Otto glimlachte. Als er iets spoedig gemaakt moest worden, dan dacht men steeds aan hem. Dat wist hij al lang Maar zijn plannetje wilde hij niet op geven. „Er is nog niet geluid," wilde hij reeds zeggeD, maar hij hield wijselijk deze woorden terug, want hij wilde den ouden Bruckner die voor de fabriek op geen uurtje zag, niet ontstemmen. Toch waagde hij op te merken „Ik wou Frits over ons uitstapje van morgen spre ken. Het eenvou digst was, dat ge allen meegingt." DE EERSTE STEENLEGGING DER NIEUWE MARIA- SCHOOL AAN DEN SPAARNWOUDERWEG TE HAARLEMMERMEER Ook in de Haarlemmermeer gaat het Roomeche leven, en het Roomsche Bijzonder Onderwijs mitsdien, met groote schreden vooruit. Binnenkort werd al de derde Katholieke school in „de. Meer" gesticht: van welke plechtigheid wij hiei boven een kiekje geven. Op den voorgrord van links naar rechts staande: de Architect, Pastoor Havermans van Sloten, Pastoor van Buchem van de parochie van den H. Franciscus van Sales te Haarlemmermeer, Pastoor Soepm 1 van Hoofddorp en de atnnemer van het schoolgebouw. Op de balklaag staande, eenige timmerlieden en leden van do St Josephvereeniging. Wordt vervolgd DE EERSTE WERKELIJKE NEDERLANDSCHE VLIEG MACHINE EN F AAR CONSTRUCTEUR: de heer C van den Berg te Amsterdam is de eerste Nederlander, die een werkelijk bruikbare vhegmach'ne heelt venaardigd, en die er ook zelf mede is opgestegen. Reeds heeft de heer van den Berg, wiens groote verdienste is dat bij zijn vliegtuig maakte zon der[we ten schappelijke opleiding,eenige na alen een vlucht gedaan. Dc oplossingen in het nummer van de vorige week zijn: 1. Kalkoen. 2. Barcelona. 3. Nood leert bidden. Hier hebt ge een half dozijntje opgaven, waarvan ge de oplossingen niet behoeft in te zenden 1. In een 1, 2, 3 doet men water of andere vloeistoffen. Een 4, 5, 6, 7 is een sappige vrucht. Mijn geheel is een raar heerschap. 2. De 1, 5, 6, 7 moet men aan den oever van zee of rivier zoeken. Een 1, 2, 3, 4 komt in het schaakspel voor. De 4, 5, 6, 7 is een deel van het men- schelijk lichaam. Gij hoort zeker allemaal wel eens gaarne sprookjes vertellen, en daar ge de sprookjes van „Moeder de Gans" wel van buiten ken nen zult, wil ik u eens een ander vertellen, maar heel kort hoor, want ik heb niet veel plaats. Luistert nu: Toen O L. Heer de zon en de maan en al de sterren gemaakt' had om de aarde, die Hij pas geschapen had, te verlichten, maakte de zon zich gereed om voor den eersten keer hari dagelijksche wandeling te maken rond de aarde Zij trok haar kleed van vlammen aan en wilde juist Iniet." Gelukkig was er toen een mevrouw die ge nu allemaal heel goed kent. En die mevrouw zei: „Komen jullie maar bij mij, ik zal wel zorgen, dat ge ook een plaatsje krijgt in het Zondagsblad." En jullie hebt het gekregen ook, wel een klein plaatsje op de laatste bladzijde onderaan, maai ge kunt toch zeggendit is voor ons Onge lukkig heeft die lieve mevro :w het te druk gekregen en ze heeft nu geen tijd meer om jullie elke week raadseltjes en spelletjes op te geven in het Zondagsblad. Daarom heeft de meneer van het Zondagsblad mij gevraagd, of ik voortaan niet voor de jon gens en meisjes van het Zondagsblad zou willen zorgen. Nu ben ik weliswaar geen zon, zooals de hoofdredacteur van het Zon dagsblad, ook verspreid ik geen helderlicht op stap gaan, oen al de sterretjes op hunne zooals de maan, ik bJn zelf maar een heel klein korte beentjes kwamen aanhuppelen en aan stcrretje Ik dit om jullie duideiijk te de zon kwamen vragen met hunne lieve makeDi dat mjj t vertroüwen kunt. kinderstemmetjes, of ze asjeblieft niet mee mochten op dien wonderen tocht om al'die heerlijkheden goed te kunnen bekijken. Maar de zon antwoordde barsch, dat zij dat kleine grut niet mee wou nemen, want dat Ik zal jullie oogen niet uitsteken en ook niet hoog geleerd en deftig doen, ik ben zelfs van plan jullie zelf ook te laten mede- praten in het Zondagsblad. Een uwer raad selvriendinnetjes heeft de vorige week een zij haar allemaal de oogjes uit zou branden, hede ri§ raadsels ingezonden, 3. 4 Wie kan raden wat in het onderstaande gelezen- moet worden. e a r f i r u b 5. Een 3, 2, 1 is een leelijk klein dier. Een 4, 5, 6 is een vinkje. Een 1, 2, 3, 4. 5, 6 is een groote visch. In een 6, 5, 4 wordt gewasschen. 6 Ik ben een vuurspuwende berg in Europa. Bij 1. 2. 4. 3. 5, kan het erg gevaarlijk zijn. Een 6. 7. 8 is rond. Een 6. 4. 5 is ook al een gevaarlijk ding. Wie ben ik? omdat ze te heet was. Toen dropen al de sterretjes af, en gin gen naar de maan, en zeiden: „Gij, lieve maan, zult ons wel mee willen nemen op uwen nachtelijken tocht rond de aarde. Gij wiegelt zoo vriendelijk op de wolken bij nacht, en gij zijt niet zoo warm." En de maan het zich verteederen en nam de kleintjes onder hare hoede. En zoo kwam het, dat de sterren iederen nacht gaan wan delen met de maan en de aarde rustig kunnen bekijken. Tot zoover het sprookje van de sterren. 7üllië"~zullen Nu zult ge wei benieuwd zijn waarom ik - samt.n trachten onze rubriek zoo dat verteld heb, met waar? Dat zal ik u eIijk te maken. zeggen. Toen het Zondagsblad verscheen Mevrouw van de Griendt laat u allen voor de groote menschen, wilden de kinderen harte]iik: groeten ook eens kijken, wat daar allemaal in te lezen en te waarvan er enkele wel een plaatsje zullen vinden in het Zondagsblad. En als iemand uwer, on verschillig wie, een mooi vertelseltje heeft of een spelletje, laat hij het dan maar ge rust opzenden aan den Raadselredacteur van het Zondagsblad, Kinderhuisvest, Haarlem, en als het mooi is, zullen we het een plaatsje geven, mits gij uw naam er onder gezet hebt. En als ge iets te vragen hebt, stuur het maar gerust naar mij, dan zal ik u wel ant woord geven in het volgende Zondagsblad, Ik hoop nu maar, dat er veel opgaven van binnenkomen, en dan zullen Uw vriend, DE RAADSELREDACTEUR. zien was, maar zij begrepen daar niet veel van. En zij vroegen aan den meneer van het Zondagsblad of hij voor Denkt er aan, dat van vandaag af hen ook niet eens wat wilde schrijven. Maar alles wat voor deze rubriek bestemd is, ge- de hoofdredacteur schudde deftig van neen, zonden moet worden aan dit adres: Aan en zeide„Ik schrijf voor de groote men- den raadselredacteur van het Zondagsblad, schen, en dat begrijpen de kinderen toch Kinderhuisvest 2933, Haarlem.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 19