5)e £eidóch& Qowtm^ 23 liet lied van Clarens. BUITENLAND. BINNENLAND. 2e Jaargang, No. 370. Bureau OUDE SINGEL 54, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Lelden 9 cent per week, 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco per post 11.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/, cent met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. Vrijdag December 1910. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 15 regels 0.75, elke regel meer 15 cent, ingezonden mededeelingen van 1—5 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiën: gevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop (geenhandels-advertentiën) 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangebodei. betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. V Openbare leeszalen. Gisteren is de beslissing gevallen over den rijkssteun aan openbare leeszalen en is £et .amendement van Vuuren c.s.- om dien post te schrappen', met 48 te gen 41 6temanen verworpen. Dóen uitslag betreuren wij om verschil lend® redenen. Immers, niet alleen dal de Katholie ken principieel stelling nemen tegenover openbare neutrale leeszalen, ook, omdat zooals gisteren door den heer v. Vuuren met de getuigenissen' ya» deskundigen is aangetoond, subsidieering van' Jeeszalen niet lot de rijks-, doch tot de gemeente- bemoeiing behoort. Bovendien sluiten de voorwaarden van subsidie, door Minister Heemskerk ont worpen, Katholieke openbare leeszalen zoo goed ais zeker van overheidssteun uit en stelt de Staat zich partij voor die ééne richting op het gebied der volksop voeding, die aan jongelieden lectuur aan alle richting en strekking in handen wil geven. Van een christelijk minister ajs Mr. Heemskerk hadden wij allerminst ver wacht, dat hij dezen post op de begroo ting zou brengen en nog wel op zulk een w ijze. Evenzeer bevreemdt ons de houding van Dr. de Visser, Leiden's afgevaar digde. Het protestantsch beginsel van vrijheid, dat Dr. de Visser op "den voor grond stelde en krachtens hetwelk hij voorstander is van openbare leeszalen; behoefde voor hem en de overige Christ.- Historischen niet een voorwendsel te zijn voo! dezen post te stemmen. De stemming liep niet over het begin sel der openbare leeszalen, maar over het uitkeereri van rijkssubsidie. Het beroep op dat protestantsch be ginsel was niet erg overtuigend, als ■daar tegenover gesteld kunnen worden uitspraken van ds.. Kromsigt, in de „Ne derlander", ds. Rudolph, in de „Stan daard" verschillende „Standaards-drie starren en de geheele anti-rev. Kamerfrac tie, die met de Katholieken meeging. Dr. de Visser en de zj>ren oogstten nu den lof van de liberale pers. „Bravo "voor de Christelijk Historische fractie", roept de „N. R. Ct.". En het „VadL" meent dat de redevoering van dr de Vis ser een monument was, dat hem als staatsman altoos lot eer zal blijven strek ken. Zouden de Christelijk Historischen, wier „heilige beginselen" zoo ten spits werden gedreven, dat Zij voor ernstige bezwaren van de sterkste coalitiegroep niets voelen en aan wie wij in de toe komst een subsidieering danken van in stellingen, die wij voor ons volk een' groot gevaar achten, me-enen, dat de Ka tholieken deze stemming spoedig zullen Vergeten Wij twijfelen daaraan sterk. In Leiden, Katwijk, Bodegraven en an dere districten, waar de Katholieken een zeer sterke mindtrlieid vormen, zal het gebeurde later nog wel ter sprake komen. Het onverzettelijk vasthouden der Christ. .Historischen aan het eens en ■dan nog ongemotiveerd ingenomen standpunt steekt scherp af, bij de welwil- FEUILLETON. Een verhaal uit de Fransche revolutie. 23) „Dat doet er weinig toe, van wien ik het weet," gaf zij ten antwoord. De hoofdzaak is, of het waar is?" Raffirt aarzelde een oogenblik, dacht na, en bijna onmiddellijk begrijpend de nutteloosheid van een logen, erkende hij: „O ja, mevrouw, dat is waar. En heeft dat u hierheen gevoerd?" „Ik had andere, gewichtige redenen, maar ook daarom kwam ik terug. Clarens kan niet verbeurt.: worden verklaard. Ik ben de weduwe van den markies. Zijn laatste wil heeft mij dit domein vermaakt; het behoort aan mij. Ik ben niet uitgewe ken ,en daarom kan ik gemakkelijk het be wijs leveren. Dit !:*i teel kan dus niet wet telijk tot natieonafl goed worden ver klaard. Ik zal protesteren en vóór het in veiling brengen doen gelden." Bij de aankondiging van dit plan, dat al zijn verwachtingen den bodem insloeg, kreeg Raffut eer. soort van duizeling. Hartig weadide hij 'i ho,ofd öjö gijn lendiheid, die de katholieken immer te genover hen hebben betoogd, een wel willendheid, waardoor Dr. de Visser op 't oogenblik Leiden's afgevaardigde is. ALGEMEEN OVERZICHT. Wegens het gebrek aan spoorweg-ma teriaal doet zich in Frankrijk een nieuws nasleep der Spoorwegstaking voelen, doordat verschillende fabrieken, wier grondstoffen, te Havre opgehoopt, hen niet kunnen bereiken, stopgezet moe ten worden. Reeds is dit het geval met een katoenspinnerij te Houlme, waar 170 arbeiders werkeloos geworden zijn. Intusschen heeft twee dagen vóór de Kerstvacantie, Briand het ontwerp der sta- kingswetten ingediend. Staking van spoormannen wordt niet strafbaar gesteld, het desbe refi'ende ont werp is zelfs uiterst mild ten opzichte van de staking zelve. Het eenige wat hierom trent voorzien en geregeld wordt, is de weigering van den spoorwegarbeider, om door te werken onder de voorwaarden, die bij scheidsrechterlijke uitspraak vast gesteld zijn. Voor dat sterke geval wordt alleen nog maar bepaald, dat dan de maat schappij den staker zonder de anders ver- eischte formaliteiten vervangen kan. Verschillende bladen, o.m.-de „Temps" zijn verbolgen over deze toegevendheid. Tegenover deze mildheid, ten opzichte van stakers in het algemeen, vindt men in niet bepaald helder geredigeerde artikelen vrij strenge straffen tegen leiders van sta kingen en van vereenigingen. wanneer die vereenigingen staking uitlokken, voor bereiden of organiseeren. Bij het voorgesteld verzoenings- en ar bitragesysteem is vooral de Engelsche „agreement" van 1907 nagevolgd. Het essentieele verschil is echter, dat de En gelsche regeling een vrije, tijdelijke con tractregeling tusschen de twee partijen is en het Fransche ontwerp iets dergelijks buiten en boven partijen in de wet vast wil leggen. Men denkt niet dat de ontwerpen voor Maart 1911 in behandeling kunnen ko men. De bladen te Lissabon melden dat die stand der Cholera op Madeira reden tot ernstige bezorgdheid geeft. Meer dan 3000 gevallen met doodelijken afloop zijn tot heden voorgekomen. De „Seculo" deelt mede, dat de cholera met groote snelheid toeneemt, tengevolge van onwetendheid der bevolking, die wei gert de hygiënische maatregelen docr de overheid voorgeschreven, op te volgen. In de stad Machico viel het gepeupel ten getale van 2000 de openbare gebouwen en de apotheken aan en vernielde die mo derne geneesmiddelen, tot de troepen, die met scherp vuurden, de menigte uit eendreven, welke naar alle kanten werd verspreid. Den volgenden dag trokken de menschen uit de omstreken, te zamen een 7000 man op naar de stad en dwongen de troepen, en de invloedrijkste leden der bevolking te vluchten in de booten. door de teleurstelling verwrongen gelaat aan den blik der markiezin te onttrekken. De gedachte, dat hij zich kon verraden, voor altijd zich onmogelijk kon maken in den geest der markiezin, bracht hem| spoe dig weer tot zich zeiven. Reeds vertoonde hij weder zijn goedmoedig masker, toen mevrouw De Clarens hem vroeg: „Waarom zegt gij niets, Raffut? Keurt gij mijn besluit niet goed?.... Zou het u hinderen „En waarom zou het mij hinderen," antwoordde hij volkomen kalm, maar den blik der markiezin onderzoekend, als om er den aard van haar argwaan in te ontdekken. Niet in staat te veinzen, verklaarde de markiezin liever in ééns aan haar twijfel een einde makend, terstond: „Misschien waart gij voornemens het domein in veiling te laten brengen?" „Hoe kon ik anders?" hernam Raffut, zonder de dame uit het oog te verliezen. „Hoe kon ik, sedert zooveel weken niets meer van u hebbende vernomen, mij yer- gewissen, dat u Frankrijk niet verlaten hadt!" „Dat is waar. Maar wat zoudt gij ge daan hebben, nadat het kasteel eenmaal geveild was?" Ditmaal .begreep, j&ttiit Usa aard Ook uit andere steden komen berich ten van ernstige botsingen, ofschoon het juiste aantal dooden en gewonden nog niet bekend is. Inmiddels heeft de voor- Ioopige regeering de noodige maatregelen genomen tot bescherming van den eigen dom en het leven der vreemdelingen. Tot bescherming van de ziel neemt nu de re geering van Italië maatregelen, door indiening van een wet op de pornografie in woord en beeld'. De vervaardigers van zulke onzedelijke werken kunnen volgens dit nieuwe voor stel gestraft worden met zes maanden ge vangenisstraf. waarbij een geldstraf komt van 1.000 lires. Het verkoopen of hande len in pornografische artikelen wordt min- minstens even streng gestraft. De minimumstraf is bepaald op drie maanden en 100 lires boete, met een maximum van een jaar gevangenisstraf en 2000 Lires boete. Bijzondere maatregelen zijn verder nog genomen ter bescherming van minderjari gen. Het verkoopen van pornografische artikelen aan kinderen beneden 16 jaar wordt met minstens 41/2 maand gevange nisstraf gestraft. Deze straf kan tot D/s jaar worden uitgebreid. Ook het vertoonen van pornografische artikelen aan minderjarigen zonder ze te verkoopen wordt met straf bedreigd. De straf daarvoor bedraagt 30 tot 300 lires. Belangrijk is vooral een nieuwe bepa ling, die alle cinematografische voorstel lingen vooraf aan censuur onderwerpt. Alle films moeten een prefect worden voorgelegd en kunnen zonder diens toe stemming niet vertoond worden. Tegende beslissing van den prefect kan men in beroep komen bij het ministerie van bin- nenlandsche zaken. De minister behoudt zich echter ihet recht voor, ook films te verbieden, waarop de prefect geen aan merking maakt. Alle delicten worden ambtshalve ver volgd.. Ook delicten, die gedeeltelijk in het buitenland hebben plaats gehad, wor den in Italië vervolgd.- GEMENGD. Prins George van' Servië, zal zich in het begin van 1911 naar Frankrijk begeven om daar zijn militaire studiën te voltooien. Twee jaren lang zal hij buiten zijn vaderland vertoeven. Het voorloopig twaalfde, dat de Fransche Kamer gisteren met 437 tegen gen 74 stemmen heeft aangenomen, be draagt 647.477.346 frank. Volgens de „Truth" hebben koning Manuel en koningin Amelia definitief voor een jaar hun intrek genomen in Abercorn House, Richmond, waarheen zij kort na Kerstmis van Wood Norton zullen vertrekken'. Onder alle voorebhoud deelen wij een een bericht uit Rome mede, volgens het welk Z. H. de Paus, bij gelegenheid van het a.s. Kerstfeest aan 24 personen de onderscheiding van de „Militia Aurata, of het Gulden Spoor" zou hebben toege kend. Onder hen worden genoemd vier aartshertogen van Oostenrijk, de prins regent van Beieren, de hertog van Or- argwaan Hij ver.moedde wat Piernic had kunnen zeggen. En wel verre van het effect van diens gesprekken door ontwij kingen en vage verklaringen te verzwak ken, bekende hij ronduit: „Ik zou al het mogelijke gedaan heb ben, om het kasteel terug te koopen!" Die oprechte bekentenis bracht de uit werking teweeg, welke hij er van ver wachtte. Hij zweeg een seconde. Vervol gens gebruik makend van alle macht, wel ke hij over zich ze!ven bezat, om aan zijn gelaatsuitdrukking een loyaliteit te ge ven, welke de werking van zijn woorden kon bevestigen, voegde hij er aan toe „Ja, bereid om het weinige, dat ik be zit, ten offer te brengen, op gevaar van mij voor het overige van mijn leven in schulden te steken, zou ik het kasteel hebben teruggekocht.... en ik zou het voor u bewaard hebben, zooals het daar staat zonder er iets aan te veranderen. U zou me hert geld hebben weergegeven, wan neer u terugkwaamt en wanneer u daar toe in staat waart." „Heb je dat willen doen, Raffut?" riep mevrouw de Clarens uit, te oprecht om de list te doorschouwen en reeds verlegen over haar onbillijk wantrouwen. Op het midden van den weg was zij blijven, sUk&an, feu ujeg QiütoürjJ im- leans, zes prinsen en1 hertogen van Ita lië, de Portugeesche ex-minister Joao Franco en de president van Brazilië. Bij de behandeling der grendelwet in de Spaansche Kamer, stelde de voor zitter met het oog op de obstructie der Carlisten, voor, een permanente verga dering te 'houden, totdat het ontwerp af gehandeld is. Uit Peking wordt geseind, dat de Chineesche rijkscommissie heeft voor gesteld op het rooken van opium de zwaarst mogelijke straffen, de doodstraf alleen uitgezonderd, te stellen en beloo ningen uit te loven voor degenen, die schulidgen aan de bevoegde autoriteit aanwijzen. De „Osservatore Romano" van' Woensdag bevat de volgende inededee- iing: „Van tijd tot tijd wordt mu hier dan daar 'het gerucht verspreid, dat in de bureelen van den H. Stoel ter studie ligt eene zoogenaamde hervorming der wet op het celibaat der geestelijkheid. Opdat de geloovigen niet in dwaling worden gebracht, omtrent een punt van zoo groot belang voor de tucht en de overleveringen der Kerk, zijn wij ge machtigd uitdrukkelijk en zonder eenig voorbehoud te verklaren, dat dergelijke geruchten van allen grond ontbloot zijn. Uit Amerika komen weer ernstige berichten van ongelukken. In Philadel phia zijn verscheidene personen, mee- rendeels brandweerlieden onder instor tende muren bedolven. De voorloopi- ge doodenlijst bevat 23 namen waar van 16 brandweermannen. Ook in Chica go werden 20 brandweermannen ge dood onder een ineensstortende ijzeren over kapping. Te Bolten heeft een hevige mijnontploffing plaats gehad, waarbij 350 menschen zijn omgekomen. Koninklijke Besluiten. Bij Kon. besluit zijn benoemd: tot be waarder van de hypotheken, het kadiaster en de scheepsbewijzen te Haarlem B. Hage, thans te Deventer; tot ontvanger der registratie en domei nen te Amersfoort, L. van 't Sant, thans te Middelburg; tot yitvanger van het buitengewoon zegel (kanton no. 2) te Amsterdam, J. R. de Vassy, thans bewaarder van de hy potheken, te Almelo; tot schoolopziener in het arrondisse ment Amsterdam IIF. Eringa, te Am sterdam, met gelijktijdige toekenning van eervvol ontslag uit zijn betrekking van schoolopziener in het arrondissement Jjjlel- Zaandam tot schoolopziener in het arrondisse ment Amsterdam VIF. J. A. M. Wier- dels te Amsterdam tot schoolopziener in het arrondisse ment Loenendr. K. E. W. Strootman te Utrecht; tot schoolopziener in het arrondisse ment Amsterdam III: H. Wu Brugmans, te Alkmaar, met gelijktijdige toekenning van eervol ontslag uit zijn werkkring van schoolopziener in het arrondissement .Hel der haalde zij „Zoudt gij dat voor ons gedaan heb ben, Jean?" „Zeker zou ik dat gedaan hebben. En ik vraag u, voor wie zou ik het anders hebben kunnen doen dan voor u!" Tegenover die zoo eenvoudige, zoo edelmoedige toewijding voelde de mar kiezin een hevig zelfverwijt over haar ver denkingen. Zijn bekentenis had gepakt, en Raf fut achtte het dienstig er zich de volle werking van te verzekeren. Hij herin nerde aan de weldaden door da familie De Clarens verspreid en prees den markies met warmte. Mevrouw de Clarens werd steeds meer aangedaan en gevoelde zich hoe langer hoe meer verteederd. De rent meester deed zijn voordeel met die ge moedsgesteldheid ten einde toe. „Wat verbazingwekkends ligt daarin, mevrouw de markiezin? Ben ik u dan niet al de welvaart verschuldigd, welke ik thans geniet? Zoo ik het overigens niet voor u had gedaan, zou ik het hebben ge daan ter wille van mijn arme zuster. Gij hield heel veel van haar, niet waar, mijn goede mevrouw?" „O, dat kwam omdat zij zoo zacht, zoo goed, zoo volgzaam was!" uZqq haar Kind wgt, Geu^cye, tot schoolopziener in het arrondisse ment Amsterdam Vdr. J. F. Hoekstra, te Groningen, met gelijktijdige toeken ning van eervol ontslag uit zijn betrek king van schoolopziener in liet arron dissement Groningen; De Kustverdediging. Reuter seint uit LondenDe „Times'* bevat een hoofdartikel over het Neder landsche kustverdedigingsontw<erp, waar in het volgende gezegd wordt. Hoewel het voor een land, nat gelegen is ais Nederland een eerste plicht is, alle maat regelen te nemen/ die poodig zijn, oin zijn neutraliteit te verzekeren en te doen; eerbiedigen, zoo is het toch eveneens de plicht van Nederland toe te zien, dat genoemde maatregelen gericht zijuj gelijkelijk tegen elke zijde, vanwaar de neutraineit bedreigd zou kunnen wor- den. Bovendien mogen deze maatrege len niet in conflict komen met de wet* tige belangen of door verdragen verkre- gen rechten van een andere mogendheid. Onze militaire medewerker beioogt met klem, dat het ontwerp aan geen van dezei bovengenoemde voorwaarden voldoet. Onze verplichting, 0111 de 011athankie-. lijkheid van Belgie te verdedigen rust nu nog even goed pp ons als vroeger* Het was en is natuurlijk nog steeds van groot gewicht voor ons, üat wij Jen ongehinderden toegang tot Antwerpen kunnen eischen. Wij geiooven 111 tussen en; op dit oogenblik niet, dat een volk, dat zoo staat op zijn onafhankelijkheid, ais het Nederlandsche, in dergelijke aange legenheden voor de pressie yam 'lyvreeni- de mogendheid /ou gezwicht zijn. Ech ter piet ^ileen buiten Nederland heeft men er zich over beklaagd, dat het ont werp er allen schijn van heeft, enkell en alleen Duitschland's belangen te die nen. Wij doen dan ,vol vertrouwen, een be roep op het beleid van de Nederlandsche» regeëring en het Nederlandsche volk, oui| zorgvuldig- alle zijden der quaestie ie wikken en te wegen en I1jj.11 aandacht te wijden aan de belangen en de door ver dragen verkregen rechten van andere landen, en vooral van België, die er bij in het spel komen, voordat zij ecu koers uitgaan, waarvan zij waarschijnlijk de verreikende gevolgen niet hebben nage gaan". De schrijver geeft een overzicht van ons verdedigingsstelsel, van de vesting Holland en haar beteekenis en van dd stellingen aan de zeezijde. Dan komt hij tot het ontwerp, en hij uit zijnvter-4 wondering over de eenzijdigheid daar van. Aan de zeezijde, die juist van na ture de sterkste kant is, gaat Nederland zich versterken zegt hij </och over, de oostgrenzen spreekt het ontwerp niet. Vervolgens zet hij uiteen, dat voor een,1 aanval van Engeland op onze kust niet het minst gevaar is. Geen mensch in En geland meent hij denïct eraan, de Nederlandsche havens te gebruiken voor maritieme of militaire doeleinden. Hij toont aan dat de Engelsche schepen tot gebruik In onze wateren njet geschikt zijn, en dat een doortocht van Engel sche troepen door ons land een onntoge- de kleine die ik heb opgenomen en die bij mij woont, de kleine aan wien ik! mijn laatste stuk brood zou geven, al zou, ik zelf van honger omkomen, liever dan tranen in haar mooie kinderoogeu te zien. Geheel en al zij! Oeneviène is de vreugde van het huis, 't is mijn „kleine witte juffrouw"! Ik bederf en vertroe tel haar als mijn eigen dochter. En daar in steekt niet veel verdienste. Nooit zal ikl kunnen doen voor haar wat haar moeder heeft gedaan voor mij..." "Natuurlijk geneigd om het goede to gelooven, was mevrouw De Clarens nau welijks hare ontroering meester. De lieve herinneringen, welke Raffut zoo behen dig opriep, deden mevrouw de Clarens de waarschuwingen van Piernic geheel vergeten. Raffut zag heel goed, dat hij meer en meer de sympathie der markie zin won. Daardoor nog ,meer welspre kender en ineer geïnspireerd geworden, riep hij nog vele andere zoete herinne ringen in het geheugen terug en trok al de aandacht en af de helderheid der markiezin samen pp deze aangrijpend® wedergeboorte van het verleden. (V/ordt vervolg)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 1