EEN BEDELAARSKIND. Gemeenteraad van Voorschoten. Gemeenteraad van Woubrugge. Derde Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Zaterdag 22 October. Uit die Pers» De liberale pers en de waarheid. Over dit onderwerp schrijft de ?,T ij d" ;o,a. in een hoofdartikel: De binnen- en "buitenlandsche groote pers T-. onze liberale organen piepen, zoo- (lal9 de Duitsclie en Fransche krijschen erlangt nog steeds toevoer uit de Portu geesche revolutionaire leugerifabriek, wël- ike de |door 'de Regeering en "Tiare tra- wanten pasklaar gemaakte berichten over 'de revofutie in Portugal aan liet buiten land aflevert en "de hun ongevallige te legrammen uit particuliere bron eerst aan [eene operatie van het censoriale potlood [onderwerpt. Het toppunt van brutaliteit Jwerdy wel bereikt door Machado, den Jjvoorloopigen Minister van Buiten lands che iZaken, toen hij de correspondenten van .verschillende bladen o.a. van de „Köl- ïiische Zeitung", de ^Vossiscfoe Zeitung'" en de ^Frankfurter Zeitung" 'bij zich ontboody om zijne ontstemdheid en vefba- •ziing ^it [te spreken pver de „onware" berichten,' welkie door den "Berlijnschen -„LokaJanzeiger" de wereld werden inge zonden. Door -Qae ^tendentieuze voorstef- Iingen"y zoo dreigde Zijne Excellentie, [kan gefïeef Duitschland slechts in zijne lianïïelsbetrekkingen geschaad worden, (daar ere persorganen dier anaere naties zich van soortgelijke verdichtsels onthou- jden. De ^Frankfurter", blij"kbaar naijve rig op de lauweren van haren Berlijnschen confrarter, weef te melden, dat de opzien barende nieuwstijdingen van den „Loka- arrzeiger" te Parijs gefabriceerd werden! De „Unverfrorenbeit" van dezen revo- lutiehekiy die zich poogt te verontschu ldigen door openbare feiten te loochenen of weerloozen paters en nonnen'de rol va:n bommenwerpers en furiën toe te dichten, heeft iets weerzinwekkends en het pleit [waarlijk niet voor het journalistiek gehalte van de Liberale bladen, dat zij zich gere geld tot spreekbuis laten gebruiken van dezen aartsleugenaar. Maar het is reeds zóóver gekomen, dat niemand er zich meer over verwondert, als onze vrijzinnige persridders zich, bij kerk- en kloostervervolgingen, aan de zij de scharen van liet anarchistisch grauw ten de reeds zoo zwaar belasterde onschuld nog met haar gif bezwadderen. Het eene orgaan maakt het nog wat bonter dan het 'andere, maar allen hebben gemeen, dat zij er zich in verlustigen als voertuig te kunnen dienen van de even zótte als (schandelijke verzinselen, welke door 'die aanstichters der Portugeesche revolutie .worden uitgestrooid en niet het zegel hun ner ofifcieelie herkomst gewaarmerkt On der de buitenlandischie vrijzinnige organen \Tn-dt men ér nog verschillende, wélke zich boven die platte partijdigheid' uitwerken; in ons kleine land', kan men zich nauwe lijks tot die hoogte van objectiviteit verhef fen. Aan de KathoLieke bladen worden al leen uie berichten ontleend, welke in het kader van "hunne denigreerende voorstel lingswijze passenal het andere, al wordt het verhaald door ooggetuigen, wordt eenvoudig doodgezwegen. Men zal wellicht opmerken, dat op on ze liberale redactie-bureaux schier geen katholieke bladen uit het buitenland gele zen worden. Het feit zelf schijnt nauwelijks betwist baar. Wat in het algemeen op letterkundig en geschiedkundig als op andier weten schappelijk gebied kan worden waargeno men, is ook heden bet geval: de anti-Ka tholieken toonen zich hoogst 'bekrompen en eenzijdig, die meest hoogstaande Ka tholieke -bladen tellen nauwelijks mee, worden nauwelijks eenige aandacht waar dig gekeurd, ook dan, wanneer zij alleen of meer dan andere in staat moeten wor den geacht om het lezend publiek naar waarheid in te lichten. Ook onder de onzen zijn er nog altijd voor wie het epitheton „liberaal" als aan beveling van objectiviteit en oprechtheid FEUILLETON. Vertelling uit Bokenteti, v.an- J. Vondrali. (Vrij gevolgd). 1. Het gemeentebestuur van Holitz ont ving per post een grooten brief. Buitenop stond met dikke letters „Dienst". „Hij is aangeteekend ook", zei de oude postbode, toen hij hem uit zijn half ver sleten tasch Waalde en hem den burge meester overreikte. Nieuwsgierig maakte deze hem open, keek er even in, maar vouwde hein da delijk weer dicht. „Een Duitsche brief nog wel", mom pelde hij. „Daar versta ik niets van en er is niemand in 't heele dorp, die hem kan lezen. Laten ze in onze taal, in 't Czech is ch' schrijven. Dat verstaan we". De burgemeester maakte zich over den inhoud even\vel niet erg druk. Eerst den volgenden Zondag, toen hij in Wer- bitz, waartoe Holitz kèrkelijk behoor de, ter Hoogmis geweest was, liep hij u bij een kpopman, dj en hij daar dient. Over de taaiheid van dit vooroor deel staat men verbaasd,- wanneer men keer op keer ervaren moet, dat onze vrijzinnige bladen de partijdigheid zelve zijn, terwijl de katholieke organen de fou ten en misdrijven van hunne partij- en ge- loófsgenooten allerminst verhelen óf ver bloemen. Dat men in de liberale pers tue volle, in 'de katholieke de 'h a 1 v e waar heid vindt omtrent zaken, welker be spreking en openbaring het katholiek ge voel pijnlijk aandoen, is een "leugen, welke reedis veel te lang bestendigd 'werd. Het tegendeel is waar en "het komt heel wat in 'mindering van de betrouwbaarheid en het degelijk gehalte der vrijzinnige persorga nen, dat zij de wereld, onbewust of op zettelijk, misleiden omtrent den aard en de beteekenis van gebeurtenissen en ver schijnselen, welker juiste kennis tot het wezen van id'e „histoire contemporaine" behoort. Gesteld, dat oriïe liberale penvoerders nauwelijks katholieke bladen lezen en de hun ongevallige berichten uit hunne ko lommen in het algemeen óf niet ver hielden óf ,als onbetrouwbaar ter zijde schuiven, voorziet de katholieke pers Wer kelijk in een historische leemte, wanneer zij aan hare lezers de keerzijde van de medaille toont. Enkele feiten en getuigenissen, welke het satanische karakter der Portugeesche revolutie in het ware licht stellen, worden door „De Tijd" aangehaald ter staving harer beweringen. Liberale pers ien waarheid' zijn twee onverzoenlijke begrippen, besluit „De Tijd" terecht Een practisch woord. In het orgaan van den R. K. Texttelar- beidersbondy „het „Hoog-Ambacht" schrijft de geestelijke adviseur, den Wel- eerw. heer Lambert Poell een artikel over de taak der vakvereenigingen wat de ver meerdering der vakkennis en ontwikkeling harer leden betreft. Behalve voor de behartiging- der textiel- arbeidersbelangen bij de arbeidsverhou dingen, moeten die besturen zorgen voor nog veel 'andere zakenwij noemen tie vakkennis, wij noemen de arbeidsgelegen heid^ wij noemen die ontwikkeling. Wanneer ik over vakkennis-aanbrengen ga schrijven, is 't niet om voor de jonge ren het bezoek van weef- en industriescho len aan te bevelen; maar wel om *de be sturen er opmerkzaam op te maken, dat zij hunne jonge ledten zooveel mogelijk van die mooie gelegenheden doen pro'fi- teeren. En nog meer bedoel ik het volgen de. Voor zoover mijn geheugen reikt, is er nog in geen enkele onzer aangesloten vakvereenigingen eens een spreekbeurt geweest over onze industrie, over haar ontwikkeling, over haar crisissen; over nieuwe toepassingen en allernieuwste uit vindingen ovei' haar grondstoffen ien over haar afval. Ik zag nog nergens aangekon digd een lichtbeeldenavond^ waarop men zien kon, hoe 't van katoenzaad tot bloe sem komt; fioe de schapenvacht men- scfienkleediing wordt; hoe ?t van /t met de hand doorsteken dier spoel gekomen is tot de uit zich zéïi loopende spoelen. Zou dat niet belangwekkend genoeg zijn? En zou ;t niet zeer leerzaam zijn"? En als men eens 7n avond groote cijfers zou voortooverlantaarnen, waaruit wij 'n ibegrip kregen van de onderdanen van koning katoen; van den teruggang van"h<et wolgebruik; van Tie aantallen arbeiders en arbeidsters, volwassenen en kinderen: zou dat ons niet opwekken voor ons vak? Wie begint daar eens aan? Welle be stuur? 'Ik schreef boven, dat de besturen te zorgen hadden voor cfe af bei dersgelegen heid. Nu weet ik wel, dat we 't riiet in onze hand hebben, dat ter we?k is of geeu werk. Maar zoo bedoel ik 't oók niet. Maar ik wilde hier zeggen, dat het bestuur waakzaam moet zijn ook op 't gebied van 't leerlingstelsel, op 't gebied van 't m eergetouwen stelsel, op 't gebied van meisjesarbeid, op 't gebied der werk loosheid, op 't gebied van katoenaanplant had ik er bijna bijgeschrevenmaar dat krijgen we apart. Voor al die dingen Is het eerste en het voornaamste, dat de arbeidende klas se zich als één beschouwen met de pa- kende en van wien hij w]ïst, dat hüj Duitsch kon lezen ©n verstaan. Deze vertaalde den brief voor hern. Heel prettig werd de burgemeester nu juist door die vertaling niet gestemd). Dat was goed te merken aan de adh- telooze wijze, waarop hij den brief dichit vouwde en wfeer in zijn kerkboek leg de en nog veel meer aan 't zure gezicht d'at hij zette, den hleelen langen weg over naar huis. Hij mopperde en bromde voortdurend in zich zelf. Als zijn ergernis ten top steeg, spuwde hij nijdig op den stof fige» weg, zóó hard, dat dit een klein stofwolkje opjoeg; of hij zwaaide met zijn knoestigen stok, en sloeg de wei nige bloemen af, die hij zag. Waarom Was de burgemeester zoo ont stemd Wel, het schirijven bevatte een mede- deeling, van het burgerlijk armbestuur te Weenen aan den raad der gemeente Holitz, dat den zooveelsten van .de vo rige maand in het armhuis aldaar was overleden Anna Chora, domicilie Heb bend in Holitz, nalatende een jcind van' zes jaren, genaamd Rosalie Chora. Ver der werd er in yerzocht een vertrouAv(q| persoon te zenden om .genoemde Ro salie Chora af te halen en te bezorgen aan den burgemeester van Holitz, (Wijl de opvoeding van het kind ten laste kwam van laatstgenoemde gem©egite. troons, zich als een geheel beschouwde op zich zelve ook. Voor al die dingen is noodig, dat op onze vergaderingen dan weer dit, dan weer dat punt besproken worde. We hebben toch propagandisten genoeg die 't kunnen; en genoeg die 't moeten doen uit plicht van aanstelling. Zij komen elke drie maanden overal. Wat kunnen 'die een heerlijke geest van broe derlijke eensgezindheid onder al onze aan geslotenen brengen! Nu kunt ge vragen en me dunlct ge zuit er jjefging toe krijgen en wal schiet er nu over voor die „.ontwikke ling", die ge na de vakkennis en de ar beidsgelegenheid apart noemdiet? Nu, nog genoeg Voor onze meisjesvereenigingen de naii- en de kookcursussen, de huishoud scholen en de onderrichting in 'der meis jes latere plichten; voor onze jongens de vakcursussen voor onze mannen het meer algemeen onderricht in de maatschappe lijke zaken: arbeidsduur, arbe'.dishoeveel- heid, arbeidscontract, collectief en Indivi dueel; dat is nog maar mét de letter a; zoo kunnen we heel het alfabet nagaan, om desnoods met het Züricber congres te eindigen. Voorzitter: de heer E. Vernède, bur gemeester. Aanwezig 5 leden; afwezig met ken nisgeving de heef en L. H. v. Wessen en dr. J. Hol v. Chavante. De Voorzitter opent die vergade ring. De notulen der beide vorige ver gaderingen werden onveranderd goed gekeurd. Ingekomen stukkenProces-verbaal van kasopname bij den gemeente ont vanger; het saldo bedroeg f1048. Missive van Ged. Staten tot goie'd- keuring tot wijziging van de begroo- tingsdienst 1910 Wordt voor kennisge ving aangenomen. Verzoekschrift van J. Spree om resti tutie H. O. gedurende 8 maanden f 5.20. Verzoekschrift rnej. H. C. Zeeman, geb. Husquet, om ontheffing len 2 gil den restitutie hoofd. Omslag. Verzoekschrift mej. S. de Vries resti tutie H. O. voor 8 maanden f 3.35. Adres van G. de Geus, reclame H. O., op dit adres wordt afwijzend' be schikt, als zijnde te laat ingekomen. Adres van A.^ J. Purion, G. IJperlaan en P. Jongeneél om gebruik te maken van het gymnastieklokaal der openbare school voor het houden van een dans- cursus. Wordt ingewilligd tegen betaling van 2 gulden per maand en de kosten van schoonmaak. Benoeming.onderwijzers vcor hether- halingsonderwijs. Met algemeen e stem men worden benoemd de heeren Over- diep, 'Rutten en de Graaf. Benoeming" "twee onderwijzeressen nuttige handwerken. School in 't Dorp Mej. J. C. Verhoog met algemeene stem men. Schoei aan d'en Rijndijk: Mej. H. Overdiep 4 stemmen, mej. B. Mechelse 1 stem. Benoeming van een watermeester, boekhouder-kassier en een machinist bij het wateileidingsbedrijf en bepaling van hunne salarissen. B. en W. stellen voor om de zelfde personen, in dienst van het gasbedrijf ook de werkzaamheden te laten verrich ten bij het waterleidingsbedrijf, uit een zuinigheidisoogpunt. en hunne salarissen te verhoogen ah volg: Brinks, gasmees- ter 6 gulden per weekHooten ina,- chinis't-fitter 3 gulden per week; J. Rut ten, beeldhouder 100 .gulden per jaar. De heer Schoor vraagt of beide be drijven vereenigbaar zijn. De Voorzit ter zegt, advies te hebben van een/ technisch adviseur. Een monteur zal twee weken les geven, bovendien is de gas- meester op de hoogte en kan steeds een wakend oog houden. De Watermeester en de Machinist-fitter worden met alge meene .stemmen benoemd. De heer de Graaf stelt voor een oproeping te doen voor kassiier-lboek-< houder. Hiervoor zijn z. i. ook nog wel andere te vinden, die zeer gaarne in aan merking wenschen te komen. De Voor zitter handhaaft ide jxrsltie van Hen kassier-boekhouder bij het gasbedrijf uit finantieel inzicht en vereenvoudiging in de Administratie en ontraadt het schei den van deze functies. Het voorstel de Graaf wordt echter me[t 3 tegenl2 stemmen aangenomen. Ingang der salarissen wordt bep,a,ald| op 1 Januari 1911. Besluiten Comptabiliteit. Ingekomen een schrijven van de EerW. Priorin Bijdorp, om restitutie £4. O. 1909 ad f2314. Alhoewel dit verzoek te laat is ingekomen, zal restitutie wor den verstrekt uit de post onvoorziene uitgaven. Uitloting obligaties geldleenïng. Uit geloot no 145 en no. 125. Wijziging van de verordening op het gasbedrijf. Enkele wijzigingen van Ged. Staten worden voorgelezen en zijn van 'huishoudelijke aard. Verdere bepaling van {iet verzoek van het .dep. Voorschoten tot Nut van hfe* Algemeen, om de beschikking te .ver krijgen over een schoollokaal ten dienste der bibliotheek. De meerderheid van B. en W. stellen voor het verzoek in te wil ligen. De heer de Graaf kan met dit voor- 'stel niet meegaan. In de NutsbibUotlieek zijn werken, welke hij opnoemdt en vol gens een deskundige, den Zeer Eervv. heer Pastoor, ongeschikt zijn door een leek gelezen te worden. Spr. citeert een schrijven van de „Standaard", waarin wordt opgekomen tegen openbare leeszalen. Spr. verzoekt de Raad hierop niet in te gaap. Pe Voor z i 11 e r bestrijdt den heer de Graaf. Staat en gemeente moeten bo ven de partijen staan. Tegen parnogra- fische en onzedelijke lectuur wordt ge waakt Het Voorstel van B. en W. wordt aan genomen met 3 tegen 2 stemmen. Punt 9. Begrootingsddenst 1911 wordt vastgesteld aan Inkomsten f 32828,39 en Uitgaven f32828,39. Niemand' verlangt hierover het woord. Hierna werd' <Je vergadering gesloten. Voorzitter de heer £4. P. Kleijn, burge meester. Afwezig de heer A. D. H. Heenk met kennisgeving. De Voorzitter opent de vergade ring met gebed. De notulen worden gelezen en onver anderd vastgesteld. 'Ingekomen stukken. Missive Ged. Staten, tot goedkeuring pensioenbijdrage voor dien heer Lainboo te Hoogmade. Idem met medledeeling van "den Min. van Binnenl. Zaken, betreffende grenswij ziging op verzoek van eenige bewoners., van den Veen derpolder. De Minister had geen termen daartoe gevonden, 'temeer daar de reden van het verzoek reeds is vervallen. Idem goedkeuring rekening over 1909. Besluit van 'den Commissaris der Ko ningin met benoeming van de heeren J. van Dam en J. M. van der Voorn tot zet ters. Missive commissie tot wering v. school verzuim van [Hoogmade, meldende dat de heer Lambo benoemd is tot secre taris. Verzoek van Mr. Lotsy, om afschrijving van 3/12 van zijn hoofdelijlcen omslag. Verzoek van den veldwachter om her ziening van zijn tracteinent. De Voorzitter istelt aan ide orde ide verordening op "het invorderen van bruggelden. Aan de reeds bestaande ar tikelen is nu bijgevoegd, dat toezicht op de ontvangsten niet alleen door B. en ,W- kan geschieden, doch ook door een wet houder of een ambtenaar. De Voorzitter geeft het woord aan de commissie belast met het nazien der begrooting. Bij monde van den heer Pe ters brengt deze verslag uit. De commissie stelt voor de begrooting onveranderd vast te stellen op 16181.öU/g* Benige artikelen geven aanleiding tot bespreking. De heer Lieverse vond de jaarwed de der wethouders en 'presentiegeld der raadsleden te hoog. Hij stelt voor "die op de helft te brengen. De raai dient voort© gaan in 't bezuinigen. De heer Peters wcnscht inlichtingen omtrent het vergaderen van B. en W. De Voorzitter antwoordt, dat elk© 14 dagen vergaderd wordt en voegt er aan toe, dat de dagen van schouw "drijven 'en het schoolbezoek enz., veel van 'de wet-" houders eisclit. >De vergoeding die zij daarvoor ontvangen, betoekent weinig óf niets. De heer Peters zou het radikalec vinden als het presentiegeld geheel werd afgeschaft in plaats van de helft. *öok de heer v."Dam sluit zich daarbij aan. In stemming gebracht wordt het voor stel van "den heer Lieverse om "het pre sentiegeld op de helft te brengen, ver-, worpen met 4 tegen 1 stam, één stem, blanco, evenzoo voor \vethoudier9 met 5. tegen 1 stem. De heer Lieverse brengt ter -tafel de bediening van Ge brug over de Oude- Ade, n.l. om de zorg voor "die brug aan Hoogeveen fe ontnemen en aan iemand te geven die het voor ni'inder wil doen. De Voorzitte r deelt mede dat Hoo geveen aan B. en W. had gemeld, dat hij d'e bediening dier brug niet voor minder kan doen, maar meer "bezoldiging'ver- [angle, doch later had hij dat laatste weder ingetrokken. B. en W. stellen voor de bediening te laten zooals zij i^, bij ontstentenis vaij iemand, die daar in de nabijheid woont, De heer Lieverse wijst op het ver schil van "den brugwachter van de brug over „De Does", die zoo talrijker malen de brug moet wippen en daarvoor maar de helft meer heeft dan Hoogeveen. B. en ,W. achten het loon van dezen laatste ook veel te hoog, doch de andere bewoners, die bet voor veei minder doen willen, wonen te ver van de brug. De heer v. dl Geest is oók sterk voor bezuiniging, doch meent, zooals gezegd is, dat Hoogeveen wel meer de brug moet wippen dan eens per week, en ook wel des nachts. De heer L i e v e r se stelt voor den post op de begrooting te verminderen met f 22 en de brug aan een ander toe te vertrou wen. Dit voorstel in stemming gebracht, werd aangehouden tot de volgende vergadering twee leden stemden vóór en twee tegen/ terwijl twee 'Leden, namelijk de heeren Peters en 'Molenaar, zich hadden verwij derd, als zijnde niet genoeg 'bekend met die toestanden aldaar. De Voorzitter brengt daarna'in be spreking de jaarweddie van den veld wachter; Be meerderheid van B. en W. stelt voor die jaarwedde met f 50 te v.er- hoogen. De minderheid laat de beslissing aan den Raad over. De commissie heeft Qo-U-xlle .Toalf .overwogen len besproken* Kwamen B. en ,W. niet met een voorstelg dan zou de commissie een voorstel doen* De heer Molenaar vond VeiTloo- gj'ng van tractement on noodig. De heer Lieverse was wel voor verhooging, doch achtte het wenschelijk,- dat dc veldwachter te Hoogmade eens meer een nachtroute deed. De Voorzitter wees op de hoogere levensbehoeften van nu en voor een kwart eeuw terug, alsmede de vele dienstjaren van adressant. J4et tractement van den veldwachter stond nu bijn|a beneden dat van een daggelder. [Hij prijst adressant als een ambtenaar,' die al sedert jaren het ge vaarlijke fooienstelsel vrijwillig heeft na gelaten. Andere veldwachters hebben ook meer bijverdiensten dan hij. Het voorstel van B. en W. in stemming gebracht werd met 5 tegen 1 stem aange nomen. Tegen stemde de heer Molenaar. Het suppletoir kohier hondenbelasting werd vastgesteld op f 8.50, en het verzoek van den heer Mr. Lotsy om ontheffing Van 3/12 hoofd, omslag wérd toegestaan. Hierna gaat Be raad over in comité- generaal. Bij de heropening deelt de voor zitter mee dat het suppletoir kohier hoof- idelijken omslag is vastgesteld op f 14.57. Bij d'e gebruikelijke roddvraag vraagt niemand het woord en sluit de Voor zitter <le vergadering. sier, die al uitgestegen was en de vrouw; en het kind uit h'et wagentje hielp. „Gaat hem dadelijk roepen!" beval de vrouw. De kinderen draafden zoo hard ze kon den naar 't hooiland en riepen al uit d'e verte: „Vader! Je mot thuiskomen! Daar is een vreemde vrouw bij ons, die een meisje bij zich heeft en de vrouw) wil je spreken „Alweer wat!" bromde de burgerva der. Hij gooide zijn hooivork neer, trok zijn buis aan, stak dan nog even heel kalm een versche pijp op cn ging met zijn spruiten mee. Hij zag de vrouw voor de huisdeur staan. Ze leek heel ongeduldig. „Ziet u, ik heb hn: sl", zoo begon e zonder complimenten tot den starost- (burgemeester). „Ik zou graag den vol genden trein nog halen." „Zoo", zei de starost, die de heele) zaak al begreep, zoodra hij het kind zag, „zoo, en wat is er nu eigenlijk! van je dienst?" I „Ik kom vanVege het weeshluis te Weenen en breng je hier Rosalie Chkn ra. Je weet er van. Een week of drie) geleden hebben de regenten je over hlaar geschreven", sprak de vrouw in vloeiend CzechischJ, de taal van het land. (*p|SlOAJ3A IPJO/ft) ,,'n Beroerde boel. Zoo'n bedelaars kind", mopperde hij. „En toch, niks aan te doen. De wet schrijft hiet voor en de ^gemeente kan er maar weer voor opdokken. Alles schui ven ze tegenwoordig de gemeente maar op den hals, vooral wanneer het duiten kost. En wie is de gemeente? De ge meente dat ben ik, dat zijn de an dere boeren, dat zijn de burgers, die belasting betalen. Die grap zal ons weer aardig wat kosten.' Toen hij thuisgekomen was, liet hij dadelijk den gemeeritebode komen. „Dinsdagavond acht uur gemeente raad. Zeg dat aan de leden", beval hij kort. „En wie van ous gaat nu naar Wee nen, om 't kliin'dl te halen?" vroeg 'de/ burgemeester, na mededeeling en be spreking van het schiiijven. „Wie? Wel niemand!" riep molenaar Hula. ,,'t Zou zonde en jammer wie zen van het geld, dat wie .verreisden. Of denk je, dat ze daar ginder In Weel- het kind zullen hjouden Kan je begrij pen. Ze zullen 't gauw genoeg zat w[e- ze/i en wel hier laten brengen". „Juist zoo. Mooi gezeid!" riepen en kele leden goedkeurend. „Ik mag dus opmaken, dat niemand van ons naar Weenen zal gaan?" vroeg de b^rgeoieester. „Qan js het Aangeno,- men „Maar nu volgt als van zelf de vraag: Wat moet ik op het schrijven antwoor den „Antwloord'en Waarom begon de fmofenaar weer. „"Gekheid. Gooi 't vod in 't vuur en laat de zaak blauw blauw. We moeten ons van d'en domme hou den en dan zal alles best op zijn pooten terecht komen. Toen ik burgemeester was, stoorde ik me heelemaal niet aan beuzelingen. En wat is dit anders Denk je, dat ik nu om zoo'n kleinigheid den raad bij mekaar geroepen zou hebben Geen kwjestie van't Is klare onzin Daarop ging men uiteen. „Hij, h,ij deugt niet voor burgemee ster!" zwtetste de molenaar tegen zijn medeleden, toen ze een poosje Iale'r in de herfberg Hun potje bier dronken. „Hij is veel te bang. Hij dur/ft niet van ,zich afbijten en de gemeente jaagt hij maar op kosten Drie weken waren sedert verloopen. Daar reed op een goeien dag een w[a- gentje van het naaste station in de richW ting van Holitz. Er zat een vroulw in met een meisje. Toen het gerij in £lo- Ütz was aangekómen, hield het stil op het erf van den burgemeester. „Moet je yader hebben? Vader is op 't land. Hij is aan 't hooien!" riepen een stulc of wat kinderen, die op 't erf ,aaii 't spelen wjaxein. tegen den koet-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 9