Het erfdeel der Malleroy's. BINNENLAND. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Woensdag 19 October. Uit de Pers, De kustverdediging. Mgr. dr. W. H. Nolens schrijft in de „Nieuwe Venlosche Cou rant" over.de Verbetering der kust verdediging, dat b'ij velen de vraag rijst, (of de kustverdediging niet op minder kostbare Wijze verbeterd! kan worden1. ,Wie geen verantwoordelijkheid heeft, kan zich de weelde veroorloven vanj zonder meer, zonder onderzoek en over- teg, te besluiten: geen man en geen cent daarvoor. Of liever: wie die verantwoordelijk^ Iheid niet voelt. Want in deze aangelegenheid is ieder, die zich tot oordeel en geroepen adhit lof tot oordeelen gedwongen is, in meer iof mindere mate mede verantwoor!d)e- iijk. Wie die verantwoordelijkheid dan ook voelt, zal zich in de eerste plaats moeten jafvragen en een antwoord) op) die vraag moeten geven: is die versterking der kustverdediging noodig wordt ze ge vorderd voor de handhaving der onzij digheid van het Rijk en voor de verdeidji- ging der onafhankelijkheid? Bij bevestiging der eerste vraag Luidt de tweede: wat men er voor over heeft. Eene vraag, die in ons allesbehalve militairistisch land wel door de pver- groote meerderheid beantwoord zal wor den niet meer dan noodig is. Met de volgende vraag: op wfclk[e, [wijze wordt het doel hjet best gebruikt, zóo dat men waar voor zijn geld krijgt begeeft men zich op technisch] terrein). 'Het terrein 'der deskundigen. De zaak zou voor de vele niet-desr kundigen er heel wat gemakkelijker op worden, als de weinige deskun digen het nu eem's in dit geval een# konden zijn. Maar, helaas, ook hier bestaat tus- schen hen groot verschfil van gevoelen en bevestigen ze het. bekend gezegde omtrent hun gemis aan eensgezindheid. Gelukkig bestaat er alvorens eene beslissing genomen wordt, nog gelegen heid1 om yan gedachten te wisselen. In de eerste plaats voor de voor stellers en de Kamer, mede onder voor lichting van rapporten en geschriften yan anderen. Het afdeelingsonderzoek, dat aanvan kelijk in den loop dezer week zou plaats hebben, werd uitgesteld om aan de le den der Kamer nog ruimer gelegenheid te geven o'm kennis te nemen met name van het rapport van de Commissie van land-ep aeémacht. jfi'et ligt -'êthter voor de hand, dat Ihet'zelfs bij hen, die hun vonnis over het ontwerp reeds geveld mochten hjeb- ben, niet de bedoeling kan noch mag zijn uit dit uitstel afstel te lallen .groeien^. De meest gesc hi kte tijd voor het afdeelingsonderzoek van dit b e 1 an g r ij k ontwerp zal wel z ijn n a ih e t r e c e s d!erKamér, vóór d'e openbare behandeling der Indische begrooting. Hoe men ten slotte, na rijp beraad' en overleg, ook moge dénken over de noodzakelijkheid en de doelmatigheid! van den voorgestelden maatregel, in deder geval zal bij deze bij uitstek' na tionale aangelegenheid, meer dan bij een andere, partijpolitiek buiten spel dienen te blijven. Bij deze laatste alinea teekent het „Centrum" aan: „Wij hebben van 't begin, af aan niet janders gezegd. Van partij-politiek kan en mag bij d'e behandeling dezer voordracht geen spra ke zijn. Tegenover het buitenland behooren pile Nederlanders eensgezind te zijn, en W.aar het de belangen der defensie be- FEUILLETON. 64) (Slot.) Neemt gij dan mijne voorwaarden aan? Voor zoover het van mij afhangt ze aan te nemen, ja, zeide Richard. Pardon, graaf, zei d'e de Novère,*hem een weinig ter zijde trekkendl, 't schijnt dat ge mij in deze zaak geheel vergeet Wat zal mijn deel zijn? Ge ziet wel dat ik zelf.... Open spel, als 'tu belieft. Als ge [toestemt is 't omdat ge wiöet dat de groot ste helft van wat uw zoon erft aan m komt, Gij vergist u. Laten we geen tijd verliezen. Wilt ge vrede óf oorlog? Natuurlijk vrede! -= 'Hoe groot is mijn deel dan ■p Vijftig duizend livres en de handi van frijn nicht. Zij spraken nog enkeie woofden,-waar na de koop blijkbaar gesloten was, want de Novère maakte geen moeilijkheden tegen den afstand van 'Raoul ten bate van Albert en Marie. Ondertusschen had Raoul zich onder- niet r^terg eji to:eftêj§ As treft, dienen de paxtijgeschillen en ver schillen op "den achtergrond te treden. Daarom kan de politiek maar dan in anderen zin toch wel van invloed zijn op' de houding, tegenover het ont werp aan te nemen. Een onzer bladen betreurt, dat „de objectiviteit aan politieke overwegingen Wordt opgeofferd. Een ander orgaan schrijft: „De vraag of hier en daar aan o|nze klust forten gebouwd moeten worden is een z e k e 1 ij k e, geen politieke vraag. Men kan politiek tegenstander van het Kabinet-Heemskerk zy'jn en toch vóór fortenbouw. En pien kan bijzonder met het huidige Ministerie sympathifeeeren en groot bezwaar hebben tegen deze ver steening onzer weermiddelen." De laatste qualificatie voor rekening latend van het orgaan dn kwestie „Arnhem's Dagblad'" kunnen wij in hoofdzaak met deze. verklaring instem men. Wel echter zouden wij de opmerking willen maken, dat men in dit geval goed onderscheiden moet tussclibn politiek en piolitietó. De partijgeschillen in 't binnen land moeten buiten beschouwing blij ven, dit staat vast. Maar dat men bij onze defensie-maatregelen met de i n- ternationale politiek met d!e bui- tenlandsche verhoudingen en de daaruit dreigende mogelijkheden wél re kenen moet, behoeft geen betoog. Natuurlijk niet om ons te mengen in die verhoudingen ons te keeren tegen den een, of dn 't gevlei te komen van den ander, maar om de h a n d h a ving onzer neutraliteit en onafhankelijkheid' te verzekeren. Op de staatkundige verschijnselen in het buitenland moet dus uit voor zo rg worden gelet. En derhalve zijn landdefensie en po litiek in 't algemeen genomen, niet ge heel te scheiden. Maar de partijpolitiek blijve daarbij streng geweerd, en ten slotte kan onze politiek tegenover den vreemde geen an dere zijn, dan die eener absolute neu traliteit". Het Handelsblad en dr. Kuyper. Het „Handelsblad)" heeft in zijn stakingsbeschouwingen over Frankrijk zich ook eens laten verleiden een en an der over de „misdadige woeling" van 1903 er bij te halen. „In 1903 schrijft het blad hadden wij hier een polittek-kerkelijke regeering. Met groote slapte, schuwe angst en on zekerheid werd bij de eerste staking op getreden uren wist niet wat, deed niets, weigerde door regeeringshulp „gansch het raderwerk" weer aan den gang "te brengen. Na drang van buiten Werd voor een tweede staking alles voorbereid: toen deze tweede staking verliep, was het po litiek fortuintje verkregen, werden de deels niet noodzakelijke stakingswetten uitgevaardigd1 en werd in den lande de gedachte gewekt dat alleen een politiek- kerkelijke regeering de orde kon handha- ven. Wij geloofden toen reeos, dat een li berale regeering, juist doordat zij meer vertrouwen in de groote massa van ons volk, minder angst voor de leidende de magogen heeft, krachtiger en... beleid voller zou "hebben gehandeld. Maar wat zien wij nu in Frankrijk? De sociaal-de mocratische eerste minister Briand ziet als minister dat zijn plicht tegenover Frankrijk hem gebiedt, krachtiger, snel ler en meer vastbesloten op te treden,' dan onze Minister Kuyper heeft durven ven of willen "doen." De (A.-R.) „Rotte rdam m e r" dient het liberale orgaan op 'de vólgeiïde rake wijze van repTiek. „Allereerst widen we dan opmerken, dat de schrijver van deze eenzijdige „ge- schiedbeschrijving met zich zeiven in strijd is. Eerst schrijft de man, dat een liberale regeering, „minder angst voor de dema gogen, meer vertrouwen in de groot? massa van ons volk" zou hebben gëhad, Canisy, die hem geluk wenschten met zijn edele belangeloosheid, maar toch tracht ten hem op zijn besluit te 'doen terugko men. iWat wilt ge verder van üw leven doen? vroeg ""de MuriLLe. Ik ga de Bussy nareizen fin mij met mijn goeden trouwen beschermer, ridder de Kervarec, bij hem voegen. En ik, zeide Jobie op 'bezorgden toon. jij gaat mee, beste kerel, zleide Raouj lachend. Mijnheer, zeide de kleine leerjongen, ik heb u geholpen om vrij te komen, door de agenten in den kelder te sluiten. Ik durf daarom niet weer naar mijn baas terug. Mag ik métu mede naar Indië? Dat is goe'd, zeide Raoul, maar zejf moet ik eerst toestemming hebben. Dat neem ik op mij, zeide Richard, die gaarne Raoul zoo spoedig mogelijk uit Parijs zoude zien vertrekken. De Mau- repas is een vriend van mij en ik beloof u voor u en de Kervarec een goede plaats te zullen vragen én ook voor uwe vrien den bij hem te spreken. Nadat hij de Murielle ten den notaris had geraadpleegd, nam Albert de schik kingen van Raoul aan, maar hij verklaar de buiten weten van Raoul, dat hij dat geid slechts als een deposito geschouw de en het zoo mogelijk [toch aan Raoul féo(u doen toekomen. Oyeri£cii§ ^eid£ Albertj hoop jik terwijl hij eenige regelen later er op wijst dat „Minister Briand krachtiger, snéller en meer vast besloten is opgetreden, dan onze Minister Kuyper beeft durven of willen doen. Maar wat was oorzaak, dat Briand zoo krachtig optrad? Dat hij het comité liet gevangen nenien?. Niet anders dan zijn vrees, dat de de magogen hun volgelingen zouden gelasten de door hen hun voorgehouden anarchis tische theorieën in toepassing te gaan brengen. Eene herinnering aan wat "hij, thans Mi nister-president, Tloch vroeger revolutio nair socialist, daaromtrent zelf vroeger had geleeraard, was genoeg om, [uit vrees voor de gevolgen, de stakers van hunne leiders te berooven. Minister Kuyper heeft wel geen leiders laten gevangen nemen, maar in elk geval, laat het dan zijn uit vrees of angst voor de gevolgen^ door zijn flink optreden, de spoorwegstaking van 1903 onderdrukt, gelijk ieder onbevooroordeelde gaarne zal getuigen. Doch hoe rijmt zich nu het vólgende? Minister Briand gaat uit vrees voor de leiding der demagogen over tot het ge vangen nemen van het comité, en wordt deswege door den liberalen scribent ge prezen. Aan Minister Kuyper wordt ver weten, dat hij, zich latende leiden door ahgst voor de leidende demagogen met krachtiger is opgetreden, waar een *je- raal Kabinet dat wel zou hebben gedaan. Want een liberaal kabinet, zoo meent het „Hbl.", zou nog krachtiegr zijn op getreden, doordat 'bet „ineer vertrouwen in de massa van het volk, minder angst voor de leidende demagogen zou'hebben gehad." Als nu Briand's krachtig optreden, dat voortvloeide, wijl hij zelf de consequen ties van het revolutie-onderhandelen kende, uit vrees voor de gevolgen van 'het anarchistisch avontuur de leidende dema gogen gevangen neemt^ hoe zou dan een liberaal kabinet met zijn mindere vrees voor de leiders, in 1903 krachtiger en beleidvoller kunnen zijn opgetreden? O, die politiek! Zij gluipt hier zelfs weer door de re ten, waar de schrijver opmerkt, dat door de stakingswetten „de gedachte in den lande gewekt werd, dat alleen een kerke lijke regeering de orde 'kan handhaven." Hoe benevelt zij toch het verstand van onze dagbladschrijvers! Alleen «reeds de felle bestrijding, waar aan Minister Kuyper, om zijn „worging" der spoorwegambtenaren van de zijde der socialisten heeft blootgestaan, had den „Hbï."-red acteur reeds van het onjuiste van zijn meening kunnen overtuigen. En had hem, tenzij partijdigheid hem niet te zeer verblind had, kunnen "behoe den voor het neerschrijven van zulk o n 1 o- g is c h, onjuist en onverantwoor delijk geschrijf, als hij in zijn „Sta kingsbeschouwingen" over het optreden van het ministerie-Kuyper heeft neerge schreven. "Wat wij hierboven aanhaalden, Levert daarvan wederom het doorslaar.dist be wijs Geestelijke adviseurs. Een Amsterdamsch mediawerker van de „Standaard" laat zich in .dit blad naar aanleiding van 'het heengaan van Mgr. Konings waardeerend over onze geestelij ke adviseurs uit. Hij schrijft: Over „geestelijke adviseurs" worden eens minachtend de schouders opge haald; 't wordt voorgesteld alsof de ar beiders door hen aan den leiband worden gehouden en geheel afhankelijk blijven. Doch er is geen malLer bewering. Want de socialisten, die dan zoo op de „geestelijke adviseurs afgeven, bezitten zeiven een goede portie van zulke advi seurs. Wat doen Se kopstukken van de partij dagelijks anders dan geestelijk ad- viseeren? Als de revolutie maar eerst in de hoofden en in de harten zit, komt ze van zelf wel naar buitenhet gebeurt dan zelfs wel eens, dat op een critiek oogen- naar Indië te gaan met mijn broeder, of althans hem na 'te reizen, en indien ik dan vóór hem den dood vind, zal hij wel verplicht zijn de erfenis te aanvaar den. En op welken leeftijd, vroeg Marie aan de Muriello, izal ik de beschikking over mijn fortuin hebben? 'Bij uw een en twintigste jaar. Welnu, op dien dag zelve zal ik aan mijn neef 'de fortuin geven, clie hij jnij thans afstaat. Indien gij dan niet gehuwd zijt ien uw man Ik zal niet huwen, zeide zij op tie ren toon. Terwijl zij dit zeide, viel haar blik op Raoul de Montenay, die juist haar schoo- ne gestalte gadesloeg. Albert zag dat hun blikken elkander ontmoetten. Wat ziet zij naar hem en wat luistert zij naar hem, mompelde hij. Ik denk dat zij hem reeds bemind. Welnu, des te be ter, zij1 zijn elkaar waardig. God bescber- me hen en make hen gelukkig! Richard haastte zich nu zoo spoedig mogelijk aan Raoul's verlangen te voldoen Hij ging in gezelschap van de Novère onmiddellijk naar de Maurepas. Blijde van een zaak, die hem veel tijd kostte, af te zijn, stond hij alles wat de Malleroy verlangde toe. Een half uur later kwam "de laatste thuis, ingt liej bcyiêl J&aoul, ck Ke.O^c, blik, een van de geestelijke adviseurs zijn hoofd verliest en met angst vraagt; Wat nu? Dan houdt natuurlijk het geven van geestelijke adviezen op en komt de prak tijk aan 't woord; die altijd een wéinig gevaarlijk is. Er is heelemaal "geen reden om op geestelijke adviseurs laag neer "te zien in tegendeel, ze dienen gewaardeerd; en wie het Voorrecht had wel eens'in aanraking te komen met Mgr. Konings, vond leen van die uitnemende mannen, dde, volko men op "de hoogte van 'hun taak, zich met groote liefde en toewijding gaven. Uit deii aard der zaak kom ik weinig pret Roomsche geestelijken in aanraking, maar Mgr. Konings heb ik wel een paar malen ontmoet en ik weet wat groole en goe de kracht er van zijn sociaal en politiek optreden uitging. JHij zelf was niet al leen een bezield en uitnemend geharnast strijder, maar hij Verstond ook de kunst om zijn bïziefïng in anderen over te stor ten. Koninklijke Besluiten. Bij koninklijke besluit is met ingang van 1 November T. J. Sikkens, ontvan ger der directe belastingen en accijnzen te Roven ontheven van zijn beheer ëh tijdelijk werkzaam gesteld aan het 2e kantoor der dir. belastingen te 's Gra- venhage. Centraal Bureau der K. S. A. Zondag 16 October was het 5 jaar geleden, dat het Centraal Bureau tc Leiden werd geopend. Welke werkzaamheden er in die 5 ja ren door het Bureau verricht zijn moge blijken uit het volgende Het Bureau organiseerde Vijf Sociale Weken, te Utrecht, Breda, Rotterdam, Nijmegen en Rotterdam. 2235 gróotere adviezen werden ver strekt en 356 bibliografische inlichtin gen, dat is te zamen 2591 16.805 brieven werden ontvangen en 11.606 verzonden. Het aantal vlugschriften dat werd ver spreid bedroeg 1.009.495, het aantal Vliegende Blaadjes 430.215. Te samen 1.439.710. Namens het Centraal Bestuur traden den 273 sprekers op. De „Mededieelingen" van het Centr. Bureau werden op 1 Januari 1909 ver vangen door het Tijdschriftje K. S. A. dat thans 7202 abonné's heeft. Bovenstaande cijfers getuigen van uit gebreide werkzaamheid en bewijzen een stijgende belangstelling voor de bewe ging, waaiwan het Centraal Bureau het brandpunt is. Moge d'e belangstelling blijven toe nemen, opdat het Centraal Bureau in staat zal gesteld worden zijn nuttige werkzaamheid meer en meer uit te brei den. Nieuw Partijprogram der S. D. A. P. In de Maandag gehouden vergadering der program-commissie is een ontwerp voor een nieuw beginselprogram der partij met algemeene stemmen goed gekeurd, behoudens eenige redactione le wijzigingen, die alsnog moeten wor den aangebracht. Tot publicatie in „Het Volk" zal wor den overgegaan. R.=K. Werklieden-vereenigingen in het Aartsbisdom. Te Zwolle kwamen Zondag bijeen de vertegenwoordigers vaii R. K. Werklie- denvereenigingen in het Aartsbisdom Utrecht, tot het houden van hun lSden bondsdag. De werkzaamheden werden geopend met een kort Lof in de St. Michaelskerk, waarin een toespraak werd gehouden door den bondsadviseur pastoor F. |W. Bult. De algemeene vergadering werd ge teld door den voorzitter, den Heer M. v. Wijk van Zwolle. Jobie en den Leerjongen vrij te laten. "Bo vendien bracht hij twee aanstellingen als officier op naam van Raoul en de Ker varec mede. Alhoewel Raoul, om aan "de wil van zijn moeder en grootmoeder te voldoen, er van afgezien had 'de Malleroy te straf fen voor zijn hatelijk gedrag jegens Thier ry de Montenay, boezemde Richard hem zulk een afschuw in, dat hij geen gunsten door diens tusschenkomst wilde ontvan gen. Hij weigerde dan ook die aanstellingen, zeggende dat hij slechts aan z7jn degen zijn plaats wilde verschuldigd rijn. Wat een edel dapper hart, moeder, zeide Marie zacht met een stem, waarin haar intentie voor hem duidelijk sprak. Mijnheer de Montenay, zeide ide Muriellc, mijn zwager'Orry de Pulvy is op 't oogenblik directeur van de Indische Compagnie. Zoudt u, door mijn bemid deling de aanstelling als officier, die gij om redenen^ die ik begrijp, zoo juist weigerde, van hem willen aanvaarden? Raoul bedankte hem hartelijk en zeide volgaarne op zijn aanbod in te gaan. Daar Raoül met de Kervarec, Jobie en Alexis Tulpon oogenblikkelijk weggin gen beloofde de Murielle hen de aanstel lingen na te zullen zender., ingeval zij te laat kwamen, om ze nog mee te kunnen nemen. Terwijl men zijn voorbereidselen voor hej, yertreK had Raoul .een lang Na een kort woord van welkom bes spreekt de voorzitter de verschillend^ werkzaamheden in die laatste drie jaren^ sinds de vorige vergadering tot 6tand gebracht, zooals b.v. de oprichting van „Het Katholieke Volk",- van de coöpe ratieve Levensverzekering „Concordia", van het secretariaat v. d. arbeid enz. Voorts steunde de bond die Tentoonstel- li ry van "Huisindustrie en 'propageerde voor den wettelijkien tien-urendag. Na dit openingswoord werd de verga dering in tweeën gespitst, De eerste afdeeling vergaderde ondef presidium Van den heer M. v. Wijk ter behandeling Van y,Het ontvverp-ziektevej> zëkeringswef Dit onderwerp werd ingeleid door den rechtskundig auviseur van den Bond, diesa heer Mr. Paul J. Reijnier, Spreker brengt hulde aan minister Tal ma's ministerieeten arbeid. 'Naast de critiek, die dit ontwerp heeft te verduren, moet staan oprechte hulds van ons aan den minister en steun van het ontwerp, alhoewel niet alles wat in het ontwerp staat, spr. goedkeuring weg dragen kon. Spr. geeft een uitgebreide en duidelijk^ verklaring van *de Raden ien ziektewet,- waarna eenige vragen werden gest De vergadering der tweede sect.,, met een kort woorÜ door den heer v. '-L Linden secretaris van den Bond, geopende- die het woord gaf aan den beer Brouwerj secretaris van den Arbeid. Deze stelde de vraag: waarin bestaat het groote belang, dat de emigratie vaq het platteland naar de groote stc.". wor« de gekeerd? Spreker wijst op moreele belangen Voor de arbeiders In hun stand en op de finan- cieele gevolgen van hun verblijf in stad. De oorzaak van die emigratie ligt in toestanden op het platteland, die ver betering behoeven ."Die verbetering wordt gebrarirt door organisatie. De vergade ring nam een motie aan waarin zij zich' vereenigde met het door den spr. betoog de en aan de besturen opdraagt in over leg met het Dagel. Bestuur middelen te bera.nen, om zoo spoedig mogeTijk een aanvang te maken met "de oprichting van landbouworganisaties. In de sluitingsvergadering werden dé volgeifde motief aangenomen. Ten eerste een motie over de federar tie. Het bestuur van den Bond van R. K. Werkliedenverenigingen in het Aartsbis dom, in vergadering bijeen den 15en Oc tober 1910, in het verenigingsgebouw,, „St. Joseph", te Zwolle. Gehooid de besprekingen over de Fe deratie der Vijf Diocesane Bonden. overwegende "dat de Federatie zelve zeer weinig practischen arbeid verricht en dat wat zij nog doen veël te groote fi- nancieele offers eischt. overwegende, dat practisch het Werk aan de Federatte toegeschreven, voor het meerendeel geschiedt, door slechts enkele enkele personen uit de aangesloten bon den. besluit: uit deze „Federatie" uit te tre den, en het bestuur van genoemde Fede- deratie hiervan in kennis te stellen. Stelt echter voor om pogingen in 't werk te stellen, met de besturen der drie andere diocesen, die met den Bond in het aarts bisdom Utrecht een gemeenschappelijk orgaan „Het Katholieke Volk" bezitten te komen tot eene Federatie, waardoor met algemeene sociale acties bet door d<> vier Bondsbesturen gemeenschappelijk optreden mogelijk wordt gemaakt." Deze motie we rel met aJgemeene stem men aangenomen. Motie Christelijke Besturen Bonden^ Het bestuur van den Bond van R. K.- Werkl. Vereen, in vergadering bijeen, op 15 Oct. 1910 in bet vereenigingsgebouw. St. Joseph te Zwolle, spreekt als haar wensch uit, dat de Kath. Sociale organisaties aangesloten bij de Christelijke Besturenbonden, daarin geen samenwerking zoeken met vakveree- nigingen staande op het interconfessio- neele standpunt, maar'deze samenwerking zooveel mogelijk weren. onderhoud met barones de Canisy, waar bij ook Marie en Albert tegenwoordig waren, wiens hart zoo wreed verscheurd door zijn vader, een warme genegen heid voor Raoul had opgevat. In dat hartelijk samenzijn van hen,dié zulk een warme genegenheid voor el kander koesterden, werd beslist over het lot van "Raoul en Marie, in wier hart dé jonge liefde was ontloken. .Op het oogenblik, waarop de jongé officier in de postkoets had plaats ge nomen, die hem op bot binnenhof van "bet huis wachtte, naderde Albert tot hem niet Marie de Canisy, en zéide lachend: Raoul, neem thans afscheid van je verloofde. De jonge man drukte zijn lippen op het blozend voorhoofd van Marie, die op bewogen toon zeide: Over twee jaren zal ik vrij over mijn hand kunnen beschikken, moed en vertrouwen Raoul, ik zal iederen dag God bidden, dat Hij u het géluk schenkt, dat ge verdient. De tranen rolden Raoul over de wan gen, toen hij in de koets naast de Kervareö plaats nam. Wees gerust, ri-ep de Kervarec, uit het raam, toen zij wegreden. Ik zal hem u gezond en wel terugbrengen. Ik beloof het u op inijn woord, en het woord van een Breton is onvergankelijk als een mo nument gebouwen in teen .blok gr&njek

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 5