Het erfdeel der Malleroy's. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Donderdag 15 September. JJit die Pers. Kustverdediging. De (O. L.) „Nieuwe .Coura nt" heeft over dit onderwerp drie artike len geschreven en! wel allereerst behan deld' de mogelijkheid van een oorlog tusschen DuitschLand en] Engeland1, in jivelk geval wij in de verdrukking zullen komen en dat het gevaar heel niet denk beeldig is, dat Engeland hier te lande troepen poogt aah wal te zetten, ten einde die, dwars door on's land, naar de Duitsche grens te voeren! En dan zou Frankrijk, dat altijd nog aan 1870-1 denkt, wel éen handje tegen de Duitschers willen helpen1. Over dat ge val sprekend1, zegt het blad verder: „De Duitsche bodem! is niet rijk ge noeg, levert de producten' niet, jioodig pm in de dagelijksche behpefteni der be volking te voorzien. Mochten in het drei gend conflict de graanschuren van Rus land voor Duitschland gesloten wor den, mochten; die van Z.-O. Europa min der rijkelijk vloeien, de haven's der Mid- dellandsche Zee medewerken' tot Duitsch lands isolement... als Engeland den groo- ten strijd aanvaardt, zal het zich vooraf sterk maken döor concessies en belof ten, ...dan krijgen! de Nederlandsche door voerhavens een' nog grootere beteekenis, dan ze nu reeds bezitten. Die havens liggen bin'nen het onmiddellijk bereik van Engeland. Blokkade kost schepen, !d'ie zooveel nuttiger rendement kunnen opleveren voor het naastliggende doel het meesterschap ter zee. Ergo, de mo gelijkheid' eener Enigelsche bezetting dier havens, met een' weerstandslijn voor uit". Dan berekent het blad wat zou kun nen gebeuren als Duitschland Zoo iets zou gaan vermoeden'. „Wann'eer Duitschland een Engelsche invasie in Nederland tegemoet ziet, be schikt het over een deugdelijk middel die te keeren, wellicht te voorkomen! Dat middel is de Nederlandsche havens zelf te bezetteneen leger voor de Ne derlandsche gren's te brengen, gereed om zich op den aanvaller te werpen, als het dezen gelukt mocht zijn' aan land te komen. De kans om' 'de Nederlandsche zee gaten te blijven; benutten voor zijn in voeren, wordt alsmede verhoogd idoor beazetting van' die gaten, vóór dat de tegenstander daartoe overgaat. Het dwingt dien tegenstander daivi tot blok kade en daardoor tol een, zij het al geen aanzienlijke, verzwakking var, zijn scheepsmacht. Reeds een op deze wij ze verkregen uitbreiding van het in be zit zijnde kustgebied, kan voor Duitsch land' van beteekenis zijn. Dat zijn de gevaren, welke ons van die zijde bedreigen." Wij hebben ons dus naar twee zijden te beveiligen,, en' dan hebben we pok te zorgen voor onS koloniaal bezit. Met deze conclusie, zoo eindigt het blad zijn eerste artikel „Met deze conclusie hangt een an dere -samen. Het is dezeWanheer men aanneemt gelijk wij doen dat de handhaving der neutraliteit voor ons land plicht en belang beide is, dan zal moe ten worden toegegeven, dat offers voor de kustverdediging niet kunnen worden geweigerck op grond van de eenzij- d' i g h e i d dezer versterking. Inderdaad (Wordt door die versterking de kans op schending van onze neutraliteit aan be i- ;d e zijden verminderd. Deze opmerking lijkt oifs van belang Omdat zij de reeds meermalen gemaak te bedenking weerlegt, als pou Neder land' door zijn kust te versterken wer ken „pour le roi de Prusse" en' dus fei telijk reeds in vredestijd zijn' eigen strikt neutraliteitsbeginsel verloochenen. Het optreden van baron Van Heeckeren heeft ertoe medegewerkt, deze meenin'g te ver breiden die senSationeele zaak dient FEUILLETON. 36) Ongelukkige! hernam' de gravin^ hoe durft ge zoo spreken op dit oogen- "fclik nu die engel des (doo'ds ons reeds |n zijn 'schaduw hult. Kom mevrouw, zie, bi,d ik' u al van al die.... Zwijg, onderbrak zij hem', op een toon van gezag die zelfs op Richard in druk maakte, zwijg!... Begrijpt je niet Ongelukkige,(dat ik je van uw, nieuwe misdaad af heb willen houden, voegde zij er zacht aan toe.... Pezen morgen' nog heb ik vernomen.... wat ik helaas reeds lang vermoedde.... de misdaden van[uw vader en.... Canisy is gek, mevrouw, en jzijn brief slechts gekkenpraat. Tracht mij niet te misleiden, Ri chard, d|at is nuttelooze moeite.... Suzan ne en ik hebben' een groote onrechtvaar-i kligheid goed te maken, en .God Imij toegestaan nog juist ppj fce ko- fcuen om haar onrecht goed te maken!... Tegenover wi^nj> vroeg Richard £p spotte&den. top&, echter eens en; voorgoed buiten elk ver band1 met de in'gediende plannen te wor den gesteld, vooreerst omdat zij in de beoordeeling ervan' een fantastisch ele ment zou brengen, dat slechts ter ver troebeling strekken' k'an, maar vooral, omdat zulk verband weersproken' wordt döor het nuchtere feit, dat de plannen der „Commissie van Samenwerking", waarop de door de Regeering aange boden voordracht tot verbetering van de kustverdediging steunt, dagteekent van 190304 en dUs anterieur zijn aan de beweerde poging van Duitsche zijde om zich met onze landsverdediging te be moeien. Néén, de kustverdediging is in de allereerste plaats een "Neder- land'sch belang, daaromtrent kan geen twijfel bestaan". In het tweede artikel bespreekt jhet blad 'meer in het bijzonder de khsft: verdediging zelf en eindigt dan: „Resuméerende komen wij tot het be sluit, dat in het gezicht der huidige po litieke constellatie in Europa, voor ons kustgebied', het strategisch zwaartepunt ligt aan de Westerscheldedan volgen de Wateren lan'gs de Zuid-Hollandsche eilandein!; dan de haven van IJmiuiden, terwijl aan d'e Texelsche zeegaten slechts een zeer secundair belang kan worden toegekend. Teneinde niet te worden mis verstaan, willen wij hier dadelijk aan toevoegen, dat de haven' van Nieuwen- diep altijd van belang zal blijven bij een aanVal op ons land, om' de reden die wij hierboven reeds memoreerden!, t.w. als voorstelling van de Stelling van Amsterdam. Die haven en! de reede van Texel zullen dus niet van verdedigmgs middelen ontbloot mogen worden. In verband daarmede kan' men er ook een reparatieWerf van beperkte capiciteit la ten. Maar men hoede er zich voor aam! de Texelsche zeegaten ,eeri beteeklenis te hergeven, die zij in een lang vervlo gen tijdperk voor on's konden en moesten hebben, en /die zij wellicht ook thans zouden hebben... wanneer Hol lands noordelijke punt Duitsch territoir was. Men wake tegen de bekoring, die voor eenzijdig militair standpunt uitgaat van de traditie eener duchtig versterkte zeehaven". In het derde (slot) artikel stelt (de Nieuwe Courant de volgende con- clusiën „De bedenkingen, welke wij in zake het kustverdedigingsontwerp in het mid den brachten', maken ons het trekken van een conclusie niet gemakkelijk. Onze eerste opmerkingen betreffen- fende de volgorde en de noodzakelijk heid' van enkele der aan te brengen ver sterkingen mogen ons niet ertoe lei den de aanneming der wetsvoordracht te ontraden, daar immers de kennisne ming dCr politieke en strategische gron den waarop de Voordracht steunt, ons is onthouden!. Al vreezen wij wel, dat% die gronden1 in sommige opzichten niet logisch zijn gesteld', het eindoordeel moet in dezen aan de meerderheid dei- ruimer d'an het publiek ingelichte Kamer leden worden overgelaten, die daarvan en tevens van d'e geleverde afwijkende beschouwingen kennis kunnen nemen. De tweede bedenking betreffende d'e pantserschepen richt zich niet zoo zeer tegen de voordracht zelve als tegen haar toelichting. Zij is er derhlalve niet overwegend', mits gezorgd worde dat zij die hun stem aan het ontwerp geven, zich daarmede niet verbinden, om tot verderen aanbouw van pantserschepen over eenige jaren; mede te werken, maar zich dë volle vrijheid voorbehouden om al het hunnie te doen, teneinde daarvoor klein scheepsmateriaal (dat dan; boven de in dit ontwerp voorgestelde hoeveel heid zal komen) iri de plaats te doen stellen. De derde bedenking de overbren ging van' de kustverdediging bij Marine leidt er ons toe aan te dringen oj> een losmaking van d'it plan uit het ont werp. Het komt ons voor dat dit mo gelijk is zonder het ontwerp zelf naar het leven te staan het .beginsel en de geh e el e'uitwerking van het Fonds" zoo wel als de bestemming, waartoe het vol- Tegenover Thierry de Montenjay, mijn zoon en haar echtgenoot. Dat is niet waar- En tegenover den! zoon van Suzanne en Thierry. Die gij daar noemt zijn dood me vrouw en ik behoef zelfs niet te vreezen in 't vervolg hun moordenaar op mijn weg te ontmoeten. Moge God je verhardheid in 't kwaad vergeven, hernam de gravin! Ik ben vol angst en medelijden voor U. Ach, wat zou uw meemng over mij? Ik weet maar al te goed hoe gij steeds over mij gedacht hebt. Uw liefde en tee- derheid hebben nooit iemand anders ge golden dan dien vagebond die men Thier ry de Montenay noemt, en die u wist te overtuigen. Genoeg hierover! onderbrak de gra vin hem op waafdigen toon.... "Voeg de vernedering van dergelijke leugens niet toe aan de misdaden, Waarmede gij u reeds bezoedeld hebt.... Wat wilt ge? zéi- de zij, hem ïn den weg 'tredend, terwijl hij naar Suzanne wilde gaan. Ik wil mijn Vrouw spre"kenonder yier oogen.... "Men late ons alleen. Wat wilt ge met haar spreken? i— (Wat gaat dat u aan? met welk recht gij IV,. Met het heilig recht dat ieder Chris ten (heelt oiji flutter J§ feesshersoj gens art. 1 moet dienen, blijven daarbij onaanlgetast. Afstemming van' "het ontwerp in zijn geheel, zouden wij betreuren, omdat' ■daarmede de zaak weder geruimen tijld Van de haait zou zijn geschoven, waarop zij zich sedert bijna acht jaren' bevindt. Er is periculunt \n mora. Immers niet slechts is de kans op het uitbreken van een Europeesch conflict ondanks de toe neming d'er vreedzame internationale aan rakingen1, niet verminderd, maar boven dien is onS land, met zijn stil volge houden, wel ietwat struisvogelachtige, maar toch consequent-negatieve neutra- liteits-politiek allengs gekomen tot het punt, waarop een tastbaar bewijs zal moeten worden geleverd, dat het zijn neutraliteit niet uitsluitend van machten en verhoudingen buiten zich afhankelijk acht, mflar zich ook in staat rekent zelf zoo noodig, die met kracht van' wapenen te handhaven. Als zoodanig heeft het ontwerp betref fende de kustverdediging, naar ons in zicht, een beteekenis, welke die van de niet geringe lasten ,aan de natie daar voor gevraagd' en van de bedenkingen door belangrijke onderdeden ervan uit gelokt, overtreft". De arbeid der Ineenschakelings- commissie. De Nieuwe Rotter dl Courant heeft een serie artikelen gewijd aan den arbeid' der Ineenschakelingscommissie. In een nabetrachting heet het aldus: „De premier in het zittend' kabinet is een bekwaam man, van wien de faam zegt dat hij gemakkelijk werkt. Hem be hoeft 't niet veel moeite te kosten, on danks 't vele andere werk, waarvoor hij staat, in de voorstellen der staatscommis sie er zich spoedig in te werken. Hij zou Zich 'n monument stichten hechter dan van metaal, als hij zijn naam verbond aan eè(n reorganisatie van ons onderwijs in d'e lijn van; deze voorstellen. Menigeen zou daarvoor hem voor de nieuwe grond wetsherziening nog een tijd lang cre- diteeren met plezier. Wij begrijpen, dat de aangeboden voorstellen met bedaard heid' moeten worden onderzocht en' overwogen. Maar waar zoovele deskun digen aan de voorbereiding hebben deel genomen, is het nu toch niet noodig, dit onderzoek zóó minutieus te maken en te doen loop en over zooveel schij ven, dat daaraan ook weer jaren lang oponthoud vast is. Wat zou er tegen zijn, aan deze staatscommissie nu eens een brevet van groot vertrouwen te schenken en haar ontwerpen, in d'e groo te strijdvragen waartoe zij aanleiding ge ven, door den. minister partij gekozen is, en bloc over te gieten in regeerings- voorstellen, die in eenige tempo's wor den toegezonden aan de Tweede Ka mer? Dat de minister voor een goed deel de verdediging op zich moet ne men van' een arbeid', die uit het brein van anderen is ontsproten Maar voor zoover de bewindsman zelf hierin be zwaar mocht gelegen achten', vindt hij in de staatscommissie meer dan één lid, dat stellig als een bekwaam regeerings- commissaris bij de behandeling zich zou ontpoppen. Van een aanhangig „maken in tem po's" spraken wij. Wij hebben ook reeds er op gewezen, dat, om velerlei redenen de wet op het vakonderwijs nog wel niet zoo dadelijk ingediend zal kunnen worden. Maar zoover wij zien' kunnen, verzet zich niets, noch de geldkwestie noch de partijpolitiek, noch iets an ders tegen het dadelijk onder handen nemen van de voorstellen door de staats commissie met betrekking tot het hoo- ger onderwijs gedaan. En evenmin iets tot het, voor zooveel noodig gewijzigd indienen van hare bij elkaar behoorende niet te scheiden, voorstellen vain het middelbaar en hooger onderwijs. Zoo dat in een eerste tempo deze drie re gelingen zouden kunnen worden afge daan in' een, als het den premier meenens is, korte spanne tijdis. In een "tweede tempo ware met betrekking tot het la ger onderwijs de slag te slaanl Te zij ner tijd kon! dan, als de kroon op het ge.bouw, het vakonderwijs volgen, dat op een goed aansluitend lager- en jnid- tegen list en geweld,.... Drijf mij niet tot het uiterste, RichardDwing mij niet te vergeten dat ik je moeder ben en noocL zaak mij niet enkele verschrikkelijke woorden te spréken Zoudt ge den moed hebben uw 'man en uw zoon aan te klageh? Ik zal den moed hebben mijn plicht te doen en u beletten een stervende te martelen door bedreigingen en geweld. Verwijder ,u iheeren, zëide Richard zich tot den notaris en den geneesheer wendend. Men zal u doen roepen,- zoódra men u noodig heeft. Blijft heeren, zeide de gravin vol energie, gij zijd aan het bed van een ster-, vende en het is uw plicht daar te blijven zoolang 'uw tegenwoordigheid noodig is. Ik ben in mijn eigen huis, en ik alleen heb' hier te bevelen, hernam Ri chard. In naam'der wét, heeren, sommeer ik u deze kamer te verlaten* indien een van beiden over 'dezen drempel komt, openbaar ik alles, riep de gravin. Gij zoudt het walgen Ik zou alles wagen. "In naam der menschelijkheid, in naam van uw plicht, blijf heeren! Aan den vasten toon van haar stem, be greep Richard, dat "het gevaarlijk zou zijin haar tot het uiterste ïe drijven. DAar n^e,n fnijn feedingen goQ delbaar onderwijs |s berekend. Bij de inrichting en subsidieering van dit ou derwijs zouden particulieren' en over heid1 middelerwijl reeds h,un voo(r{deel kunnen doen met de gegevens en denk beelden, in de voorstellen der staatsconf- missie opgestapeld'. 'Zoo zou in afzienbaren tijd de oogst van de bemoeienis der staatscommissie kunnen worden binnengehaald. Maar tus schen kunnen en zullen ligt 'een kloof van belan'g. En zij, die op spoedige afdoening hier in het land van hoogst noodige, voor tot stand komen rijpe, maatregelen hopen, zijn reeds zoo vaak door de ervaring gedupeerd, dat wijniet al te zeer er op durven reken'en, d,at het met deze voorstellen zal loopen zooals het zou kunnen en moeten gaan willen wij op onderwijsgebied rfiet hard achteruit raken tot groote sqhade voor ons volk. Wij hebben d'en mond vol van de behoefte a,an' sociale wetgeving. Welnu: de reorganisatie van ons onder wijs is een bij uitstek' sociale maatre gel". i Op den goeden weg. Minister Talma heeft over zijn voor stel tot invoering van raden van arbeid in (de liberale pers cfitiek moeten hoorem Mr. J. van Drooge in (het yrijzinnig- democratische „Land en Volk" is van andere meening. Hij schrijft, onder (bo vengenoemd opschrift: „Bekend is het genoeglijke verhaal van Tijl Uilenspiegel, die in een bijenkorf ver stopt, door twee dieven werd weggedra gen en om beurten den een en "dien andier aan het haar trok tot rij, elkander de schuld gevende, aan 'het bakkeleien raak ten. Niet anders igaat het met de voorstan ders van de Rijksbank en die van "de ri sico-overdracht, wanneer zij elkander de schuld geven van al de tegenspoeden on zer ongevallenverzekering, inplaats van de oorzaak te zoeken in den opzet dier ver zekering, haar tot het uiterste doorgevoer de centralisatie. Daar ligt naar onze bescheiden mee ning goeddeels de schuld èn van het ge brekkig toezicht op rentetrekkers zoowel als premiebetalers, én van de omvang rijke administratie, evenzoovele finanaiee- cieele bewaren voor de verzekering. Vijf jaren gèleden is door mij in een rapport aan het internationale congres te Weenen 'de weiischelijkheid bepleit van idle centralisatie der ongevallenverzekering door middel van plaatselijke instellingen, die tevens de dragers der ziekteverzeke ring zouden worden en hun medewerking zouden verleenen aan wat er verder aan verzekeringen mocht worden ingevoerd Met groote instemming heb ik dan ook kennis genomen van een wetsontwerp van dezelfde strekking een maand geleden door de tegenwoordige regeer!ng aan de. vertegenwoordiging Ingediend, het voor- sfei'tot invoering van raden yan arbeid. Leger en Vloot. Zaak De Groof-Nolthenius. Wij lezen in het Dagbl. v. N.-Brabant: „Naar men zich herinhert, heeft de De Groof van Eindhoven indertijd aan den minister van oorlog een stuk ge zonden1, waarin hij zich beklaagde over het optreden van; den 2en luitenant Nol- thenius bij d'en troep. Met dit stuk is instemming betuigd door zes miliciens, van welke er vijf, nadat zij door een commissie van on derzoek zijn gehoord, zes dagen pro voost hebben gekregen. De Bred'asche Ct. weet waarom'. Zegt dat gebleken is, dat de \jijf mili ciens hebben onderteekend onder aaniria- nin!g van iemand1, die veel gezag pver hen heeft, zonder dat zij kenden den inhoud vari het stuk, hetwelk door hen is geteekendl En dan' port de Br. Ct. (de Katholieke bladen aan om hun lezers te vertellen y/at aan haar Br. Ct. gebleken' is." Wij doen dat bij 'dezen1. Maar wij voegen er dadelijk aan' toe, dlat ons nu bbj uit een in dit nummer opgenomen ingezonden stuk. dat de Br. Ct. verkeerd' is ingelicht. Drie van! de vijf miliciens hebben geteekend', zonder slecht poogt te verklaren, verzoek ik u te blijven. Ik hoop dat het mij althans zal vergund zijhjn uw bijzijn met mijn vrouw te spreken, voegde hij er vol (bitterheid aan toe. Op een wenk van de gravin ging de priester naar het voeteinde van het leda kant met zijn gebed voort Mevrouw de Malleroy verwijderde de beide kinderen van "het bed. Suzanne, zeide Richard zacht, ;wat hebt ge gedaan met het testament, dat gij op mijln verlangen "begonnen waart?, Dat heb ik verscheurd. Ti ebt ge een ander gemaakt?, r~—1 Ja- i!W,aarom iDat was mijn plicht. Aan wien hebt ge het ter hand ge steld? "Zij antwoordde niet. Antwoord! Ik wil weten!... Ant woord, zeg jk u! Gij' kwelt mij nuttelooszeide zij. Spaar mijlaat mij in vrede sterven. Het zal u berouwen, Suzanne! iWat kan ik nog op 'deze wereld vreezen"?... Richard, eens zal de dag ko men waarop gij uw leven als 't zand jn den Zandkoker korrel voor korrel zult yoe- wegzinken, Waarop al de ellendige belan gen dezer wereld^ die u tot zoo verschrik kelijke. (d^en gedreven hebben zullen y»er- d'at de directeur der militaire vereend ging er bij was. Hij Was ïibta bene opj reis. En aan! de drie anderen ]s geeaï meening opgedrongen naar de geachta inzender als eerlijk m|aji en' als por- esn ooggetuige verklaart. Dat de miliciens met het adres jdes( heeren De Groof onbekend zouden zijnt is op zich zelf al in d'éri hjoogsten graad1 onwaarschijnlijk, daar het stuk genoeg over d'en ton'g is gereden. Bovenbed] verklaren én! de heer De Groof, én de| geachte inzenjder, dat de miliciens on'J derte eken aars er kenpis van' geuo'm'ejr hebben. J Hiermed'e is het „nieuwe feit" dooi! de Bred. Ct. aangevoerd, vah! de baan'.j Kunst en Wetenschappen. St. Gregoriusdag. Te Amsterdam zal op 28 Septembeu a.s. de St. Gregöriusvereeuiginlg haart algemeene vergadering houden. Het programma belooft een zeldzaam! luisterrijken d!ag vpor de kerkelijke! toonkumJst te worden, 's Morgens Hoog< mis met de „Missa-O, crux Ave", yan! Nekes, onder leidimjg van Hub. Cuypersf een n|azang van Hamers en orgelmuziek} van Bach's middags in' het concert^ gebouw verklaring en' uitvoering yajnf oude Gregoriaansche gezangen onder leiji ding van Kapelaan Beukers, en rede döor Alph. Laudy over Gregoriaanschenl volkszang, daarna uitvoering door ver-! schillende Am icrdamsch,e kerkkoren van! vermaard'e composities o.a. van Ebper^ van Scha ik, Mitterer, Loots, Palestrinja,- Hal Ier, Cuypers, Diepenbrock, J anjsen eraf Nekies. Gemeenteraad van Noordwijk. Vergadering van gisteravond. Voorzitter de heer J;hr* LW|. iO. vani Panihuys, burgemeester, Aanwezig negen ledenafwezig de heer Balkenende. Er |s een vacature. De Voorzitter .opent de vergade ring. De notulen van de vorige vergade ring worden gelezen. Naar aanleiding daarvan zegt die Voorzatte r dat hem; bij nalezing van de notulen een punt i$ opgevallen, waaraan |n de vorige raadszit ting door spr. niet voldoende aandacht is geschonken. In de raadsvergadering yan 17 Maart hebben B. en |W. eene verordening op het gebruik van het strand aangeboden, welke in den Raad ongun stig is ontvangen. Naar aanleiding (daarvan; hebben B, en LW. een nieuw voorstel ge daan ofschoon spreker aan het eers'te voorstel de voorkeur gaf. Dit wenschte spr. even, naar aanleiding van "de (be merkingen van den heer v. id. Meer te zeggen. De notulen worden daarna goedge keurd Ingekomen zijn de volgende stukken: Verzoekschriften om ontheffing of ver mindering van dien hoofdelijken omslag* Deze zullen met de overige bezwaar schriften in de volgende vergadering be handeld worden. Schrijven v. *d. M i n i s t e r v. Finan ciën, luidende als volgt: In antwoord1 op uw brief, veroorloof ik' mij, uw college voor zooveel noodig, in herinnering te brengen, mijns ambtsvoorgangers missive di.d. 26 October 1905, voor zooveel daarbij het dezerzijds sedert 1866 geldende cri terium is aangegeven ter beoordeeling yan; de landwaartsche grens of scheiding van,' het strand. Van aanwijzing en uitzetting der plaats van de scheidingslijn zelve, meen' ik mij intusschen te moeten onthouden,- zoolang niet ondubbelzinnig vaststaat, dat de rechtspraak met het bedoelde stand punt zich vereenigt, dan wel eeü muer criterium voor de grensbepaling aangeeft. Naar aanleiding Van de afsluitingen, welke op sommige gedeelten van het zee strand onder N o o rd w ij k hebben plaats gehad, heb ik maatregelen dloen nemen#; welke de bedoeling hebben eik, naa: 'ik hoop, ertoe zullen leiden, dat een spraak van den rechter op het pu quaestie volge." Dit schrijven wordt voor kennisgeving aangenomen. zinken bij de gedachte aan de eeuwighei In 's hemels naam Richard, heb berouw herstel uw kwaad'Helaas, ik heb 't reöht riïet streng te zijn jegens anderen, iki - die... ,maar heb berouw...! heb (be rouw! i Een kramaohüg trekken belette haar verder te spreken. Zij trachtte ;nog te vervolgen, maar een trek van felle smart teekende. zich op haar gelaat. Zij strekte haar armen naar de gravin uit: Mijn kinderen! mijn kinderen, sprakf; zij op zoo zachten toon dat mevrouw de Malleroy meer haar bedoeling raadde dan het verstond. Zij bracht Albert en Au.ia haar. ■(Wie heeft dat testament? vroeg Ri chard, de kinderen terzijde duwend'. Genadeniijn kinderen'!riepj de arme vrouw, gevoelend dat zij ging| sterven. Achteruit, zeide de gravin, hem weg* stootend terwijl zij dc kinderen bij ihutf móéder bracht, die hen hartstochtelijk om-* helsde, Richard wilde met gewéld terug dringen, maar de priester plaatste tri dj niet 't kruisbeeld in de hand voor heni^ Ondanks zijn góddeloosheid, gevoéld^ Richard een zékere schrik en wéék erikel^ passen achterwaarts. Camille zeide de stervende tot mej yrpp^y de Cflnisy, flan u verirauw, ity

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 5