BUITENLAND. De Slagboom. BINNENLAND. Ie Jaargang. No. 156. S)e Ccicbclie Sou/tornt - Bureau OUDE SINGEL 54, LEIDEN. Intèrc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week, 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco per post ƒ1.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/* cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels f 0.75, elke regel meer 15 cent; ingezonden mededeelingen van 1—5 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop (geenhandels-advertentiën) 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden- betrekkingen 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Verzekerings wetgeving. Het is inderdaad verwonderlijk: nu een lang verbeide sociale wet in Frank rijk, nl. de wet op de ouderdomsver- zekering eindelijk tot stand is gekomen, blijkt het, dat.... schier niemand zich over idit feit verheugt! Men weet, hoe uit de geroofde kerk en kloostergoederen het geld voor de sociale wetgeving zou worden verkregen. Men weet ook, dat die goederen lang ïiiet aan waarde bezaten, wat er voor .was gefantaseerd. En men weet niet minder, hoe, Idoor de regeering op onverantwoordelijke wij ze benoemde Equidateurs millioenen heb ben verduisterd, gedachtig: waar groo- ten voorgaan, kunnen kleinen volgen Met dit al i s er dan nu, eindelijk door minister Viviani een verzekeringswet tot stand gebracht, de verzekering nl. tegen den ouderdom. Het ouderdomspensioen zal op 65- jarigen leeftijd ingaan, en bijna '4 gulden rente bedragen per week. De invaliditeitsverzekering in'tusschen heeft deze sociale minister zoo goed als geheel uitgeschakeld, en alzoo het eerste en voornaamste élement bij deze verze kering losgelaten. 'Geen wonder dan ook, dat deze proeve van soc'ale wetgeving al heel koud wordt ontvangen. Daar komt nog bij, dat deze wet den belastingbetalers jaarlijks op zegge ruim 140 m i 11 i o e n zal komen te staan, een som van beteekenismaar een bedrag, waarvoor minister Viviani nog steeds geen definitief middel heeft aangeduid.... om het te krijgen' Zonder geld geen Zwitsers, evenmfti als sociale wetgeving. Zoo is het te begrijpen, dat er ge vonden worden, die twijfelen aan de ze geningen van Viviani's pensioenwet. Frankrijk. De tijdroovende kus. Dezer dagen zal op de stations |der F:ansche Staatsspoorwegen een plakaat Wordqn opgehangen dat ten doel heeft het lange afscheidnemen aan de treinen tusschen reizigers en achterblijvende fa milieleden tegen te gaan. Waarom het omhelzen en kussen verboden wordt, deelt een officieele circulaire mede, waaruit blijkt, dat de inspecteurs van iden dienst, sterk voor het invoeren van dien maatregel waren. Wanneer het plakkaat opgehangen Wordt, zal het er ongeveer als volgt uitzien VERBODEN TE KUSSEN. Het is ten strengtte verboden op de perrons, in de wachtkamers of op de treden der waggons kussen te geven of té wisselen, wegens het oponthoud dat FEUILLETON. (Vrij naar het Fransch, van RE NÉ BAZIN). 2) Get ging er dus heet toe, informeer de-Thomas Winnie. Erg warm. Als eenig officier werd ik met een detachement van het 16e Raj- put-regiment op verkenning uitgezonden naar de hoöge valleien, die op de grens der provincie Assam gelegen zijn. Het land was nog geheel onbekend, maar prachtig, soms wel verschrikkelijk van aanblik. Het werd bewoond door Mongoolsche volksstammen van uiterste wreedheid, die vijanden zijn van Engel land, vijanden der Hindoes en elkaar on derling bevechten. Het was een wildernis vol bosschen. een streek van lianen, van caoutchouc-boomen, van camelia's en laurierboomen, met een plantengroei van leerachtige en schitterende bladeren. Ik drong in.die onbekende streken door, en na drie weken kon ik een kamp inrich ten om mijn mannen te doen uitrusten op een vroeger versterkte hoogte te midden eener ronde vallei. Een der zijden van dit soort versterking was gevormd uit massieve blokken van een ruïne, onge twijfeld een oude tempel, en de drie an- herhaaldelijk door deze onhebbelijke ge woonte wordt veroorzaakt, een gewoon te, die het op tijd vertrekken der treinen ten zeerste tegenwerkt en die derhalve onaangenaam en zelfs gevaar lijk voor het reizend publiek is, daar de eerste voorwaarde voor het veilig1 vervoer der reizigers bestaat in het op de seconde af vertrekken der treinen. Personen die op de perrons enz. „in' kussenden of omhelzenden toestand worden aangetroffen, zullen door de wet vervolgd worden. Italië. De Paus en Roosevelt. Officieel is nu ook een communiqué den pauselijken staatssecretaris Merry del Val, over de kwestie gepubliceerd, waarin de volgende uiteenzetting van het incident gegeven wordt. Hij schrijft als volgt: Het geheele voorval is in den grond niets dan een kwestie van hoffelijkheid De H. Stoel heeft Roosevelt, zooals men verkeerdelijk 'heeft beweerd, niet den eisch gesteld in het geheel geen gemeen schap te houden met de Methodisten of met andere godsdienstige, niet Katholieke genootschappen te Rome. Er zijn in de stad verscheidene niet-Katholieke kringen, die geen vijandige houding aannemen te gen den Paus en tegen datgene hetwelk Zijne Heiligheid en allen Katholieken het dierbaarst is. De Methodisten van de Via Vinti- Set- tembre echter reiken systematisch de hand aan de hevigste anti-clericale en anti-pauselijke elementen in de stad dei- Pausen en 'tkath. Italië. Roosevelt zelf heeft ervan 'n staaltje gezien door de ver klaring, die zij hebben gepubliceerd en die hij noodig geacht heeft te veroordee- len. Na het onaangename incident met Fair banks mocht de H. Stoel met reden vree zen, dat Roosevelt, onbekend met deze omstandigheden en met volkoraen goede trouw, een betuiging van sympathie en vriendschap voor dat centrum van hef tige vijandschap tegen de Katholieke kerk in het hart van de Katholieke wereld, zou uitspreken. Toen dan ook Roosevelt indirect en vertrouwelijk een audiëntie bij Zijne Hei ligheid Het aanvragen, gaf men hem hof felijk te kennen dat de Paus vertrouwde, dat hij een dergelijke behandeling zou vermijden, waardoor hij den schijn op zich zou laden een beleedigende cam pagne tegen den Paus in zijn eigen re sidentie goed te keuren. j Roosevelt antwoordde, dat hij elke voorwaarde weigerde, waardoor hij de mogelijkheid van een voor den Paus beleedigend optreden toegaf. Dit werd volkomen bevestigd door zijn particulie ren secretaris Laughlin, die, toen men hem vroeg of Roosevelt zonder een for- meele belofte te hebben afgelegd, niet naar de Methodisten in de Via Vinti-Set- tembre zou gaan, antwoordde dat hij dit dere zijden, welke ik liet versterken, wer den verdedigd door in den grond gehei de palen en boomstronken, die aan el kaar verbonden waren. Sedert den dag dat wij van deze verlaten stelling bezit hadden genomen, was nog geen enkel in cident voorgevallen. De rapporteurs maak ten slechts melding van eenige verwijder de hutten en eenzame inboorlingen, die pp het gezicht onzer soldaten de vlucht namen. Van deze omstandigheden maakte ik gebruik om de omstreken te onderzoe ken. Ik gaf het commando over aan een onderofficier, en door twee mannen verge zeld, ging ik verder ter jacht. Ik trok een bergrij over en daalde af naar een veel grootere vallei, die meer bevolkt en 'n weinig bebouwd was en waar ik ontvan gen werd door 'n Europeaan, 'n missiona ris, die daar reeds twintig jaren leefde, zonder dat iemand, althans in Assam, het vermoedde. Was hij een Engelschman? Neen, Franschman, en hij behoorde tot de Roomsehe kerk. Hij had de bescha ving gebracht aan een bevolking van duizenden menschen; hij had een kerk gebouwd;, wegen aangelegd, een breedten zoom land rondom het dorp doen om ploegen. Hij was daar de chef niet slechts feitelijk, maar met volle recht en als zoo danig werd hij ook door de naburige stammen erkend, die zijn mannen hadden doen terugtrekken. Hij was ee.ii ze,er groot en zeer mager niet kon verzekeren, en dat volgens zijn meening Roosevelt juist een man was om het te doen. Tegenover zulk een hou ding werd een audiëntie onmogelijk. Het is dus inderdaad niets dan een kwestie van zuivere hoffelijkheid, en zon der twijfel is hoffelijkheid niet onvereenig- baar met de rechten en de vrijheid van een Amerikaansch burger. Roosevelt begint ietwat kregel te wor den over de reclame, die de Methodisten voor hun eigen standje hebben gemaakt uit het incident met het Vaticaan. Op het manifest dat de Methodisten publiceeren, heeft de ex-president geant woord met een in krachtige woorden ver vatte verklaring, waarin hij het incident aanduidt als een particuliere aangelegen heid tusschen hem en het Vaticaan en waarin hij voorts kathlieken en protestan ten tot wederzijdsche verdraagzaamheid aanmaant. Ten einde eventueele demonstraties te vermijden, heeft Rooseve'.t geweigerd te verschijnen op de groote receptie, die de Amerikaansche gezant te zijner eere wilde geven, omdat de Methodisten van plan waren er in grooten getale op te verschijnen. Oostenrijk. Weiskirchner wil geen burgemeester van Ween en worden, althans voorloopig nog niet, en Gessmann, die zoo gaarne aan het hoofd van de Oostenrijksche hoofdstad zou staan, vindt blijkbaar geen genadie in de pogen zijner partijgenooten. Woensdag hield de christelijk-sociale burgerclub van den gemeenteraad een vergadering. Daar werd een brief van Weiskirchner voorgelezen, waarin deze zich gaarne bereid verklaarde den laatsten wil van Lueger te eerbiedigen. Maar met het oog op de belangen der partij, die het wenschelijk maken, dat hij nog eeni- gen tijd raadsman van de Kroon blijft, verzocht hij de vergadering voorloopig een ander candidaat te stellen als opvol ger van dr. Lueger. Bij de daarna gehouden stemming werd de vice-burgemeester Neumayer met algemeene stemmen aangewezen als bur gemeester. Rusland. De Finnen. Bij wat thans aan de Finnen over komt, voegt ons ergernis, merkt de Std. terwijl het blad dan vervolgt: Steeds meer wordt het vaststaande be schreven recht met voeten gétreden, en ae Kniebuiging voor het fait accompli regel. Nog pas brak Oostenrijk het ver drag van Berlijin, eigende zich Bosnië en Herzegowina toe, en nu weer legt Rusland de hand op Finland. Nu zijn de Finnen nooit Zondagskinde ren geweest. Er is een tijd geweest, dat ze zich van de Donau tot de Oostzee uitstrekten, Bulgarije bevolkten en een man, met een lange, grijzende bruine baard. Twee dagen bracht ik bij hem door, niet onder zijn dak, want hij be woonde de armste hut van het heele dorp, maar bij een rijk inwoner. Verder bracht ik den tijd door met ja gen in de wildernis. Dat waren jachten! Ik weet niet of gij gehoord hebt van die jachten, waarbij de drijvers met netten voorzien zich verspreiden over een groot te oppervlakte en allen zich naar een middelpunt begevend, ten slotte een wer kelijke afsluiting vormen, waarin zich al lerlei soort dieren bevinden: een echte' ark van Noach! Herten en zwijnen, hazen en vossen, allerlei gevogelte werd gedood en ook een tijger viel door een go edgemikt schor. Het was een koninklijk genot, dat wei nig jagers zullen beleefd hebben... Maar twee dagen later! Had er een meer ernstige jacht plaats, niet waar? Een verschrikkelijkeIk keerde naar mijn post terug. Het werd tijd. Een volks stam had zich in de achterhoede verza meld en bereidde zich voor ons aan te vallen. De aanval had werkelijk plaats; wij werden handgemeen met vijanden wreeder dan beesten. Gedurende twee weken hadden we ons in onze stelling verdedigd. Tegen ons hadden we het warme seizoen, den honger, den dorst, de herhaalde aanvallen van vlugge vijan den en ik zag reeds ons laatste uur ge komen, toep top ijen morgen eeji troop goed deel van Rusland tot bij de Ural bezet hielden. Nu nog leven ze, behal ve in Finland, in het Noorden van Zwe den en Noorwegen, en in het Noordwes ten van Rusland. In Bulgarije hebben: ze geheel hun Finsch verleden verloo chend. Maar althans in het eigenlijke Finland waanden ze dan toch van hun zelfstandig bestaan verzekerd te zijn. Daar heerschten nog Finsche zede, Fin- sche taal, en Finsche zelfstandigheid., De Tsaar van Rusland was hun vqrst, maar met Rusland als Staat hadden ze niets te maken. Ze hadden een eigen' regeering, een eigen wet, een eigen Par lement. Slechts was hun ongeluk, dat ze zichs teeds vijandiger tegen Rusland keerden, dat de sociaal-democratie hen revolutionuair maakte, en dat ze bij el- ken opstand in Rusland, steeds voor de partij van den opstand partij kozen. Juist dit nu heeft Rusland er toe gebracht, om de hand aan hun deugdelijke rechten te slaan, en zoo ligt dan nu bij de Doe- ma het voorstel van wet op tafel, om ge heel Finland eens voor goed bij Rusland te annexeeren. Voorshands wordt nu aan het arme volk nog zekere provinciale autonomie gelaten, maar gelijk van zelf spreekt, kan ook daarop straks al wat Rusland wil, worden afgedongen, zoodat voor taan als fait accompli vast zal staan, dat Tsaar en Doema over Finland als provincie van het machtige rijk beschik ken. "En wie zal 't dan nog voor "Finland opnemen Oostenrijk stellig niet, dat met Bosnië en Herzogowina evenzoo deed. Evenmin Duitschland, dat Oosten rijk bij zijn schending van het tractaat steunde. En evenmin Frankrijk, dat, om Duitschland straks mat te zotten, 'me*t Rusland goetie vrienden w'ercl. Alleen de juristen hebben een protest ingezonden. Doch naar hen luistert men niet meer. Ook daarom niet, omdat zoo tal van juristen principieel de vastheid van het internationale recht stelselma tig ondermijnd hebben. En waar de volksopinie in Europa nog een kreet kon doen opgaan, om tegen1 het onrecht in verzet te komen, daar 1.s ook die publieke opinie derwijfe ontze nuwd, dat ze voor de rechtscheiinis die Finland overkomt, niet meer warm is te maken. Ja, zelfs van de toongevende kringen in Finland kan kwalijk anders worden gezegd, dan dat ze, door het in drinken van den revolutionairen zw?jimel- drank, zeiven de vastheid van hun eigen' recht hebben 'losgewoeld. Voor eigen vrijheid roepen ze nu luide, maar het recht als zooclanig boezemt ook hun geen eerbied meer in. Toch blijft het een incident dat er gert, maar dan eerst ergert in waren zin, zoo men er het droef bewijs in weet te zien, hoe met de verzwakking van het re chtsbeginsel almeer a 1- 1 e recht der kleine natiën wankelen gaat. Een les ook voor Nederland. onverwachte bondgenooten zich op de barbaren wierp en tot ons doordrong. De missionaris was aan hun hoofd'. Hij voerde levensmiddelen mee. Aan hem heb ik te danken dat ik nu hier ben. Maar toen ik hem wilde bedanken, stiet ik op de meest zonderlinge weigering, die ik ooit ondervond. Wat steldet ge hem voor? Wat hij gewild zou hebben. Ik sprak van schadeloosstelling. Welnu? Hij lachtte. Ik sprak ervan rapport te maken aan mijn chefs, voor hem een officieel schrijven van het Engelsche gou vernement te verkrijgen. Hij werd ern stig en sprak: „neen, mijnheer, voor mij geen enkel eerbewijs." Ik heb hem voor gesteld zijn mooie daad aan de Franscbe regeering mee te deelen: toen heeft hij de hand op mijn arm gelegd^ mij plotse ling onderbroken, terwijl de tranen hem in de oogen stonden. Ziet ge ons daar, beiden, in een soort vleermuizennest, -uitgehold boven in een tempel zoo oud, dat men de wonden der steenen niet meer van het beeldhouw werk kon onderscheiden. Wij waren de chefs. Ik was in vreugde over onze be vrijding. Mijn soldaten zongen, vijftig voet lager onder de boomen. Ze zwegen, daar het uur van den maaltijd gekomen was. Ik voelde mij zoo van dankbaarheid door drongen voor den redder, zoo braaf, zoo dapper, zoo ontdaan van elke eerzucht, ((at ik ine belecJigd voelde over zijn wei- Regeering en Kiesrecht. In de pers ook in enkele organen( der Rechtsche duiken weer stemmen; op, die het doen voorkomen, alsof het onze Regeering geen ernst is met spoe dige behandeling van het kiesrecht. Een dier organen schreef zelfs: „Het is nu toch voor iedereen (dui delijk, dat het kiesrecht voor de toer komst uitgeschakeld is uit de dingen der actieve politiek". En een ander beweer de, dat nu het bewijs was geleverd hoer ver „de vroegere, ook in onze ^(athon lieke) kringen gemaakte drukte (over het kiesrecht) al zeer ontijdig is geweest". Het kan zijn nut hebben de verkla ring van den minister van Binnenl. Za ken in "deze nog eens over te drukken1.'' Minister Heemskerk sprak dan „Als de grondslagen waren wegge nomen, dan moest er nog begonnen worden met de voorbereiding voor't leggen van de grondslagen voor de kiesrechtherziening, want daarover was men het geenszins volledig eens, ook niet ter Linkerzijde, zelfs nieij eens in den boezem der Liberale Unie. Ik geloof dat dit de reden was, waar om men een blanco artikel wenschte. Dit Kabinet daarentegen wenscht grondwetsherziening voor te bereiden; waarbij in de Grondwet de grondsla gen van het kiesrecht zullen worden gelegd. Wanneer die voorbereiding deugdelijk is, dan kan het ook niet zoo moeilijk zijn om daarbij tevens de aanwijzingen te hebben omtrejnt de uitwerking in de Kieswet. Hoe iemand dus op het zonderlinge denkbeeld kan komen maar waartoe liomf men ar niet onder den invloed van het politieke leven om de be wering, dat dit Kabinet het eerste Ka binet is, dat de kiesrechthervorming wil voorbereiden, allerbrutaaalst te noemen, is mij een raadsel. Men kan er over debatteeren, maar het is toch, geloof ik, geraden in een debat hier over een klein toontje lager te zingen} dan de geachte afgevaardigde uit Rot terdam 1 heeft gedaan. Ik vrees, dat hij min of meer onder den indrukj was vafl de minder aangenapie op merkingen aan zijn adres vernomen, echter niet van mij, en dat hij die nu op mij wil verhalen". En vervolgensi „Wil de Regeering nu de herzie ning van de Kieswet op de lange baanj schuiven? Ik heb dat ontkend, en wan neer ik even mag resumeeren, wat de Regeering wil, dan is het dit. Del Regeering wil al het mogelijke doen, om de sociale verzekering tot stand te brengen. Zij wil inmiddels tege lijkertijd de grondwetsherziening voor bereiden, met aanwijzing van 'de grondslagen voor het kiesrecht. En} evenals zij de sociale verzekering zoo geringen en dat ik bij hem aandrong,: opgevende van mijn eer, die niet gedoog de, dat het behoud mijner manschappen en mijn eigen redding als zoo gering zou den worden beschouwd. Ik wond me op, en ik moet woorden gezegd hebben, die hem kwetsten. Toen ik uitgesproken had, zeide hij: Goed, ge verplicht mij tot een zeer wreede bekentenis. Ik heb 't verdiend. Maar bewaar het geheim van mijn naam. Reeds twintig jaar lang leef ik hier onder dit volk en ik hoop in zijn dienst te ster ven. Maar vóór ik naar Indië kwam, ben ik iii Europa gedurende verschillende maanden een onwaardig priester ge weest; ik heb gezondigd tegen de gelof ten van mijn priesterschap. Sindsdien is mijn leven één boetedoening geweest. Ge begrijpt nu, jonge man, dat ik de strengheid der boete niet wil verminderen en dat, wat ge mij voorstelt, voor mij onmogelijk is. Laat mij u vaarwel zeg gen. Ge zult u mijner niet meer kunnen herinneren zonder de gedachte aan mijn fout en ge hebt me genoodzaakt voor al tijd meer schaamte dan hoogmoed te hebben over den dienst, die ik u mocht bewijzen. Maar zoo is het goedi Vaar wel! En hij vertrok den volgenden dag, zon der dat ik hem heb teruggezien. .Wordt vervolgd)4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 1