Ie Jaargang. No. 145. 3>e £eicbcJve ©ou/tcmt Bureau OUDE SINGEL. 54, LEIDEN. latere. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week, 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco per post ƒ1.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/, cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 15 cent; ingezonden mededeelingen van 1—5 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop (geenhandels-aavertentiën) 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden- betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Dit- nummer bestaat uit TWEE bladen. Wij verzoeken dringend Adver tentiën, bestemd voor het nummer van Zaterdagavond, dat met de beide Paaschdagen wordt gelezen, zooveel mogelijk reeds Vrijdag in ons bezit te doen zijn, opdat wij intijds maat regelen kunnen nemen, om de plaat sing in dat nummer te verzekeren. DE DIRECTIE. Nationale Bloemententoonstelling. Vflfi otiten eigen verslaggever. Haarlem, 23 Maart. Inderdaad1, op geen waardiger wijze had de Algemeene Vereeniging- voor Bloembollencultuur het gpuden feest v,an haar bestaan kunnen herdenken dan dbor het organiseeren van de Nationale Bloemententoonstelling, heden feestelijk door Z. K. H. den Prins der Nederlan den, Beschermheer der tentoonstelling geopend in tegenwoordigheid van afge vaardigden van verschillende hooge col leges van bestuur. Maar niet slechts van die zijde al leen werd belangstelling getoond voor de machtige organisatiede bevolking van Haarlem's veste, de stad, gelegen in een der centra van de bollenstreek en die de eer geniet de groote tentoonstel ling binnen haar omgeving te herbergen, Haarlem's bevolking gaf eveneens blijk van instemming in de feestvreugde en lustig wapperde van vele huizen de va- ide "landsche driekleur en stak de stad in 'een echt feestelijk gewaad. Aldus werdefl de duizenden ontvan gen, die heden naar Haarlem samen stroomden om getuigen te zijn van de ope ningsplechtigheid. Bene pngewone drukte heerschte in Ide stadin de omgeving vari de „Ver eeniging" en het tentoonstellingsterrein bewogen zich veel kijklustigen en een jnassa personen wachtten de komst van* den Prins af, die met zijn adjudant, Jhr. van Such telen van de Haare, per auto van den Haag dwars ue bollenstreek Haarlem zou bereiken. Reeds zeer vroeg was de zaal van 'cle Sociëteit „de Vereeniging" met leden gevuld. Op het gereserveerde gedeelte hadden jo.m. plaats genomen de eereleden der vereeniging, bijna alle voorzitters .der 139 afdeelingen, leden van Qedl Staten Ider drie provinciën Noord1 en Zuid-Hol land en Zeeland, de leden van de Ge meenteraden van Haarlem en Heemste de, verscheidene burgemeesters van die gemeenten, waarin afdeelingen van Bloembollencultuur waren gevestigd en yele andere autoriteiten. Keurige plantenversieringen waren op ,en tegen het podium aangebracht door den heer Teunis, Haarlem, terwijl de firma Pander voor artistieke meubilee ring had zorg gedragen. Op het podium was opgesteld de Ko ninklijke Zangvëreenigiing „Zang en Vriendschap van Haarlem. Circa halfelf arriveerde Z. K. H. en [Werd ontvangen door den Commissaris der Koningin in Noord-Holland1 mr. O. van Tienhoven en den heer Ernst H. Kre- lage, Algemeen Voorzitter van de Ver. V. Bloembollencultuur. Na de eerste begroeting begaf Z. K. H. zich naar de leeszaal. Deze was onder lei ding van bovengenoemde Haarlemsche firma's in een rijke ontvangsalon her schapen, waar kostbare meubelen ejn smaakvolle pin ten versieringen als om! strijd de aandacht van den bezoeker in beslag namen. Hier waren tegenwoordig de drie an dere eere-vvoorzitters der vereeniging, Z.Exc. den Minister van Landbouw, Nij verheid en Handel, den heer A. S. Tal- tna, de Staatsraad i. b. d. mr. J. G. iPatijn, Commissaris der Koningin in iZuid-Holland, en mr, H. J. Dijckmeester 'Commissaris 'de Koningin in Zeeland; de leden van het Eere-comité met aan het hoofd hun voorzitter Jhr. mr. J. W. O. Böreel van Haarlem, terwijl van de Ka merleden opgemerkt werden dë heeren F. H. van Wichen, dr. J. Th. de Visser, P. B. J. J. Ferf, Jhr. mr. P. van Foreest, Jhr. mr. Frank van Lennep, W. C. J. Passtoors, mr. R. H. J. Patijn, F. Lief- tinck en mr. O. J. E. baron van Wasse- naer van Catwijckvoorts mr. J. C. de Marez Oyens, oud-minister van Water staat en Voorzitter der Internationale Jury, de heer T. van Waveren (Heemste de) Voo~zitter der Tentoonstellingscom missie, en de leden van het hoofdbestuur. De aanwezige heeren werden aan den Prins voorgesteld waarna een kleine verfrissching werd' aangeboden. Om elf uur ongeveer werd 'Z. K. H. de groote Concertzaal binnen geleid en terwijl alle aanwezigen zich van hun plaatsen verhieven, zette de Zangver- eeniging het „Wilhelmus" in, gevolgd door het „Morgenlied" van Philips Loots. Daarna sprak de Alg. Voorzitter, de heer Ernst ff. Krelage, de welkomstrede uit, die hier in extenso volgt: Koninklijke, Hoogheid, Da nies en Hee- rfhfi. Waar de Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur aanstonds de. hoo ge eer zal te beurt vallen, dat hare tentoonstelling door Uwe Koninklijke zal worden geopend, na eene openings rede door Zijne Excellentie den heer Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, daar past den voo-zitter slechts een zeer bescheiden woord. Maar ge heel zwijgen mag hij niethet ware on heus ch, zoo hier ui et uit naam der ver eeniging gesproken werd een woord van welkom en een woord van dank. Welkom, driewerf welkom heet ik U, Prins der Nederlanden, Beschermheer der Tentoonstelling! Door de tentoon stelling onder Uwe voogdij te nemen, en daaraan den luister te verbinden van Uw vorstelijke naam hebt Gij het voet spoor betreden van Koning Willem den Derden, die, zelf ervaren kenner en vu rig minnaar van planten en bloemen, nooit den vaderlandschen tuinbouw zijn steun onthield waar hij dien behoefde. Uwe aanwezigheid te dezer plaatse zet de kroon op de sympathie, die de Ne- derlandsche tuinbouw te Berliji, en thans onze tentoonstelling, ook door de uit- looving van twee medailles, reeds van Uwe Koninklijke Hoogheid mocht on dervinden. Welkom, Minister van Landbouw Nij verheid en HandelWelkom, Commissar rissen der Koningin in de bloembollend kweekende provinciën, eere-voorzitters der tentoonstellingHet is voor onze vereeniging een veelbeteekenend voor recht c'tat de Ifoogste dragers van het gezag in staat en gewest zich aan het hoofd hebben willen stellen van haar gedenkfeest. Wij meenen daarin een er kenning te mogen zien van1 de overwe gende beteekenis van "den tuinbouw in' 't .algemeen en de bloembollenteelt in 't (bijzonder voor de welvaart van een belangrijk deel van het land. Welkom, Burgemeester van Haarlem! Gij hebt ons in hooge inate verplicht door het voorzitterschap van het eere comité wel te willen aanvaarden. Wij wisten van onze vorige vijfjaarlijksche tentoonstelling, .dat wij niet te vergeefs een beroep zouden doen op uwen steun. Ook thans hebt gij al uwen invloed ge bruikt ten bate der tentoonstelling, stondt gij ons steeds met raad en daad terzijde, zoodat haar welslagen zeker voor een niet gering deel aan uwe me dewerking als hoofd van Haarlem's Be stuur te danken zal zijn Ook u, leden van het eere-comité be groeten wij hier met groote vreugde, in 't bijzonder de staatslieden die het bloembollendistrict vertegenwoordigen in 's lands vergaderzaal, van Enkhuizen tot Zierikzeemoge onze tentoonstel ling hen opnieuw overtuigen, dat de bep langen der streek hunne aandacht ten volle verdienen. De beide andere tuinr bouwcentra, welker ve re en i gin gen zoo krachtig de deelneming aan de tentoon stelling hebben bevorderd, zijn in het eere-comité vertegenwoordigd dbor de burgemeester van Boskoop en Aalsmeer. Hun ambtgenoot van Heemstede verte genwoordigt er jde gemeente, op wel ker grondgebied de tentoonstelling ten deele gehouden wordt en 'die ons, on- ,der de; krachtige opwekking v^n fyare burgemeester, de meest ondubbelzinni ge blijken heeft gegeven van sympathie ke medewerking en steun. Met ingenomenheid begroeten wij hier voorts de vertegenwoordigers der tuinbouwvereenigingen, die zoo krach tig hebben bijgedragen tot het welslagen der tentoonstelling en die der bijzondere corporatiën op het gebied der bloem bollenteelt, met wie wij waar noodig zoo aangenaam samenwerken. Niet min der verheugt -ons hen hier te zien, die krachtens hunne positie als voorzitters van vereenigingen, op verwant gebied of maatschappelijk terrein ons in zoo me nig opzicht zeer gewaardeerden steun hebben willen verieenen. Welkom ook gij, leden der Internatio nale Jury. Er zal gelegenheid te over zijn, tijldens |den düur der tentoonstel ling om ,u toe te spreken in althans eeni- ge der vele talen die gij de uwe noemt. Hier concentreere zich het welkom op uwen voorzitter. Heeft de heer de Marez Oyens den Nederlandschen tuinbouw een gewichti- gen dienst bewezen door het gezag van zijn naam en positie in dienst te stel len van den Tuinbouwraad, de aanvaar ding van het voorzitterschap der Inter nationale Jury «toont opnieuw dat de oud-minister, in wien als jong ambte naar reeds een voorliefde voor d'e land en tuinbouw-belangen vermoed werd aan zijn.e sympathie uitdrukking heeft wenschen te geven door een daad! Thans worde de aangename taak der dankbaarheid vervuld. Aan Hare Majesteit de Koningin ien Hare Majesteit de Koningin Moeder, de hooge Beschermvrouwen der Alge meene Vereeniging voor B'oembollencul- tuur brengen wij onzen eerbiedigen dank voor de medailles voor onze tentoonstel ling beschikbaar gesteld, welke de inzen ders elkander als de hoogste eereprij- zen in edele:1, wedijver zullen betwisten. Aan de Regeering, de Staten van Noordholland, Zuidholland en Zeeland, de Gemeenten Haarlem, Heemstede, Aalsmeer, Boskoop, Akersloot, Benne- broek, Beverwijk, Hillegom, Katwijk, Limmen, Noordwijlc, Oegstgeest, Rijtns- burg, Sassenheim, Uitgeest, Wassenaar en Wijk ,aan Zee en Duin dank en nog maals dank voor den financieeien enj moreelen steun op zoo velerlei wijze ons betoond. Naast dezen steun van officieele zij de gedenken wij met niet minder harte lijke erkentelijkheid de krachtige mede werking die 'wij van nagenoeg al pnze afdeelingen mochten |Ondervinden, maar bovendien nog zoovelen, die door hunne nauwe betrekking tot het bloembollen vak of uit sympathie voor onze ver eeniging zich gedrongen hebben gevoeld ons te steunen op een wijze die niet alleen onze stoutste verwachtingen over troffen heeft, maar ons ook zware ver plichtingen oplegt voor de toekomst. In 't bijzonder zij het mij nog ver gund hier de Koninklijke Liedertafel „Zang en Vriendschap" te gedenken, d;ie er een eer in heeft gesteld aan deze ope ningsplechtigheid een hoogere wijding te verieenen en daardoor een ideale op vatting toonde van hare roeping. Wanneer onze tentoonstelling slagen mag, dan komt daarvoor warme lof en dankbare hulde toe aan de regelingscom missie, die onder d'e voortvarende lei ding van haren onvermoeide! voorzit ter, den heer T. van Waveren en met de technische voorlichting van de beide tuin architecten de heeren Springer en Goe- mans, twee volle jaren gearbeid heeft aan de voorbereiding der tentoonstel ling. Maar pok de inzenders vergeten wij daarbij niet, en wanneer ik hen het laatste noem, dan geschiedt dit met op zet, omdat wat het laatste gezegd wordt, het best .in de herinnering blijft, en de inzenders erkend behooren te worden als de eigenlijke makers der tentoonstel ling. Maar wij mogen ons heden niet be perken tot .een getuigenis onzer erken telijkheid voor |den steun aan onze ten toonstelling. Op een der eerste rijen in deze Izaal zletelen een ,aantal 110£ krachtige grijs aards, wien men nauwelijks den last hun ner ten minste zeventig jaren voor ieder zou aaniien. Het zijn de leden die van den begin ne af lid zijn geweest onzer vereeniging en haar steeds niet alleen trouw zijn ge bleven, maar haar jaren lang in verschil lende fitnetiën Ji&bben, gediend, fcly^ne hooggewaardeerde aanwezigheid op de ze plaats voert onze gedachten naar het verleden, en stemt ons tot innigen dank aan de stichters der vereeniging en hen, die gedurende vijftig jaren hare belan gen hebben behartigd op een wijze, die onze waardeering te meer verdient, naar mate hun streven door de overheid' min der werd gesteund' dan in onzen tijd, nu wij- het voorrecht eener gezonde staatsbemoeiing ten aanzien van de na tionale bodemcultuur zoo "ten volle mo gen genieten. Het onlangs verschenen Gedenkboek ontslaat mij van de taak hier langer te verwijlen bij het verledene. Vergunt mij U een blik te doen slaan in de toekomst. Ik zie de bloembollenstreek zich ver lengen over Friesland en 'Zeeland, en' zich verbreeden voor zoover de gesteldi- heid van den bodem veroorlooftik zie het export stijgen tot nooit vermoede cijfers. Ik zie een rationeel gedreven handel, gegrond op betrouwbane statistieken en op onderlinge samenwerking tusschen exporteur en kweeker. Ik zie den internationalen handel in tuinbouwproducten bevrijd van kunst matige belemmeringen en omslachtige formaliteiten, maar gesteund door snel en billijk vervoer, door intensief tele foonverkeer, ook ten plattelande. Ik zie het tuinbouwonderwijs voor de bloembollenstreek verdeeld over een aan tal winterscholen, en talrijke plaatselij ke cursussen. Ik zie er wetenschappe lijk bestuurde proefvelden voor cultuur en bestrijding van plantenziekten. Ik zie eene concentratie van de Re- geeringsbemoeiingen ten aanzien van de tuinbouwbeiangen onder (afzonderlijke leiding, als noodzakelijk gevolg van de snelle ontwikkeling der bloembollenteelt en der overige takken van tuinbouw. Ik zie op eigen terrein het eigen ge bouw verrijzen, dat onze vereeniging reeds zoo lang dringend1 behoeft, en dat gebouw eenmaal het algemeene „Huis voor den Tuinbouw" voor geheel het land. „Droombeelden van een utopist", mompelt gij. Misschien ten deele. Maar al moge niet alles gelijktijdig voor verwezenlij king vatbaar zijn, ons eigen gebouw mo ge de kroon zetten op het omvangrijke werk der tentoonstelling. Indien hare fi~ nancieele uitkomsten gunstig zijn, zal naar wij hopen, het Gebouw uit het rijk der droomen verplaatst worden naar het gebied van het practische leven. Moge onze tentoonstelling met veler medewerking leiden tot d!at schoone en blijvende resultaat! Ik heb gezegd. Daarna sprak Jhr. Boreel, de burge meester van Haarlem, waarna Minister Talma de volgende rede hield: „Koninklijke Hoogheid, Mijne Heeren, Voorzitter en Leden, Dames en Heeren Gaarne heb ik gehoor gegeven aan de uitnoodiging van het Comité om tegen woordig te zijn bij de opening dezer ten toonstelling. Vooreerst omdat het aan de Regeering aangenaam is een blijk van waardeering te geven aan de Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur bij de viering van haar vijftigjarig bestaan. Een halve eeuw van rusteloozen arbeid en krachtig streven in het belang der Ne- derlandsche Bloembollencultuur ligt ach ter haar. De voorzitter die met zooveel energie zijn naam hooghoudt, den naam Krelage, tot over de grenzen verbon den met den roem onzer bloembollen, heeft in het gedenkschrift ieder in de gelegenheid gesteld een inzicht te ver krijgen in de veelzijdige beteekenis, die deze vereeniging voor de ontwikkeling van het bedrijf heeft gehad. Zij is er in ge-, slaagd in den stijd om het bestaan, die ook dit bedrijf had te voeren bij de groote uitbreiding die het in deze vijftig jaar verkreeg de leiders naar voren te brengen, die scheifp den weg zagen afgeteekend, waarop voor dit bedrijf een degelijken grondslag' en gezonde uitbreiding kon ver kregen worden. Terecht heeft zij als middel van feest viering gekozen een tentoonstelling, bree der van opzet dan eenige van vroeger, inzettende een nieuw tijdperk van vrucht baren arbeid. Moge het welslagen der tentoonstel ling dii gouden feest groote schitteiin; geven, en een prikkel aan de leiders en de leden der vereeniging om voort te gaan op den ingeslagen weg, geleid door drie beginselen, die van zoo groo- ten invloed zijn geweest op den groei van dit bloeiend bedrijf. Vooreerst: werkt zoo lang het dag is. Niet het slapend rijk worden, maar ze gen op noesten arbeid zij het begeerde. Dan: kennis is macht. Rusteloos moet worden voortgebouwd op den grondslag van de ervaring bij het licht van de we tenschap, dün alleen blijkt men op de hoogte van zijn tijd Eindelijkeerlijk duurt het langst. Niet het oogenblikkelijk voordeel, gemakkelijk door misleiding verkregen, maar de eer-i lijke naam voor goede waar verzekert een gezond bedrijf. Een nieuw tijdperk van vruchtbaren arbeid wil de jubileerende vereeniging openen door de tentoonstelling, die op dit oogenblik zal worden geopend. Deze tentoonstelling heeft wel terecht de eer Uwer hooge bescherming, Konink lijke Hoogheid en Uwe belangstelling, dames en heeren, die gij toont door Uwe aanwezigheid hier. Zij wil aan landge noot en vreemdeling toonen tot welke ont wikkeling onze bloementeelt is gekomen. Zekei\ er is hier onderlinge wedijver,; wedstrijd om de palm. En die wedijver en die strijd zijn kostbare middelen om tot vooruitgang te prikkelen allen, diie in het bedrijf zijn betrokken. Wat onze tuinbouw geworden is in het algemeen en niet het minst onze bloementeelt, is de vrucht van veler arbeid en zorg. Naast krachtig groot-bedrijf is het midden, en klein-bedrijf in de tuinbouwwereld in hoo ge mate vertegenwoordigd, en niet het minst voor de beide laatsten is de invloed van een tentoonstelling niet licht te over schatten. Zij geeft de kans om te toonen, wat men kan, wat men heeft weten te ontlok ken aan de natuur, en in de eervolle on derscheiding de vrucht te plukken van geduldig zoeken en angstvallig zorgen. Maar de wedijverende prijs daarin ver kregen is niet het einddoel. Zij die deze tentoonstelling ineenzetten, zijn zich be wust van de beteekenis, die een goede tentoonstelling heeft voor het bedrijf als geheel. De veeljarige ervaring heeft de beteekenis getoond, die voor onze kwee kers en tegenover het buitenland! eenef samenwerking van de resultaten van het bedrijf heeft, wanneer die samenvatting wordt tot stand gebracht door een kun dige hand. Straks en in de volgende we ken zullen wij zien hoe een hand, door gevoel van schoonheid geleid het verschei dene weet saam te schikken tot een ge heel waarin de verschillende kleuren tot een harmonie ineengloeien. Dat is het beeld van hetgeen het comité verstaat dat deze tentoonstelling voor onze bloemen teelt doen moet. De onderscheidene krachten samenbrengen tot een pogen, dat den kweekers den weg wijst, in welke richting hij zijn bedrijf moet ontwikkelen en den vreemdeling toont wat de Neder- landsche tuinbouw hem vermag aan te bieden. Dat was wat op mij het diepst indruk maakte, toen ik verleden jaar te Berlijn het werk van onzen .Tuinbouwraad be wonderde: het schitterend welslagen van de poging van den Nederlandschen tuin bouw als geheel uit te laten komen in zijn eigenaardigheid en zijn kracht. .Wanneer straks de kundige mannen uit het buitenland die gij naar dit bloemen- feest in onze schoone bloemenstad hebt genoodigd, zullen komen zien, wat hier is bijeengebracht, dan wilt gij, dat zij henen zullen gaan met het besef, dat onze tuin bouw is een levenskrachtig bedrijf, dat met al de hulpmiddelen van onzen tijd zich wil handhaven op de wereldmarkt En wanneer zij weer zijn heengegaan^ wilt gij, dat onze kweekers hier aan den arbeid gaan, met verruimd inzicht en met nieuwen moed voor de toekomst. Zal er nog niet meer zijn? - Die tienduizenden, die hier zullen ko men, niet om te koopen of om te verkoo- pen, noch om met deskundigen blik hef gebodene te waardeeren, maar om te ge nieten van de wonderbare rijkdom van kleuren ,en vormen, opluilcende uit de; donkere aarde. Zij zullen van uw arbeid genieten en hun leven zal een schoonenj dag meer rijker zijn. Een winstte waar- deeien zij het ook niet in geld. Er i$ heel wat arbeid noodig geweest om dit; alles tot stand te brengen, maar het i^ de niocile waard. Wanneer ik dan Uj Heeren Leden yan het comité der leb-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 1