Yolanda. BUITENLAND. BINNENLAND. Derde Blad, behoorend bij De Leidsche Courant van 19 Februari. Aan de Z.Eerw. Heeren Pastoors van geheel Nederland. Z.Eerw. Heeren! Uit de nieuwsbladen zal U, Z.Eerw. fieeren, reeds eenige weken geleden bekend zijn geworden, dat de verschil lende R. K. Militairen-Vereenigingen in Nederland zich tot eene Bond hebben vereenigd, teneinde door onderlinge ge- jdachtenwisseling en samenwerking den fcegenrijken invloed dier vereenigingen te yerhoogen. .Wat de Militairen-Vereeniging is voor (den jeugdigen Militair behoeft wel niet ^neer gezegd te worden. Ieder weet, dat bij voor hem in zijn vrije uren, is een {toevluchtsoord, waar hij ten minste eeni- jgermate terugvindt wat hij in zijn ouder lijk huis heeft achtergelaten: gezelligen omgang met de besten onder de Militai ren, spelen van allerlei aard, benoodigd- heden voor briefwisseling, goede leesboe ken en dagbladen enz. enz. Maar vooral [vindt hij daar den Eerw. Directeur, die yoor hem tracht te zijn wat vader en moe- jder thuis voor hem waren, die hem met Jiefde vermaant, wanneer zulks noodig jblijkt, die zorgt dat hij zijne godsdienst plichten waarneemt. Zoo is de Militairen-Vereeniging voor vele jongelingen een krachtig middel om (hem te bewaren voor het bederf van slech- jte kameraden, die zij, helaas! maar al •te dikwijls aantreffen in den dienst. Het Ss een feit, dat er jaarlijks enkele diep- pedorven jongelieden, vooral uit de groo- Êe steden, worden ingelijfd, jongelieden, lie eigenlijk niet waardig zijn de mili taire uniform te dragen, en wier verder felijke omgang vooral voor argelooze jon- jgelieden zoo gevaarlijk is. Dat er voor uwe barophiën veel te vreezen is van de ver lofgangers, die tijdens hun militairen jdienst niet bestand zijn geweest tegen )dien verderfelijken omgang, door wie zal [dit worden begrepen, dan door U, Eerw. (Heeren? Een Militair met groot verlof jis voor zijne oude kameraden in Uwe pa- tochie veelal een orakel, dat zijne nieu- jwe ideeën uitkraamt en zijn nieuw licht .Uitstraalt, en, helaas! "ook dan, wanneer (zijne ideeën niets anders zijn dan ver dorvenheid, en zijn licht niets anders is ,dan duisternis, veler oogen en ooren tot ,zich trekt. Het is dan van het grootste belang, ,Eerw. Heeren, uwe parochianen tijdens 'hun militairen dienst in de Miltaren-Ver- jeeniging onder dak te brengen, en Uwe [medewerking is daartoe op de eerste 'plaats noodzakelijk. Een hartelijk woord, door UEerw. op :den laatsten Zondag dezer maand tot de opgeroepen jongelingen en hunne ouders gesproken, zal zijn doel niet missen. Verzoekt dan, Eerw. Heeren, en hier dringen wij ten zeerste op aan, verzoekt •alle in te lijven jongelingen van Uwe pa rochies, om vóór hun vertrek bij UEerw. .afscheid te komen nemen, en geeft hun dan, bij krachtige aanbeveling der Mili- 'tairenA/ereeniging, een briefje mede, waar !op door UEerw. hun naam en het adres van ouders of voogd geschreven is. Legt hun op, dit briefje zoo spoedig mogelijk •te brengen aan den Eerw. Directeur der Militairen-Vereeniging daar waar zij in .garnizoen komen, opdat deze hen aan stonds onder de zijnen opneme en van hunne opname bericht kunne zenden aan UEerw. en aan hunne ouders. En, daar nacht- en avondpermissie na ,10 uur voor velen zoo verdei :e'iik werkt," [zouden wij U.Eerw. ook willen verzoe ken, het teekenen van een verzoekschrift door ouders of voogden, dat deze per missie aan hunne minderjarige dienst plichtigen niet gegeven mag worden, ten- t zij de Directeur der R. K. Militairen-Ver eeniging dit voor hen aanvraagt, te wil len in de hand werken, i Bij dezen moreel en steun vragen Wij ook dringend uwen stoffelijken bijstand, opdat onze Vereeniging voor Uwe jon gens, eenmaal voor een tijdlang onze jon gens geworden, kunne zijn, wat zij be- FEUILLETON. in „Wat bedoelt gij daarme'e?" Vroeg ik. „Ik bedoel, bestudeer grondig het pa- jieis, welks muren u gastvrij herbergen. ;De Ca'Spada is in den Baedeker van een dubbel sterretje voorzien wegens hare col- pectie Venetiaansche meesters, dus het is jgeen verboren tijd, dien gij daaraan be steedt. En als gij de goedheid wilt heb- (ben mij als cicerone "bij uw rondgang te (willen gebruiken, doet gij nog niet zoo'n [slechte keus, want ik weet er minstens [evenveel van als de oude Danieli, die [anders de „splendid", ^reizend",- en charmant" uitroepende vreemdelingen [door de paradevertrekken rondleidt en jinet zeke rwelbehagen de fooien opstrijkt, die hem verboden zijn aan te nemen." „O!" protesteerde ik tegen deze insi nuatie, wel zwakjes, maar toch protes teerde ik en voegde er bij: „Als gij niets [beters te doen hebt, doctor, heb ik wel lust om van uwe goedheid gebruik te ma- als 4e. pude fianieli dat ten, minste hoort te zijn, een gezeUig tehuis, waar zij gaarne hunne vrije uren doorbren gen. Dat daarvoor groote geldelijke offers moeten gebracht worden, is overduide lijk. Die offers worden door de katholie ken der verschillende garnizoensplaatsen in ruime mate gebracht. Dezen zien van nabij de heilzame werking van onze schoo- ne vereeniging, ofschoon de leden voor 99 procent vreemden zijn. Doch de offers onzer stadgenooten, hoe .gul ook ge bracht, zijn niet toereikend om aan de groote behoeften onzer Vereeniging ge heel tegemoet te komen. Daarom durven wij,' Eerw. Heeren, den stoffelijken steun van U Eerw. en Uwe parochianen voor Uwe jongens inroepen. En wilt Gij, Eerw. Heeren, op de hoog te blijven van de wijze, waarop van Uwe hulp en steun door ons gebruik wordt gemaakt, abonneert u dan op ons krantje, dat slechts 50 cents per jaar kost. Dat krantje zal U maandelijks spreken van Onze Vereeniging, spreken van Uwe jon gens, die immers hoe verder van U ver wijderd, U des te nader aan het hart liggen. Jen slotte, deelen wij U, Eerw. Hee ren, mede, dat Z. Excell. de Minister van Oorlog heeft bepaald, dat de minderja rige militairen, wier ouders of voogden schriftelijk zulks verzoeken, voortaan onder geleide naar de kerk zullen worden gebracht, teneinde hunne godsdienstplich ten te vervullen. Van verschillende zijden werden zeer uiteenloopende gevoelens ge uit omtrent dit voorschrift en de door ons hierin te volgen gedragslijn. Daarom zal het misschien voorloopig voldoende zijn, dat U Eerw. de ouders met dit verzoek schrift in kennis stelt, zoodat zij ten min ste hunne dienstplichtige zonen kunnen bedreigen met zulk een schriftelijk ver zoek aan hun commandant, indien zij ver nemen dat hunne zonen nalatig zijn in het bijwonen der H. Mis. Het hoofdbestuur der Bond: E. P, RAAYMAKERS, Pres, !H. J, J. JEN BERE, H. PIETERSE. LW. J. VAN KESSEL. P. G. M. H. CORTEN. A. H, VAN DIJK, Secr.-pënn. België. iMgr. Tacci. Donderdag heeft koning Albert Mgr. Tacci, den aartsbisschop van' Nicea, den apostolischen nuntius, in audiëntie ont vangen. Mgr. Tacci overhandigde den konin'g den brieven van den H. Vader, waardoor hij door dezen in hetzelfden ambt bevestigd wordt, als hij onder het bestuur van Leopold II vervulde. Tevens overhandigde Mgr. Tacci aan den koning een eigenhandig schrijven van den H. Vader, waardoor deze den koning bedankt voor de speciale missie hem bij gelegenheid van koning Leo pold's dood en zijn troonsbestijging ge zonden. De apostolische nuntius werd in een hofrijtuig naar het paleis gereden;. Frankrijk. De hinderlaag in Ouadaï. Alle bladen houden zich bezig met de bloedige nederlaag in Fransch-Congo en vragen zich bezorgd af hoe, bij een alge meen en opstand der half onderworpen stammen, de 1200 man, het uitgestrek te gebied van 186.000 vierk. K.M. met een grenslijn van 1200 K.M. lengte,, moeten verdedigen Reeds heeft een afgevaardigde, de lieer Adigard, in de Kamer minister Trouillot nadere inlichtingen gevraagd. Uit diens antwoord bleek, dat ook der regeering feitelijk geen verdere bijzon derheden bekend zijn. W;eL verzekerde de minister, dat het detachement niet op een avontuurlijken tocht uit was, toen het ongeluk gebeurde maar een; eenvou dige verkenning deed. Vervolgens gaf hij als zijn meening te kennen, dat de Kamer na het gebeurde de noodzakelijkheid zou inzien, van een eenzienlijke uitbreiding van de bezet tingstroepen dier streek, welke Frank rijk moet vasthouden, wil men de bezit tingen rondom het Tschadmeer niet blootstellen aan het voortdurende gevaar der invallen en strooptochten van de inlanders, wier voornaamste middel van bestaanslavenhandel, de Franschen trachten te beletten. Dat de Ouadaïers geen tegenstanders zijn, die men behoeft te minachten, en die uitstekend bewakend zijn, blijkt wel hieruit, dat bij de onverhoedsche bezet ting van de hoofdstad in Juni 1.1. 3500' geweren met 50,000 patronen werden ingeleverd, Van uit Tripolis worden zij van de meest moderne wapens voor zien, waarmede zij uitstekend weten om te gaan. Mochten zij dus van hun over winning partij weten te trekken, dan zullen de Fransche troepen harde noten te kraken krijgen in eerstvolgende we ken. i Spanje. Scheepsramp Chanzy. iWoensdag is in het kathedraal van Ciudadela voor de zielerust van de slachtoffers der ramp van de „Général Chanzy" een plechtige H. Mis opgedra gen. De Requiem-mis werd tevens opge dragen voor de schipbreukelingen van ■den tweemaster „Martial", die zooals men weet een drietal weken geleden ook schipbreuk had geleden op de kust van Minorca. De bisschop, de alcade, en de andere autoriteiten van Ciudadela hadden de bevolking uitgenoodigd zooveel moge lijk bij de plechtigheid tegenwoordig te zijn. Naar de Fransche bladen nu melden was de kathedraal met een schaar ge- *,iOovigen, die diep onder den indruk waren, gevuld. De geheele gemeente raad was met den alcade Gabriël Saura tegenwoordig. Ook waren aanwezig de voornaamste autoriteiten', de comman dant van het eskader van de drie tor pedobooten ,'dat in de haven ligt, de leerlingen der scholen, de consul van Frankrijk, de afgevaardigde van de com pagnie Transatlantique en de leerlingen van het seminarie. Kanunnik Dives droeg de H. Mis op. De bisschop van Minorca gaf na de H. Mis de absolutie. De ramp der „General Chanzy". Het bergen der lijken van de Général Chanzy vlot niet hard wegens de hooge zee en de weder opgestoken storm heb ben de torpedobooten, welke hiermede belast waren, op de reede van Bar celona een schuilplaats moeten zoeken. Een officier van een der schepen, van Minorca binnengevallen, verzekerde aan den „Matin"-correspor.dent, ilat alle lij ken van personen, die over boord zijn geslagen, geborgen zijnde overigen zou men pas vinden, zoodra de zee kalm genoeg is, om den duikers een onderzoek van het wrak mogelijk te maken'. De meeste passagiers toch, waren, volgens hem, nog in hun hutten, toen het schip op de rotsen liep, zoodat zij als in| een muizenval verdronken zijn. Griekenland. Troonafstand in zicht? Over Konstantinopel komt het gerucht dat koning George van Griekenland de in het buitenland vertoevende Griek- sche prinsen voor een familieraad naar Athene heeft geroepen. Koninklijke Besluiten. Met ingang van den lsten April zijn bij het Departement van Financiën be vorderd tot administrateur jhr. mr. G. C. van Weiier, thans referendaris; tot referendaris mr. L. J. A. Trip, thans hoofdcommies; tot adjuct-commies J. G. Fellman, thans eerste-klerk. Zijn benoemd tot ontvanger der registratie voor de burgerlijke akten; (kantoor nö. 2) te Amsterdam, G. W. j. C. Vermeulen, thans bewaarder van de hypotheken, het kadaster en de scheeps- bewijzen te Dordrecht; tot ontvanger der registratie voor de gerechtelijke ak ten en der domeinen te Amsterdam, A. J. M. Van Lohuizen, thans ontvanger der registratie en domeinen te Zwolle. Met ingang van *1 April is be noemd tot commies bij het R. archief in Zeeland, dr. L. W. A. M. Lasonder, thans adjunct-commies bij dat archief. Met ingang van 1 Mei is aan den directeur van het post- en telegraaf kantoor te Zaandam C. A. Willemse, op zijn verzoek, als zoodanig eervol ont slag verleend. Met ingan'g van 17 Febr. is de heer J. M. Bottemanne, directeur der visschershaven te IJmuiden, benoemd tot inspecteur voor de visscherij. De neutraliteit van het onderwijs. B. en W. van 's-Hage hebben onder dagteekening van "15/18 Februari de hoofden der openbare lagere scho len en de hoofden der bijzondere scho len voor Lager Onderwijs, ook ter mede- deeling aan het personeel hunner scho len in kennis gesteld met de door den Raad dezer gemeente in zijn vergade ring van 2 November 1909 aangenomen motie van den volgenden inhoud: „De raad, van oordeel, dat het zingen van natio nale liederen niet kan beschouwd wor den als schending der neutraliteit op een openbare school van oordeely dat integendeel tot de christelijke en maatschappelijke deug den, waartoe volgens artikel 35 der wet op het Lager Onderwijs de kinderen moeten worden opgeleid, zeker behoort eerbied voor het gezag en dus ook eer bied voor het Hoofd van den Staat; spreekt de wenschelijkheid uit, dat op de openbare scholen in deze gemeente bij voorkomende gelegenheden die eer bied zal worden aangekweekt." Eene centrale waterleiding voor Hillegom, Lisse en Sassenheim. Reeds meermalen zijn in de bloem bollenstreek plannen voor stichting van eene waterleiding ter sprake gekomen. En ook de gemeenteraden van de di verse dorpen in Zuid-Hollandsch Noord- Westhoek hebben zich met dit onder werp bezig gehouden. Eene beslissing is echter nooit gevallen, eensdeels om dat de gedane concessie-aanvragen on voldoende werden geacht of er eene strooming voor gemeente-exploitatie be stond, anderdeels om'dat men nog niet zoozeer van de noodzakelijkheid eener drinkwatervoorziening door eene wa terleiding overtuigd was, of wel aan de levensvatbaarheid van eene zoodanige onderneming twijfelde. Bovendien heb- ebn de betrokken gemeentebesturen, naar 't schijnt, tot dusverre geen gemeenschap pelijke basis voor samenwerking kun nen vinden eene samenwerking welke o. i. voor het verkrijgen van goed drink water noodig en in het belang der ge meenten zelve wenschelijk is, terwijl de kwestie van de waterleiding te Haar lem, die het water aan de bovenste la gen van den grond onttrekt, in den laatsten tijd deze zaak in een nieuw sta dium heeft doen treden. Ofschoon dus eene poging tot stich ting eener waterleiding op velerlei moei lijkheden stuit, is bij velen in de bol lenstreek de overtuiging gerijpt dat op den duur alleen op deze wijze aan de behoefte van goed drinkwater zal zijn te voorzien en als uitvloeisel daarvan hebben wederom besprekingen plaats gehad tusschen eenige ingezetenen van Sassenheim, Lisse en Hillegom. Uit een ons van welwillende zijde toe gezonden overzicht dezer beraadslagin- gingen blijkt, dat op den 21en Januari in de Commissiekamer van het Raadhuis te Hillegom bijeenkwamen op initiatief van de drie laatstgenoemden de heeren Joh. Guldemcnd, R. van der Schoot en H. V. van Zanten, van Hillegom, dr. D. Blok, A. Guldeinond en J. Tuijmelaar van Lisse en J. W. Marbus, J. Speel man en W. Warnaar, van Sassenheim. De vergadering werd geleid door den hr. Warnaar, die het doel ervan uiteen zette. Waarom zou met een beetje goeden wil in deze we'lvarende streek geen cen trale waterleiding kunnen gea cht wor- dienstijver overhandigd werden, welke be wees in welk aanzien hij bij de marchese en bij het geheele huis in het algemeen moest staan. Toen ik deze opmerking onder woor den bracht, lachte hij op zijn aangename wijze en zeide: „Dat is niet mijne verdien ste, maar alleen de gewoonte. Ik ben met den marchese opgegroeid en niet meer van hem te scheiden in het begrip dier ■lieden." „O, dan is uwe positie ook een heel andere, dan ik gedacht had", zeide ik, bijna teleurgesteld. „Ik had mij u zoo ongeveer als lotgenoot voorgesteld, maar dat was een verkeerde voorstel ling, want ik ben de betaalde voorlezeres die ontslagen kan worden en gij zijt de huisvriend, de onafhankelijke metgezel van den heer des huizes." „Wie is geheel onafhankelijk in dit leven?" vroeg dokter Marino. „Onaf hankelijkheid beteekent niet altijd ge luk," heeft koningin Natalie van Servië gezegd, en zij heeft gelijk, geloof ik. Het waarom ligt genoeg voor de hand. Ove rigens zult gij in de marchesa een zeer lieve vrouw vinden, van wie afhanke lijk te zijn u niet zoo heel hard zal vallen. Natuurlijk een kleine ruk aan den, letting ^al jyel ftf en toe voelbaar aen r Als iedere gemeente het afzonder-, lijk zou moeten doen, zouden er nog vele jaren verloopen alvorens iets tot stand kwam, afgezien van het groote voordeel van gezamenlijk optreden. Ten einde nu te voorkomen dat een der drie genoemde gemeenten tot stichting van: een waterleiding zou overgaan, zonder, overleg met de andere te plegen oven eene centrale, meende de commissie dat niets onbeproefd moest worden gela-. ten, om tot het gewenschte doel te ko men. Nadrukkelijk werd geconstateerd, dat geen der leden eenigerlei mandaat had en ieder hunner dus als privaat persoon optrad. Een besluit werd niet jgenomen, het geen trouwens bij gebrek aan gegevens niet mogelijk was; wel werd bereikt;! de overtuiging bij allen dat een water leiding nuttig en noodig is. De Hillegomsche leden meenden, dat het drinkwater in hunne gemeente goed was en daardoor 't getai aansluitingen., gering zou zijn. Deze meening werd be streden door dr. Blok, die voorts be toogde, dat het weinig of nooit voorko-' men van epidemiën meer zijn oorzaak} vindt in het niet aan een groot vaar water liggen der gemeenten. 'tKan bo vendien toch geen toeval worden ge-i noemd, dat alle doctoren in deze streek} het er over eens zijn, dat Hillegom, Lisse en Sassenheim drinkwater hebben, dat schadelijk voor de gezondheid is. Een tweede vergadering werd gehou-' den op 3 Februari. Daarop werd een} plan en toelichting voor eene waterlei ding ter tafel gebracht, op verzoek van! Sassenheim, opgemaakt door dé firma. Visser en Smit, waterbouwkundigen te Oud-Beijerland. Hillegom, die den heer Schotel van "Rotterdam zou raa'd- plegen, had wegens ziekte van den des kundige hieraan geen gevolg kunnen ge ven. De heer Smit, ter vergadering aan wezig, beval ten zeerste de stichting van ééne centrale waterleiding aan de vrees dat het aantal aansluitingen beneden de verwachting zal blijven, werd niet door hem gedeeld, op grond van de ervaring in andere Zuid-Holl. gemeenten. Vol gens den heer Smit bestaat er geen ge- vaar voor uitdrooging van den boven grond, als men het water minstens 25 Meter beneden A. P. aan den bodem onttrektvoorts deelde hij mede, dat in dien zijn firma conecssie verkreeg, zij als voorwaarde zou stellen, dat min stens 40 pCt. van het maatschappelijk! kapitaal over een voldoend aantal per sonen verdeeld, door de ingezetenen der betrokken gemeenten moet worden ge nomen, omdat daardoor een maatschap pij op gepaste wijze door de ingezete nen wordt gesteund. Na nog eenige besprekingen, waarbij de commissieleden van Hillegom ver klaarden de door de heeren Visser en Smit genoemde cijfers te willen verge lijken met de te hunner beschikking! staande rapporten, werd de vergadering door den voorzitter gesloten met den wensch, dat de commissie wederom spoe dig zal kunnen vergaderen, met de Da- gelijksche besturen der 3 genoemde ge meenten. Het boven reeds genoemde overzicht en raming der stichtingskosten alsmede van de uitgaven en inkomsten van ééne centrale waterleiding voor de gemeenten Hillegom, Lisse en Sassenheim opge maakt door de heeren Visser en Smit, be gint met de bemerking, dat de in de rapporten genoemde cijfers niet zuiver zijn, aangezien de gelegenheid heeft ont broken om nauwkeurig een onderzoek ter plaatse in te stellen, 't Is dus s ec'its een tot op zekere hoogte betrouw --are raming, omdat de lengte van het bui zennet geschat is en de hindernissen voor komende op de wegen, zooals sluizen, bruggen, duikers, spoor- en tramwegen,a alsook de plaats van de pompstations on bekend waren. Toch verzekeren de hee ren Smit en Visser, dat de getallen niet veel met de werkelijkheid zullen verschil len. Hillegom telt 7807 inwoners, die in 1950 woningen zijn gehuisvest; Lisse telt 5247 inwoners met 1310 en Sassenheim 2S29 inwoners met 700 woningen. Het abonnement mag gesteld werden op f10 zijn, maar zulk een ruk voelt ook de koning op zijn troon misschien va ker dan gij hem voélen zult. Treedt haar zonder vooroordeel tegemoet, zij behoort tot de weinige vrouwen die geenf vooroordeel kennen, die noch in het haar toekomende purper poseert, noch' er zich op laat voorstaan, maar inte gendeel hare hooge positie opvat als een plicht, die zij zich waardig moet: toonen". „Dan moet de marchesa eene zeld zame, beminlijke vrouw zijn", riep ik! uit, meegesleept door de warme woor den van mijn begeleider. „Dat is zij", zeide hij ernstig, maar* vriendelijk. „En de marchese?"- vroeg ik belangd stellend. „Naar hem moet gij niet vragen ik ben te na met hem bevriend, om; niet partijdig te zijn", antwoordde doo ter Marino lachend. „Ik ontdek dikwijl^ zijne fouten, maar ik ben ook altijd weej geneigd hem op eene pf ,a,ndere wijz^ te verontschuldigen", (Wordt yeryolgd)^ niet als inbreuk pp zijn rechten be schouwt." „Dat zal Wel niet", was het vriende lijk antwoord, „want het paleis is op het oogenblik voor vreemdelingen gesloten de consulaten geven nu geen biljetten er voor uit. Waarom? de marchese wil verandering maken ik moet onderzoe ken of er geen afzonderlijke Titiaanzaal saam te stellen isde schilderijen hangen over de verschillende zalen en kamers verdeeld en hebben dikwijls zeer slecht licht. Voor mijn ambt als cicerone valt nog dit te zeggen, dat ik u niet alleen de paradevertrekken, maar alles kan laten zien, en u weet, dat het de rommelka mers zijn, die een ,oud huis interessant maken.", „Juist, zoo denk ik er ook over", zeide ik opspringend. „Daarom versmaadde* ik ook Danieli's vriendelijk aanbod, een der moderne kamers te betrekken. Nu heb ik er zelfs twee, wat eigenlijk onbescheiden is. Heerlijke, oude kamers, docter, vlak bij den ingang van den corridor van den zoogenaamden ouden vleugel gelegen." „Ik weet het r- Danieli heeft het mij verteld", viel hij mij in de rede. 5,Oij hebt de Stanza d'Oro en de Stanza d|ella JDo- garessa." ■iQ.gito. gogareasa?^ „Zoo genoemd, omdat de weduwe van den eersten Doge uit het huis Spada het bewoonde. Dat was in de tweede helft van de vijftiende eeuw. Na haar heeft nog slechts een persoon, de gemalin van ha ren kleinzoon Michele Spada, deze ka mer bewoond en sedert dien slechts af •en toe een gast, en wel eerst in deze eeuw. Zij behooren bepaald tot de mooiste vertrekken van het paleis, maar zij zijn helaas afgelegen en worden gemeden zoo als de geheele oude vleugel." „En het geheele paleis", vulde ik aan, en daar doctor Marino hierop niets zei, voegde ik er bij: „Dus de della Spada zijn ook een Dogengeslacht?" „Drie uit hun huis hebben op een Do- gentroon gezeten twee, door Jitiaan geschilderd, zult gij beneden zien", ant woordde hij, de deur voor mij openend. Buiten op den gang vonden wij den ou den Danieli, wien doctor Marino de sleu tels vroeg, welke mijn begeleider met een Voor hen, dié de Venetiaansche ge schiedenis kennen, merk ik op, dat ik heel goed weet, dat Venetië nooit een Do ge uit een huis Spada had. Daarmede is meteen gezegd, dat de naam slechts een gefingeerde is, die dep werkelijke^ JBUfii Sffib V v s" ~u'"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 9