9e Seicbelve Scti/tomt No. 41. De Erfgenamen van Judas. BUITENLAND. BINNENLAND. Ie Jaargang. Bureau OUDE SIIVGEL* 34, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt voor Leiden 9 cent per week, f 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco per post f 1.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/, cent. Donderdag IS November 1909. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels f 0.75, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeelingen van 15 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop (geen handels-advertentiën) 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden betrekkingen 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Uit de Pers. Ter Overweging. 5,Hét Huisgezin" maakt de volgende al leszins juiste opmerkingen: Wanneer men weer een heele week jlang gezien heeft,- hoe in de meeste bla- jjden dag aan dag kolommen lange versla gen,- soms met bar-leelijke illustraties jvoorkomen over het geruchtmakende Steinheil-proces voor de Parijsche Recht bank,- dan vraagt men zich wel eens af, of dat zoo nu moet Of de menschen er beter, verstandiger .wijzer door worden, als zij het leven in zekere Parijsche kringen zoo haarfijn zien ontleed, de toestanden en verhoudingen daar zien geschilderd en uitgerafeld en .uitgeplozen. Strekt zulks tot stichting, tot leering tot afschrik voor de menschen. En wat denkt men wel, dat er bij de aankomende menschen na zulke lectuur moet omgaan. Het ware wel leerzaam, indien men eens kon te weten komen, waarmee na lezing der verslagen van het Steinheil- proces de jeugdige hersens der opgroeien de kinderen zich bezig houden, welke ge dachten door hun jong hoofd* varen, wat hun phantasie hun voortoovert... Men zegge toch niet: ze denken niet verder, ze begrijpen het niet, ze lezen er over heen enz. Wie zoo meenen, kennen het mensche- lijk hart, ook dat van kleine menschen niet. Wij willen maar zeggen, dat men met de leesstof niet te voorzichtig kan zijn. Zeker, een krant is geen vrome bespie geling, geen levens-van-heiligen-lectuur. Wie dag aan dag zijn krant vol „braaf heid" zette, zou geen lezers trekken en oorzaak zijn dat de pers, die op dit ge bied geen scrupules kent, een nog groote ren voorsprong kreeg. Men moet ook aarltrekkelijk zijn, al is van huis uit de concurrentie in aantrek kelijkheid met bladen, die niets piquants laten liggen, op het piquante azen, onbe gonnen werk. Maar een krant kan toch wel aantrekke lijk en frisch zijn zonder van de moreele afdwalingen en vergrijpen, in onze dagen helaas talloos, in geuren en kleuren ver slag te geven. En het is een feit, dat wie op dit ter rein gaat meedoen, voortdurend gepeper der om gekruider kost moet opdienen, wil hij zijn lezers blijven bevredigen. Men verlangt ten slotte dagelijks een vaste portie schandalen in zijn blad. Maar het zijn niet de zedelijke schan dalen alleen, welke gevaar opleveren. Er mag ten'deze door de apostelen met de pen, die ook charge d'ames, ziel zorg, hebben, wel eens worden overwo gen, of al die uitgesponnen verhalen van allerlei misdrijven geen gevaar kunnen .opleveren." 't Is alles volkomen juist en toont ook een keer te meer aan, welke doornen soms schuilen onder de rozen der jour nalistiek. Zaken als de boven omschrevene doodzwijgen, ware de gemakkelijkste FEUILLETON. 41) Ik slaap bijna niet, arme Pampy, ik zie den geheelen nacht spoken en ake lige gedrochten in mijn droomen. Gij moet over deze dingen niet spre ken, zei de Pampy. Neen! neen! zeide Cyrillus met bitterheid. Anders zou men nog zeggen dat ik krankzinnig was. De neger beloofde al het nieuws te ko mmen vertellen en twee dagen later klopte hij weder aan de deur van Parasol. Ger- maine was met de kinderen alleen thuis. Hij bracht voor hen allerlei geschenken mede. Toen hij wegging, zeide hij tot .Germaine - Ik heb voor Zondag rijtuigen be steld. Ik -heb geld genoeg, dan kunnen de kinderen ook mee. Toen de beide families Zondags de Hoogmis hadden bijgewoond, stapten Pampy, Parasol, Rosalie- en de kinde ren in de rijtqigende kleinen lachten en hadden pleizier: de beide mannen waren ernstiger. Rosalie bleef droevig. Ha^r maji was weg, maar geenszins de beste, want men moet zijn lezers vooral hen, die graag op de Roomsche pers afgeven toch op de hoogte houden. Bovendien dient zulks zoo te geschieden, dat die lezers tevens een dusdanig inzicht in de zaak erlangen, dat zij niet vreemd staan tegen over evntueele valsche conclusies, welke maar al te vaak en al te spoedig getrokken worden. Bij dit al dag aan dag de juiste middenmaat te betrachten is waarlijk niet zoo makkelijk als het lijkt, weshalve een artikel als dat van „Het Hgz." wel eens goed is ter opheldering, zegt de „Rsb." Frankrijk. Ferrer-vergoding. De Fransche revolutionnaire socialisten heetgebakerd van nature, zijn ook hierin weer haantje-de-voorste. Zoo is de beeld houwer Derré reeds gereed met het ont werp voor een monument Men ziet er Ferrer op, stervende en on dersteund door de Menschlievendheid, af gebeeld als een vrouw (gelijkt zij mis schien op „mevrouw" Villafranca ach- hem een rij mannen, geschaard tegen een muur: de doodgeschoten revolutionnairen van Montjuich. Zooals men weet, zouden de Ferreria- nen dit leugenachtig standbeeld gaarne neerzetten bij de basiliek van het H. Hart op Montmartre. Het is intusschen te ho pen, dat de Parijsche Gemeenteraad, die reeds zoo verstandig was geen Ferrer- hulde te dulden, op het bordje van een straatnaam, deze uitdagende brutaliteit zal weten te verhinderen. Hoe van de openbare school een revolu tionaire geest moet uitgaan en hoe goed de Fransche Bisschoppen deden door te gen deze school positie te nemen, bewij zen wel de volgende citaten uit de school boeken, die op de openbare school in ge bruik zijn. Zoo o.a. dit: „De Dienst in het leger is een zeer zware, moeilijke plicht. Men zou daar minder onder te lijden hebben en er zouden minder soldaten noodig zijn, als er in Europa geen koningen en keizers waren, die er vermaak in vin den, twist te stoken onder de volken en hun te doen gelooven, dat zij el kaar haten. Langzamerhand zullen de volken begrijpen dat zij broeders zijn, en de Fransche Republiek zal niet bang meer behoeven te zijn, te wor den aangevallen en overmeesterd door koningen en keizers. Ongelukki gerwijs is die schoone dag nog ver verwijderd en hebben wij een heel le ger noodig om ons onafhankelijk volksbestaan te verdedigen." En het volgende: „Belastingen zijn onvermijdelijk maar het is wel bezwaarlijk ze te be talen. De Franschen moeten elk jaar vier milliard opbrengen. Waarom? sedert twee dagen niet thuis geweest. XX. EEN MUSEUM. Jude Maloeuvre bevond zich in zijn werkkamer. De twee ellebogen gesteund op de tafel, las hij langzaam, alsof hij zich beter wilde doordringen van den zin der woorden. Het was een paragraaf van een interessant Arabisch boek, vertaald door José-Ortès. „En hunne gezichten werden „doodskleurig en hun slaap werd ger „stoord door verschrikkelijke droomen en „zij verloren hun kracht en opgewektheid „zij vermagerden en werden als geraam ten en weldra stierven zij onder een ver schrikkelijke waanzinnigheid." Maloeuvre sloot de oogen alsof hij sliep Lang dacht hij over deze woorden na. Op dit oogenblik trad Coeilo binnen. Gewoonlijk ontving hij hem vriendelijk, maar op dien dag scheen hij ontevreden dat hij kwam, alsof de zuivere blik van den jongeling kon gissen, wat er in de ziel van zijn vader omging. Wat wilt gij vroeg hij kort aange bonden. Het boek van mijnheer v. Esthen, dat zoo prachtig Ingebonden is. Ik weet niet waar het is, Coelio. Ik zal het later wel eens geven. Toen Maloeuvre zich alleen bevond droogte Dij zijn voorhoofd ab waar vaf Omdat de koningen erfkeizers, voor hun genoegen oorlogvoerende, zoo - veel geld hebben uitgegeven, dat het noodig was, om tot het bestrijden dier uitgaven tot geweldige leeningen over te gaan, loopende over milliar- den, en nu moeten wij thans de rente van die geleende geldsommen beta len. Vandaar dat wij zocAeel uitge ven, zooveel betalen. Laat ons wel oppassen, dat wij nooit stemmen op afgevaardigden, die ons onder het juk van een koning of een keizer zou den willen brengen En laten we wel toezien, dat onze afgevaardigden zui nig zijn met ons geld en vooral, dat zij ons niet zopden wikkelen in on- noodige oorlogen, die ons zouden ruïneeren." België. De Belgische legerwet. In de Kamer werd gistermiddag be gonnen met de stemming over de le gerwet. Het amendement der socialisten waarbij geëischt werd algemeene dienst plicht met een diensttijd van 6 maan den, werd verworpen met 157 tegen 34 stemmen en 17 blanco's. Het amende ment der liberalen, inhoudende het be ginsel van algemeene dienstplicht werd verworpen met 88 tegen 36 stemmen en 34 blanco's. Met zitten en opstaan werd daarna gestemd over artikel 1 van het ontwerp der regeering, bepalende, dat 1 zoon per gezin dienstplichtig is, welk artikel wordt aangenomen. Heden heeft plaats de stemming over de afschaffing der plaatsvervanging. Amerika. De Mijnramp bij Chicago. De ingang van de schacht, die Zondag gesloten was om het in de mijn woedende vuur te verstikken, werd Maandag weer geopend. De reddingsbrigade steeg drie malen af, vond echter levenden noch doo- den. Daar het vuur weer met heftigheid uitbrak, moest de ingang van de schacht opnieuw gesloten worden. De brand woedde dus nog steeds voort. Zoo is dan het lot van de, in de mijn opgesloten lieden beslist Er is nu geen hoop meer op redding. Het aantal slacht offers bedraagt 360. Het kleine stadje telt thans 200 weduwen en 1000 weezen meer. Tegen het lynchen. Het Supreme Court van de Vereenigde Staten heeft eenige vonnissen gewezen die misschien er toe zullen bijdragen, om de lust in lynchpartijen iets te doen afne men. Tot dusver achtten de lynchers zich niet ten onrechte vrij wel straffe loos, maar de Amerikaansche justitie schijnt nu krachtiger te willen optreden. Zoo is een ex-sheriff uit Tennessee tot 3 maanden, een gevangenbewaarder tot 2 maanden gevangenisstraf veroordeeld, omdat zij de lynching van een-ter dood veroordeelden neger, wiens terechtstel ling echter was opgeschort, niet hebben belet. Vier mannen, die aan de hier be doelde lynchpartij deelnamen, kregen eveneens.straff en van drie en twee maan den. het zweet in groote droppels rolde en dan opende hij een „Woordenboek voor medische wetenschap", bij het woord „Upas." Dat is het! Upas wordt in den In- dischen Archipel gevonden. Het boek van José-Ortès en het „Woordenboek" komen overeen. Het vergif is erg sterk.... In het bloed doorgedrongen begint het te wer ken: in het voedsel vermengt, doodt het langzaam en zijne werking brengt eene vermagering teweeg, die men aan iedere andere oorzaak kan toeschrijven. Maloeuvre lachte, sloot bet boek en ver borg het onder een massa papieren. Hij verliet zijn bureau, opende een ijzeren kistje. Hij haalde een flacon van de groot te, van een pink te voorschijn. Het was met een bruinachtig poeder ge vuld. Hij ontkurkte het fleschje en ademde den inhoud in. Wie zou gelooven dat dit poeder zoo vergiftigend was, zeide hij. Hij sloot het fleschje weer weg. .Toen Maloeuvre een maand geleden van Asnières teruggekeerd was en ver klaarde dat de hond zoek geraakt was, gaf Marie-Angelina zich aan een groote droefheid over. Maloeuvre vond het overdreven om zich zoo een dier aan te trekken. Gij neemt alles weg. Mijn vader is .Cyrillus hebt gij naar het Col- De straf lijkt niet zwaar voor een moord want wat is het lynchen anders, maar er is nu toch een begin gemaakt, om den Amerikanen in het Zuiden af te leeren, leeren, voor eigen rechter te spelen. Canada. Het Eucharistisch Congres. Aan den Herderlijken brief van den aartsbisschop van Montreal, waarvan wij gister melding maakten, ontleenen wij 't volgende „Ook Keulen had reeds zijn groot Eucharistisch feest en ofschoon het door de depêches uit Europa stelselmatig werd doodgezwegen weten wij toch, dat het uitmuntte door uiterlijke pracht, zijn machtige redenaars, de ontzaglijke deel name, maar vooral door de overal be toonde vroomheid. In alle kerken ver zamelden zich groote scharen geloovigen rond de altaren, om zich te sterken met het Brood des Levens. In de vergade ringen trachtte theologen en zieleherders de devotie voor de Heilige Eucharistie meer te verbeiden. En in de als bij groo te nationale vierdagen, feestelijk versierde straten brachten de Kerkvorsten en prela ten in grooten getale, duizende priesters en leeken hunne hulde aan den godde lijke overwinnaar, in de H. Hostie verbor gen. Deze roemrijke tooneelen, die wij aan de oevers Van den Rijn mochten aanschou wen, zullen wij het volgende jaar aan de boorden van onzen St. Laurens kunnen zien. In ons land heeft, Goddank, de ver eering voor de H. Euchariste steeds in hooge eer gestaan, en in de laatste jaren vooral groote vorderingen gemaakt. De eeuwigdurende aanbidding wordt in on ze diocesen met groote plechtigheid ge vierd, en het steeds aangroeiende getal Communies bewijst dat Canada, het land der vrijheid, ook een land van geloof is, welvoorbereid voor het houden van een plechtig congres". Vervolgens wijst de aartsbisschop op de zegeningen van het congres, op de gevaren die het volk dreigen en hoopt op een goeden uitslag. Zuid-Amerika, Castro. Castro is volgens een bericht uit Madrid in de „New-York Herald" van plan, tot het eind van het jaar in Malaga te blijven, dan naar de Vereenigde Staten te trekken en zich daar te vestigen. Hij vertrouwt, zegt hij, in den geest van rechtvaardigheid van het Amerikaansche volk, dat z. i. zeer verschilt van het gedrag door de Amerikaansche regeering gevolgd ten op zichte van de Venezuelaansche zaken. „Als het Amerikaansche volk alle feiten kent, zal het niet langer gelooven dat ik revo lutionaire ambities heb", betuigt hij ver der, en zal het zien welk een groote schade de ware Amerikaansche belangen in Venezuela is toegebracht door Roose- velts incorrecte houding. De Amerikaan sche regeering nam een ontzettende ver antwoordelijkheid op zich door Gomez' verraad te steunen." Castro gaat dan voort te vertellen dat dit blijkt uit den te- lege gestuurd, en Pampy hebt ge weg gejaagd. Ik heb toegevendheid jegens hem gebruikt, kind. Neen, zeide Marie-Angelina. Men had den waren schuldige moeten zoeken. Gij weet toch dat men in de kamer van den neger het horloge van Coelio gevonden heeft. Dat geen bewijs. Op den dag van zijn vertrek waart gij toch van zijn schuld overtuigt. Ik dacht toen juist als nu. Maar ik heb gezwegen om erger te voorkomen. Na den neger ontneemt gij mij nu nog den hond; dat is te veel.... ja te veel.... Waar om stuurt ge miss Emily ook nog niet weg Het zou wel kunnen gebeuren, ant woordde Maloeuvre, dan zou ik u in een pensionaat kunnen plaatsen. Marie-Angelina huiverde en zweeg; de blik van Maloeuvre verschrikte haar. De woorden van Marie-Angelina deden hem nadenkendat zwijgende, zachte kind dacht meer na, dan hij meende. Zij had begrepen, dat hij haar afzonderde: zij scheen hem te wantrouwen. Een gevaar kon van dezen kant komen. Hij achtte het noodig haar tot kalmte te brengen. Gedurende de laatste dagen van het verblijf te Parijs trachtte hij haar \veer genwoordigen verwarden toestand en op dezen af te geven. De voormalige president van Venezuela schijnt te vinden, dat het tijd wordt, dat weer over hem wordt gesproken en schijnt zijn eerzuchtige neigingen, welke hij ontleent, nog niet te hebben verloren. De Argentijnsche regeering denkt met kracht op te treden tegen de anarchis ten. 300 anarchisten zullen over de grens worden gezet, verscheidene dagbladen welke de anarchistische beweging steun den, zullen worden afgeschaft. Een ka binetsraad werd gehouden om te be raadslagen over de bijeenroeping van het congres tot het stemmen voor buiten gewone anti-anarchistische wetten. Dr. Kuyper. In een Amsterdamschen Brief aan het (R.K.) Handelsblad van Antwerpen le zen wij, dat men in de Tweede" Kamer achter de schermen aan dr. Kuyper te verstaan heeft gegeven, dat hij zich openlijk heeft te zuiveren van de blaam die op zijn eer is geworpen en dat hij zich in geen geval zal onttrekken aan de aanstaande gedac'ntenwisseling in de Kamer over de decoratiekwestie. Het gerucht dat dr. Kuyper wegens zijn toenemende doofheid zich uit het staatkundig leven zal terugtrekken, al thans voor het Kamerlidmaatschap be danken, had de briefschrijver ook uit den boezem der Kamer vernomen, doch hem werd het zoo uitgelegd, dat het besluit van dr. Kuyper eerst in een ver verwij derde toekomst ten uitvoer zal worden gebracht. Koninklijke besluiten. Aan S. G. van Weideren baron Ren- gers is met ingang van 1 Januari 1910 eervol ontslag verleend als griffier bij het kantongerecht te Wageningen. Gedetacheerd bij liet wapen der infanterie van het leger in Nederlandsch- Indië voor den tijd van vijf jaren, de ie luit. V. F. J. Boumeester, van het 7e regiment infanterie. Landweerwet. De Tweede Kamer heeft gisteren het wetsontwerp tot aanvulling en wijziging van eenige bepalingen der Landweerwet aangenomen. De wijzigingen hadden voornamelijk ten doel der verruiming van de bestemming, waarmede de dienst plichtigen overgaan tot de landweer (handhaving van de openbare rust), het medegeven van de geweren aan hen, die met groot verlof zijn, het verplicht op richten van depóts, het recht geven aan de viermaanders tot vrijwillige oefening en voorts eenige bloot formeele en tech nische wijzigingen. Bij de beraadslaging werd door den minister van Oorlog aangekondigd, dat binnenkort een wetsontwerp te verach ten is tot wijziging van de Militiewet, waarbij de diensttijd voor de landweer van 7 op 5 jaar gebracht wordt, met één herhalingsoefening. wat op te wekken. Hij deed haar een be zoek brengen bij Cyrillus, overlaadde haar met geschenken en bood miss Emily prachtige juweelen aan. Toen Coelio hem herinnerde, dat mijn heer van Esthen hem had uitgenoodigd zijn museum te komen bezoeken, kwam Maloeuvre lachend aan zijn verlangen te gemoet. Mijnheer van Esthen was een rijke Hol lander. Zijn liefde tot de natuurlijke histo rie had hem er toe gebracht het eiland Java te bezoeken. Bij zijn terugkomst in Europa was hij in het bezit van eene merkwaardige verzameling. Door zaken kwam hij in aanraking met Maloeuvre en zoo had hij Coelio eens aangeboden zijn collectie te komen bezichtigen. Mijnheer van Esthen woonde in een prachtig huis. Wanneer men er bin nen kwam gevoelde men zich in een an der werelddeel verplaatst. Er was veel wat den kinderen belang inboezemde. Miss Emily stond verrukt over eenige kleederen van goud en zijde geweven, Ziehier het costuum der Javanen^ zeide mijnheer van Esthen. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1909 | | pagina 1