183 X°. 230. Leiden, 13 December 1948. Hierbij doen wij Uw Vergadering toekomen een wijziging van de gemeentebegroting voor 1946, betrekking hebbende op de ontvangsten en uitgaven ter zake van de ondersteuning van behoeftigen en werklozen. Zoals U bekend is, zijn de op de begroting 1946 geraamde bedragen gelijk aan die van de begroting 1944, welke laatste behoudens enkele wijzigingen ook voor 1946 gegolden heeft. Tengevolge Van de geheel nieuwe toestand, welke door de bevrijding is geschapen, wijken de ontvangsten en uit gaven van het jaar 1946 zeer veel af van die van 1944; voor de kosten van ondersteuning van werklozen geldt dit wel in het bijzonder. Hieronder volgt, voor zoveel nodig, een toelichting op de aangebrachte wijzigingen. Gemeentelijke Dienst voor Sociale Zaken. De uitgaven van deze dienst, welke waren geraamd op 1.064.700.hebben bedragen 1.104.498.02 volgens onder staande specificatie: a. bezoldiging personeel182.350.65 b. bureaukosten22.449.46 c. ondersteuning aan behoeftigen831.016.94 d. geneeskundige armenverzorging 79.736.17 e. kosten schoeiseldienst646.86 1.116.200.08 Verminderd met de kosten van controle op werklozen, welke op Hoofdstuk IX 2 moeten worden verantwoord (zie volgn. 721» der uitgaven)11.702.06 1.104.498.02 De raming van de post moet dus worden verhoogd met 1.104.498.02 1.064.700.— 39.798.02. Voor de beoordeling der resultaten van de dienst moeten ook de ontvangsten ad 52.402.34 in aanmerking worden genomen. Deze waren geraamd op 40.950.terwijl ontvangen werd ƒ.52.402.34, alzo ƒ11.452.34 meer. In totaal is liet resultaat van de dienst dus ƒ39.798.02 -ƒ11.452.34 28.345.68 ongunstiger dan de raming. Politieke delinquenten De kosten van ondersteuning aan politieke delinquenten hebben bedragen 114.974.88 (volgn. 699a), het Rijk ver leende hierin een subsidie van ƒ87.718.15 (volgn. 189a), terwijl een bedrag van 1.243.23 aan het Rijk moest worden terugbetaald wegens te veel ontvangen subsidie (volgn. 6996). Ter zake van de ondersteuning van politieke delinquenten waren geen posten op de begroting 1946 geraamd. O verbru g g ingsu itkering De kosten van steunverlening (overbruggingsuitkering) aan werknemers, die zonder werk zijn (volgn. 717), hebben over 1946 bedragen: I. waarin het Rijk tot het volle bedrag subsidie verleent: a. steun aan werkloze arbeiders, inclusief alle toeslagen865.073.24 b. bevallingsuitkeringen4.290. 869.363.24 II. waarin het Rijk geen subsidie verleent: a. het ten laste van de gemeente blijvende gedeelte van de premiën ingevolge het Zieken- fondsenbesluit voor werkloze arbeiders 20.744.90 Totaal der uitgaven. 890.108.14 De desbetreffende post was in totaal ge raamd op151.500. Alzo dient de post te worden verhoogd met 738.608.14 Van het Rijk werd bovengenoemd bedrag van 869.363.24 aan subsidie in de- kosten van steunverlening ontvangen (volgn. 198); geraamd was een bedrag van ƒ151.250. zodat dit volgnummer met 718.113.24 dient te worden verhoogd. Voorschotten op lonen aan gezinnen van arbeiders, die in Duitsland en Frankrijk te werk gesteld waren. Wegens nog niet terugontvangen voorschotten op lonen aan gezinnen van arbeiders, die in Duitsland en Frankrijk te werk waren gesteld, werd van de dienst 1945 naar die van 1946 overgebracht 45.514.61 (volgn. 729). Over 1946 werd ter zake ontvangen 6.837.64 (volgn. 209), zodat nog een bedrag van 45.514.61 6.837.64 38.676.97 naar de dienst 1947 moet worden overgebracht (volgn. 210). Het is thans vrijwel zeker, dat dit bedrag alsnog zal kunnen worden geïnd. Wij stellen U voor het besluit tot wijziging van de ge meentebegroting voor 1946 te nemen, hetwelk in ontwerp hierbij is overgelegd. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. X°. 231. Leiden, 13 December 1948. Van de in de begroting der gemeente en die der bedrijven Voor het jaar 1948 uitgetrokken bedragen wegens „Veri ficatie" (zie de toelichting bij volgnummer 295 der gemeente begroting) blijken enkele ramingen ontoereikend. Dit is een gevolg van het feit, dat in die gevallen over het le halfjaar 1948 aan het Verificatiebureau der Ver eniging van Xederlandse Gemeenten een aanmerkelijk hogere vergoeding moest worden betaald dan geraamd was, zulks in verband met de toegenomen omvang der controlewerk zaamheden Het betreft hier de kosten van controle van de Gemeente-Ontvanger, geraamd op 1.821.88, ver schuld - digd 3.185.overschrijding 1.363.12; de Reinigings- en Ontsmettingsdienst, geraamd op 437.50, verschuldigd 980.overschrijding 542.50; de Gem. Volkscredietbank, geraamd op 750.verschul digd 865.overschrijding 115. Wij stellen U voor de desbetreffende ramingen te verhogen en daartoe de besluiten te nemen, welke wij U hierbij in ontwerp aanbieden. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. Van Leiden. N°. 232. Leiden, 13 December 1948. In Uw Vergadering van 13 September 1948 (Ingek. Stukken Xo. 158) werd besloten, om zo nodig gedurende het 4e kwartaal 1948 kasgeldleningen aan te gaan tot een maximum bedrag van 3.000.000.Met het oog op de gedurende het le kwartaal 1949 aan de gemeentekas te stellen eisen is het nodig, dat ook in dat kwartaal tot opneming van kasgelden kan worden overgegaan. In dit kwartaal kan wederom met een bedrag van 3.000.000.worden volstaan, zodat het maximale bedrag van de kasschulden over het kwartaal op genoemd bedrag dient te worden gesteld. Wij stellen Uw Vergadering voor ter zake het besluit te nemen, dat wij U hierbij in ontwerp aanbieden. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. X°. 233. Leiden, 13 December 1948. Voor de belegging van overtollige kasgelden is jaarlijks ingevolge het bepaalde in art. 170 van de gemeentewet een besluit van Uw Vergadering vereist. ■Rekening houdende met de mogelijkheid, dat gedurende het jaar 1949 overtollige kasgelden zullen moeten worden belegd, stellen wij Uw Vergadering voor het besluit te nemen, dat wij U hierbij in ontwerp aanbieden. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1948 | | pagina 5