Zie de toelichting bij volgn. 472.
Tegenover deze hogere uitgaaf kan volgn.
119 der ontvangsten: „Vergoeding van het
Eijk: a krachtens art. 56 der Lager Onder
wijswet 1920" met eveneens 41.992.42
worden verhoogd.
Volgn. 521. Bezoldiging van de vakonder
wijzers (O.U.L.O.)2.456.78
De uitgaven, geraamd op 6.429.
hebben bedragen ƒ8.885.78, d.i. ƒ2.456.78
meer.
Zie de toelichting bij volgn. 473.
Volgn. 522. Kosten van het instandhouden
van schoolgebouwen, alsmede van terreinen
voor het onderwijs in lichamelijke oefening
(O.U.L.O.)1.508.63
De uitgaven ter zake hebben 2.208.63
bedragen; een bedrag van 700.was uit
getrokken.
Het bedrag van 1.508.63 kon worden
gedekt door afschrijving van de op volgn.
820h uitgetrokken som van 50.000.
Volgn. 525. Onderhouden van schoolmeube-
len (O.U.L.O.)219.77
Bovenbedoeld onderhoud vereiste een
uitgaaf van 1.069.77; een bedrag van
850.was uitgetrokken.
Volgn. 526. Aanschaffen en onderhouden
van schoolboeken, leermiddelen en schoolbe-
hoeften (O.U.L.O.)615.31
De uitgaven ter zake, geraamd op
ƒ2.400.hebben bedragen ƒ.3.015.31, d.i.
615.31 meer.
Zie de toelichting bij volgn. 479.
Volgn. 527. Verlichting, verwarming en
schoonhouden van de schoolgebouwen
(O.U.L.O.)4.089.09
De kosten hebben in totaal 9.514.09 be
dragen; de beschikbaar gestelde som van
ƒ5.425.moet dus met ƒ4.089.09 worden
verhoogd.
De aannemingssom van de „Cemsto"
voor schoonhouden enz. bedroeg 5.016.67,
of 2.171.67 meer, dan de ter zake uitge
trokken som ad 2.845.
De kosten van verlichting en verwarming,
geraamd op 2.580.hebben bedragen
ƒ4.497.42, d.i. ƒ1.917.42 meer.
Volgn. 531. Teruggave van schoolgelden
(O.U.L.O.)478.04
Over 1946 moest ter zake een bedrag van
ƒ478.04 worden terugbetaald; de post was
voor „memorie" uitgetrokken.
Volgn. 539. Andere uitgaven ter verzekering
van de goede gang van het onderwijs (O. U.L.O.) 362.79
De uitgaven ad 362,79 op dit volgnum
mer hebben bijna uitsluitend betrekking
op de kosten ter voorziening in vacatures
(advertenties en reis- en verblijfkosten)de
post was voor „memorie" uitgetrokken.
Volgn. 542. Jaarwedden en wedden der
onderwijzers (O. Buitengew. L.O.)8.868.92
De uitgaven bedroegen ƒ29.508.92; ver
hoging van de beschikbaar gestelde som van
20.640.met 8.868.92 is dientengevolge
nodig.
De uitgaven hebben plaats gehad over
eenkomstig de regelen, bedoeld in artikel 13
van het Kon. Besluit van 22 October 1923
(Stbl. no. 489), zoals dat sindsdien is ge
wijzigd.
Zie de verhoging van volgn. 127 der
ontvangsten „Vergoeding van het Eijk in
gevolge artikel 71 der Lager Onderwijswet
1920" met eveneens 8.868.92.
Volgn. 543. Kosten van het instandhouden
van schoolgebouwen, alsmede van terreinen
voor het onderwijs in lichamelijke oefening
(O. Buitengew. L.O.)211.61
De uitgaven ter zake hebben 511.61
bedragen; zij waren geraamd op ƒ300.
ITet bedrag van ƒ211.61 kan worden ge
dekt door afschrijving van de op volgn. 820h
uitgetrokken som van 50.000.
Volgn. 545. Onderhouden van schoolmeube-
len (O. Buitengew. L.O.)37.09
De uitgaven hebben ƒ462.09 bedragen;
een bedrag van 425.was uitgetrokken.
Volgn. 546. Aanschaffen en onderhouden
van schoolboeken, leermiddelen en schoolbe-
hoeften (O. Buitengew. L.O.)
De uitgaven ter zake hebben 1.865.84
bedragen, zodat aanvulling van de beschik
baar gestelde som van 1.750.met
115.84 nodig is.
Volgn. 547. Verlichting, verwarming en
schoonhouden van het schoolgebouw (O. Buiten
gew. L.O.)
De kosten hebben in totaal 2.809.57 be
dragen; aanvulling van de beschikbaar ge
stelde som van 1.594.met 1.215.57 is
dus nodig.
De kosten van het schoonhouden enz.
bedroegen 1.761.66, d.i. 692.66 meer dan
de ter zake uitgetrokken som van 1.069.
die van verwarming en verlichting, geraamd
op 525.bedroegen 1.047.91, d.i.
522.91 meer.
Volgn. 552. Verdere kosten van het open
baar buitengewoon lager onderwijs, niet onder
de vorige volgnummers begrepen.
De uitgaven, geraamd op 100.hebben
193.46 bedragen.
Ook deze overschrijding wordt voorname
lijk veroorzaakt door de kosten (adverten
ties, reis- en verblijfkosten) ter voorziening
in vacatures.
Volgn. 552a. Betaling van over een vorige
dienst te veel genoten vergoeding van het Rijk
krachtens artikel 71 der Lager Onderwijswet
1920 (nieuw volgnummer)
Van het over 1945 ontvangen voorschot
moest een bedrag van 2.511.35 aan het
Eijk worden gerestitueerd.
Volgn. 559. Jaarwedden en wedden der-
onderwijzers (O. Voorber. L.O.)
De, overeenkomstig de verordening van
30 Januari 1933 (Gem. Blad No. 1), zoals
die sindsdien is gewijzigd, over 1946 uitge
keerde jaarwedden hebben een uitgaaf van
ƒ15.799.53 vereist; aanvulling van de uit
getrokken som van 10.557.met. 5.242.53
is mitsdien nodig.
Volgn. 560. Kosten van het instandhouden
van schoolgebouwen (O. Voorber. L.O.)
De uitgaven ter zake hebben voor de drie
openbare bewaarscholen te zamen 2.401.20
bedragen; de beschikbaar gestelde som van
600.moet derhalve met 1.801.20 worden
verhoogd.
Het bedrag van 1.801.20 wordt gedekt
door afschrijving van de op volgn. 820//.
uitgetrokken som van 50.000.
Volgn. 562. Onderhouden van school-
meubelen (O. Voorber. Lj.O.)
De uitgaven, geraamd op 550.hebben
bedragen 605.88.
Volgn. 563. Aanschaffen en onderhouden
van schoolboeken, leermiddelen en schoolbe-
hoeften (O. Voorber. L.O.)
De gezamenlijke kosten bedroegen
ƒ499.74; een bedrag van ƒ400.in totaal
was beschikbaar gesteld.
Volgn. 564. Verlichting, verwarming en
schoonhouden van de schoolgebouwen
(O. Voorber. Lj.O.)
De uitgaven ter zake hebben 5.371.43
bedragen; een bedrag van ƒ.3.163.was
uitgetrokken.
De schoonmaakkosten enz., geraamd op
ƒ2.113.hebben in totaal ƒ3.486.07, d.i.
ƒ1.373.07 meer bedragen; die van verlich
ting en verwarming, geraamd op 1.050.
in totaal ƒ1.885.36, d.i. meer ƒ835.36.
Volgn. 567. Verdere uitgaven ter zake van
het openbaar voorbereidend lager onderwijs
De uitgaven ad 96.betreffen uitslui
tend kosten (advertenties, reis-, en verblijf
kosten enz.) ter voorziening in vacatures;
de post was voor „memorie" uitgetrokken.
Volgn. 575. Beloning van onderwijzers voor
het waarnemen van de betrekking van hoofd
ener school op grond van hun aanwijzing als
plaatsvervanger van het hoofd (B.O.L.O.)
Op dit volgnummer moest 41.24 worden
uitgegeven; de post was voor „memorie"
geraamd.
Volgn. 576. Vergoeding aan schoolbesturen