142
beschikbaar te stellen, met bepaling, dat dit bedrag zal
worden verdeeld door Burgemeester en Wethouders, de
Jeugdcommissie gehoord;
19°. ten behoeve van het speeltuinwerk voor het jaar 1948
een subsidie toe te kennen van 4.250.met bepaling,
dat dit bedrag onder de speeltuinverenigingen zal worden
verdeeld door Burgemeester en Wethouders, de Bond van
Speeltuinverenigingen gehoord
20°. aan de Stichting „Leidsch Studiefonds" voor het jaar
1948 een subsidie toe te kennen van 2.600.
B. in verband met het verhogen en toekennen van de
onder A genoemde subsidies de gemeentebegroting voor 1948
te wijzigen en daartoe vast te stellen het overgelegde ontwerp
besluit, model D, no. 56.
C. vast te stellen de overgelegde ontwerp-besluiten met
betrekking tot verhoging/toekenning van subsidie aan enige
der sub A genoemde instellingen, welke instellingen van
weldadigheid in de zin der Armenwet zijn.
Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 210. Leiden, 15 November 1948.
Ingevolge het bepaalde in artikel 8bis van de verordening
op de Wateren in de gemeente Leiden is het verboden zonder
vergunning van ons College te varen met mechanische kracht
in het gedeelte van de Maresingelgracht, dat is gelegen
binnen een afstand van 75 M. ter weerszijden van de spoorbrug
der Lichtfabrieken, zulks in verband met bezwaren, welke
dientengevolge door verontreiniging van het koelwater voor
het bedrijf dezer fabrieken zijn te duchten.
Het is thans wenselijk gebleken dit verbod over een grotere
afstand in de Maresingelgracht van toepassing te verklaren,
teneinde ook het koelwater, bestemd voor de koolgasfabriek,
voor verontreiniging te behoeden.
Overeenkomstig het voorstel van de Commissie voor de
Strafverordeningen en met verwijzing naar de in de Lees
kamer ter inzage liggende stukken, geven wij mitsdien Uw
Vergadering in overweging vast te stellen de volgende
verordening.
VERORDENING,
houdende wijziging van de verordening van 11 November 1897
(Gem.blad No. 12) op de Wateren in de gemeente Leiden,
laatstelijk gewijzigd bij verordening van 1 December
1947 (Gem.blad No. 35).
Enig artikel.
Artikel 8 bis van bovengenoemde verordening wordt gelezen
als volgt:
Het is verboden zonder schriftelijke vergunning van
Burgemeester en Wethouders in de Maresingelgracht door
middel van mechanische kracht te varen in het gedeelte,
dat is gelegen tussen de Huigbrug en 75 M. ten Westen
van de spoorbrug naar de Stedelijke Fabrieken van Gas en
Electriciteit.
Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Commissie voor de Strafverordeningen.
Leiden, 10 November 1948.
Naar aanleiding van het door Uw College in onze handen
gestelde schrijven van de Directeur der Stedeüjke Fabrieken
van Gas en Electriciteit, d.d. 5 Augustus 1948, No. 133,
inzake het varen in de Maresingelgracht, geven wij U in
overweging de Baad voor te stellen artikel 8bis van de
verordening op de Wateren in de gemeente Leiden als volgt
te doen luiden:
Artikel 8bis.
Het is verboden zonder schriftelijke vergunning van
Burgemeester en Wethouders in de Maresingelgracht door
middel van mechanische kracht te varen in het gedeelte,
dat is gelegen tussen de Huigbrug en 75 M. ten westen van
de Spoorbrug naar de Stedelijke Fabrieken van Gas en
Electriciteit.
De Commissie voornoemd,
De Voorzitter,
F. H. van Kinschot.
De Secretaris,
R. Streng.
Aan Heren Burgemeester en Wethouders
van Leiden.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON