180 MAANDAG 13 SEPTEMBER 1948. Bouw van montagewoningen ten Zuidwesten (van Iterson e.a.) van de Lage Morscliweg. aangewend en wel daar, waar het gebruik logischer is. De prijs der woningen zal dan zeker niet meer dan 35.per m3 bedragen; de bouw zal niet meer tijd vragen. De montagewoning is een massaproduct; de architectuur is daardoor eentonig. Deze woningen zullen spoediger dan normaal gebouwde woningen gereedkomen, omdat 'Wederopbouw aan de leverancierster een prae geeft met betrekking tot de gunning en het materiaal. Wie de fabriek in Amersfoort in ogen schouw neemt, vraagt zich echter af, welke interesse zo'n deftige staf van Wederopbouw heeft bij de verheffing van een werkplaats van derden, waarin men zich voor het grootste deel van handkracht bedient, tot een fabriek van bouw producten. Het hindert spreker ook zeer, dat de gemeente heeft te aanvaarden, dat de firma haar eigen architect met het door haar vastgestelde honorarium aanwijst. Het komt bijna nooit voor, dat bij een werk van 1 millioen uitvoerder en directie dezelfde zijn; twee tegenstrijdige belangen komen dan in één hand. Intussen heeft de Raad te maken met de nuchtere werkelijk heid: Wederopbouw experimenteert en dicteert en schijnbaar kan niemand buiten deze dienst enige invloed uitoefenen. Men wordt gedwongen deze duurdere producten van mindere kwaliteit te aanvaarden, wil men gezinnen onderdak kunnen brengen. Met het oog op de grote sociale nood en het onrecht, uit die nood geboren, dat zeer velen geen dak boven hun hoofd hebben, of wel met hun gezin zich gedrongen zien in een onder de pannen aangebrachte papieren zolderkamer, moet men hetgeen het zwaarst is ook het zwaarst laten wegen. Deze noodlijdenden worden niet geholpen door uitsluitend critiek te oefenen; om in deze aangrijpende gevallen te voor zien, moet men in deze twee offers brengen; men moet nl. aanvaarden deze woningen van mindere qualiteit tegen een veel te hoge prijs, om deze zeer grote sociale nood met alle middelen, hoe hard dan ook, te verlichten. Spreker is daartoe bereid, doch aarzelend en schoorvoetend. De heer van Weizen zegt dat de critiek, door de heren van Iterson en Lombert tegen het type montage woningen ingebracht, in feite is gericht tegen het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting en dus ook tegen de Regering. De heer Lombert heeft er op gewezen, dat deze gehele quaestie van type en inhoud van de woningen een beleidsquaestie is. En nu behoren beleidsquaesties tot het domein Van de Regering in haar geheel, niet tot dat van het een of andere speciale Ministerie. Als zodanig is deze critiek vernietigend te noemen; spreker verwijst daarvoor naar hetgeen hij reeds bij vroegere gelegenheden met be trekking tot de door de Regering gevoerde woningpolitiek heeft gezegd. De bouw van montagewoningen betekent inderdaad een stap achteruit. Hoofdzaak is echter het uit eindelijk resultaat van deze bouw. Ook de leek, die wel eens met de bouw van woningen te maken heeft gehad, zal bij een vergelijking van de prijs dezer 120 woningen met de prijs van 120 normale woningen tot de conclusie moeten komen, dat, mede gelet op de kortere levensduur der montage-woningen, hier sprake is van een enorme verzwaring van de kapitaaldienst en van een belang rijke verslechtering in economisch opzicht. Men kan dit zonder in de economie te hebben gestudeerd in een oogopslag vast stellen. Grote voorzichtigheid ten aanzien van de montage- bouw is dan ook geboden. Bij de beoordeling van dit voorstel rijzen vragen als: waarom wordt door het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisves ting aan het hierbij betrokken bedrijf een prae gegevenwelke krachten zitten daarachter; is het iets bijzonders, waarom de Regering er voorliefde voor heeft; is dit de uitkomst van een jarenlange studie van de vraag, of montagebouw ver kieslijker is dan normale bouw, hetgeen het verstrekken van bedoelde prae enigermate zou kunnen wettigen? Spreker meent daarin slechts te kunnen bespeuren een streven om belangrijke opdrachten van de Regering te verstrekken aan zeer grote ondernemingen, trusts en dergelijke in ons land, die daarbij uiteraard de nodige winsten kunnen maken. Deze tendenz beangstigt spreker enigermate. Wanneer dit streven ook op het gebied van de woningbouw sterker wordt, betekent het niet alleen, dat die bouwondernemers rijk worden, maar ook dat het beetje sociale zorg, dat de arbeidersklasse in een jarenlange strijd heeft veroverd, te gronde wordt gericht. Het College moet toch trachten de nodige veranderingen in het woningtype aangebracht te krijgen, niet alleen omdat deze verbeteringen op zich zelf inderdaad nodig zijn, maar ook terwille van het levensgeluk van de toekomstige bewoners van deze huizen met hun Bouw van montagewoningen ten Zuidwesten (van Wclzen e.a.) van de Lage Morsehweg. gezinnen. In dit opzicht vervult de op het ogenblik hand over hand toenemende tendenz, die te constateren valt ten nadele van hen, die vooral onder de druk van de tegenwoordige omstandigheden gebukt gaan, spreker met grote zorg. De beslissing op de vraag, of men dit voorstel al dan niet moet aanvaarden, is zeer moeilijk. Enerzijds bestaat er een schreeuwend gebrek aan woonruimte, anderzijds wordt hier de mogelijkheid geopend om woonruimte te scheppen, zij het dan onder voorwaarden, die moeilijk te accepteren zijn. Deze keuze stelt de Raadsleden, ook de communistische, voor een moeilijk dilemma. Met handhaving van haar critiek, dat door deze bouw het toekomstig geluk van velen ernstig wordt geschaad, en dat terwijl men in Nederland juist zo prat ging op de woningbouw, zoals 'die tot nu toe uitgevoerd werd, kan sprekers fractie in de gegeven omstandigheden niet anders doen dan voor dit voorstel stemmen. De heer Frohwein vraagt wanneer deze huizen geheel gereed zullen zijn, zodat ze betrokken kunnen worden. De heer Schüller meent dat zeer veel van hetgeen tot nu toe over dit voorstel gezegd is, met het thans aan de orde zijnde vraagstuk van de montagebouw totaal niets te maken heeft. Het betoog van de heer Lombert b.v. had in het geheel geen betrekking op de bouw van montagewoningen, doch veeleer op de normale woningbouw, op de bouw van woningen, volledig uitgevoerd in baksteen. Het doet ook eigenaardig aan dat de heer Lombert, bij dit voorstel, terwijl hij volledig op de hoogte is, waarom dit systeem en deze normen aanvaard zijn, de woningen voor grote gezinnen ter sprake brengt. Toen spreker enkele maanden geleden bij de behandeling van een ander bouwplan bezwaar maakte tegen de geringe inhoud van die woningen, heeft de heer Lombert hem daarbij alleen laten staan; toen heeft de heer Lombert geen woord ten gunste van de grote gezinnen gesproken, maar voor dat voorstel gestemd. De heer Lombert zal, indien de gemeente in de zeer naaste toekomst nogmaals in de gelegenheid gesteld zou worden, tot de bouw van montagewoningen over te gaan, daaraan niet zijn medewerking kunnen verlenen; immers, hij heeft verklaard dat naar zijn mening geen woningen van deze soort meer gebouwd zullen moeten worden, alvorens men daarmede voldoende ervaring heeft opgedaan. Dit nu is inconsequent en in deze tijd van woningnood ook zeer gevaarlijk! Het gehele betoog van de heer Lombert paste niet in dit kader, omdat het in deze gaat om montage-woningen, waarbij men uiteraard aan een bepaald systeem is gebonden. Indien een Raadslid, dat geen lid van de Commissie van Fabricage is, had gevraagd, waarom in dit plan de grotere woningen niet zijn opgenomen, zou spreker het hebben kunnen begrijpen. De heer Lombert, die als lid dier commissie weet, dat en waarom het niet kan, had deze vraag niet behoren te stellen; zijn betoog is dan ook niet reëel. De heer Lombert: En die hoekhuizen dan? De heer Schüller zegt, dat bedoelde huizen op het ogenblik niet door deze firma kunnen worden gebouwd. De heer Lombert merkt op, dat zij het wel kan, maar dat die woningen duurder zijn. De heer Schüller herinnert er aan, dat de Provinciale Directie heeft getracht de goothoogte te vergroten, hetgeen niet mogelijk is, doordat men aan een bepaald systeem is gebonden. Men heeft deze woningen volgens dit ontwerp te aanvaarden of te verwerpen; men kan niet zeggen: lever mij 100 woningen van dit model, 25 van dat model en nog eens 25 van weer een ander model. Spreker kan niet begrijpen, dat een ter zake kundige als de heer van Iterson verklaart: montagebouw is altijd surrogaat; spreker zou dit niet durven zeggen. Het hangt geheel af van de vraag, met welke montagebouw men te doen heeft. Baksteenbouw, niet goed uitgevoerd, kan ook surrogaat zijn. Volgens spreker is de bouw van deze montage woningen toe te juichen. De woonkamer-keuken heeft reeds jaren geleden toepassing gevonden in woningen, welke door de woningbouwvereniging ,,Ons Doel" zijn gebouwd, niet voor ouden van dagen, maar in normale bouwblokken; de voorzitter dezer vereniging woont zelf in zo'n woning. Deze woonkamer-keuken mag er zijn, nu elke woning bevat: een huiskamer van 3,76 x 3,26 m, een woonkeuken van 5,29 x 3,79 m, 2 slaapkamers elk van 3,83 X 3,26 m, 1 slaapkamer van 2,89 x 1,97 en een bij keuken, althans een wasgelegenheid, 'die volgens het Inge komen Stuk ,,in de toekomst zo nodig tot keuken kan worden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1948 | | pagina 6