43
sing verklaard. De voorgevel, een typische trapgevel, is ver
meld op de voorlopige lijst van Monumenten van Geschiedenis
en Kunst, deel III Z.H. blz. 222, onder no. 75 (de zg. Rijks
monumentenlijst) en dateert vermoedelijk van omstreeks
1640.
De Vereniging „Oud Leiden" heeft het pand in 1946
aangekocht, aangezien er gevaar bestond, dat het bij een
belendend perceel zou worden getrokken, tengevolge waarvan
de oorspronkelijke indeling verloren zou zijn gegaan. Door
deze aankoop is in Leiden een merkwaardig stadswoon-
huisje behouden gebleven.
Het perceel verkeert evenwel in zeer slechte staat, zodat
een restauratie dringend noodzakelijk is.
De kosten van restauratie worden door de Vereniging
„Oud Leiden" volgens de overgelegde begroting op 8800.
geraamd.
De Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
heeft zich bereids met de raming verenigd en een subsidie
toegezegd van 50 tot een maximum bedrag van 4400.
Aan de Provincie is een subsidie van 10 gevraagd.
Aangezien de Vereniging zich voorstelt om 25 voor haar
rekening te nemen, verzoekt zij aan de gemeente 15 van
8800.of 1320.bij te dragen.
Met de Commissie van Fabricage zijn wij van oordeel,
dat er voor de gemeente aanleiding bestaat door het verlenen
van het gevraagde subsidie aan de restauratie van meer
genoemd perceel mede te werken.
Met verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie liggende
stukken geven wij Uw Vergadering mitsdien in overweging:
a. aan de Vereniging „Oud Leiden" een bijdrage te verle
nen van 15 tot een maximum van 1320.in de geraamde
kosten van restauratie van het perceel Kloksteeg 2, zulks
onder de voorwaarden, vervat in de regeling betreffende
de Voorwaarden voor gemeentelijke steun tot behoud of
herstel van monumenten (Gem. blad no. 1 van 1938).
b. vast te stellen, de overgelegde begrotingsstaat, model
D, No. 6, dienst 1948.
Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 49. Leiden, 15 Maart 1948.
Van de heer M. van der Voet, alhier, is een verzoek inge
komen om van de gemeente te mogen kopen het op de over
gelegde kaart met rode kleur aangegeven gedeelte, groot
18 m2, van het perceel grond, gelegen nabij de Morschweg,
kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie L. n°. 1401,
welk strookje grond adressant definitief wil voegen bij het
aangrenzende hem in eigendom toebehorende perceel,
kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie L n°. 1328.
Aangezien de gemeente geen belang heeft bij het bezit
van dit strookje grond, bestaat er o.i. tegen verkoop geen
bezwaar; met adressant is overeenstemming bereikt over
een prijs van 5,per m2, waartegen bij het Prijzenbureau
voor Onroerende Zaken in het ambtsgebied Leiden geen
bezwaar bestaat. Naar onze mening kan met deze prijs
genoegen worden genomen. Aan de verkoop behoort o.i.
echter de voorwaarde te worden verbonden, dat adressant
afstand doet van het hem bij akte dd. 4 Juni 1926 verleende
recht van uitweg over het op de situatietekening met blauwe
kleur aangegeven gedeelte van het kadastrale perceel Sectie L
n°. 1401 en van alle verdere, door hem vermeende, rechten
op deze gronden, waarmede adressant zich kan verenigen.
Met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage liggende
stukken geven wij Uw Vergadering, in overeenstemming met
het advies van de Commissie van Fabricage, in overweging
aan M. van der Voet, alhier, te verkopen het op de over
gelegde situatietekening met rode kleur aangegeven gedeelte,
groot 18 m2, van het perceel grond, gelegen nabij de
Morschweg, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie L
n°. 1401, tegen de prijs van 5.per m2, onder voorwaarde
echter, dat adressant afstand doet van het hem bij akte
dd. 4 Juni 1926 verleende recht van uitweg over het op de
situatietekening met blauwe kleur aangegeven gedeelte van
het kadastrale perceel gemeente Leiden, Sectie L n°. 1401,
en van alle verdere, door hem vermeende, rechten op deze
gronden.
Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 50. Leiden, 15 Maart 1948.
In verband met de opheffing van de Stedelijke Werk
inrichting aan de Lange Vrouwenkerksteeg n°. 12 komt de
daarin aanwezige woningruimte voor verhuring in aan
merking.
De heer W. Dijkerman, alhier, heeft Verzocht deze woning
ruimte te mogen huren. Hij kan zich verenigen met de
dezerzijds, in overleg met het Prijzenbureau voor Onroerende
Zaken in het ambtsgebied Leiden, vastgestelde huurprijs
ad 650.per jaar, alsmede met de verhuringsvoorwaarden,
w.o. de bij de gemeente gebruikelijke bepaling, dat de ge
meente het recht heeft de huur te allen tijde, met inacht
neming van een termijn van drie maanden, op te zeggen.
De datum van ingang van de verhuring ware te bepalen
op 1 Mei 1947.
Met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage liggende
stukken geven wij Uw Vergadering, in overeenstemming
met het advies van de Commissie van Fabricage, in over
weging de woningruimte in de voormalige Stedelijke Werk
inrichting aan de Lange Vrouwenkerksteeg n°. 12 te ver
huren aan W. Dijkerman, alhier, van 1 Mei 1947 af tot en
met 30 April 1948, tegen een jaarlijkse huurprijs van 650.
met dien verstande, dat de huur telkens voor de tijd van
één jaar tegen dezelfde huurprijs en onder dezelfde voor
waarden zal worden verlengd, indien de huur met drie
maanden vóór het eindigen van de huurtermijn schriftelijk
door de huurder of door Burgemeester en Wethouders is
opgezegd, terwijl de huur in ieder geval zal eindigen op
1 Mei 1957, zonder dat enige opzegging daartoe wordt vereist,
en voorts onder de bij dit besluit behorende voorwaarden.
Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 51. Leiden, 15 Maart 1948.
De bestaande regeling, betreffende het huren van de
gemeentelijke gymnastieklokalen, is verouderd en voldoet
niet meer aan de eisen.
Het bedrag, dat de gebruikers wegens huur aan de gemeente
betalen, werd laatstelijk bij raadsbesluit van 17 October
1918 (Ingek. St. no. 255) vastgesteld op 20.voor de grote
gymnastieklokalen (thans Pieterskerkgracht, H.B.S. met
5 j. c. en Gymnasium) en op 15.per wekelijks lesuur
en per jaar voor de overige (kleinere) lokalen. Bovendien
betalen de huurders, ingevolge de door Burgemeester en
Wethouders bij besluit van 11 Juli 1912, zoals dit nader
is gewijzigd, vastgestelde „voorschriften en regelen, betref
fende het huren en gebruiken van de gemeentelijke gymnas
tieklokalen aan de gemeente: de kosten van verlichting
en verwarming (ten kantore van de Gemeente-Ontvanger),
de kosten van schoonhouden (aan het betrokken hoofd der
school), alsmede bedienings-(sleutel-)geld (aan de ambtenaar
belast met het toezicht op de verhuurde gemeentelijke
gymnastieklokalen
Door ons College is een nieuw tarief ontworpen, waarin
alle bovengenoemde afzonderlijke bedragen zijn begrepen,
welk tarief in den vervolge in zijn geheel ten kantore
van de Gemeente-Ontvanger moet worden voldaan. Hier
door wordt bereikt, dat de noodzakelijke uniformiteit
en vereenvoudiging in de betaling komen. Verder komt het
ons, uit hygiënische overwegingen, gewenst voor de ver
huurde gymnastieklokalen in den vervolge extra schoon te
maken, en wel onmiddellijk na het eindigen van de normale
schooltijd, zodat de huurders 's avonds in behoorlijk schoon
gemaakte lokalen komen. De hieraan verbonden extra-
kosten zijn eveneens in het nieuwe tarief begrepen, evenals
de verhoogde tarieven van gas en electriciteit.
Hiervan uitgaande is het volgende tarief ontworpen:
I. grote lokalen:
Pieterskerkgracht le uur 55.per wek. lesuur per jaar
H.B.S. met 5 j. c. 2e 45.—
Gymnasium 3e en volgende uren 35.per
wek. lesuur per jaar;
II. overige (kleinere) lokalen:
le uur 45.per wek. lesuur per jaar
2e 35.
3e en volgende uren 25.per
wek. lesuur per jaar.
Zoals hieruit blijkt, is bij het ontwerpen van het nieuwe
tarief rekening gehouden met de wenselijkheid en de billijk
heid, dat een huurder, die een lokaal twee of meer uren
op een avond gebruikt, voor de tweede en volgende uren