GEMEENTE LEIDEN.
63
INGEKOMEN STUKKEN.
N°. 181. Leiden, 18 November 1946.
Bij besluit van den toenmaligen Burgemeester dd. 29
Februari 1944 (Ingek. Stukken No. 35) werd de begrooting
voor het jaar 1944 vastgesteld met een tekort voor wat
den gewonen dienst betreft van 1.130.152.
Het plaats gehad hebbende overleg met Gedeputeerde
Staten omtrent deze begrooting heeft er toe geleid, dat dit
tekort tot 987.556.kan worden teruggebracht, door
wijziging van de hieronder aangegeven posten.
Gewone dienst
Verhooging van de inkomsten.
Volgn. 234. Uitkeering van het bedrijf (Gasfabriek) wegens:
d. batig saldo11.700.
In de jaren f 935 t/m 1942 werd telken jare in afwijking
van het bepaalde in art. 28 van de bedrijfsverordening, ten
laste van de exploitatierekeningen, in de afschrijvings- en
vernieuwingsfondsen der Lichtfabrieken inplaats van 2
gestort 1 van de door de gemeente oorspronkelijk ver
strekte en nog niet afgeloste aanleg- en uitbreidingskapitalen.
Bij de primitieve begrooting voor 1943 en zoo ook bij die
voor 1944 werd dit percentage bepaald op 1 Na uitvoerige
correspondentie met Gedeputeerde Staten werd dit percentage
voor 1943 weer tot teruggebracht, terwijl ook voor
1944 aan Gedeputeerde Staten de toezegging is gedaan,
dat dit percentage weer tot 4 zal worden verminderd.
In verband met deze vermindering van de storting in het
vernieuwingsfonds, dient de winst van de Gasfabriek
11.700.hooger te worden geraamd.
Volgn. 235. Uitkeering van het bedrijf (Electriciteits-
fabriek) wegens
d. batig saldo45.840.
Met verwijzing naar de toelichting bij vorenstaand volg
nummer dient de winst van de Electriciteitsfabriek 45.840.
hooger te worden geraamd.
Verlaging van de uitgaven.
Volgn. 352. Subsidie aan de Afd. Leiden van de Neder-
landsche Vereeniging voor Luchtbescherming 700.
Volgens de ingediende rekening over 1944 kan de Af-
deeling over dat jaar volstaan met een subsidie van 8.290.57.
Het in de begrooting 1944 uitgetrokken bedrag van 9.000.
kan mitsdien met ƒ700.worden verminderd.
Volgn. 658. Kosten van congressen en officieele ont
vangsten 250.—
Aangezien over 1944 op dezen post geen uitgaven zijn
gedaan, kan deze post nader, voor Memorie worden uit
getrokken.
Volgn. 675. Subsidie aan het Nederlandsche Arbeidsfront,
Hoof daf deeling Gemeenschap „Vreugde en Arbeid" te
Amsterdam, ten behoeve van de door dat Arbeidsfront te
Leiden te geven cursussen in Duitsch, Engelsch, Italiaansch
en Eerste Hulp bij ongelukken1.500.
Volgn. 676. Subsidie aan den Bond voor Heem- en Volks
kunde 25.
Volgn. 677. Bijdrage van de gemeente als begunstigster van
het Opvoedersgilde25.
De bovenstaande drie posten dienen thans uiteraard te
vervallen.
Volgn. 790. Uitkeering aan het bedrijf (Grondbedrijf)
wegens
a. nadeelig saldo33.253.
Na het overleg met Gedeputeerde Staten zal in verband
met de grootte van de algemeene reserve van het Grond
bedrijf niet slechts een bedrag van ƒ30.000.doch het
geheele geraamde exploitatieverlies over 1944 van het
Grondbedrijf af 63.253.ten laste van de algemeene
reserve van dat bedrijf dienen te worden gebracht.
In verband hiermede komt het ten laste van den gewonen
dienst uitgetrokken bedrag van 63.253.30.000.
33.253.te vervallen.
Volgn. 833. Onvoorziene uitgaven50.000.
Onder het op dezen post uitgetrokken bedrag ad 98.363.
is 50.000.begrepen voor de destijds bij den toenmaligen
Burgemeester in overweging zijnde plannen tot belangrijke
uitbreiding van de bemoeienissen ten aanzien van de jeugd
zorg. Mede in verband met het feit, dat deze plannen niet
tot uitvoering zijn gekomen, kan deze post met het bedrag
van 50.000.worden verminderd.
Verhooging van de uitgaven.
Volgn. 370. Bijdrage aan Hoofdstuk III van den kapitaal-
dienst 185.—
Bij besluit van den toenmaligen Burgemeester dd. 13 April
1944 (Ingek. Stukken No. 63) werd een bedrag van
925 op de begrooting voor 1943 gebracht terzake van
de meerdere kosten van de aanschaffing van een auto en
een tweetal motorrijwielen voor de politie.
Deze meerdere kosten worden, evenals het oorspronkelijke
bedrag van 3.500.—, over 5 jaren verdeeld, zoodat te dier
zake alsnog een bedrag van 185.ten laste van den dienst
1944 moet worden uitgetrokken.
Volgn. 598. Bijdrage aan Hoofdstuk VIII la van den
kapitaaldienst512.
Bij besluit van den toenmaligen Burgemeester dd. 3
Februari 1944 (Ingek. Stukken No. 25) werd een bedrag
van 5.120.op de begrooting voor 1943 uitgetrokken
voor het aanschaffen van leer- en hulpmiddelen en meubilair
ten behoeve van de school voor voortgezet lager onderwijs
aan het Noordeinde 40.
Dit bedrag wordt in 10 jaren uit de gewone middelen
afgelost, zoodat te dier zake alsnog een bedrag van 512.
ten laste van den dienst 1944 moet worden uitgetrokken.
Volgens de hiervoor aangegeven wijzigingen worden
de inkomsten hooger57.540.
de uitgaven lager85.753.
hooger697.—
85.056.—
In totaal dus voordeeliger 142.596.
Wij geven Uwe Vergadering in overweging tot de voor
gestelde begrootingswijzigingen te besluiten door vast
stelling van
a. den overgelegden staat No. 54, model D, tot wijziging
van de gemeentebegrooting, dienst 1944;
b. de overgelegde staten tot wijziging van de begrootingen
van de Stedelijke Fabrieken can Gas- en Electriciteit, alsmede
van het Grondbedrijf, dienst 1944.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 182. Leiden, 18 November 1946.
Mevrouw de Weduwe M. W. Gelök-Coenraads, die van de
gemeente het woonhuis Aalmarkt No. 5 heeft gehuurd, heeft
haar metselaars- en schoorsteenvegersbedrijf overgedaan aan
den heer W. J. van der Graaff en heeft in verband hiermede
verzocht de huur van bedoeld perceel aan hem te mogen
overdoen.
Het woonhuis werd het laatst bij Uw besluit van 5 Mei
1941 (Ingek. Stukken No. 47) aan haar, tegen een prijs van
375 per jaar, verhuurd van 1 Mei 1941 tot en met 30 April
1942 en vervolgens van jaar tot jaar, indien de huur niet
drie maanden voor het eindigen van den huurtermijn schrifte
lijk door een der partijen is opgezegd. De huur van het perceel
zou dus eerst kunnen eindigen op 1 Mei 1947, mits vóór
1 Februari 1947 daarvan werd kennis gegeven.
Aangezien de heer van der Graaff bereid is de woning
tegen den thans geldenden huurprijs en verder onder de
voorwaarden van het loopende contract te huren, waaronder
de gebruikelijke bepaling, dat de gemeente te allen tijde
het recht heeft de huur met een termijn van drie maanden
op te zeggen, bestaat in dit geval geen bezwaar tegen tusschen-
tijdsche ontbinding van de huurovereenkomst met de Weduwe
Gelök-Coenraads.
Mitsdien geven wij Uwe Vergadering, in overeenstemming
met het advies van de Commissie van Fabricage en onder
verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage gelegde stukken,
in overweging:
a. medewerking te verleenen aan de tusschentijdsche be
ëindiging, ingaande 1 November 1946, van de door de Weduwe
M. W. Gelök-Coenraads aangegane huur van het woonhuis
Aalmarkt No. 5;
b. het woonhuis Aalmarkt No. 5 te verhuren aan W. J.
van der Graaff, alhier, van 1 November 1946 tot en met
30 April 1948 tegen een huurprijs van ƒ375.per jaar,
met bepaling, dat de huur na afloop van den huurtermijn
geacht wordt telkens voor den tijd van één jaar tegen den
zelfden huurprijs en onder dezelfde voorwaarden te zijn
verlengd, indien de huur niet drie maanden voor het eindigen
van den huurtermijn schriftelijk door ons College of den