WOENSDAG 11 SEPTEMBER 1946. 67 Vergadering van den Gemeenteraad van Woensdag 11 September 1946. Oeopend te veertien uur. Voorzitter: de Burgemeester, de heer Jhr. Mr. F. H. VAN KINSCHOT. 4 Te behandelen onderwerpen: 1° Beëediging en installatie van de nieuw benoemde Raads leden. 2° Notulen van de vorige vergadering. 3° Mededeelingen. 4° Ingekomen Stukken. 5° Benoeming van vier Wethouders. 6° Benoeming van vijf leden van de Commissie voor de Strafverordeningen. 7° Benoeming van vier leden van de Commissie van Financiën. 8° Benoeming van vier leden van de Commissie van Fabricage. 9° Benoeming van vier leden van de Commissie voor het Openbaar Slachthuis. 10° Benoeming van twee leden van de Commissie voor den Markt- en Havendienst. 11° Benoeming van vijf leden van de Commissie voor het Onderwijs. 12° Benoeming van vier leden van de Commissie voor de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit. 13° Benoeming van vier leden van de Commissie van Beheer over de gestichten „Endegeest", „Voorgeest" en „Rhijn- geest". 14° Benoeming van vier leden van de Commissie voor den Geneeskundigen- en Gezondheidsdienst. 15° Benoeming van twee leden van de Commissie voor het Oud-Archief, uit de leden van den Raad. 16° Benoeming van drie leden van de Commissie voor het Stedelijk Museum „de Lakenhal", uit de leden van den Raad. 17° Benoeming van drie Commissarissen der Gemeentelijke Volkscredietbank, uit de leden van den Raad. 18° Benoeming van drie leden van de Commissie voor Sociale Zaken, uit de leden van den Raad. 19° Benoeming van vijf leden van de Commissiën, bedoeld in art. 2, le lid, sub 3°, der verordening, houdende Reglement voor de Commissiën van Advies, betreffende de arbeids- en dienstvoorwaarden van het personeel in dienst van de gemeente Leiden. 20° Benoeming van vijf plaatsvervangende leden dier Com missiën. 21° Benoeming van drie leden van den Raad van Beheer van de Sportstichting, uit de leden van den Raad. 22° Verdeeling van den Raad in Sectiën. 23° Voorstel tot het beschikbaarstellen van gelden ten behoeve van de verbetering van het wegdek van den Zoeterwoudsche Singel tusschen de Jan van Houtbrug en het Sportterrein. (132) 24° Voorstel tot het beschikbaar stellen van gelden ten behoeve van de verbetering van het wegdek van den Zijlsingel. (132) 25° Voorstel tot het beschikbaarstellen van gelden ten behoeve van het maken van twee bergplaatsen op het terrein van de brandweerkazerne aan de Langebrug. (133) 26° Voorstel tot het verhoogen van de voor de aanschaffing van twee motorrijwielen ten behoeve van de politie beschikbaar gestelde gelden. (134) 27° Voorstel tot het beschikbaarstellen van gelden ten be hoeve van het herstellen van de Paterbrug. (135) 28° Voorstel tot het beschikbaarstellen van gelden ten be hoeve van straataanleg op een terrein bezuiden de Tomatenstraat. (136) 29° Voorstel inzake het vaststellen van een partieel uit breidingsplan „Industrieterrein Trekvliet". (137) 30° Voorstel tot het beschikbaarstellen van gelden ten be hoeve van het verbouwen van het gebouw der H. B. S. voor Meisjes. (138) (Voorzitter e.a.) Tegenwoordig zijn 35 leden, te weten: mevrouw Braggaar, mevrouw de Cler, de heeren Keij, Vos, A. van Dijk, Frohwein, Ligtvoet, van Oijen, van Schaik, Lombert, Jongeleen, Knol, Menken, Knuttel, van Weizen, Smit, Cats, Perquin, mevrouw Vijlbrief, de heeren Hendriks, Woudstra, van der Kwaak, Knetsch, Balkestein, van Iterson, Stolp, Robbers, Aalders, Wilmer, Goslings, Riemens, Ouwerkerk, Riedel, Schüller en D. J. van Dijk. Afwezig is de heer Kortmann, wegens uitstedigheid. Er is één vacature. De Voorzitter stelt allereerst aan de orde: I. Beëediging en installatie van de nieuw benoemde Raads leden. De nieuw benoemde leden, voorzoover aanwezig, leggen in handen van den Voorzitter de bij de wet voorgeschreven eeden of beloften en verklaringen af. De Voorzitter biedt den nieuwgekozen Raadsleden zijn hartelijke gelukwenschen aan met het feit, dat zij thans officieel benoemd zijn tot lid van den Gemeenteraad van Leiden. Het verheugt spreker bijzonder, dat men na vijf jaren van Duitsche onderdrukking weer een Gemeenteraad heeft, die gekozen is overeenkomstig het oude, Nederlandsche, democratische stelsel, waaraan allen bijzonder gehecht zijn en waarmede Nederland ook altijd een eereplaats heeft inge nomen. Spreker is overtuigd, dat alle raadsleden hun beste krachten zullen geven aan het welzijn van de stad Leiden en zich bij de uitoefening van hun taak zullen laten leiden door de belangen van onze gemeente. De Raad staat in Leiden voor een nieuwe taak, die onder zeer moeilijke omstandig heden op zijn schouders wordt gelegd. Men mag zich gelukkig prijzen, dat reeds het eerste jaar na de bevrijding ook in Leiden het leven voor een groot gedeelte weer normaal is geworden, maar spreker ontveinst zich niet dat ook voor den Raad van Leiden in het komende driejarige tijdperk een zware taak ligt en een zware verantwoordelijkheid op zijn schouders is gelegd. Zeer zeker zal het gemeentebestuur staan onder den druk van de financieele omstandigheden, waardoor het niet mogelijk zal zijn alle wenschen en verlangens, die men koestert voor het welzijn van Leiden, te verwezenlijken, maar wel kan men samenwerken, door op allerlei gebied plannen te maken voor een betere toekomst die hopelijk spoedig zal komen, maar anderzijds zal men een open oog en oor moeten hebben en houden voor alle nooden en behoeften die in Leiden bestaan. De Raad zal op velerlei gebied moeten samenwerken en zijn schouders er onder zetten om Leiden vooruit te brengen. Leiden heeft altijd een goeden naam gehad, maar is ook zeer gebonden aan een traditie en spreker hoopt dat overeenkomstig deze traditie de vaste wil om voort te werken ook in dezen Raad zal heerschen. Bij den heerschenden nood is het allereerst het huisvestingsprobleem, dat de aandacht vraagt; in dezen tijd van materialen-schaarste is dit probleem zeer moeiüjk oplosbaar, maar men kan zich verheugen, dat dit jaar reeds 82 woningen in aanbouw zullen komen en spre ker hoopt dat dit ook het volgend jaar in nog sneller tempo zal kunnen voortgaan. Maar ook op andere gebieden zullen vele vraagstukken de aandacht van den Raad vragen. Spreker is overtuigd dat de Raadsleden daaraan hun beste krachten zullen willen geven. Onder de Raadsleden zijn velen, die voor het eerst in den Raad zitting hebbenspreker is overtuigd dat zij zich zullen aanpassen aan den goeden geest die altijd in den Leidschen Raad heeft geheerscht, tengevolge waarvan bij zijn besprekingen en beslissingen het gemeentebelang altijd primair werd geacht. Zijnerzijds geeft spreker den Raads leden de verzekering, dat hij alle pogingen zal doen om in de komende jaren op prettige wijze met hen samen te werken in het belang van onze goede stad Leiden. Hiermede ver klaart spreker de nieuwe leden van den Raad geïnstalleerd als zoodanig. (Teekenen van instemming.) II. Notulen van de vorige vergadering. De notulen van het verhandelde in de vergadering van 2 September 1946 worden vastgesteld. III. Mededeelingen. Er zijn geen mededeelingen te doen. IV. Ingekomen Stukken. Er zijn geen Stukken bij den Gemeenteraad ingekomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1946 | | pagina 1