GEMEENTE LEIDEN.
39
INGEKOMEN STUKKEI.
N°. 102. Leiden, 24 Augustus 1946.
Aangezien tegen inwilliging van het in de Leeskamer ter
inzage gelegd verzoek van J. Teeuwen om ontslag als onder
wijzer bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe
Vergadering in overweging hem, met ingang van een nader
door ons te bepalen datum, eervol ontslag te verleenen uit
zijne betrekking van onderwijzer aan de o. 1. school aan de
Haverstraat.
Aan Burg. en Weth. van Leiden,
den tijdelijken Gemeenteraad.
N°. 103. Leiden, 24 Augustus 1946.
Bij haar in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven
verzoekt mej. C. Schipper om ontslag als onderwijzeres bij
het openbaar lager onderwijs.
Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek bij ons College
geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in over
weging mej. C. Schipper, met ingang van een nader door
ons College te bepalen datum, eervol ontslag te verleenen
uit haar betrekking van onderwijzeres aan de o. 1. school
aan de Paul Krugerstraat.
Aan Burg. en Weth. van Leiden,
den tijdelijken Gemeenteraad.
N°. 104. Leiden, 24 Augustus 1946.
In verband met de toeneming van het aantal leerlingen
moet aan elk der openbare lagere scholen aan de Kernstraat
en den Maresingel één leerkracht meer worden verbonden.
Met verwijzing naar het ter inzage gelegd advies van den
Inspecteur van het lager onderwijs bieden wij U de volgende
voordrachten aan:
a. Opleidingsschool voor Gymnasium en H.B.8.
aan de Kemstraat:
1. T. L. GROENENDIJK, tijdelijk onderwijzer aan de
opleidingsschool voor Gymn. en H.B.S. aan de Kern
straat
2. Mevr. B. A. KLAREN, tijdelijk onderwijzeres aan de
opleidingsschool voor u.l.o. aan den Maresingel;
3. Mej. G. S. STURM, onderwijzeres aan een o. 1. school te
Vlaardingen.
b. Opleidingsschool voor u.l.o. aan den Maresingel
1. Mevr. B. A. KLAREN, tijdelijk onderwijzeres aan de
opleidingsschool voor u.l.o. aan den Maresingel;
2. T. L. GROENENDIJK, tijdelijk onderwijzer aan de
opleidingsschool voor Gymn. en H.B.S. aan de Kern
straat
3. Mej. G. S. STURM, onderwijzeres aan een o. 1. school te
Vlaardingen.
Wij verzoeken U alsnu over te gaan tot benoeming met
ingang van een nader door ons College te bepalen datum.
Aan Burg. en Weth. van Leiden,
den tijdelijken Gemeenteraad.
N°. 105. Leiden, 24 Augustus 1946.
Tengevolge van het bij besluit van den Minister van
Binnenlandsche Zaken d.d. 24 Juli 1946 aan J. Kranenveld
op grond van het Zuiveringsbesluit 1945 met ingang van
5 Mei 3945 verleend ontslag, is een vacature ontstaan in de
betrekking van Directeur van de Gemeentelijke Volks-
credietbank.
Aangezien de boekhouder van de Gemeentelijke Volks-
credietbank, de heer J. A. van Zanten, als waarnemend
Directeur, in het bijzonder sedert 5 Mei 1945, getoond heeft
de aangewezen persoon te zijn voor de vervulling van de
betrekking van Directeur van de Gemeentelijke Volks -
credietbank, zijn wij met Commissarissen van gemelde
instelling van oordeel, dat in dit geval tot benoeming kan
worden overgegaan zonder aanbieding aan Uwe Vergadering
van een dubbeltal ingevolge het bepaalde bij artikel 8,
le lid, van de verordening van 19 Juni 1939 (Gem. Blad
No. 10), houdende reglement van de Gemeentelijke Volks
credietbank.
Voorts zouden wij den datum van ingang van deze be
noeming op 1 Januari 1946 willen zien bepaald, zulks in
verband met het feit, dat betrokkene sedert 5 Mei 1945
onafgebroken met de leiding van de Volkscredietbank belast
is geweest.
Met verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie gelegde
stukken geven wij Uwe Vergadering alsnu in overweging
den boekhouder bij de Gemeentelijke Volkscredietbank, den
heer J. A. van Zanten, met ingang van 1 Januari 1946 te
benoemen tot Directeur van de Gemeentelijke Volks
credietbank.
Aan Burg. en Weth. van Leiden,
den tijdelijken Gemeenteraad.
N°. 106. Leiden, 24 Augustus 1946.
Op de speelplaats van de school aan de Boommarkt is
vanwege den bezetter een bunker aangebracht.
De bunker beslaat een groot gedeelte van de oppervlakte
van de speelplaats en dient daarom zoo spoedig mogelijk
te worden verwijderd.
Het opruimen zal een bedrag van 6.200.vorderen.
De gemeente ontvangt van het Rijk een bedrag gelijk aan
90 van de kosten.
Wij geven mitsdien Uwe Vergadering in overweging ten
behoeve van het opruimen van den bunker op de speelplaats
van de school aan de Boommarkt een bedrag van 6.200.
beschikbaar te stellen.
Aan Burg. en Weth. van Leiden,
den tijdelijken Gemeenteraad.
N°. 107. Leiden, 24 Augustus 1946.
In den winter 1944/1945 werd het schaftlokaal op het
baggerstalenterrein aan de Zijl door onbevoegden gesloopt
en weggenomen.
Op het terrein dient derhalve een nieuw schaftlokaal te
worden gebouwd.
De kosten van dien bouw worden op 2.800.geraamd.
In overeenstemming met het gevoelen van de Commissie
van Fabricage geven wij U mitsdien in overweging, om ten
behoeve van den bouw van een schaftlokaal op het bagger
stalenterrein aan de Zijl een bedrag van 2.800.beschikbaar
te stellen.
Aan Burg. en Weth. van Leiden,
den tijdelijken Gemeenteraad.
N°. 10U. Leiden, 24 Augustus 1940.
De inrichting voor behandeling van personen, die met
scabies besmet zijn, welke inrichting ondergebracht is in
het voormalig schoolgebouw aan de van der Werffstraat,
behoeft eenige verbetering.
Een deurkozijn moet worden dichtgemaakt, een ander
kozijn met onderdeur moet afsluitbaar worden gemaakt,
de kleedhokjes dienen te worden uitgebreid, verbeterd en
verplaatst en een W.C.-ruimte met installatie dient te worden
aangebracht. Eenige deuren, ramen en houtwerken moeten
worden hersteld; het schilder- en stucadoorswerk behoeft
vernieuwing.
De kosten van deze verbeteringen worden geraamd op
425.—.
Wij geven U mitsdien in overweging om ten behoeve van
het aanbrengen van eenige verbeteringen aan de inrichting
voor de behandeling van personen, die met scabies zijn
besmet, een bedrag van 425.beschikbaar te stellen.
Aan Burg. en Weth. van Leiden,
den tijdelijken Gemeenteraad.
N°. 109. Leiden, 24 Augustus 1946.
In den laatsten tijd worden talrijke politieke delinquenten
vrijgelaten.
Voor zoover deze uit Leiden afkomstig zijn moeten deze
in de gelegenheid worden gesteld zich weder in deze gemeente
te vestigen.
Velen hunner beschikken echter niet meer over een woning
en kunnen evenmin bij verwanten of andere betrekkingen
onderdak vinden, terwijl in verband met den zeer nijpenden
woningnood in deze gemeente, slechts zeer geleidelijk aan
deze personen een definitieve huisvestingsgelegenheid kan
worden toegewezen.
Met het oog op den spoed, welke de zaak vereischte, zijn
door ons, vooruitloopende op Uwe machtiging ter zake,
maatregelen genomen om in de tijdelijke huisvesting van
bedoelde personen te voorzien.
Het gebouw van de Stedelijke Werkinrichting kan voor
dit doel geschikt worden gemaakt.
Verder werd aan het hoofd van dit doorgangshuis een
maatschappelijk werkster geplaatst, die, voor wat het toe
zicht op de mannenafdeeling aangaat, wordt bijgestaan door