12 MAANDAG 4 MAAET 1946. Ontslag commissaris Gemeentelijke Volkseredietbank; e.a. Aan de orde is alsnu: I. Voorstel tot het verleenen van ontslag aan mevrouw C. VlielandTerburgh, als commissaris der Gemeentelijke Volkseredietbank. (17) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. Ia. Praeadvies op het verzoek van J. H. Dommerliolt om ontslag als onderwijzer aan de opleidingsschool voor u.l.o. aan de Driftstraat. (30) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. II. Voorstel tot benoeming van vier Commissarissen der Gemeentelijke Volkseredietbank. (17) De Voorzitter verzoekt den heeren A. van Dijk, Tesselaar, Hendriks en Koole het stembureau te vormen. De heer van Weizen heeft geen bezwaar tegen den persoon van de aanbevolenenhij acht hen wel geschikt voor deze functie, doch het heeft hem wel gefrappeerd, dat met het opmaken van deze aanbeveling zulk een haast is gemaakt. Voorts meent spreker, dat in deze aanbeveling niet vertegen woordigd zijn alle schakeeringen, die zich in dezen Baad voordoen. Het zou zeker wel overweging verdiend hebben, het opmaken van deze aanbeveling even uit te stellen tot na de Baadsverkiezingen. Spreker wil ten aanzien hiervan geen al te scherp verwijt richten tot het College en hij erkent ook, dat bij de Gemeentelijke Volkseredietbank een bepaalde leemte was, waarin voorzien moest worden, maar het zou toch wel wenschelijk geweest zijn, met deze aanbeveling even te wachten tot na de Baadsverkiezingen, zoodat ook meer rekening gehouden had kunnen worden met de uit eindelijke samenstelling van den Baad. Worden benoemd: de heer Mr. F. J. J. Trapman met 29 stemmen; de heer Goudsmit verkreeg 1 stem, terwijl 1 stem van onwaarde was de heer A. O. Frohwein met algemeene (31) stemmenmevrouw C. P. Braggaarde Does met 30 stemmen; mevrouw van Traavan der Burg verkreeg 1 stem; de heer J. J. P. Tesselaar met 29 stemmende heer Ligtvoet verkreeg 1 stem, terwijl 1 stem van onwaarde was. Mevrouw Braggaar, de heeren Frohwein en Tesselaar ver klaren de benoeming aan te nemen. III. Benoeming van een hoofd van de school voor buiten gewoon lager onderwijs te Leiden. (18 en 29) De heer van Schaik biedt den Baad zijn verontschuldiging aan, dat enkele voordrachten, het onderwijs betreffende, zoo laat bij den Baad zijn ingediend, doch op het oogenblik is het aantal onderwijzers, die voor benoeming in aan merking komen, zoo gering dat, wanneer men even wacht, de sollicitanten aan de gemeente Leiden ontsnappen, b.v. door benoeming elders, zoodat uit de beschikbare sollicitanten zoo spoedig mogelijk een benoeming moet plaats vinden, wil men hen niet kwijt raken. Aanvankelijk was in de vacature van den heer Dommerholt, die is afgekeurd, als No. 1 voorgedragen de' heer Blom, die intusschen echter in Den Haag benoemd is; door zeer snel een conferentie te houden met den Inspecteur voor het buitengewoon lager onderwijs is spreker er in geslaagd den nog in aanmerking komenden candidaat, den heer den Haan, als No. 1 op de voordracht geplaatst te krijgen. Spreker verzoekt nu deze benoeming zoo snel mogelijk te doen plaats vinden, want wanneer men wacht tot de volgende Eaadszitting, heeft men weer kans dat deze zeer goede candidaat de gemeente weer ontglipt. En dan is spreker aan het einde van zijn Latijn, wat de sollicitanten betreft. De heer Israël heeft nog geen gezegelde sollicitatie inge diend; spreker vreest dat ook deze sollicitant niet meer beschikbaar zal zijn, maar de voordracht als zoodanig kan toch gehandhaafd worden. Dergelijke voordrachten moeten zeer spoedig afgehandeld worden, al kan spreker zich voor stellen, dat de Baad bezwaar maakt tegen een zoo over haaste handelwijze. De heer A. van Dijk vraagt, waaraan is toe te schrijven, dat Benoeming hoofd school voor buitengewoon lager onderwijs ;e.a. (van Dijk e.a.) tot de voorgedragenen geen enkele Leidsche leerkracht behoort. Is het toeval, of zijn er in Leiden geen leerkrachten, die in aanmerking komen? Het heeft spreker eenigszins bevreemd, dat op vroegere voordrachten voor benoeming tot hoofd eener school bijna nooit Leidsche onderwijzers waren geplaatst. Was dit toeval of was het het gevolg van een systeem om bepaaldelijk geen Leidenaars op de voordracht te plaatsen? De heer van Schaik antwoordt, dat de voordracht dient te worden opgemaakt in overleg met den Inspecteur van het B.L.O., die als eerste eisch stelt, dat sollicitanten naar de betrekking van hoofd eener school voor B.L.O., ervaring op het gebied van dit onderwijs hebben, aan welken eisch geen van de Leidsche sollicitanten voldeed. De heer A. van Dijk heeft bij de stukken geen sollicitaties van Leidsche leerkrachten aangetroffen. Zijn de sollicitaties met opzet weggelaten of is sprekers speurzin niet voldoende geweest? De heer van Schaik antwoordt, dat twee Leidsche onder wijzers bij het gewoon lager onderwijs hebben gesolliciteerd, die geen ervaring op het gebied van het buitengewoon lager onderwijs hebben. Wanneer het ging om de benoeming tot hoofd van een school voor gewoon lager onderwijs, zou er, naar sprekers meening, geen enkel bezwaar tegen deze sollicitanten bestaan. Men zal echter moeten erkennen, dat tegen hun benoeming tot hoofd van een school voor buitengewoon lager onderwijs gegronde bezwaren zijn aan te voeren. Spreker weet niet, hoe hun namen den heer van Dijk bij de lezing der stukken ontgaan kunnen zijn; het zijn de heeren Volkers (onderwijzer aan de school voor V.G.L.O.) en van der Valk (onderwijzer aan de school aan de 3-Octoberstraat). Wordt benoemd met algemeene (31) stemmen de heer M. G. II. den Haan. IV. Benoeming van een onderwijzer aan de o.l. school aan het Schuttersveld. (19) Wordt benoemd met algemeene (31) stemmen de heer D. Wybenga. V. Benoeming van een onderwijzer aan de o.l. school aan de Medusastraat B. (19) Wordt benoemd met algemeene (31) stemmen de heer H. J. Tennissen. VI. Benoeming van een onderwijzer aan de o.l. school aan den Zuidsingel A. (19) Wordt benoemd met algemeene (31) stemmen de heer H. J. van Veen. Vla. Benoeming van een onderwijzer aan de opleidings school voor u.l.o. aan de Driftstraat. (31) Wordt benoemd met algemeene (31) stemmen de heer L. Hack. De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor de genomen moeite. De heer Kortmann is na de stemmingen ter vergadering gekomen. VII. Praeadvies op het verzoek van M. Bijpost om ontslag als hoofd der Jongensschool voor U.L.O. (20) VIII. Voorstel om den onderwijzer A. M. Vermaat over te plaatsen van de o.l. school aan het Schuttersveld naar de o.l. school aan de Haverstraat. (21) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming achtereenvolgens overeenkomstig de voorstellen VII en VIII besloten. IX. Praeadvies op het verzoek van het Bestuur der Ver- eeniging tot Stichting en Instandhouding van scholen met den Bijbel te Oegstgeest, inzake het verleenen van medewerking tot het verkrijgen van de beschikking over een localiteit voor het onderwijs in de lichamelijke oefening ten behoeve van zijn school voor gewoon lager onderwijs aan de Adriaan Pauwstraat, alhier. (22)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1946 | | pagina 2