4
MAANDAG 21 JANUARI 1946.
Benoeming Directeur Geneesk.- en Gezondheidsdienst; e.a.
(Menken e.a.)
peil gebracht. De terugkeer van dr. Gaillard naar diens
wetenschappelijk werk beteekent voor den dienst even groot
verlies, dat voor een groot deel ongedaan kan worden ge
maakt door de benoeming van den heer Zijerveld.
Spreker is overigens met de opposanten van meening
welke meening ook in het College bestaat dat in het
algemeen voor de vervulling van vacatures openbare oproe
pingen moeten plaats hebben.
XV. Benoeming van een leeraar in aardrijkskunde en
geschiedenis aan het Gymnasium. (9)
Wordt benoemd de heer Dr. G. Kuperusmet 28 stemmen;
de heer Dr. Th. W. Crul verkreeg 1 stem.
XVI. Benoeming van een tijdelijke leerares in de Engclsehe
taal en letterkunde aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes.
(10)
Wordt tot wederopzeggens benoemd Mejuffrouw II. van
Laer, met 29 stemmen, ingaande 3 December 1945, doch
uiterhjk voor den verderen duur van den loopenden cursus
1945—1946.
XVII. Benoeming van een onderwijzer aan de Opleidings
school voor u.l.o. aan de Langebrug A. (11)
De heer van Schaik deelt mede, dat nummer 1 van de voor
dracht, de heer H. H. Mugge, door den Gemeentehjken Genees
kundigen- en Gezondheidsdienst is afgekeurd, waarom het
College het op prijs zou stellen, indien de Raad nummer 2
van de voordracht benoemde.
Wordt benoemd de heer L. M. van 'f Hart, met 28 stemmen;
de heer H. H. Mugge verkreeg 1 stem.
XVIII. Benoeming van een onderwijzeres aan de Oplei
dingsschool voor u.l.o. aan den Rijnsburgersingel. (11)
De Voorzitter deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders
dit agendapunt intrekken in verband met het feit, dat
nummer 1 van de voordracht, mejuffrouw G. S. Sturm,
inmiddels elders is benoemd.
XIX. Benoeming van een onderwijzeres aan de o.l. school
aan de Paul Krligerstraat. (11)
Wordt benoemd mejuffrouw C. Schipper, met 28 stemmen.
XX. Benoeming van een onderwijzer aan de o.l. school
aan het Schuttersveld. (11)
De heer van Schaik deelt namens het College mede, dat,
nu nummer 1 der voordracht reeds bij agendapunt 17 tot
onderwijzer aan een andere school is benoemd, Burgemeester
en Wethouders het op prijs zouden stellen, indien de Raad
thans nummer 2 der voordracht benoemde.
Wordt benoemd de heer A. M. Vermaat, met 23 stemmen;
de heer L. M. van 't Hart verkreeg 5 stemmen.
XXI. Benoeming van een onderwijzeres aan de o.l. school
aan den Zuidsingel A. (11)
Wordt benoemd mejuffrouw J. A. Beerens, met 28
stemmen.
XXII. Praeadvies op het verzoek van den opzichter bij den
Gemeentelijken Reinigings- en Ontsmettingsdienst J. II.
Sloots om ontslag. (12)
XXIII. Praeadvies op het verzoek van Mej. C. J. Wagemans
om ontslag als onderwijzeres aan de o.l. school Zuidsingel A.
XXIV. Praeadvies op het verzoek van het bestuur van het
Koninklijk Genootschap „Mathesis Scientiarum Genitrix"
om te verklaren, dat de oprichting en instandhouding van
een vervolgcursus werktuigkunde aan de avondschool van het
Genootschap noodig wordt geoordeeld. (14)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
achtereenvolgens overeenkomstig de voorstellen XXII tot
en met XXIV besloten.
XXV. Praeadvies op het schrijven van Gedeputeerde Staten
der provincie Zuid-Holland, inzake de bezoldiging van Wet
houders, Secretarissen, Ontvangers en Ambtenaren van den
Burgerlijken Stand, voor zoover dit schrijven betreft de be
zoldiging van de drie laatstgenoemde functionarissen. (15)
Hierbij komen tevens aan de orde de twee voorstellen van
de heeren Jongeleen, Key, A. van Dijk, Burgersdijk, van
Weizen, Vos en Engels, luidende:
a. Ondergeteekenden stellen, naar aanleiding van het in de
vergadering van den tijdehjken Gemeenteraad op 21 Januari
a.s. aan de orde stellen van het verzoek van Heeren Gedepu
teerde Staten van Zuid-Holland om advies inzake wijziging
van de jaarwedde van de Wethouders, voor aan Gedepu
teerde Staten mede te deelen, dat naar het gevoelen van
den tijdehjken Gemeenteraad de jaarwedden van de Wet
houders, dezer gemeente 4000.dient te bedragen en daarbij
aan genoemd College te verzoeken die jaarwedde op ge
noemd bedrag vast te stellen.
b. Ondergeteekenden stellen voor te besluiten aan Heeren
Gedeputeerde Staten mede te deelen, dat naar het gevoelen
van den tijdehjken Gemeenteraad de vergoeding voor de
leden van den Gemeenteraad voor het bijwonen van de
vergaderingen van den Gemeenteraad behoort te worden
bepaald op 6.per lid per dag, met dien verstande, dat
een op denzelfden dag voortgezette vergadering niet als een
afzonderhjke vergadering wordt beschouwd.
De heer Jongeleen, het voorstel onder a toelichtende, zegt,
dat sinds de salarissen van de Wethouders in het jaar 1928
werden vastgesteld, de werkzaamheden, verbonden aan de
functie van wethouder, zoozeer zijn uitgebreid, dat deze
functie nu niet meer kan worden beschouwd als een neven
functie. Gelet op haar belangrijkheid in de afgeloopen jaren
en ook op de moeihjkheden, waarvoor de gemeente en dus ook
de Wethouders thans staan, meenen de onderteekenaars van
het voorstel, dat deze functie in een groote gemeente als
Leiden wel als een volledige dagtaak moet worden beschouwd.
Spreker dringt er daarom bij den Raad op aan, dit voorstel
te aanvaarden, dat ook door den heer Bosch van Rosenthal
zou zijn onderteekend, indien deze niet inmiddels als raadslid
had bedankt.
Wordt zonder hoofdehjke stemming overeenkomstig het
voorstel van den heer Jongeleen c.s., sub. a, besloten.
(De Wethouders Riedel, van Schaik en Menken hadden voor
den duur van de behandeling van dit voorstel de vergadering
verlaten.)
De heer Jongeleen het voorstel onder b. toelichtende,
zegt, dat het naar het oordeel van het seniorenconvent
gewenscht is Gedeputeerde Staten, hoewel zij in hun schrijven
niet over de presentiegelden van de raadsleden hebben ge
sproken, de voorgestelde mededeeling te doen. Verschillende
leden moeten een financieel offer brengen, willen zij de
raadsvergaderingen kunnen bijwonen. Waar het de raads
leden zelf betreft, meent spreker met dit korte woord te
mogen volstaan.
De Voorzitter sluit zich namens het College bij het betoog
van den heer Jongeleen aan.
Wordt zonder hoofdehjke stemming achtereenvolgens
overeenkomstig het voorstel van den heer Jongeleen c.s.,
sub b, en het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXVI. Praeadvies op het voorstel van den lieer Froliwein
om een petitie te richten tot de Regeering om het liruto-
winstperccntage voor detaillisten in de tabaksbranche zoo
spoedig mogelijk op minimaal 25 te brengen. (16)
De heer Frohwein kan zich niet met het praeadvies ver
eenigen.
De bedrijfsorganisatie, waarvoor naar het oordeel van het
College een taak in dezen is weggelegd, staat reeds met den
rug tegen den muur en heeft gedaan, wat gedaan kon worden.