25 gevoerd als gevolg van andere door Sassenheim ondernomen of bevolen werken, is Sassenheim verplicht daarvoor te ver goeden de werkelijk gemaakte kosten. In andere gevallen is Sassenheim uit dezen hoofde geen vergoeding aan Leiden verschuldigd. 4. Indien ten behoeve van de gasvoorziening van andere gemeenten gebruik mocht worden gemaakt van de aanvoer- leiding naar Sassenheim en als gevolg daarvan verandering in de installatie te Sassenheim moet worden aangebracht, komen de kosten dezer verandering ten laste van Leiden. Artikel 7. Kwaliteit van het gas. Leiden verbindt zich aan Sassenheim gas te leveren van dezelfde hoedanigheid als het gas, hetwelk aan de ingezetenen van Leiden geleverd wordt. Artikel 8. Minimum-verbruik per kalenderjaar. Sassenheim verbindt zich gedurende den duur van deze overeenkomst van Leiden per kalenderjaar aan gas af te nemen een hoeveelheid van ten minste 500.000 m3; deze hoeveelheid zal geleidelijk toenemen, zoolang totdat Sassen heim zijn geheele behoefte van Leiden betrekt, hetgeen uiterlijk op 31 December 1959 (zijnde de datum, waarop het in artikel 17 bedoelde contract tusschen Sassenheim en Lisse eindigt) het geval zal zijn. Artikel 9. Prijs van het geleverde gas. 1. Het door Sassenheim aan Leiden verschuldigde voor het door Leiden geleverde gas, zal, behoudens het bepaalde in het derde lid van dit artikel en onverminderd het bepaalde in artikel 10, als volgt worden berekend: a. een vast bedrag per jaar en wel van 5.400,voor het jaar 1945, 8.100,voor het jaar 1946 en 10.800,— voor het jaar 1947 en volgende jaren, te betalen in gelijke maandeiijksche termijnen. Voor het jaar 1944 wordt, afhankelijk van het tijdstip van aanvang der gaslevering, een evenredig gedeelte van het voo^ 1945 verschuldigde vaste bedrag ad 5.400,berekend. b. bovendien voor al het door den in artikel 5, lid 1, be doelden gasmeter te Sassenheim geregistreerde gas 3 (drie) cent pêr m3. 2. Mocht als gevolg van de technische inrichting der Leidsche gasfabriek tijdelijk aan Sassenheim geen of nagenoeg geen gas geleverd kunnen worden, dan wordt voor elk etmaal dat dit plaats heeft, het volgens het eerste lid, sub a, ver schuldigde vaste bedrag met 1/360 gedeelte verminderd. 3. Voor het gas, ingevolge artikel 5, lid 4, door Leiden geleverd aan perceelen in de gemeente Sassenheim, die op de hoogedrukleiding (aanvoerleiding) zijn aangesloten, zal Sassenheim aan Leiden betalen den volgens lid 1, sub b, verschuldigden eenheidsprijs, verhoogd met 2 (twee) cent per m3. 4. Wanneer Sassenheim een contract tot gaslevering met een grootverbruiker, als bedoeld in artikel 2, lid 3, afsluit en Leiden toestaat, dat deze grootverbruiker rechtstreeks op een (hoogedruk)-leiding van Leiden wordt aangesloten, is Sassenheim een verhooging van het in het eerste lid, sub a, van dit artikel bepaalde vaste bedrag verschuldigd met ingang van de maand, waarin de gaslevering aan den groot verbruiker zal zijn aangevangen. Deze verhooging bedraagt bij een jaarverbruik tot 10.000 m3: 1 cent per m3 van 10.001 25.000 0,5 25.001 50.000 0,4 boven 50.000 0,3 Artikel 10. Kolenclausule. 1. De in artikel 9 genoemde gasprijzen gelden onver anderd, indien de kolenprijs niet lager dan 8,50 en niet hooger dan 10,50 per 1.000 kg is. 2. Is de kolenprijs lager of hooger, dan wordt de prijs per m3 verlaagd of verhoogd met 0,01 cent voor iedere volle tien cent, die de kolenprijs van 9,50 verschilt. 3. Onder den kolenprijs in eenig kalenderjaar wordt hier verstaan de gemiddelde prijs, dien de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit tè Leiden per 1.000 kg gaskolen met een calorische benedenwaarde van ten minste 7300 calorieën op het terrein dier fabrieken in het desbetreffende kalender jaar geleverd, betalen. 4. Is de calorische waarde minder, dan zal naar billijkheid een evenredige verhooging moeten plaats vinden van het in het tweede lid genoemde bedrag van 0,01 cent. 5. Voor zoover de kolenprijs op 1 Januari van een kalender jaar hooger is dan 10,50 wordt voorloopig bij de maande iijksche berekening van het wegens gasverbruik verschuldigde een toeslag berekend op den grondslag van den oogen- blikkelijken kolenprijs. De juiste berekening en verrekening van het verschil heeft plaats na afloop van het desbetreffende kalenderjaar. Artikel 11. Aanwijzing van den gasmeter. 1. De in artikel 5 bedoelde gasmeter te Sassenheim zal jaarlijks volgons aanwijzing van den Directeur der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit te Leiden door partijen worden beproefd; de kosten dezer beproeving zullen door Leiden worden gedragen. 2. Leiden is bevoegd alle maatregelen te nemen, welke het noodig acht om de juiste aanwijzing van den gasmeter zooveel mogelijk te verzekeren. 3. Zegels van Leiden mogen door Sassenheim niet dan in geval van dringende noodzakelijkheid worden verbroken. Van een noodige verbreking moet zoo mogelijk vooraf, doch in elk geval onmiddellijk na de verbreking, aan Leiden worden kennis gegeven. 4. Bij vermoedelijke onnauwkeurigheid in de aanwijzing van den te Sassenheim geplaatsten gasmeter zal voor den tijd, gedurende welken de aanwijzing vermoed is onjuist te zijn, het verbruik door correctie van de meteraanwijzing in ge meenschappelijk overleg zoo juist mogelijk worden bepaald. Indien zulks niet mogelijk is, wordt het verbruik geschat door Leiden, dat rekening zal houden met de vroegere juiste aanwijzingen. Artikel 12. Meteraflczing Verrekening. 1. De opneming van het gasverbruik van Sassenheim geschiedt maandelijks door een door de Directie der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit te Leiden aan te wijzen ambtenaar, ten overstaan van een door Sassenheim aan gewezen persoon, op den te Sassenheim geplaatsten gasmeter. 2. De rekening van het volgens de artikelen 9 en 10 ver schuldigde zal per maand worden ingediend. Sassenheim verbindt zich deze binnen veertien dagen te betalen. Artikel 13. Toegang tot gebouwen. Ter controleering van de naleving van deze overeenkomst en voor den goeden gang der exploitatie zullen de Directeur der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit te Leiden en de door hem aan te wijzen ambtenaren te allen tijde toegang hebben tot alle gebouwen, dienende voor de levering van gas aan Sassenheim. Artikel 14. Gasverordening. De gaslevering door Leiden aan Sassenheim geschiedt verder volgens de bepalingen van de Gasverordening van Leiden, zooals deze thans luidt of nader mocht worden vast gesteld, alles voor zoover deze bepalingen toepasselijk zijn en voor zoover daarvan niet bij deze overeenkomst uit drukkelijk wordt afgeweken. Artikel 15. Einde van de overeenkomst. 1. Deze overeenkomst eindigt op 31 December 1969; zij wordt telkenmale stilzwijgend met vijf jaren verlengd, tenzij een der partijen drie jaren vóór 31 December 1969 of drie jaren vóór het einde van een vijfjarigen verlengingstermijn deze overeenkomst schriftelijk opzegt. 2. Bij het eindigen van deze overeenkomst behoudt Leiden de in artikel 4 bedoelde vergunning, voor zoover en zoolang deze noodig is om aan zijn op het tijdstip van het eindigen van deze overeenkomst loopende verplichtingen tot gas levering aan derden te kunnen voldoen. Als zoodanige loopende verplichtingen worden mede beschouwd de ver plichtingen, voortvloeiende uit door Leiden met derden ge sloten overeenkomsten, bestaande op het tijdstip van het eindigen van deze overeenkomst, welke krachtens een daarin opgenomen bepaling bij niet-opzegging op zeker tijdstip,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1945 | | pagina 3