5 De BUEGEMEESTEE van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Eijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie het vischrecht in de Haarlemmertrekvaart van Leiden (Trekvaartbrug) tot den limietpaal „Halfweg" onder de ge meente Noord wij kerhoutwaaronder begrepen het zuidelijk deel van het Poelmeer tot de Molensloot, wederom aan C. D. Zandvliet, te Leiden, te verpachten gedurende het jaar 1945 voor 200.en onder de bestaande voorwaarden. N°. 6. Leiden, 22 Januari 1945. Het is gewenscht in de gas- en in de electriciteitsver- ordening een bepaling op te nemen, waarbij den Burge meester de bevoegdheid wordt toegekend de aangeslotenen, die in strijd met een algemeen werkend voorschrift gas of electriciteit verbruiken, een boete op te leggen. Mitsdien heeft de Burgemeester op 22 Januari 1945 de volgende besluiten genomen: a. De Burgemeester van Leiden, op grond van artikel 3 van de verordening van den Eijkscommissaris voor het be zette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: vast te stellen de volgende verordening: VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van 17 December 1911 (Gemeenteblad No. 36), betreffende de levering van gas door de Stedelij Jee FabrieJcen van Gas en Electriciteit, laatstelijJc gewijzigd bij verordening van 3 Februari 1944 (Gemeenteblad No. 6). Artikel I. Na artikel 15 van bovengenoemde verordening wordt in gevoegd een nieuw artikel 15&is, luidende: Art. 15£us. Het is den aangeslotene verboden gas te verbruiken, indien tengevolge van een algemeen werkend voorschrift het ver bruiken van gas is verboden. Den aangeslotene, die in strijd met het verbod vervat in het eerste lid van dit artikel gas verbruikt, kan door den Burgemeester een boete worden opgelegd van ten hoogste 250.ongeacht de verdere maatregelen, welke tegenover den aangeslotene kunnen worden genomen. Art. II. Deze verordening is, met terugwerkende kracht, op 1 Januari 1945 in werking getreden. b. De Burgemeester van Leiden, op grond van artikel 3 van de verordening van den Eijkscommissaris voor het be zette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: vast te stellen de volgende verordening; VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van 17 December 1914 Gemeenteblad No. 37betreffende de levering van electriciteit door de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit, laatstelijk gewijzigd bij verordening van 3 Februari 1944 (Gemeenteblad No. 7). Artikel I. Na artikel 15 van bovengenoemde verordening wordt in gevoegd een nieuw artikel 15bis, luidende: Art. 155is. Het is den aangeslotene verboden electriciteit te ver bruiken, indien tengevolge van een algemeen werkend voor schrift het verbruiken van electriciteit is verboden. Den aangeslotene, die in strijd met het verbod vervat in het eerste lid van dit artikel electriciteit verbruikt, kan door den Burgemeester een boete worden opgelegd van ten hoogste ƒ250.ongeacht de verdere maatregelen, welke tegenover den aangeslotene kunnen worden genomen. Art. II. Deze verordening is, met terugwerkende kracht, op 1 Januari 1945 in werking getreden. N°. 7. Leiden, 25 Januari 1945. Aan S. Lantinga, alhier, werd door de gemeente een be drag van 340.25 in rekening gebracht voor verpleging c.a. van twee dochters wegens diphtherie in de gemeentelijke barak. Hierop werd ƒ126.betaald, zoodat Lantinga nog een bedrag van 214.25 verschuldigd is. De heer Lantinga is echter weigerachtig dit bedrag te voldoen; ook na her haalde aanmaning is hij niet tot betaling overgegaan. Derhalve dient een rechtsvordering inzake de betaling van de verschuldigde verpleeggelden tegen hem te worden ingesteld. Mitsdien heeft de Burgemeester, gelet op het advies van den rechtsgeleerden raadsman der gemeente, op 25 Januari 1945 het volgende besluit genomen: De BUEGEMEESTEE van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Eijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied N°. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie tot het instellen van een rechtsvordering, zoowel in eersten aanleg, als, zoo noodig, in hooger beroep, tegen S. Lantinga, te Leiden, inzake betaling van de door dezen aan de ge meente verschuldigde verpleeggelden. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GEOEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1945 | | pagina 5