40 van de Stadsgehoorzaal bij verlenging verpacht aan W. F. van Ingen Schenau Jr., alhier; de verpachting loopt van 1 Mei 1943 tot weder op z eggensdoch uiterlijk tot 1 Mei 1944, tegen een pachtsom van 2.400.per jaar. De heer van Ingen Schenau Jr. verzocht de exploitatie te mogen voortzetten. Met hem is overeenstemming bereikt over een verlenging van de verpachting van 1 Mei a.s. tot wederopzeggensdoch uiterlijk tot 1 Mei 1945, onder de bestaande voorwaarden. In verband hiermede heeft de Burgemeester op 20 April 1944 het volgende besluit genomen De BURGEMEESTER van LEIDER; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Rederlandsche gebied Ro. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie de exploitatie van de buffetten van de Stadsgehoorzaal wederom te verpachten aan W. F. van Ingen Schenau Jr., te Leiden, van 1 Mei 1944 tot wederopzeggens, doch uiterlijk tot 1 Mei 1945, tegen een pachtsom van 2.400.per jaar en onder de bestaande voorwaarden. R°. 72. Leiden, 20 April 1944. Op de gemeentebegrooting voor het jaar 1944 is een bedrag van 9.000.gebracht voor subsidie aan de af deeling Leiden van de Rederlandsche Yereeniging voor Luchtbescherming. Aangezien de gasinstructeur van de afdeeüng tijdelijk zijn werkzaamheden niet kan verrichten, is met ingang van 1 April 1944 een vervanger in dienst genomen tegen een salaris van 100.per maand. De kosten van deze ver vanging kunnen niet uit het toegestane subsidie worden bestreden; derhalve dient dit met een bedrag van 900. te worden verhoogd. Mitsdien heeft de Burgemeester op 20 April 1944 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDER; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Rederlandsche gebied Ro. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie door vaststelling van den bij dit besluit behoorenden staat Ro. 11, het op de gemeentebegrooting, dienst 1944, uit getrokken bedrag ad 9.000.voor subsidie aan de afdeeling Leiden van de Rederlandsche Yereeniging voor Lucht bescherming te verhoogen met 900. ro. 73. Leiden, 27 April 1944. Door den Rijksdienst voor de werkverruiming worden sinds 1 April 1942 in de voormalige centrale werkplaats voor jeugdige werkloozen aan de le Looierstraat cursussen ge organiseerd tot scholing van werklooze arbeiders. Met het Rijk zijn onderhandelingen gevoerd over de basis, waarop het Rijk het gebouw van de gemeente zou huren. Hierbij is overeenstemming bereikt over een verhuring van 1 April 1942 tot en met 31 December 1945, en vervolgens van jaar tot jaar, uiterlijk tot 1 Januari 1956. De huurprijs is bepaald op het aannemelijke bedrag van 1.300.per jaar, terwijl het Rijk het onderhoud, de verwarming, de verlichting en het duinwaterverbruik voor zijn rekening neemt. De Burgemeester heeft alsnu op 27 April 1944 het na volgende besluit genomen: BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie de Centrale Werkplaats aan de le Looierstraat te verhuren aan het Rijk, van 1 April 1942 tot en met 31 December 1945 tegen een jaarlijksche huursom van 1.300.met dien verstande, dat de huur daarna telkens voor den tijd van één jaar tegen denzelfden huurprijs en onder dezelfde voor waarden zal worden verlengd, indien de huur niet zes maanden vóór het eindigen van den huurtermijn schriftelijk door het Rijk of door den Burgemeester is opgezegd, terwijl de huur in ieder geval zal eindigen op 31 December 1955 zonder dat eenige opzegging daartoe wordt vereischt, en onder de bij dit besluit behoorende voorwaarden. R°. 74. Leiden, 27 April 1944. In de auto van den Eersten Hulpdienst moet een nieuwe brancard worden aangebracht. De kosten van aanschaffing van dezen brancard bedragen 390.—. Deze uitgave dient op de begrooting van het jaar 1944 te worden geregeld. Derhalve heeft de Burgemeester op 27 April 1944 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDER; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Rederlandsche gebied Ro. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie door vaststelling van den staat Ro. 12 tot wijziging van de gemeentebegrooting, dienstjaar 1944, een bedrag van f 390.beschikbaar te stellen voor de aanschaffing van een brancard ten behoeve van den Eersten Hulpdienst. R°. 75. Leiden, 27 April 1944. Overeenkomstig de circulaire van den waarn. Secretaris- Generaal van het Departement van Financiën d.d. 18 Maart 1944 heeft op 30 Maart 1944 de afrekening over 1942 plaats gevonden van de verschillende verrekeningen tusschen het Rijk en de gemeente voortvloeiende uit de besluiten van de Secretarissen-Generaal van de Departementen van Financiën, van Binnenlandsche Zaken en van Sociale Zaken d.d. 15 Juli 1943 betreffende: le. de financiëele verhouding tusschen het Rijk en de gemeenten 2e. de nieuwe algemeene regelen met betrekking tot uit gaven van werkloozenzorg. In verband hiermede moeten verschillende wijzigingen in de begrooting 1942 worden aangebracht, welke in den des- betreffenden begrootingsstaat zijn verwerkt. Met het oog op de afsluiting van den dienst 1942 per 31 Maart 1944 ingevolge de circulaire van den Secretaris- Generaal van het Departement van Binnenlandsche Zaken d.d. 21 Maart 1944, zijn hierin tevens geregeld de wijzigingen in verband met het rondschrijven van genoemden Secretaris- Generaal d.d. 2 Rovember 1943 inzake de schadeloosstelling door het Rijk wegens het gemis van de opbrengst van het schoolgeld voor het lager onderwijs van het schoolgeldjaar 1942/43, alsmede de wijzigingen terzake van de afrekening van de cursussen enz. voor ontwikkeling en ontspanning van werkloozen, welke cursussen enz. door het Rijk per 28 Maart 1942 zijn overgenomen. Tn totaal leveren deze wijzigingen een voordeelig verschil op van 610.208.69, welk bedrag als volgt kan worden gespecificeerd. De BURGEMEESTER van LEIDER; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Rederlandsche gebied Ro. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1944 | | pagina 4