68 De BUBGEMEESTEE van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Bijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: 1°. de voor de gemeentelijke inrichtingen van voorbe reidend hooger- en middelbaar onderwijs vastgestelde herfst- vacantie onveranderd te handhaven; 2°. dat voor de sub 1°. bedoelde onderwijsinrichtingen de Kerstvacantie zal duren van 16 December 1942 (na afloop der lessen) tot en met 11 Januari 1943 en de Paaschvacantie van 16 April (na afloop der lessen) tot en met 27 April 1943. N°. 143. Leiden, 15 October 1942. De verordening betreffende den Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zaken, diende nog in overeenstemming te worden gebracht met het besluit van 6 Juli 1942 (Ingek. Stukken No. 86), in zake benoeming en ontslag van leden van Com missies of besturen in afwijking van de desbetreffende verordeningen. Deze gelegenheid is aangegrepen om in die bepalingen ook nog eenige andere veranderingen, waarvan de wensche- lijkheid bleek, aan te brengen. Mitsdien heeft de Burgemeester op 15 October 1942 het volgende besluit genomen: De BUBGEMEESTEE van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Bijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: vast te stellen de volgende verordening: VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van 20 October 1924 (Gemeenteblad No. 27) betreffende den Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zakenlaatstelijk gewijzigd bij verordening van 25 Januari 1935 (Gemeenteblad No. 14). Eenig artikel. In artikel 13 van bovengenoemde verordening worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1. In lid 3 wordt na het woord „uit" ingevoegd „ten hoogste"; 2. In lid 4 wordt het woord „wordt" vervangen door de volgende woorden „en de leden worden benoemd", terwijl de woorden „uit hun midden aangewezen" vervallen. 3. Lid 5 vervalt. N°. 144. Leiden, 22 October 1942. In verband met de toeneming van het aantal leerlingen der Meisjesschool voor U.L.O. en ter vervanging van op de beide openbare scholen voor U.L.O. aanwezige verouderde leerboeken, was aanschaffing ten behoeve van die scholen van verschillende leermiddelen noodig. Teneinde te kunnen beschikken over de voor die aan schaffing benoodigde gelden, heeft de Burgemeester op 22 October 1942 het volgende besluit genomen: De BUBGEMEESTEE van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Bijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der provincie vast te stellen den staat No. 39 tot wijziging der gemeente- begrooting, dienst 1942, tot het beschikbaar stellen van een bedrag van /85Q.ten behoeve van de aanschaffing van leermiddelen voor de openbare scholen voor U.L.O. N°. 145. Leiden, 22 October 1942. Ingevolge het laatste lid van art. 39 van de verordening op het beheer van de bedrijven der gemeente, is die ver ordening slechts van kracht tot en met het dienstjaar 1942. De verordening op het beheer van het Grondbedrijf bevat eenzelfde bepaling (art. 21, laatste lid). Het was derhalve noodig ten aanzien van beide verorde ningen den termijn opnieuw te verlengen, waartoe wederom een termijn van vijf jaren, (alzoo tot en met het dienst jaar 1947) werd gekozen. Verder bleet het wenschelijk uit de algemeene bedrijfs- verordening de artikelen 31 en 32, regelende de instelling en bestemming van het reservefonds van de gestichten „Endegeest" c.a., te doen vervallen. In verband met het exploitatieverlies der gestichten over 1940 moest deze reserve geheel worden afgeboekt. En aangezien bovendien, zooals bekend is, de tarieven van de gestichten op kostprijs zijn gebaseerd en het maken van winst derhalve geen doel is, hebben de artikelen 31 en 32 hun practische beteekenis verloren en konden zij worden ingetrokken. Mitsdien heeft de Burgemeester op 22 October 1942 het volgende besluit genomen: De BUBGEMEESTEE van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Bijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op art. 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie vast te stellen de volgende verordeningen: I. VERO RDENIN G, houdende wijziging van de verordening van 2 Juli 1934 (Ge meenteblad No. 19) op het beheer van de bedrijven der gemeente Leidenlaatstelijk gewijzigd bij verordening van 5 Juli 1937 (Gemeenteblad No. 12). Artikel I. De artikelen 31 en 32 vervallen met ingang van het dienst jaar 1941. Art. II. In art. 39, laatste lid van bovengenoemde verordening wordt voor „1942", gelezen „1947". II. VEROBDENING, houdende wijziging van de verordening van 2 Juli 1934 (Ge meenteblad No. 20) op het beheer van het Grondbedrijf der gemeente Leiden, laatstelijk gewijzigd bij verorde ning van 5 Juli 1937 (Gemeenteblad No. 13). Eenig artikel. In art. 21, laatste lid, van bovengenoemde verordening wordt voor „1942", gelezen „1947". N°. 146. Leiden, 29 October 1942. Naar aanleiding van een door Mejuffrouw G. J. Yriesen gedaan verzoek om ontslag als onderwijzeres aan de o.l. school aan de Boommarkt, heeft de Burgemeester op 29 October 1942 het volgende besluit genomen: De BUBGEMEESTEE van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Bijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en geleti op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: Mejuffrouw G. J. Vriesen, met ingang van een nader te bepalen datum, eervol ontslag te verleenen uit hare betrekking van onderwijzeres aan de o.l. school aan de Boommarkt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1942 | | pagina 4