66
N°. 135. Leiden, 8 October 1942.
Den 26sten Juni j.l. besloot de Burgemeester, behoudens
goedkeuring van den Commissaris der Provincie, door vast
stelling van den begrootingsstaat No. 21 een bedrag, groot
50.op de begrooting van het dienstjaar 1942 te brengen
ten behoeve van het beschikbaar stellen van de geldelijke
opbrengst van niet gereclameerde gevonden voorwerpen
aan de Stichting Winterhulp. De Commissaris der Provincie
deelde evenwel mede, dat in verband met een te verwachten
algemeene regeling ter zake, vooralsnog niet tot verkoop of
schenking van gevonden voorwerpen diende te worden over
gegaan en verzocht mitsdien de begrootingswijziging in te
trekken.
Met het oog op een en ander heeft de Burgemeester op
8 October 1942 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
in te trekken zijn besluit dd. 26 Juni 1942 tot vaststelling
van den begrootingsstaat No. 21, waarbij een bedrag, groot
50.op de begrooting van het dienstjaar 1942 werd ge
bracht ten behoeve van het beschikbaar stellen van de
Stichting Winterhulp van de geldelijke opbrengst van niet
gereclameerde gevonden voorwerpen.
N°. 136. Leiden, 8/22 October 1942.
In verband met de hierna genoemde, bij de gemeente
ingediende stukken heeft de Burgemeester op 8 resp. 22 Oc
tober 1942 de volgende besluiten genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
goed te keuren:
de suppletoire begrooting, dienst 1941, en de rekening,
dienst 1941, van de Stedelijke Werkinrichting;
de suppletoire begrooting, dienst 1941, en de rekening,
dienst 1941, van den Armenraad;
de suppletoire begrooting, dienst 1941, en de rekening,
dienst 1941, van het Gereformeerd Minne- of Arme Oude
Mannen- en Vrouwenhuis.
N°. 137. Leiden, 15 October 1942.
Teneinde te voorzien in de vacature van onderwijzeres aan
de school voor buitengewoon lager onderwijs, heeft de Burge
meester op 15 October 1942 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
Mejuffrouw M. J. Geenen te Sneek, met ingang van een
nader te bepalen datum, te benoemen tot onderwijzeres aan
de openbare school voor buitengewoon lager onderwijs.
N°. 138. Leiden, 15 October 1942.
Ingevolge raadsbesluit van 24 Februari 1941 (Ingek.
Stukken No. 20) werden gedeelten grond en water langs den
Haarlemmertrekvaartweg en het Poelmeer, groot 1200 m2,
aan G. Willems, te Oegstgeest, bij continuatie verhuurd voor
de jaren 1941 en 1942 tegen een prijs van 80.per jaar
met het recht van den huurder om op dien grond een huisje
te hebben. Bovendien werden aan hem bij besluit van den
Burgemeester van 8 Januari 1942 (Ingek. Stukken No. 3)
voor het jaar 1942 verhuurd aangrenzende langs het Poelmeer
gelegen strookjes grond en water, groot ±73 m2, tegen een
huurprijs van 15.per jaar. De heer Willems heeft verzocht
den grond en het water ook na 1 Januari 1943 te mogen huren.
Aangezien tegen een verlenging van de verhuring met 2 jaren
voor een totale huursom van 95.per jaar en onder de
bestaande voorwaarden geen bezwaar bestaat, heeft de
Burgemeester op 15 October 1942 het volgende besluit
genomen
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie
aan G. Willems, te Oegstgeest, voor den tijd van 2 jaren,
aanvangende op 1 Januari 1943 en eindigende alzoo op
31 December 1944, opnieuw te verhuren de op de bij dit
besluit behoorende teekening met gele en blauwe omlijningen
en arceeringen aangegeven gedeelten grond en water langs
den Haarlemmertrekvaartweg en het Poelmeer, onder de
gemeente Oegstgeest, ter totale oppervlakte van 1273 m2,
tegen een huurprijs van 95.per jaar, met het recht van
den huurder om op den grond een huisje te hebben, en
verder onder de bestaande voorwaarden.
N°. 139. Leiden, 15 October 1942.
De wenschelijkheid is gebleken om het uitbreidingsplan
dezer gemeente te wijzigen in dier voege, dat de geprojecteerde
straat 62, welke een verbinding zou vormen tusschen de
Cobetstraat en de Burggravenlaan, vervalt en de gronden
aan de noordoostzijde van de De Gijselaarstraat en de noord
westzijde van de Burggravenlaan, hoek De Gijselaarstraat,
welke volgens het geldende uitbreidingsplan (zooals dit werd
herzien bij raadsbesluit van 17 Augustus 1936) bestemd zijn
voor „betere bouw", bestemd worden voor „villabouw".
Het ontwerp van de herziening heeft, met de noodige
wijziging van tabel IY, bedoeld in art. 4, lid 1, van de bij
het uitbreidingsplan behoorende verordening, houdende
voorschriften ten aanzien van de bebouwing en het gebruik
van de in het uitbreidingsplan der gemeente Leiden begrepen
gronden, gedurende den in de Woningwet voorgeschreven
termijn op de gemeentesecretarie voor een ieder ter inzage
gelegen. Er zijn geen bezwaren ingediend.
Mitsdien heeft de Burgemeester op 15 October 1942 het
volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
a. het plan van uitbreiding voor de gemeente Leiden, vast
gesteld bij raadsbesluit van 6 November 1933, zooals dit
sindsdien is gewijzigd, te herzien in dier voege, dat kaart IY
van dit plan wordt gewijzigd, zooals op de hierbijbehoorende
kaart, gemerkt B, ten aanzien van het op die kaart met
een paarse omlijning omgeven gebied, is aangeduid;
b. tabel IV, bedoeld in artikel 4, lid 1, van de verordening,
houdende voorschriften ten aanzien van de bebouwing en
het gebruik van de in het uitbreidingsplan der gemeente
Leiden begrepen gronden, te wijzigen in dier voege, dat:
1°. achter 61, in kolom 1, wordt vermeld: Z. W. Z.;
2°. tusschen 61 en 62 wordt ingevoegd, onderscheidenlijk
in de kolommen 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8: 61 N. O. Zopen,
>5
3°. 62, in kolom 1, en de daarop betrekking hebbende
vermeldingen in de kolommen 2 tot en met 8 vervallen.
