28
worden verwacht, welk overschot hooger zou
zijn geweest, indien niet tengevolge van de
tijdsomstandigheden meer voor extra-werk
zaamheden moest worden uitgegeven, dan
geraamd was.
Zie de verhooging van volgn. 22 der ont
vangsten met 562.40 549.81 1.112.21
en de verlaging van volgn. 245 der uitgaven
met 650.
Volgn. 246. Schrijf- en bureaubehoeften,
briefporten, vrachtloonen en andere kleine uit
gaven
De uitgaven op volgn. 246 zullen over 1941
16.219.66 bedragen, zoodat de op de be
grooting uitgetrokken som van 4.000.met
niet minder dan 12.219.66 moet worden ver
hoogd.
Ter verzekering van een geregelden gang
van de administratie was het namelijk nood
zakelijk om van de verschillende bureau
behoeften, als papier, enveloppen, schrijf-
machinebenoodigdheden (cyclostylepapier, car
bon, inktlinten, stencils enz.) pennen, inkt enz.
enz., zooveel mogelijk voorraad in te slaan,
aangezien er op gerekend moest worden, dat
deze materialen, tengevolge van de buiten
gewone tijdsomstandigheden, in de naaste
toekomst niet meer verkrijgbaar zouden zijn.
Voor deze aanschaffing werd in het bij
zonder gebruik gemaakt van de bemiddeling
van het Centraal Inkoopbureau van de Vereeni-
ging van Nederlandsche Gemeenten, waardoor
verschillende benoodigdheden, die bij den
particulieren handel niet meer verkrijgbaar
waren, alsnog konden worden ingeslagen.
Van de centraal ingekochte bureaubehoeften
werd gedurende het jaar 1941 voor een bedrag
van 3.140.19 aan diverse gemeentebedrijven
en instellingen geleverd, zoodat 1.640.19 meer
werd terugontvangen dan de ter zake op
volgn. 22 der ontvangsten geraamde som van
1.500.—.
Bovendien werd de in 1941 niet gebruikte
voorraad tegen de inkoopwaarde ad 11.394.52
naar den dienst 1942 overgeboekt. Zie in
verband met een en ander de verhooging
van volgn. 22 der ontvangsten „Overige in
komsten ter zake van het algemeen beheer"
met 1.640.19 11.394.52 13.034.71.
Feitelijk is dus over 1941 voor aanschaffing
van bureaubehoeften minder uitgegeven, dan
geraamd was, hetgeen een gevolg is van de
omstandigheid, dat in 1941 kon worden be
schikt over de reeds in 1940 gevormde voorraad.
Volgn. 251. Abonnement op het Staatsblad,
Provinciaalblad en de dag-, week-, of maand
bladen en aankoop van boeken
De uitgaven ter zake, geraamd op 900.
vereischten over 1941 een uitgaaf van 1.266.34
Volgn. 253. Aanplakken en omroepen
De kosten van plaatsing van de openbare
aankondigingen in de plaatselijke dagbladen
vereischten over 1941 eene uitgaaf van
ƒ1.005.33 d. i. 665.33 meer dan de ter zake
uitgetrokken som van 340.terwijl die van
het aanplakken op de zuilen e. d. de raming
ad 10.met 297.35 overtroffen.
Deze overschrijding is uitsluitend een ge
volg van de tijdsomstandigheden.
Volgn. 254. Plaatsen van advertentiën.
De uitgaven ter zake, geraamd op 150.
bedragen ƒ257.12.
Deze overschrijding is voornamelijk een ge
volg van de kosten van voorziening in eenige
vacatures.
Volgn. 255. Beis- en verblijfkosten:
a. voor leden van het gemeentebestuur
De uitgaven, geraamd op 350.bedragen
371.66.
b. voor ambtenaren en bedienden van de
secretarie en het ontvangerskantoor
De uitgaven, geraamd op 100.bedragen
142.23.
Deze overschrijding wordt veroorzaakt door
de terugbetaling van de reiskosten aan eenige
sollicitanten naar gemeentebetrekkingen.
Volgn. 264. Bevolkingsregisters en huis
nummering
a. Belooning van de bevolkingsagenten.
f 12.219.66
366.34
962.68
107.12
21.66
42.23
92.90
86.07
51.76
27.—
De uitgaven, geraamd op 4.188.be
dragen 4.280.90.
De salarisherziening ingevolge besluit No. I
van den Burgemeester van 22 Januari 1942
(Ingek. Stukken No. 15) had, over het tijdvak
van 1 Augustusulto December 1941, op dit
volgnummer eene niet-voorziene uitgaaf van
92.90 tengevolge.
b. Druk- en bindwerk enz
De uitgaven, geraamd op 500.bedragen
ƒ586.07, d. i. ƒ86.07 meer.
Deze overschrijding wordt veroorzaakt door
de kosten van drukwerk ten behoeve van de
bevolkingsboekhouding.
Volgn. 265. Verteringen ten behoeve van het
huishoudelijk bestuur en van commissièn.
De uitgaven ter zake, geraamd op 1.000.
bedragen 1.051.76.
Volgn. 267. Verificatie
De kosten, geraamd op 1.200.bedragen,
in verband met de verhooging voor de omzet
belasting, 1.227.
Volgn. 278. Kosten ter zake van het ver-
leenen van een kindertoeslag aan gemeente
ambtenaren en -werklieden388.96
De uitgaven ter zake bedragen op hoofd
stuk II 988.96, een bedrag van 600.was
uitgetrokken.
Deze overschrijding wordt voornamelijk ver
zaakt door den verleenden kindertoeslag aan
den machinist-stoker van het Stadhuis, waar
voor geen gelden waren uitgetrokken. Ook de
verhooging van den minimum-toeslag van
60.tot 75.per jaar voor elk daarvoor
in aanmerking komend kind heeft tot de over
schrijding bijgedragen.
Volgn. 290a. Af te dragen loonbelasting inge
volge het „Besluit op de Loonbelasting 1940117.363.68
Wegens ingehouden belasting, ingevolge
bovengenoemd besluit op de door de gemeente
uitgekeerde loonen, wachtgelden, pensioenen
enz., is aan den Rijksontvanger over 1941
117.363.68 overgemaakt, zoodat aanvulling
van den voor „memorie" uitgetrokken post
met 117.363.68 noodig is.
Zie de verhooging van den liiertegenover-
staanden ontvangstpost volgn. 21a „In te
houden en te ontvangen loonbelasting inge
volge het besluit op de Loonbelasting 1940"
met eveneens 117.363.68.
Volgn. 291. Renten van geldleeningen 11.642.77
Aan „rente vangeldleeningen" isopdendienst
1941 betaald ƒ777.879.11, d.i. ƒ58.811.11 meer
dan de ter zake op de gemeentebegrooting
uitgetrokken som van 719.068.
Ter gedeeltelijke dekking van deze hoogere
rente-uitgaaf kan worden besloten tot verlaging
van volgn. 724 der uitgaven „Rente en provisie
van tijdelijk ter voorziening in de behoefte aan
kasgeld opgenomen gelden" met 50.000.
Vermits de kasgeldrente over 1941 hooger
is geweest, dan geraamd was kan echter niet
het geheele bedrag van 58.811.11 van volgn.
724 worden afgeschreven.
De specificatie van het bedrag van
ƒ58.811.11 is als volgt:
4| geldleening, groot 1.000.000.(RB.
18 Nov. 1940, goedgek. door G.S. 25 Nov. d.a.v.)
van 400.000.vanaf 16 December 1940 en
van 600.000.vanaf 27 December 1940 tot
ulto December 1941
4 geldleening, groot
ƒ200.000.— (RB. 3 Feb. 1941,
goedgek. door G.S. 11 Feb.
d.a.v.), over het tijdvak van
1 Maart tot ulto Augustus 1941
4 j- geldleening, groot
250.000.— (RB. 16 Juni 1941,
goedgek. door G.S. 24 Juni
d.a.v.) over het tijdvak van 27
Juniulto December 1941.
4 geldleening, groot
500.000.—, (RB. 11 Aug. 1941,
goedgek. door G.S. 19 Aug.
d.a.v.), over het tijdvak van
15 Sept.ulto December 1941.
43.491.66
4.000.—
5.430.56
5.888.89
58.811.11