GEMEENTE LEIDEN. 19 ING£ROH£N STUKEEN. N°. 57. Leiden, 4 Mei 1942. Naar aanleiding van een verzoek van den Secretaris - Generaal van het Departement van Opvoeding, Wetenschap en Kuituurbescherming inzake de zomervacantie van de inrichtingen van voorbereidend hooger- en middelbaar onder wijs, heeft de Burgemeester op 4 Mei 1942 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de Verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT dat de a.s. zomervacantie voor het Gymnasium, de Hoogere Burgerschool met 5-jarigen cursus en de Hoogere Burger school voor Meisjes zal duren van 4 Juli a.s. (na afloop van de lessen) tot en met 24 Augustus d. a. v. N°. 58. Leiden, 7 Mei 1942. Ingevolge raadsbesluit van 28 September 1931 (Ingek. Stukken No. 236), gewijzigd bij raadsbesluit van 4 November 1935 (Ingek. Stukken No. 199) was een strook grond aan de Boommarkt, groot 23 m2, tot 1 Mei 1942 aan H. Hoppen brouwer, te Leiden, verhuurdop den grond had deze een kiosk voor den verkoop van ververschingende huur prijs bedroeg 150.per jaar. De heer Hoppenbrouwer wenscht deze huur niet te verlengen. Als gegadigde heeft zich nu aangemeld de eigenaar van de op den grond staande consumptietent, A. de Vink, alhier. Met hem is overeen stemming bereikt over een verhuring van 1 Mei j.l. uiterlijk tot 1 Mei 1953, op den bestaanden voet. In verband hiermede heeft de Burgemeester op 7 Mei 1942 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie een strook grond aan de Boommarkt, groot 23 m2, te verhuren aan A. de Vink, te Leiden, voor het daarop hebben van een kiosk voor het verkoopen van ververschingen, tegen een huurprijs van 150.per jaar van 1 Mei 1942 tot en met 30 April 1943, met dien verstande, dat de huur geacht wordt daarna telkens voor den tijd van één jaar tegen den zelfden huurprijs en onder dezelfde voorwaarden te zijn verlengd, indien zij niet drie maanden tevoren door den huurder of den burgemeester is opgezegd, terwijl de huur in elk geval zal eindigen op 1 Mei 1953, zonder dat eenige op zegging wordt vereischt, en voorts onder de bij dit besluit behoorende voorwaarden. N°. 59. Leiden, 7 Mei 1942. De Commissie voor het Stedelijk Museum „de Lakenhal" heeft verzocht een crediet van 9.500.beschikbaar te stellen ten behoeve van de volgende voorzieningen aan het museum 1°. het aanbrengen van eenige veranderingen aan het gebouw, teneinde een definitieve opstelling mogelijk te maken van de uit het pand Oude Singel no. 90 afkomstige 17e eeuwsche vestibulebetimmering. Aansluitende aan die veranderingen zal tegelijk een verbetering van de gang naar de Harteveltzaal tot stand kunnen worden gebracht. De kosten van een en ander worden geraamd op 5.250. 2°. het maken van een gang tusschen de Harteveltzaal en het nieuwe gebouw met in den vloer een luik, dat toegang geeft tot een trap naar den kelder, een en ander ten einde een gelegenheid te scheppen om kunstschatten op behoorlijke wijze naar den kelder onder het gebouw te brengen, in dien dit met het oog op de buitengewone tijdsomstandig heden urgent moet worden geacht. De kosten van deze voorziening worden begroot op 3.000. 3°. het maken van een uitgang in den Zuid-Oostelijken hoek van het Paviljoen naar het nieuwe gebouw en het aanbrengen van een trap daar ter plaatse, ten einde de circu latie van het publiek bij druk bezoek te kunnen verge makkelijken. De kosten van dezen maatregel zullen een bedrag van 1.250.vorderen. In totaal zullen de kosten van de sub 1°, 2° en 3° vermelde voorzieningen dus i 9.500.bedragen. Aangezien de vermelde voorzieningen zeer gewenscht zijn die sub 2° is zelfs noodzakelijk heeft de Burgemeester op 7 Mei 1942 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie op de gemeente-begrooting, dienst 1942, een bedrag van 9.500.te brengen, ten behoeve van het aanbrengen van verschillende verbeteringen in het Stedelijk Museum de Lakenhal en dit bedrag te bestrijden uit een geldleening, af te lossen in 10 jaar en in verband met een en ander vast te stellen den bij dit besluit behoorenden begrootingsstaat. N°. 60. Leiden, 7 Mei 1942. De Gemeente ontving eenige aanbiedingen voor het aan gaan van vaste geldleeningen. Hiervan kon het meest aan nemelijk worden geacht de offerte voor een tweetal 30-jarige ondershandsche geldleeningen elk groot 500.000.tegen parikoers en een rente van 3^ en verder onder de tegen woordig gebruikelijke voorwaarden. Aangezien het sluiten van een geldleening op langen termijn ter voorziening in de behoeften van den kapitaal- dienst gewenscht was, nam de Burgemeester op 7 Mei 1942 het. volgende besluit: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie 1) ten laste van de Gemeente Leiden bij de instellingen, in de aangehechte aanbieding vermeld, aan te gaan twee 30- jarige ondershandsche geldleeningen, elk groot 500.000. a pari, tegen een rente van 3| en verder onder de voor waarden mede in die aanbieding vermeld. N°. 61. Leiden, 21 Mei 1942. Naar aanleiding van een door den heer G. J. Spanjaard ge daan verzoek om ontslag als onderwijzer aan de opleidings school voor u.l.o. aan den Rijnsburgersingel, heeft de Burge meester op 21 Mei 1942 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; b Deze goedkeuring is nog niet verkregen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1942 | | pagina 1