120 MAANDAG 18 NOVEMBER 1910. Industrieele inrichtingen in Gravensteen en v. m. Kweekschool (Wilmer e.a.) voor onderw.restauratie-Gravensteen. bezetting van een aantal plaatsen in het gesticht Endegeest garandeert. Uit wat de heer Veenendaal heeft voorgesteld, spreekt niet het minste gebrek aan vertrouwen of waardeering. Het zou volgens spreker ook een allerongelukkigsten indruk naar buiten maken, indien men uit deze discussie moest con- cludeeren, dat de Raad het werk van het Leger des Heils niet waardeert. Spreker zelf waardeert dit werk buitengewoon hoog en hij gelooft, dat ook de Raad het doet. Uit deze discussie kan alleen blijken, dat de Raad deze zaak, zooals alle andere aangelegenheden, ook zakelijk wenscht te be handelen. De heer Veenendaal betreurt het, dat de heer Wilbrink in verband met de behandeling van deze zaak het woord „klein" heeft gebruikt en acht diens opmerkingen niet zakelijk, de appreciatie van zijn eigen opmerkingen aan den Raad over latende. Dat spreker in het geheel niet aan het torpedeeren van het voorstel heeft gedacht, kan hij duidelijk aantoonen met te zeggen, dat, wanneer onverhoopt zijn amendement wordt verworpen, hij toch voor het voorstel van het College zal stemmen, omdat zijn bezwaren daartegen niet zoo groot zijn, dat hij onder de gegeven omstandigheden de verantwoordelijk heid voor het verwerpen van dit voorstel zou willen dragen. Anderzijds acht spreker de wijziging van zooveel belang, dat hij haar aan den Raad heeft voorgesteld. De heer Key heeft niet goed begrepen, waarom dit voorstel zulk een langdurig debat moet uitlokken. Voor sprekei ligt de limiet, die de gemeente zich stelt, in het beschikbaar stellen van 10 plaatsen; die limiet acht spreker voldoende. De kosten daarvan kunnen het eene jaar hooger zijn dan het andere. Het bezwaar tegen het voorstel-Veenendaal is, dat daarin een maximum van 1.000.genoemd wordt, zonder dat de voorsteller eenigszins motiveert, hoe hij daaraan komt. Dit bedrag hangt in de lucht. Stelt men de kosten per dag en per verpleegde op 50 cent, dan komt men voor 10 personen op een bedrag van 1.825.per jaar. De heer van Dijk is, mede door de discussie, op enkele punten wel wat wijzer geworden. Spreker heeft niet willen zeggen, dat er hier gegoocheld is met cijfershij heeft alleen, als lid van het bestuur van de Werkinrichting, deze zaak zakelijk bezien. Volgens den Wethouder bedraagt het nadeelig verschil eigenlijk maar 500.Maar de vorige begrooting leverde een voordeel op van 1.500.en wanneer het na deelig verschil thans 500.is, bedraagt het totale nadeelig verschil 2.000. Tot zijn spijt heeft spreker geen antwoord gehad op zijn vraag, waarom thans aan het Leger des Heils een rentelooze leening van 15.000.wordt verstrekt. In 1937, toen een zelfde overeenkomst met het Leger des Heils is gesloten, is een dergelijke leening niet onder de voorwaarden opgenomen. Het Leger des Heils durfde toen de exploitatie van die inrichting voor 25 jaren op zich te nemen, terwijl de termijn nu door de gemeente is teruggebracht tot 10 jaren; thans echter heeft het Leger des Heils een renteloos voorschot van 15.000.noodig. Het Leger des Heils ziet blijkbaar met bezorgdheid de exploitatie van die inrichting tegemoet. De Voorzitter zegt, dat het een groot verschil maakt, of men een onderneming voor 25 of voor 10 jaren op touw zet. Bij een onderneming, die voor 25 jaren is opgezet, kan men aannemen, dat het meubilair in die 25 jaren versleten is, in het andere geval niet. Spreker zal thans het voorstel-Veenendaal gesplitst in stemming brengen. Punt a van het voorstel van den heer Veenendaal wordt vervolgens verworpen met 21 tegen 11 stemmen. Tegen stemmen: de heeren van der Reijden, Oostveen, Huurman, Verweij, van Stralen, Tepe, Wilbrink, Bosch van Rosenthal, Groeneveld, Idenburg, Koole, Key, van Eek, Snel, Piena, mevrouw Braggaar, de heeren Eskens, Schüller, mevrouw de Cler, de heeren van Rosmalen en Jongeleen. Vóór stemmen: de heeren Veenendaal, Lombert, Donders, Bergers, Wilmer, Parmentier, van Dijk, Tobé, Beekenkamp, van Oyen en Eikerbout. De Voorzitter deelt mede, dat de heer Veenendaal punt b van het voorstel heeft ingetrokken. Industrieele inrichtingen in Gravensteen en v. m. Kweekschool (Key e.a.) voor oiulerw.restauratie-Gravensteen e.a. Punt c van het voorstel van den heer Veenendaal wordt vervolgens verworpen met 20 tegen 12 stemmen. Tegen stemmen: de heeren van der Reijden, Oostveen, Huurman, Verweij, van Stralen, Tepe, Wilbrink, Bosch van Rosenthal, Groeneveld, Idenburg, Koole, Key, van Eek, Snel, Piena, mevrouw Braggaar, de heer Schüller, mevrouw de Cler, de heeren van Rosmalen en Jongeleen. Vóór stemmen: de heeren Veenendaal, Lombert, Donders, Bergers, Wilmer, Parmentier, van Dijk, Tobé, Eskens, Beekenkamp, van Oyen en Eikerbout. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt ten slotte aangenomen met 32 tegen 2 stemmen, die van de heeren van Dijk en Tobé. XIX. Voorstel inzake: a. het aankoopen van liet perceel Muskadelsteeg, hoek Pieterskerkhof, kadastraal hekend gemeente Leiden, sectie G Xo. 519; b. het aankoopen van een strook grond, deel uitmakende van het perceel kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie G. Xo. 524; c. het kosteloos in eigendom bij de gemeente overnemen van een strook grond, deel uitmakende van het kadastrale perceel, gemeente Leiden, sectie G Xo. 523. (L50) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XX. Voorstel: a. tot het intrekken van de verordening betreffende bet bedrijf van den Gemeentelijken Ttcinigings- en Ontsmet- tingsdienst b. tot het vaststellen van een verordening, houdende be palingen voor den Gemeentelijken Reinigings- en Ont- smettingsdienst c. tot het wijzigen van de verordening op de Straatpolitie d. tot bet wijzigen van de verordening, regelende de heffing en invordering van rechten voor diensten door den Gemeentelijken Reinigings- en üntsmettingsdienst be wezen e. tot het wijzigen van de verordening op de heffing en invordering van Precariorechten. (151) Punt a van het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt zonder beraadslaging of hoofdeüjke stemming aange nomen. Algemeene beschouwingen over de verordeningen b, c, den e worden niet gehouden. De artikelen 1 en 2 van de sub b genoemde verordening wor den achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. Beraadslaging over artikel 3. De heer Key zegt, dat volgens artikel 1 bij particulieren kosteloos twee emmerledigingen geschieden, terwijl art. 3 bepaalt, dat bij fabrieken, werkplaatsen, kantoren, winkels, hotels, ziekenhuizen enz. slechts één emmerlediging kosteloos geschiedt. Spreker acht dit toch niet geheel juist. Een in richting heeft over het algemeen meer huisvuil te verwijderen dan een particulier huishouden. Onder deze inrichtingen nu vallen ook sociale instellingen als ziekenhuizen en het is niet geheel redelijk deze instellingen nog extra te belasten in vergehjking met particulieren. Spreker dringt aan op wijziging van artikel 3 in dezen zin, dat bij dergelijke in richtingen twee emmer ledigingen, in plaats van één, gratis zullen geschieden. De heer Wilbrink wijst erop, dat door de gemeente aan deze inrichtingen reeds een gunst wordt verleend in dezen zin, dat zij één vuilnisemmer gratis ter beschikking krijgen, terwijl zij voor 1.25 per drie maanden een tweeden emmer kunnen krijgen; het vuil wordt dan gratis weggehaald. Deze regeling is getroffen, omdat het hier sociale instellingen betreft; dit geldt voor geen enkele andere particuliere in stelling. Elk bedrijf, als hoedanig ook deze inrichtingen zijn te beschouwen, moet voor het weghalen van zijn eigen vuil zorgen, maar omdat het hier ziekenhuizen betreft, stelt de gemeente één emmer gratis beschikbaar en een tweeden emmer voor 1.25 per drie maanden. Daardoor

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1940 | | pagina 10