149 Volledigheidshalve releveeren wij, dat met bedoelden dienst wordt beoogd een gelegenheid te scheppen, om aan armlastige door de Commissie ondersteunde schoenmakers werk te verschaffen door hen schoeisel te doen repareeren van ondersteunde armlastigen en gesteunde werkloozen en hun derhalve, in plaats van ondersteuning zonder meer, loon voor arbeid te verstrekken. Het aantal reparaties wordt zoodanig geregeld, dat geen der bij den dienst betrokken armlastige schoenmakers aan loon per week meer ontvangt, dan het bedrag, hetwelk hij aan ondersteuning zou hebben ontvangen, indien hij niet aldus tewerk gesteld was, ver meerderd met 10%. De ondersteunde armlastigen en de gesteunde werkloozen, die van den dienst gebruik maken, moeten zelf de kosten betalen van het materiaal, met uit zondering van spijkers, was e.d., waarvan de kosten voor rekening van den dienst zijn genomen. Nadat wij ons hadden vergewist, dat bij den Minister van Sociale Zaken geen bezwaar bestond tegen den voorgestelden maatregel, werd in Uwe Vergadering van 20 December 1937 (Ingek. Stukken No. 212) voor het eerst besloten aan de Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon een extra-subsidie toe te kennen ten behoeve van het nemen van een proef gedurende het jaar 1938 met den schoeisel- dienst, terwijl ten behoeve van de voortzetting van de proef bij Uw besluit van 23 Januari 1939 (Ingek. Stukken No. 18) eveneens een extra-subsidie aan de Commissie werd verleend. Het extra-subsidie over 1938 bedroeg 3.300. dat over 1939 3500.—. Dit laatste bedrag zou het hebben mogelijk gemaakt ge durende dit jaar 10.000 paar schoenen te doen repareeren. In verband echter met de omstandigheid, dat in den loop van het jaar een 6-tal armlastige schoenmakers niet verder meer in de termen voor onderstand viel. tengevolge waarvan het totale steunbedrag van de bij den dienst be trokken schoenmakers aanmerkelijk verminderde, moest dit aantal een belangrijke verlaging ondergaan. Tegelijkertijd liep evenwel de aanbieding van reparaties aanmerkelijk terug, zulks tengevolge van het tewerk stellen van een groot aantal gesteunde werkloozen in werkver schaffing en wel in die mate, dat het aantal paar schoenen, hetwelk ter reparatie werd aangeboden, ook nadat de Ge meentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon had besloten mede de in werkverschaffing tewerk gestelden in de gelegenheid te stellen schoeisel ter reparatie aan den dienst te geven, gemiddeld per week 40 minder bedroeg, dan dat hetwelk ter reparatie aangenomen had kunnen Avorden. Gedurende het tijdvak 1 Januari30 September 1939 werden 4351 paar schoenen gerepareerd. Aan het eind \ran September j.l., toen voor een groot aantal werkloozen de werkverschaffing aan het vliegveld te Valkenburg was af- geloopen, ving het aantal langzamerhand aan te stijgen. Verder is tengevolge van de slechte weersgesteldheid in de laatste maanden het ter reparatie aangeboden schoeisel nog meer in aantal gestegen en bedraagt het nu zelfs meer dan ter reparatie kan worden aangenomen. Uit het vorenstaande blijkt weliswaar, dat van den dienst gedurende genoemde periode een geringer gebruik is gemaakt, dan aanvankelijk werd verwacht, doch tevens, dat die ver mindering van dat gebruik niet wijst op een mindere be langstelling voor den dienst bij hen, voor wie hij in het leven is geroepen. Wij meenen dan ook met de Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon, dat de dienst nog steeds in een behoefte \roorziet en er wel aanleiding is, om die Commissie in de gelegenheid te stellen den dienst ook nog gedurende 1940 voort te zetten. Echter zijn wij, ook ten einde het nadeel voor de niet gesteunde schoen makers zoo gering mogelijk te doen zijn, van oordeel, dat de werkzaamheden van den dienst niet behooren te worden uitgebreid in dien zin, dat meer categorieën van den dienst kunnen gebruik maken, dan aanvankelijk voor oogen heeft gestaan en dat mitsdien de dienst zich dient te beperken tot werkzaamheden voor ondersteunde armlastigen en ge steunde werkloozen. Schoeisel van in werkverschaffing te Averk gestelde werkloozen, hetwelk de Commissie besloten heeft mede ter reparatie aan te nemen, moet derhalve niet langer door den dienst Avorden gerepareerd. In verband met het vorenstaande geven wij Uwe Ver gadering, onder verwijzing naar de overgelegde stukken, waaronder een begrooting van de kosten van den dienst voor 1940, in overweging ook nog voor 1940 aan de Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon, ten behoeve van de Amortzetting van den schoeiseldienst gedurende dat jaar op den bestaanden voet, met dien verstande," dat schoeisel van in werkverschaffing geplaatste Averkloozen niet door den dienst mag worden gerepareerd, een extra subsidie te verstrekken van 3500.en dat bedrag door vaststelling van den overgelegden begrootings- staat op de begrooting voor het dienstjaar 1940 te brengen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 219. Leiden, 15 December 1939. In Uwe Vergadering A7an 4 December j.l. werd in onze handen om praeadvies gesteld het navolgende voorstel van de heeren Parmentier, Wilmer, Beekenkamp en Bosch van Rosenthal „De Raad verzoekt aan Burgemeester en Wethouders zoo spoedig mogelijk te onderzoeken of het wenschelijk is dat het gemeentebestuur de actieve luchtbescherming tot uitvoering brengt en binnen den kortst mogelijken tijd den Raad hun bevindingen te dezer zake mede te deelen en eventueel met voorstellen te komen." In verband met dit voorstel en een van de Lucktafweer- Commissie-Leiden ontvangen schrijven in zake het beschik baar stellen A'an een bedrag uit de gemeentekas voor de aanschaffing van luchtafweergeschut, hebben wij ons nader beraden omtrent het standpunt, hetwelk de gemeente in deze dient in te nemen. Wij zijn hierbij tot de conclusie gekomen, dat de aan schaffing van luchtafweergeschut hoogst wenschelijk moet worden geacht. De aanschaffingskosten, geraamd op 200.000kunnen, naar te begrijpen is, niet tot dat bedrag door de burgerij worden bijeengebracht, en het is daarom noodzakelijk, ten einde de plannen, om \Toor een zoo laag mogelijk bedrag een zoo goed mogelijken luchtafweer aan te schaffen, te doen slagen, van gemeentewege een bijdrage in de kosten van die aanschaffing te A7erleenen. Op grond van een en ander stellen wij U voor te besluiten in de kosten van aanschaffing van luchtafweergeschut, met welke aanschaffing, gelijk gezegd, een bedrag gemoeid is van ƒ200.000.een bijdrage uit de gemeentekas in uitzicht te stellen van ƒ125.000.onder nader te bepalen voorwaarden en op een nader op de begrooting te regelen wijze. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1939 | | pagina 3