248 MAANDAG 4 DECEMBER 1939. Mededeelingen e. a. (Voorzitter e.a.) b. de goedgekeurde raadsbesluiten van 6 November 1939: 1°. tot bet wijzigen van de gemeente-begrooting, dienst 1939, i. v. m. bet verleenen van een bijdrage van de gemeente in de kosten ran bet bouwen door het Rijk van een nieuwe brug in den Haagweg over de spoorwegbaven 2°. inzake het verkoopen van een strook grond, deel uit makende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie C No. 1660, nabij de Dwarshavenstraat, aan J. Splinter Gzn. 3°. inzake tusschentijdsche ontbinding van de huur van de bovenwoning Vliet nr. 43 en het verhuren van het geheele perceel Vliet nr. 43 aan G. J. van Leeuwen; 4°. inzake het verhuren van het door demping van een gedeelte van de Binnenvestgracht verkregen terrein nabij de Zijlpoort aan de firma P. Fontein en Zonen. Wordt voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Mededeeling van de heeren J. H. Schüller en C. Snel, dat zij ontslag nemen als lid resp. plaatsvervangend lid der Commissiën, bedoeld in art. 2, le lid, sub 3e, der verordening, houdende Reglement van de Commissiën van Advies, be treffende de arbeids- en dienstvoorwaarden van het personeel in dienst van de gemeente Leiden. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 2°. Verzoek van de Gereformeerde Schoolvereeniging om goed te keuren, dat wordt overgegaan tot den bouw en inrichting van een school met 7 leslokalen (in plaats van 5 leslokalen) aan de te verlengen van den Brandelerkade. 3°. Verzoek van de Gereformeerde Schoolvereeniging om medewerking tot aanschaffing van leermiddelen ten behoeve van haar school voor u.l.o. aan de Hooglandsche Kerkgracht. 4°. Verzoek van W. J. P. Suringar om ontslag als Regent van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis. 5°. Nieuw adres van de Stichting tot Bevordering van Christelijk Nijverheidsonderwijs aan Meisjes in Leiden en Omstreken, om ex art. 25, lid 2, der Nijverheidsonderwijswet, te willen verklaren, dat de oprichting en instandhouding van een Christelijke Nijverheidsschool voor Meisjes, noodig wordt geoordeeld. Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wet houders om praeadvies. 6°. Verzoek van de afdeeling Leiden van de Vrijzinnig Christelijke Gezondheidskolonie „Naar Buiten", om toe kenning van een subsidie voor 1940. Zal worden behandeld bij de gemeentebegrooting voor 1940. 7°. Voorstel van de heeren Parmentier, Wilmer, Beeken kamp en Bosch van Rosenthal in zake het instellen van een onderzoek naar de wenschelijkheid, dat het gemeentebestuur de actieve luchtbescherming tot uitvoering brengt. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt be sloten de voorstellers in de gelegenheid te stellen het voorstel toe te lichten -na afloop van de gedrukte agenda. De Voorzitter stelt thans aan de orde: II. Voorstel om aan den heer Jlir. C. C. Röell op zijn verzoek ontslag te verleenen als lid van de Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon. (181) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. III. Benoeming van een lid van de Commissie van Fabricage (vacature: de heer I). van der Kwaak). De heer Key is in de Raadsvergadering van 5 September j.l. benoemd tot lid van de Commissie voor den Geneeskundigen en Gezondheidsdienst, terwijl totnogtoe eigenlijk de voor naamste Raadscommissies voor de kleinste Raadsfracties vrijwel gesloten waren. De toen tegenover spreker aan genomen vriendelijke houding geeft spreker nu moed en vrijheid voor deze vacature aan te bevelen den heer Riedel, die deze benoeming ook wel zal willen aanvaarden. Te meer kan spreker vrijheid tot dit verzoek vinden, waar deze vacature is ontstaan door het bedanken als Raadslid van Benoeming lid Commissie van Fabricage e. a. (Key e.a den heer van der Kwaak; voor de christelijk-historische fractie zal een benoeming van den heer Riedel niet zoo groot bezwaar opleveren, omdat die fractie toch ook nog is ver tegenwoordigd in die Commissie door den voorzitter der Commissie. Spreker beveelt dus voor deze vacature den heer Riedel aan. De heer Bosch van Rosenthal zegt, dat er zeker aan leiding zou zijn een lid van de Christelijk-Historische fractie voor de benoeming in de vacature van den heer van der Kwaak aan te bevelen. Men stelt er evenwel blijkbaar prijs op, ook een lid van een der kleinere fracties in de Commissie van Fabricage zitting te doen nemen en daartegen zal sprekers fractie zich niet verzetten door het aanbevelen van een harer leden. Sprekers fractie laat zich hierbij leiden door dezelfde overwegingen, die zij heeft laten gelden, toen zij medewerkte aan de benoeming van den heer Romijn tot lid dezer commissie en zich op het standpunt stelde, dat zij toch in de Commissie vertegenwoordigd was door haar lid, dat tot Wethouder was gekozen en als voorzitter van de commissie fungeerde. Evenwel vertrouwt de Christelijk-Historische raadsfractie, dat, mocht deze toestand zich wijzigen, de Raad de aan spraken, die zij op een plaats in deze commissie heeft, zal willen erkennen. De heer van Weizen heeft bij de samenstelling van de verschillende commissies door den nieuw gekozen Raad er de aandacht op gevestigd, dat de kleine fracties daarbij door de groote fracties zeer stiefmoederlijk werden bedeeld. In het bijzonder gold dit voor spreker, die door de gezamenlijke fracties niet waardig werd gekeurd om in een van de toen te benoemen commissies zitting te nemen. Nu opnieuw eenige vacatures zijn ontstaan, vestigt spreker er opnieuw de aandacht op, dat hijzich beschikbaar stelt als candidaat voor het lidmaatschap van een der commissies, in het bijzonder van de Commissie van Fabricage of de Commissie voor de Stedelijke Fabrieken van Gas en Elec- t-riciteit. De heeren Groeneveld, van Dijk, Yeenendaal en Bosch van Rosenthal vormen het stembureau. Wordt benoemd met 29 stemmen de heer J. A. Riedel-, de heer Key verkreeg 1 stem, terwijl 2 stemmen van onwaarde waren. De heer Riedel verklaart de benoeming aan te nemen. IV. Benoeming van een lid van de Commissie voor de Stedelijke Fabrieken van Gas en Eleetriciteit (vacature de heer D. van der Kwaak). De heer Bosch van Rosenthal beveelt den heer Huurman voor de benoeming in de vacature-van der Kwaak bij den Raad aan. Wordt benoemd met 26 stemmen de heer B. J. Huurman-, de hegr van Weizen verkreeg 3 stemmen en de heeren van Rosmalen en Bosch van Rosenthal verkregen ieder 1 stem, terwijl 1 stem van onwaarde was. De heer Huurman verklaart de benoeming aan te nemen. V. Benoeming van twee leden der Commissiën, bedoeld in art. 2, le lid, sub 3e, der verordening, houdende Reglement van de Commissiën van Advies, betreffende de arbeids- en dienstvoorwaarden van het personeel in dienst van de gemeente Leiden (wegens ontslagaanvrage van den lieer J. H. Schüller en vacature de heer F. J. Groot Enzerink). De heer Bosch van Rosenthal beveelt den heer Huurman voor de benoeming in de vacature-Groot Enzerink bij den Raad aan. De heer van Eek beveelt voor de vacature-Schüller aan den heer Piena. Worden benoemd: a. de heer C. J. Piena met 30 stemmen; 2 stemmen waren van onwaarde; b. de heer B. J. Huurman met 24 stemmen; de heer van der Reijden verkreeg 2 stemmen, de heeren Schüller en van Weizen verkregen ieder 1 stem, terwijl 4 stemmen van onwaarde waren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1939 | | pagina 2