238
MAANDAG 6 NOVEMBER 1939.
Onderzoek geloofsbrieven J. A. van der Reyden en
(Voorzitter c.a.) 1}. J. Huurman; c.a.
houdende verzoek te bevorderen, dat de steunnormen der
werkloozen en de werkverschaffingsloonen door de Regeering
worden verhoogd.
13°. Adres van het Comité van Actie voor Steuntrekkers,
houdende verzoek over te gaan tot verhooging van de steun
gelden, uitgekeerd door Maatschappelijk Hulpbetoon en om
tot de Regeering het verzoek te richten maatregelen te nemen
tot verhooging van de uitkeeringen aan werkloozen.
Zullen worden behandeld tegelijk met de beantwoording
van de interpellatie-van Eek.
14° Verzoek van de Monumentencommissie om het voor
stel tot het verlagen van de Molensteegbrug zooals het daar
ligt niet aan te nemen.
Zal worden behandeld bij punt 10 van de gedrukte agenda.
Aan de orde is alsnu:
I. Onderzoek van de geloofsbrieven van twee nieuw be
noemde raadsleden.
De Voorzitter benoemt de heeren Groeneveld, Eikerbout
en Donders tot leden van de Commissie van Onderzoek
van de geloofsbrieven van de heeren J. A. van der Reyden
en B. J. Huurman en schorst vervolgens de vergadering.
Na hervatting van de vergadering deelt de heer Groeneveld
namens de Commissie mede, dat de Commissie de geloofs
brieven in orde heeft bevonden, weshalve zij tot toelating
van de heeren van der Reijden en Huurman adviseert.
Daartoe wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stem
ming besloten.
II. Benoeming van twee leden van het College van Curatoren
van het Stedelijk Gymnasium. (171)
De Voorzitter verzoekt den heeren Bergers, van Weizen,
Parmentier en Koole het stembureau te vormen.
De heer van Eek heeft zich over deze aanbeveling ver-
verbaasd. Het is het College van Curatoren bekend (spreker
herinnert hierbij aan de correspondentie, welke de sociaal
democratische Raadsfractie in 1938 met het College van
Curatoren heeft gevoerd; Handelingen 1938, bl. 203), dat
sprekers fractie er prijs op stelt de sociaal-democratische
geestesrichting in dat College vertegenwoordigd te zien en
van oordeel is, dat een dergelijke geestesrichting ook recht
heeft op deze vertegenwoordiging. Bovendien stelt sprekers
fractie er prijs op, dat er meer band komt tusschen het gym
nasiaal onderwijs en de volksgroep, welke zij in het algemeen
vertegenwoordigt. Indertijd is van de zijde der anti-revolution-
nairen het initiatief genomen om de verschillende geestes
richtingen in de Commissie van Toezicht op de scholen
voor Middelbaar Onderwijs te doen vertegenwoordigen;
thans bestaat er evenzeer aanleiding om dit denkbeeld toe
te passen bij de samenstelling van het College van Curatoren.
Het is voor de voorgedragenen inderdaad onaangenaam,
indien de Raad van de aanbevelingslijsten afwijkt, maar
indien het thans gebeurt, rust de schuld voor het ontstaan
van deze onaangenaamheid niet op de sociaal-democratische
Raadsfractie, maar op het College van Curatoren.
Het verdient aanbeveling, dat in het College van Curatoren
zitting hebben personen, die eenigszins op de hoogte van het
gymnasiaal onderwijs zijn en, zoo mogelijk, een academische
opleiding hebben genoten. Deze groep van personen is helaas
in de kringen der sociaal-democraten niet ruim vertegen
woordigd. Den vorigen keer heeft spreker zich een candid a-
tuur laten welgevallen, omdat hij toen de eenige was, die voor
een benoeming in aanmerking kwam. Intusschen heeft zich
in deze gemeente een sociaal-democraat gevestigd, die ook
een academische opleiding heeft genoten, met name
Mr. S. Mok, voorzitter van den Raad van Arbeid. Sprekers
fractie zou het op prijs stellen, indien de Raad op billijkheids-
gronden, ook overwegende, dat een bijzonder knap man
wordt aanbevolen, Mr. S. Mok in de vacature benoemde.
Het zal spreker spijten, indien daardoor een van de andere
aanbevolenen te leur gesteld zal zijn.
Worden benoemd met ingang van 1 October 1939:
a. Prof. Mr. R. P. Cleveringa, met 17 stemmen; Mr. S. Mok
verkreeg 13 stemmen;
b. Prof. Dr. J. N. Bakhuizen van den Brink, met 28 stem
men; Prof. Dr. G. Sevenster en Mr. S. Mok verkregen ieder
1 stem.
(Voorzitter c.a.)
Benoeming CuratorenGymnasiume.a.
De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor
de genomen moeite.
Spreker stelt namens het College voor den heer Mr. P. E.
Briët, die zich niet meer voor een benoeming tot lid van het
College van Curatoren beschikbaar wilde stellen, dank te
betuigen voor de gedurende een lange reeks van jaren als
zoodanig bewezen diensten.
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van den Voorzitter besloten.
III. Benoeming van negen leden van de Contactcommissie
voor den woningbouw en de stadsontwikkeling. (172)
Wordt aangehouden tot een volgende vergadering.
IV V oorstel om den onderwijzer aan de jongensschool voor
u.l.o. M. J. Oele, over te plaatsen naar de meisjesschool
voor u.I.o. (173)
V. Voorstel tot het verleenen van ontslag aan A. Ovcrbosch
en J. A. Zuidhoff, onderwijzers aan de opleidingsschool voor
u.I.o. aan den Rijnsburgcrsingel, wegens het bereiken van den
(JO-jarigen leeftijd. (174)
VI. Voorstel
a. in zake tussclientijdsehe ontbinding van de huur van
de bovenwoning Vliet No. 43;
b. in zake het verhuren van het geheele perceel Vliet
No. 43 aan G. J. van Leeuwen. (173)
Wordt zonder beraadslaging of hoof delijke stemming achter
eenvolgens overeenkomstig de voorstellen IV tot en met
VI besloten.
VII. V oorstel inzake het verhuren van het door demping
van een gedeelte van de Binnenvestgracht verkregen terrein
nabij de Zijlpoort. (176)
De heer Eskens heeft in een brief van de firma Fontein,
welke brief bij de stukken ter inzage heeft gelegen, gelezen,
dat deze firma geen bijzonderen prijs stelt op het behoud
van den grond. De firma zal dus niet gedupeerd worden,
indien de huur niet wordt gecontinueerd. Spreker vraagt,
of de gemeente in deze omstandigheden het stuk grond,
hetwelk een grootte heeft van 260 M2. en slechts 100.
huur per jaar opbrengt, niet zelf in gebruik zou nemen om
het b.v. te bestemmen tot parkeerterrein en ook te gebruiken
voor verbreeding van den rijweg. De monumentale Zijlpoort
zou dan beter tot haar recht komen en de consumptietent,
welke sedert eenige dagen wel niet meer tegen de poort
staat, zou daar ook een plaats kunnen krijgen.
De heer Wilbrink zegt, dat het terrein niet kan worden
bestemd voor parkeerterrein, omdat de automobilisten aan
den eenen kant te dicht langs het water moeten rijden en
aan den anderen kant een te scherpe bocht moeten maken.
Indien men door het niet verhuren van het stukje grond
in staat was de Zijlpoort beter tot haar recht te doen komen,
zou er alle reden zijn om op het denkbeeld van den heer
Eskens in te gaan, maar de gemeente zou niet allen grond
om de poort vrijkrijgen, daar de firma Fontein bovendien
een stuk ter breedte van 15 M. in gebruik heeft. Spreker
kan dan ook niet inzien, dat op deze wijze het door den heer
Eskens beoogde doel kan worden bereikt.
De heer Eskens vraagt of het dan mogelijk is, voor de
consumptietent een plaats op dat terrein op een grooteren
afstand van de poort aan te wijzen. De Zijlpoort zal ontegen
zeglijk als monument meer tot haar recht komen, indien
deze tent er niet zoo dichtbij staat als thans.
De heer Wilbrink antwoordt, dat men de vraag, waar
men de consumptietent zal laten plaatsen, alsnog kan over
wegen. De huur, welke voor deze plaats wordt betaald, is
echter minder dan 100.per jaar en daarom zou het
ongerijmd zijn om voor dit doel het terrein van de firma
Fontein open te houden.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
V III. Voorstel in zake het verkoopen van een strook grond,
(leel uitmakende van liet perceel, kadastraal bekend gemeente
Leiden, Sectie C No. 1660, nabij de Dwarsliavenstraat, aan
J. Splinter Gzn. (177)