GEMEENTERAAD VAN LEIDEN c. 133 ISeEKOIlES STUKKEN. N°. 170. Leiden, 6 October 1939. Teneinde een verbetering van den toegangsweg naar de eenigen tijd geleden aangekochte industrie-terreinen aan het Delftsche Jaagpad, zoodra die noodig mocht zijn, mogelijk te maken, dient de gemeente nog te beschikken over de perceelen aan de Vliet, nabij de Wouterenbrug, Sectie M, Nis. 187, 188 en 190, zijnde huis, tuin en water, tezamen groot 1098 M2. De met den eigenaar, den heer J. Oosterveer te Voorschoten, gevoerde onderhandehngen, hebben tot overeenstemming geleid. De heer Oosterveer is bereid deze perceelen aan de gemeente te verkoopen voor de som van 3000.welke prijs zoowel de Commissie van Fabricage als ons College aannemelijk voorkomt. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging: a. in het belang van de Volkshuisvesting van J. Ooster veer te Voorschoten voor den prijs van 3000.aan te koopen de perceelen huis, tuin en water, kadastraal bekend Gemeente Leiden, Sectie M nis 187, 188 en 190, te zamen groot 1098 M2; b. de sub a genoemde perceelen in te brengen in het Grondbedrijf voor den koopprijs, vermeerderd met de op den aankoop vallende kosten; c. ten behoeve van dezen aankoop door vaststelling van de overgelegde staten tot wijziging van de gemeentebe- grooting en van de begrooting van het Grondbedrijf, beide dienst 1939, een bedrag van 3075,te onzer beschikking te stellen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 171. Leiden, 13 October 1939. Wegens periodieke aftreding van de heeren Mr. P. E. Briët en Prof. Dr. J. N. Bakhuizen van den Brink zijn met ingang van 1 October 1939 twee vacatures in ons College ontstaan. Tot ons leedwezen heeft de heer Briët gemeend zich niet weer voor een herbenoeming beschikbaar te kunnen stellen. Voor de vervulUng van deze vacatures doen wij Uw Vergadering de volgende aanbevelingslijsten toekomen: a. VacatureMr. P. E. Briët: 1. Prof. Mr. E. P. CLEVEEINGA; 2. Mr. J. SLAGTEE. b. VacatureProf. Br. J. N. Bakhuizen van den Brink 1. Prof. Dr. J. N. BAKHUIZEN VAN DEN BEINK; 2. Prof. Dr. G. SE VENSTEE. Wij hebben de eer Uw Vergadering te verzoeken tot benoeming, met ingang van 1 October 1939, van twee leden van ons College over te gaan. Curatoren van het Stedelijk Gymnasium te Leiden, F. Muller, Voorzitter. N. J. Rowaan, Secretaris. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 172. Leiden, 28 October 1939. Ingevolge het bepaalde in het eerste lid van art. 2 van de Verordening, regelende den werkkring en de samen stelling van de contactcommissies, doen wij Uw Vergadering hierbij toekomen voordrachten van twee personen voor de benoeming van de leden van de Contactcommissie voor den woningbouw en de stadsontwikkeling: A. 1. J. SPLINTEE Gzn. 2. J. II. A. MANDEES. B. 1. B. BUUEMAN 2. Ir. J. A. VAN DEE LAAN. 1. M. E. GEOENEWEGEN; 2. J. VAN ITEESON. D. 1. A. VAN DEE HEYDEN 2. J. STIGTEE. E. 1. W. M. DE EUITEE; 2. Ir. H. A. VAN OEELE. F. 1. J. EAVESTEIN 2. H. KOESWAGEN Nzn. G. 1. J. POELIEJOE; 2. K. WASSEN A AR. H. 1. J. GERRITSEN; 2. J. DE JONG. I. 1. P. W. A. VAN DAM; 2. O. A. M. BIK. Wij geven Uw Vergadering alsnu in overweging over te gaan tot benoeming van negen leden van de Contact commissie voor den woningbouw en de stadsontwikkeling. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 173. Leiden, 28 October 1939. Tengevolge van toeneming van het aantal leerlingen zal, ingaande 1 Januari a. s., aan de Meisjesschool voor U.L.O. aan de Breestraat één verplichte leerkracht meer verbonden moeten zijn dan thans het geval is, terwijl aan de Jongens school voor U.L.O. aan de Pieterskerkstraat, eveneens met ingang van 1 Januari a. s., met een onderwijzer minder kan worden volstaan. In verband met een en ander en met verwijzing naar het in de Leeskamer ter inzage gelegd advies van den Inspecteur van het Lager Onderwijs, geven wij Uwe Ver gadering mitsdien in overweging, met ingang van een nader door ons College te bepalen datum, den onderwijzer M. J. Oele van de Jongensschool voor D.L.O., over te plaatsen naar de Meisjesschool voor U.L.O. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 174. Leiden, 28 October 1939. Gelijk U bekend is moet behoudens in uitzonderings gevallen ingevolge het Eeglement op de voorloopige pensionneering van onderwijzers (Wet van 22 Februari 1936, S100), ontslag worden verleend aan onderwijzers, die den 60-jarigen leeftijd hebben bereikt. In verband daarmede geven wij U in overweging, met ingang van een nader door ons College te bepalen datum, wegens het bereiken van den zestigjarigen leeftijd, eervol ontslag te verleenen aan A. Overbosch en J. A. Zuidhoff, onderwijzers aan de opleidingsschool voor u.l.o. aan den Eij nsburgersingel. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 175. Leiden, 28 October 1939. Het aan de gemeente toebehoorende perceel Vliet No. 43 werd tot nog toe in twee gedeelten verhuurd, t. w. de beneden woning aan G. J. van Leeuwen en de bovenwoning aan nu wijlen M. G. van Ewijk tegen een huurprijs van resp. 375. en 275.per jaar. De huur werd in beide gevallen laatstelijk aangegaan ingevolge raadsbesluiten van 14 April 1930 (Ingek. Stukken No. 69) en 6 April 1936 (Ingek. Stukken No. 61) tot uiterlijk 1 Mei 1941. Tengevolge van het overlijden van den heer van Ewijk diende de verhuring van het perceel Vliet 43 nader onder oogen te worden gezien. De indeeling van het pand is n.l. van dien aard, dat dit zich bezwaarlijk voor een verhuring in twee gedeelten leent; slechts door bijzondere omstandigheden was dit tot nog toe mogelijk. De executeur-testamentair verzocht van de loopende huur der bovenwoning te worden ontheven, terwijl de beneden-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1939 | | pagina 1