s 51 Art. 3. 1. De Voorzitters der commissies worden door den Ge meenteraad benoemd uit een voordracht van twee personen, opgemaakt door Burgemeester en Wethouders. 2. De Commissies benoemen uit haar midden haar secre tarissen. 3. De secretarissen worden in hun administratie bijgestaan door een door Burgemeester en Wethouders aan te wijzen ambtenaar ter gemeentesecretarie. Art. 4. 1. De commissies vergaderen zoo dikwijls zij of haar voor zitters zulks noodig oordeelen in een door het Gemeente bestuur beschikbaar te stellen localiteit. 2. De commissies kunnen niet vergaderen, indien niet tenminste de meerderheid der leden aanwezig is. 3. De besluiten der commissies worden bij volstrekte meerderheid van stemmen genomen. Art. 5. 1. De adviezen van de commissies worden schriftelijk en met redenen omkleed uitgebracht. Desgewenscht wordt het gevoelen van de minderheid aan het advies toegevoegd. 2. Indien zoodanig verschil van gevoelen tusschen de leden bestaat, dat het nemen van een besluit niet mogelijk is, wordt hiervan mededeeling gedaan aan Burgemeester en Wethouders, zulks met vermelding van de verschillende meeningen, doch zonder aanduiding van de namen der leden, welke die meeningen zijn toegedaan. Art. 6. 1. De vergaderingen der commissies kunnen op verzoek van Burgemeester en Wethouders of van de commissies worden bijgewoond door een of meer leden van het College van Burgemeester en Wethouders, die alsdan een adviseerende stem hebben. 2. De leden van het College van Burgemeester en Wet houders kunnen zich in deze vergaderingen doen vergezellen van een of meer ambtenaren, in dienst van de gemeente Leiden. Art. 7. 1. De commissies brengen hun advies uit op verzoek van Burgemeester en Wethouders of uit eigen beweging. 2. Wanneer de Gemeenteraad of een Raadscommissie het oordeel van een der commissies over een bepaald onderwerp wenscht te vernemen, verzoekt hij (zij) Burgemeester en Wethouders het advies van die commissie in te winnen. Art. 8. Overigens maken de commissies omtrent haar inrichting en werkwijze zoodanige bepalingen als zij noodig achten. De Commissie ad hoe ter bestudeering van het vraagstuk der z.g. contactcommissies, Th. B. J. Wilmer, Voorzitter. D. A. van Eck, j Jac. Wilbrink, Leden. H. P. H. Würtz, C. Beekenkamp, Rapporteur. Aan den Gemeenteraad. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1939 | | pagina 3