MAANDAG 20 MAAET 1939. 153 Benoeming leden enz. stembureaux. (Splinter e.a.) om datgene te doen wat in het belang is van de gemeente Leiden. Spreker dankt den Burgemeester van harte en hoopt, dat de vriendschap, die zij gesloten hebben, zal bestendigd blijven, maar ook, dat hij, indien noodig, weer bij den Burge meester mag aankloppen om raad, gelijk spreker meermalen heeft gedaan. Ook in den Baad heeft spreker zijn werk altijd met ge noegen gedaan. Scherpe debatten hebben zich weieens ont wikkeld, maar welk besluit ook viel, nooit bleef er haat of nijd bestaan en in de koffiekamer konden allen op een prettige en vriendschappelijke wijze met elkaar spreken. Van harte dankt spreker daarom den Baad voor de verleende mede werking gedurende de 12 jaar van zijn Wethouderschap. Medewerking heeft men noodig, want ook al wil men graag alles doen, men bereikt ten slotte niets, indien men geen medewerking heeft en geen vertrouwen geniet. Omdat er in de afgeloopen 12 jaar zooveel is gedaan, dankt spreker den Baad in zijn geheel dan ook voor deze medewerking. Vervolgens dankt spreker den Secretaris voor diens hulp. Altijd stond de Secretaris gereed om spreker te helpen, indien deze hem iets vroeg. Ten slotte brengt spreker allen ambtenaren, met wie hij gedurende zijn Wethouderschap heeft mogen samenwerken, hartelijk dank voor alle medewerking, welke hij van hen heeft mogen ontvangen. En nu staat spreker weer in den Baad als gewoon lid. Inderdaad was deze beslissing een van de moeilijkste, die hij in zijn leven moest nemen; zij sneed voor hem den pas af op dit gedeelte van zijn levensweg, maar sprekers gezondheid dwong hem dit besluit te nemen. Spreker hoopt nog eenigen tijd de gemeente als lid van den Baad te mogen dienen en eindigt zijn woord van dank met denzelfden wensch, dien hij in zijn brief heeft uitge sproken: dat onder Gods besten zegen de goede stad Leiden moge groeien en bloeien. Teeltenen van instemming.) De mededeeling wordt hierna zonder hoofdelijke stemming voor kennisgeving aangenomen. 8°. Verzoek van de Gereformeerde Schoolvereeniging om medewerking tot de uitbreiding van leermiddelen ten be hoeve vah haar school aan de, Stadhouderslaan. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. Aan de orde is alsnu: I. Benoeming van een plaatsvervangend voorzitter, leden en plaatsvervangende leden van het stembureau voor liet eerste stemdistriet voor de verkiezing van leden van de 2e Kamer der Staten-Generaal, de Provinciale Staten en den Gemeenteraad en van voorzitters, leden en plaatsvervangende leden van de overige stembureaux voor die verkiezingen. (36) De Voorzitter verzoekt den heeren de B-eede, Coster, Eikerbout en Jongeleen het stembureau te vormen. De heer Groeneveld zegt, dat ter benoeming in hoofdzaak worden voorgedragen dezelfde leden en plaatsvervangende leden van de stembureaux, die bij de vorige verkiezingen benoemd zijn, waarbij dan tegelijk wordt voorzien in de in- tusschen ontstane vacatures. Het College volgt daarbij het systeem, dat in bestaande vacatures nieuwe leden worden tusschengeschoven. Dit heeft tot gevolg dat iemand, die eenmaal plaatsvervangend lid van een stembureau is, ook altijd plaatsvervangend lid blijfthet eigenaardige gevolg daarvan is, dat het wel voorkomt, dat nieuwe leden als voor zitter van het stembureau fungeeren, terwijl plaatsvervan gende leden met jarenlange ervaring altijd maar plaatsver vangend lid blijven en dan den voorzitter moeten instrueeren. Dat nu acht spreker toch niet juistals voorzitter moet iemand fungeeren, die eenige ervaring omtrent den gang van zaken op een stembureau heeft. Spreker dringt er op aan met het thans gevolgde systeem te breken en in het vervolg nieuwelingen eerst onderaan het lijstje, als plaatsvervangend lid, in te deelen en de reeds vroeger benoemden naar boven op te schuiven; dit geldt dan niet voor de nieuwe raadsleden, om dat die bij de wet als voorzitter van stemburaeux zijn aange wezen. De Voorzitter zegt, dat somtijds wel degelijk bij vacatures plaatsvervangende leden opschuiven en benoemd worden tot lid van stembureaux. Spreker zegt den heer Groeneveld echter gaarne toe dat hij met diens wensch zal rekening houden en dat hij zooveel mogelijk zal zorgen dat plaats vervangende leden die daarvoor in aanmerking komen en Benoeming leden enz. stembureaux; e.a. (Voorzitter e.a.) daarvoor geschikt zijn, ook zullen worden voorgedragen als lid van een stembureau. Alle voorgedragenen worden met algemeene (31) stemmen benoemd. II. Benoeming van leden en plaatsvervangende leden van het hoofdstembureau in kieskring I voor de verkiezing van leden van den Gemeenteraad en van voorzitters, leden en plaatsvervangende leden van de hoofdstembureaux in de kies kringen II en III voor die verkiezing. (36) Alle voorgedragenen worden met algemeene (31) stemmen benoemd. De Voorzitter neemt aan dat alle hierbij betrokken Eaads- leden de benoeming aannemen. Ila. Benoeming van een Wethouder (vacature; J. Splinter Gzn.). De heer de Beede stelt namens de christelijk-historische fractie in deze vacature candidaat den heer Wilbrink. Spreker doet dit zonder aanbeveling, niet omdat de heer Wilbrink geen aanbeveling zou verdienen, maar omdat dit zou zijn het intrappen van een open deur bij den Baad. Wordt benoemd met 27 stemmen de heer Jae. Wilbrink-, de heer de Beede verkreeg 1 stem, terwijl 3 stemmen van onwaarde waren. De heer WTilbrink verklaart de benoeming aan te nemen; spreker dankt den Baad voor het in hem gesteld vertrouwen en hoopt zich onder God's zegen dit vertrouwen waardig te kunnen toonen. De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor de genomen moeite. III. Voorstel inzake aanstelling in vasten dienst van L. P. de Vries, als Keuringsveearts bij liet Openbaar Slachthuis en den Keuringsdienst van Vee en Vleesch, in het bijzonder voor de buitengemeenten. (37) IV. Voorstel inzake het overnemen in eigendom bij de ge meente van verschillende voor straat bestemde strooken grond. (33) V. Voorstel tot het verhuren van het winkelwoonhuis aan de Aalmarkt No. 12 aan de Wed. M. H. van Berge Hene gouwenJansen, te Leiden. (39) AA. Voorstel tot het verkoopen van een perceel bouwterrein, gelegen aan het verlengde van de Da Costastraat, kadastraal bekend gemeente Leiden Sectie O No. 672 (ged.) aan E. A. Freijser, te Leiden, q.q. (40) VII. Voorstel tot het verkoopen van een perceel bouwterrein gelegen aan den Bijnziclitweg, kadastraal bekend gemeente üegstgeest, Sectie B No. 1926 (ged.) aan D. Kaay, te Leiden, q.q. (41) VIII. \Toorstel inzake het aankoopen van het perceel le Gortestraat No. 43 en tot het vaststellen van den desbetreffenden begrootingsstaat. (42) IX. Voorstel tot het wijzigen van de gemeentebegrooting, dienst 1939, in verband met de herstelling van de brand- en waterschade aan de pereeelen Pieterskerkgracht Nis. 11 en 13. (43) X. Praeadvies op het verzoek van de N. Yr. Leidsehc Duin water Maatschappij om toestemming tot den bouw van een reinw aterkelder met machineruimte op een terrein nabij den watertoren te Katwijk. (44) XI. Voorstel inzake het vaststellen en uitkecren van de voorschotten op de vergoeding, bedoeld bij de artt. 101 en lOlbis der Lager Onderwijswet 1920, ten behoeve van bijzondere scholen voor gewoon lager- en uitgebreid lager onderwijs, over het jaar 1939. (45) XII. \7oorsteI tot: a. het voeren van verweer tegen de door The Doit Company te New York tegen de gemeente ingestelde rechtsvordering, terzake van een beweerden inbreuk op haar patentrecht bij den bouw van de rioolwaterzuiveringsinrichting aan de Stinksloot;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1939 | | pagina 3