Vergadering van Maandag 24 October 1938.
MAANDAG 24 OCTOBER 1938.
201
Geopend des namiddags te twee uur.
Voorzitter:
de heer Burgemeester Mr. A. VAN DE SANDEBAKHUYZEN.
Te behandelen onderwerpen:
1° Benoeming van een lid van het College van Curatoren
van het Stedelijk Gymnasium. (160)
2° Benoeming van een gemeentelijken commissaris bij de
N.V. Leidsche Duinwater Maatschappij. (161)
3° Voorstel in zake het wijzigen van het raadsbesluit van
11 Januari 1932 betreffende de huur van het gebouw
aan den Stillen Rijn No. 3. (162)
4° Voorstel tot het verkoopen van een gedeelte van het
Consciëntieplein, kadastraal bekend gemeente Leiden,
Sectie E No. 1166 (ged.), aan C. de Groot, te Leiden.
(163)
5° Voorstel tot het verlengen van den termijn van ontruiming
van een tiental onbewoonbaar verklaarde woningen. (164)
6 ".Voorstel tot het vaststellen van een nieuwe verordening
houdende aanwijzing van de dagen, uren en plaatsen
voor het houden van de verschillende markten en van
veilingen van fruit. (166)
7" Voorstel tot het vaststellen van een nieuwe verorde
ning regelende de heffing en de invordering van een
belasting onder den naam van „Marktgeld" te Leiden.(167)
8° Voorstel:
a. tot het beschikbaarstellen van gelden ten behoeve
van de vernieuwing van de verharding van en van
het aanleggen van een rioleering in den speeltuin
„Zuiderkwartier" en van herstellingen aan de ver
harding van den speeltuin „Westerkwartier";
b. tot het ingebruikgeven van de speeltuinen, gelegen
ten zuiden van den Haagweg, nabij de Seringenstraat,
ten zuiden van de Van der Duynstraat en ten noorden
van den Lagen Rijndijk resp. aan de speeltuin
verenigingen „Westerkwartier", „Zuiderkwartier",
„Noorderkwartier" en „Oosterkwartier". (165)
9° Onderzoek van den geloofsbrief van het nieuw benoemde
raadslid, den heer P. G. Knibbe.
10° Voorstel inzake het verstrekken van brandstoffen aan
daarvoor in aanmerking komende werkloozen gedurende
het winterseizoen 19381939. (168)
Tegenwoordig zijn 34 leden, namelijk: de heeren van
Eek, Snel, Dubbeldeman, Schüller, Jongeleen, Bergers,
mevrouw Braggaar, mevrouw de Cler, de heeren Beeken
kamp, Wilmer, Coster, Valentgoed, Lombert, Hessing, Tobé,
Würtz, Eikerbout, van der Laan, van Rosmalen, van der Tas,
Carton, Oostveen, Splinter, van Stralen, Verweij, Tepe,
van Weizen, Groeneveld, van der Reijden, Wilbrink, van
der Kwaak, de Reede, Keij en Manders.
Afwezig is de heer Goslinga, wegens ongesteldheid.
De notulen van het verhandelde in de vergadering van
13 October 1938 worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen:
Missives van Gedeputeerde Staten ten geleide van de
goedgekeurde raadsbesluiten van 26 September 1938 tot:
a. het wijzigen van de begrooting, dienst 1938, van het
Radio-Distributie-bedrijf
b. het vaststellen van de begrootingsregeling in verband
met het aanschaffen van leermiddelen ten behoeve van de
school voor u. 1. o. aan het Noordeinde No. 3 van de Ver-
eeniging voor Christelijk Onderwijs en het aanschaffen van
schoolmeubelen en leermiddelen ten behoeve van de school
voor u. 1. o. aan de Haarlemmerstraat No. 34 van de Inrich
ting van Liefdadigheid voor R.K.;
c. het vaststellen van de begrootingsregeling in verband
met de aansluiting van de rioleering van de stadswijk ter
weerszijden van den Rijnsburgerweg aan de centrale rioleering
d. het wijzigen van de gemeente-begrooting, dienst 1938,
ter aanvulling van in verband met de werkloozenzorg uitge
trokken bedragen.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek van de Gemeente-Commissie van het Nederd.
Benoeming Curator Gymnasium.
(Voorzitter e.a.)
Herv. Kerkgenootschap om een subsidie in de kosten van
herstelwerkzaamheden aan de Marekerk.
2°. Verzoek van de Gemeente-Commissie van het Nederd.
Herv. Kerkgenootschap om een subsidie in de kosten van
het laatste plan inzake herstelwerkzaamheden aan de
St. Pieterskerk.
3°. Verzoek van Mej. H. E. H. Meijkamp om ontslag als
onderwijzeres aan de school voor buitengewoon lager onder
wijs verbonden aan het gesticht „Voorgeest".
4°. Begrooting, dienst 1939, van het Gereformeerd Minne
of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis.
Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wet
houders om praeadvies.
5°. Voordrachten van het Bestuur van het Heilige Geest-
of Arme Wees- en Kinderhuis ter voorziening in een tweetal
vacatures in dat bestuur.
Zullen worden opgenomen onder de Ingekomen Stukken.
6°. Mededeeling van P. G. Knibbe, dat hij zijn benoeming
tot lid van den Gemeenteraad aanneemt.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
Aan de orde is alsnu:
I. Benoeming van een lid van het College van Curatoren
van het Stedelijk Gymnasium. (160)
De Voorzitter verzoekt den heer Eikerbout, mevrouw
de Cler en den heeren Lombert en Würtz het stembureau
te vormen.
De heer Hessing zegt, dat het College van Curatoren blijk
heeft gegeven de opmerkingen, welke de heer van Eek in
het jaar 1937 ten aanzien van de samenstelling van dit
college heeft gemaakt (Handelingen 1937, blz. 238 en 239),
te hebben verstaan: het heeft de sociaal-democratische
raadsfractie medegedeeld, waarom zijns inziens de bestaande
toestand als ideaal kan worden beschouwd.
Bij nadere beschouwing van deze zaak zal men echter
moeilijk kunnen volhouden, dat de sociaal-democratische
geestesrichting in het College van Curatoren geheel uitge
schakeld moet worden.
Uit een technisch oogpunt bestaat tegen de benoeming
van een vertegenwoordiger van deze geestesrichting geen
bezwaar. De Commissie van Toezicht op het Middelbaar
Onderwijs is door den Raad samengesteld volgens het systeem,
waarbij alle geestesrichtingen zijn vertegenwoordigd; men
mag dus aannemen, dat de Raad tegen de benoeming van
een sociaal-democraat in het College van Curatoren van het
Stedelijk Gymnasium geen bezwaar zal hebben.
Was destijds het College van Curatoren er geen verwijt
van te maken, dat het stelselmatig personen ter benoeming
aanbeval, die niet de sociaal-democratische richting waren
toegedaan, thans, nu de wensch is geuit, dat ook de sociaal
democratische geestesrichting in dit College zal worden ver
tegenwoordigd, had men met dien wensch rekening dienen
te houden, gezien het feit, dat de sociaal-democratie zeer
veel aanhangers in deze gemeente heeft. Het zou wel vreemd
zijn, indien voor een College, dat volgens de wet een toe
zicht houdende taak heeft, de vertegenwoordigers van de
sociaal-democratie geheel en al werden uitgeschakeld.
Het College van Burgemeester en Wethouders heeft in
dezen geen zeggenschap en daarom geeft spreker den Raad
in overweging in dit geval van de aanbeveling af te wijken
en den heer Mr. D. A. van Eek te benoemen.
De heer Beekenkamp zegt, dat de zijns inziens weinig
geslaagde debatten, welke kort geleden in den Raad van
de gemeente Amsterdam zijn gehouden bij gelegenheid van
de benoeming van een hoogleeraar in de geschiedenis,
duidelijk hebben aangetoond, dat het niet wenschelijk is,
het hooger onderwijs en de politiek zoo hecht met elkaar
te vervlechten als daar is geschied. De Leidsche Raad
moet uit bedoelde debatten dan ook de conclusie trekken,
dat hij voorzichtig dient te zijn en de politiek en het hooger
onderwijs niet al te zeer met elkaar in verband moet
brengen.
Men kan zich verwonderen over het feit, dat de sociaal
democratische raadsfractie in het jaar 1937 voor het eerst
den wensch heeft geuit, dat ook voorstanders van de
sociaal-democratische geestesrichting tot lid van het College
van Curatoren van het Leidsche Gymnasium zouden worden