GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 83 INOEKOHEir STUKKEN. N°. 127. Leiden, 22 Juli 1938. In verband met ver- en bebouwing ter plaatse dienen eenige strookjes grond aan de gemeente te worden over gedragen. Wij stellen Uw Vergadering mitsdien voor te besluiten kosteloos in eigendom bij de gemeente over te nemen de volgende voor straat bestemde strookjes grond: a. van de Vereeniging tot Bevordering van de Opleiding tot Instrumentmaker, te Leiden, bet strookje grond, groot 0.60 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie G, No. 1852, op de over gelegde kaart I in bruine kleur aangegeven, gelegen aan het Rapenburg, hoek Nieuwsteeg; b. van de N.V. „Gemeenschappelijk Eigendom", Maat schappij tot Exploitatie van Woon- en Winkelhuizen, te 's Gravenhage, het strookje grond, groot 45 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie M, No. 2870, op de overgelegde kaart II bruin gekleurd, gelegen aan de van der Waalsstraat; c. van J. W. Wurzer, te Leiden, het strookje grond, groot ±30 M2., deeluitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie L, No. 478, op de over gelegde kaart III in bruine kleur aangeduid, gelegen aan den Maredijk; d. van J. P. Cornelisse, te Leiden, het strookje grond, groot 0.50 M2., deel uitmakende van het perceel, kadas traal bekend gemeente Leiden, Sectie D, No. 107, op de overgelegde kaart IV in bruine kleur aangegeven, gelegen aan de Rijnstraat, hoek Utrechtsche Veer; e. van de Leidsche Wolspinnerij N.V., te Leiden, het strookje grond, groot 55 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie O, No. 1312, op de overgelegde kaart V in groene kleur aangegeven, gelegen aan den Zoeterwoudsche weg; van de N.V. 's Gravenhaagsche Hypotheekbank voor Nederland, te 's Gravenhage, het strookje grond, groot 0.50 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie D, No. 1052, op de over gelegde kaart VI bruin gekleurd, gelegen aan de Hooge Woerd, hoek Sint Jorissteeg; g. van de Woningbouwvereeniging „de Eendracht", te Leiden, het strookje grond, groot 20 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie N, No. 765, op de overgelegde kaart VII in roode kleur aangegeven, gelegen aan de Borneostraat, hoek Formosa- straat h. van J. 't Hart en D. Aanen, te Leiden, het strookje grond, groot 0.50 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie D, No. 1565, op de overgelegde kaart VIII in bruine kleur aangegeven, gelegen aan het Levendaal, hoek Nieuwe Brugsteeg; i. van de N.V. Maatschappij tot Exploitatie der Fabrieken en Handelszaken van Albert Hein, te Zaandam, het strookje grond, groot 0.60 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie H, No. 3392, op de overgelegde kaart IX in bruine kleur aangeduid, gelegen aan de Haarlemmerstraat. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 128. Leiden, 22 Juli 1938. Bij besluit van Uwe Vergadering d.d. 6 September 1937 (Ingek. Stukken No. 137) werd bepaald, dat de vaststelling van een plan van uitbreiding wordt voorbereid voor het ge deelte der gemeente, gelegen ten Noord-Westen van de spoor baan Amsterdam-Rotterdam en ten Zuiden van het voormalige Psychopathenasyl (Pesthuis), voor zoover gelegen binnen de op de bij dat besluit behoorende teekening A aan gebrachte paarse omlijning. In verband met het bepaalde bij art. 36, 4e lid, van de Woningwet, dient de vaststelling van dat uitbreidingsplan zooveel mogelijk te worden bespoedigd. Aangezien echter de bestemming van de in dat gebied gelegen gronden ten nauwste verband houdt met de aan hangig zijnde spoorwegplannen, is het vooralsnog niet moge lijk de bestemming van die gronden in onderdeelen te be palen, zoodat het aanbeveling verdient om, evenals met betrekking tot het Schuttersveld e. o. is geschied, te vol staan met die bestemming in hoofdzaak aan te wijzen. In verband hiermede hebben wij een plan doen ont werpen, waarbij de bestemming der betrokken gronden in hoofdzaak wordt aangegeven. Het ontwerp heeft gedurende den in de Woningwet voor geschreven termijn op de gemeentesecretarie voor een ieder ter inzage gelegen. Tegen het ontwerp is door de N.V. Fabriek van Ver duurzaamde Levensmiddelen v/h L. E. Nieuwenhuizen, te Leiden, die eigenaresse van een groot deel der betrokken gronden is, bezwaar ingebracht. De N.V. verzoekt zoo spoedig mogelijk een gedetailleerd uitbreidingsplan voor die gronden vast te stellen. Zooals hierboven is uiteengezet, kan op dit oogenblik nog niet een regeling van de bestemming van de betrokken gronden in onderdeelen worden vastgesteld. Het ligt even wel in ons voornemen om, zoodra zulks met het oog op de aanhangige spoorwegplannen doenlijk is, een plan tot detail leering van den betrokken grond te doen opmaken en U ter vaststelling aan te bieden. Op grond van het vorenstaande geven wij Uwe Ver gadering, in overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage, en met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage gelegde stukken, in overweging het plan van uitbreiding voor de gemeente Leiden, vastgesteld bij raadsbesluit van 6 November 1933 en laatstelijk her zien bij raadsbesluit van 11 Juli 1938, te herzien in dier voege, dat Kaart I van dit plan wordt aangevuld, zooals op de overge legde kaart, ten aanzien van het op die kaart met een paarse omlijning omgeven gebied, is aangeduid. Tevens stellen wij U voor ons College te machtigen de N. V. Fabriek van Verduurzaamde Levensmiddelen v/h L. E. Nieuwenhuizen, te Leiden, mede te deelen, dat thans nog niet een regeling van de bestemming van de betrokken gronden in onderdeelen kan worden vastgesteld, doch dat zoo spoedig mogelijk hiertoe zal worden overgegaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 129. Leiden, 22 Juli 1938. Bij de behandeling van de ontwerp-begrooting voor 1937 werd door eenige leden van Uwe Vergadering aan ons College verzocht „meer aandacht te schenken aan de vak opleiding van arbeiders in de textielindustrie, zulks ten einde te voorkomen, dat bij opleving van deze industrie vakbekwame arbeiders van elders zouden moeten worden betrokken. Met het oog daarop verzocht men, zoo noodig in overleg met het Economisch-Technologisch Instituut voor Zuid-Holland, de mogelijkheid van oprichting hier ter stede van een textielschool voor een oude textielstad als Leiden van groote waarde met de grootste nauwgezetheid te onderzoeken", (blz. 27 Sectieverslag). In verband hiermede werd door ons bij Memorie van Antwoord (zie blz. 27) het volgende opgemerkt: „Aangezien ook ons College het belang van vakopleiding voor arbeiders, die bij opleving van de textiel-industrie in deze gemeente een plaats in die industrie zullen kunnen innemen, inziet, zijn wij gaarne bereid het gevraagde onder zoek, na overleg met de desbetreffende organisaties van werkgevers en werknemers, in te stellen". Niettegenstaande deze toezegging werd bij de behandeling van de begrooting voor 1937 door Uw medelid, den heer P. L. Hessing, een voorstel ingediend dat, na de daarin door dezen aangebrachte wijziging, als volgt luidt: „De Raad verzoekt het College van B. en W. in overleg met het Economisch-Technologisch Instituut voor Zuid-Holland en de desbetreffende organisaties van werknemers en werk gevers de mogelijkheid te overwegen te Leiden een textiel school te vestigen en noodigt het College van B. en W. uit het resultaat van haar bevindingen den Raad mede te deelen". Dit voorstel werd door ons overgenomen. Het schijnt ons niet noodig U hier uitvoerig te schetsen al hetgeen wij in verband met de evenbedoelde toezegging hebben gedaan ter oriënteering in deze materie van ons College zelf en daarna met betrekking tot het onderzoek naar de wenschelijkheid en mogelijkheid om in onze gemeente de gelegenheid te scheppen tot het ontvangen van textiel- vakonderwijs. Volstaan wij dus met de volgende mede- deelingen. Nadat wij ons eerst in verbinding hadden gesteld met het Economisch-Technologisch Instituut voor Zuid- Holland en Zeeland werden door ons besprekingen gevoerd met den Inspecteur van het Nijverheidsonderwijs.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1938 | | pagina 1