74
glazen, vegen der schoorsteenen enz. bedragen
1.655.15, d. i. 405.15 meer dan de uitge
trokken som van 1.250.
Deze overschrijding is een gevolg van een
nader door de C.E.M.S.T.O. aangegeven ver
deeling van de schoonmaakkosten enz. over de
verschillende posten.
Tegenover de hoogere uitgaaf op dezen post
staan lagere uitgaven op diverse andere posten.
Zie hierachter de verlaging van de betrekke
lijke uitgaafposten.
Voorts bedragen de kosten van verlichting
en verwarming, geraamd op 1.500.
1.638.09, d. i. 138.09 meer.
Eene verhooging van den post met
405.15 138.09 543.24 is dientenge
volge noodig.
e. Kosten van het aanschaffen en onder
houden van schoolmeubelen, werhtuigen en ver
dere hulpmiddelen voor het onderwijsf 277.21
Deze kosten vereischten een uitgaaf van
1.337.21, waardoor de beschikbaar gestelde
som van ƒ1.060.met ƒ277.21 werd over
troffen.
Volgn. 554. Abonnement op de telefoon en
kosten van telefoongesprekken4.28
Zie de toelichting bij volgn. 244.
Volgn. 560. Bijdragen aan gemeenten in de
kosten van scholen voor het lager nijverheids
onderwijs89.15
Eene aanvulling van dezen post met
89.15 blijkt alsnog noodig.
Volgn. 562b. Uitgaven in verband met het
instellen van een onderzoek naar de mogelijkheid
tot vestiging van een textielschool hier ter stede
nieuw volgnummer)119.94
De uitgaven ter zake hebben over 1937
119.94 bedragen.
Volgn. 565. Uitgaven voor het Stedelijk Mu
seum „de Lakenhal579.89
De uitgaven, geraamd op 20.995.be
dragen 21.574.89, of 579.89 meer.
Het onderhoud van het gebouw en meubi
lair, waarvoor een bedrag van 1.125.was
uitgetrokken, vereischte eene hoogere uitgaaf
van 356.60.
De kosten van restauratie van de Van der
Werffzaal bleken niet te kunnen worden be
streden uit de hiervoor op de begrooting uit
getrokken som van 160.
Voorts werd een 70-tal stoelen door perso
neel van de Lakenhal opnieuw bekleed. De
aanschaffing van de hiervoor benoodigde stof
vereischte eene buitengewone uitgaaf.
Vervolgens bedroegen de kosten van ver
lichting en verwarming, geraamd op 1.300.
ƒ1.523.29, d. i. ƒ223.29 meer.
Eene aanvulling van volgn. 565 met 579.89
356.60 -f 223.29) is derhalve noodzakelijk.
Volgn. 566. Uitgaven voor volksfeesten 3.968.33
De uitgaven ter zake hebben 7.198.33 be
dragen en overtreffen derhalve de op de ge-
meentebegrooting uitgetrokken som van
ƒ3.230.— met ƒ3.968.33.
Deze overschrijding is bijna uitsluitend een
gevolg van de kosten van de feestviering ter
gelegenheid van het huwelijk van H. K. H.
Prinses Juliana en Z. D. H. Prins Bernhard,
waarvoor bij Raadsbesluit van 7 December
1936 een crediet van 3.550.werd beschik
baar gesteld, n.l. 2.700.ter uitkeering aan
de Contact-Commissie van organisaties op
nationalen grondslag te Leiden, en 850.
voor de kosten van openbare concerten, de
verlichting van gemeentegebouwen enz.
De bovenbedoelde gelden moeten alsnog op
de begrooting worden geregeld, waarbij wordt
opgemerkt, dat de uitkeering aan „de Contact
commissie" 156.16 hooger moest zijn dan
aanvankelijk geraamd was.
Voorts waren voor de uitkeering aan den
Bond van Leidsche Harmonie- en Fanfare-
vereenigingen van het bedrag van 400.
voor gegeven openbare concerten geen gelden
op de begrooting uitgetrokken.
De hoogere uitgaven bedragen derhalve
tezamen 3.550.156.16 -f- 400.
ƒ4.106.16.
Door een overschot op de voor een kinder
feest bij gelegenheid van den geboortedag van
H. M. de Koningin beschikbaar gestelde som
van 2.000.kan echter met eene aanvulling
van den post met 3.968.33 worden volstaan.
Volgn. 567. Kosten van congressen en officiëele
ontvangsten2.41
De uitgaven, geraamd op 500.bedragen
ƒ502.41.
Volgn. 568a. Subsidie aan „de Sportstichting''''
{nieuw volgnummer)500.
Over 1937 werd aan „de Sportstichting" als
bijdrage in het te verwachten exploitatietekort
een bedrag van 500.uitgekeerd.
Vermits de exploitatierekening over 1937
nog niet is goedgekeurd wordt, met het oog
op de sluiting van den dienst 1937, voorgesteld
de bovengenoemde uitkeering van 500.
voorloopig op dat dienstjaar te regelen, waarbij
wordt opgemerkt, dat „de Sportstichting" den
len Juli 1937 haar taak is aangevangen en dat
de over 1937 uitgekeerde som gelijk is aan de
helft van de ter zake op de gemeentebegrooting
voor 1938 uitgetrokken bijdrage.
Eventueele wijziging van de uitkeering ad
500.in verband met de definitieve vast
stelling van de gemeente-subsidie zal t. z. t.
worden geregeld.
Volgn. 568b. Kosten van oprichting van de
Sportstichting50.
De kosten van het opmaken van de akte
bedroegen 50.
Volgn. 578. Brandverzekering50.64
De kosten, geraamd op ƒ700.bedragen
750.64, of 50.64 meer.
Deze overschrijding is een gevolg van te lage
raming.
Volgn. 579. Abonnement op de telefoon en
kosten van telefoongesprekken29.38
Zie de toelichting bij volgn. 244.
Volgn. 581a. Kosten van rechtskundig of
ander deskundig onderzoek (nieuw volgnummer)18.
Zie de toelichting bij volgn. 350».
Volgn. 585. Belooning van doctorenheel
meesters, vroedmeesters, vroedvrouwen enz. 121.
De aanstelling met ingang van 1 Mei 1937,
van een controleerend-geneesheer ten behoeve
van de geneeskundige armenverzorging, tegen
1.200.per jaar, vereischte over 1937 eene
niet-voorziene uitgaaf van 800.
Tengevolge van een overschot op de voor
behandeling van onvermogenden uitgetrokken
som van 8.804.is evenwel eene verhooging
van den post met 121.voldoende.
De hoogere uitgaaf ad 121.is van de
Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk
Hulpbetoon terugontvangen.
Zie de verhooging van volgn. 168 der ont
vangsten met 121.
Volgn. 587. Kosten voortvloeiende uit de rege
ling met de ziekenfondsen, betreffende het ver-
leenen van een reductie op de ziekenfondspremie
aan bepaalde categoriëen van ondersteunden 5.285.86
De bovenbedoelde regeling vereischte over
1937 eene uitgaaf van 30.285.86, d. i. 5.285.86
meer dan de uitgetrokken som van 25.000.
Het aandeel van den Gemeentelijken Dienst
voor Maatschappelijk Hulpbetoon in de boven
genoemde kosten bedraagt 8.162.72, d. i.
ƒ2.162.72 meer dan geraamd is.
Zie in verband hiermede de verhooging van
volgn. 162 der ontvangsten met ƒ2.162.72.
Volgn. 588. Kosten van overbrenging, plaatsing
en verpleging van arme krankzinnigen 8.843.12
De kosten ter zake, geraamd op 216.050.
bedragen 224.893.12 of 8.843.12 meer.
Overeenkomstig de nieuwe regeling, inge
volge besluit van de Provinciale Staten van
Zuid-Holland van 2 Juli 1936 (Prov.blad n°. 63)
zal de subsidie van de Provincie over 1937
48.195.of 1-890.meer bedragen
dan geraamd is.
Zie de verhooging van volgn. 158 der ont
vangsten met 1.890.
Daarentegen zal, in verband met de ont
vangen bijdragen van particulieren, de extra-
bijdrage van de Provincie in de kosten van
verpleging van behoeftige krankzinnigen- en
zwakzinnigen, welke de gemeente als over
gangsmaatregel van de oude naar de nieuwe
