160
MAANDAG
9 MEI 1938.
Verklaring-Wethouder van Stralen i.z. distributie
(van Stralen e.a.) van versche groenten, e.a.
de uitvoering der distributiemaatregelen zou willen uit
schakelen, al worden bij de inschakeling ook wel minder
aangename ervaringen opgedaan. Bij de distributie van
margarine, vet, vleesch, groenten in blik, brandstoffen enz.
is de handel volledig ingeschakeld. Zelfs heeft spreker meer
winkeliers in de distributie betrokken dan er vroeger ooit
bij betrokken zijn geweest.
Spreker heeft de thans door hem afgelegde verklaring van
te voren overgelegd aan Burgemeester en Wethouders, die
zich met den zakelijken inhoud er van kunnen vereenigen.
De heer Wilmcr vraagt, of het in de bedoeling van het
College ligt, de leden van den Baad in de gelegenheid te
stellen om naar aanleiding van de verklaring van Wethouder
van Stralen het een en ander op te merken.
De Voorzitter zegt, dat thans geen voorstel aan de orde is en
hij alleen den heer van Stralen in de gelegenheid heeft gesteld
om de verklaring af te leggen.
De heer Wilmer vraagt of de heer van Stralen bereid is,
de verklaring in extenso aan de leden van den Baad toe
te zenden.
De heer van Stralen heeft geen bezwaar, aan het verzoek
van den heer Wilmer te voldoen.
De Voorzitter vraagt, of thans een der leden nog iets in
het belang van de gemeente in het midden heeft te brengen.
De heer Beekenkamp meent, dat de opmerking, die hij
thans wenscht te maken, inderdaad in het belang van de
gemeente is. Het kan z. i. niet strooken met het waarachtig
belang der gemeente, indien de plaatselijke overheid zich
niet gedraagt overeenkomstig de eischen van Gods wet en
daarom acht spreker zich verplicht, van de geboden gelegen
heid gebruik te maken om te protesteeren tegen het feit, dat
het plaatselijk bestuur (een term, ontleend aan artikel 4
der Zondagswet) de vrijheid heeft gevonden den len Mei j.l.
toestemming te verleenen tot heb houden van een optocht
met muziek op Zondagavond. Formeel kan men zich misschien
verschuilen achter het genoemde wetsartikel; „misschien",
want niet alle godsdienstoefeningen waren op dat uur vol
komen geëindigd. Het is spreker ter oore gekomen, dat een
Katholieke kerk hier ter stede tijdens de avondgodsdienst
oefening inderdaad hinder heeft ondervonden van het voorbij
trekken van den optocht met muziek. In elk geval zou spreker
het geapprecieerd hebben, indien de politie den optocht
langs een anderen weg had geleid dan men nu heeft gevolgd.
Afgezien hiervan acht spreker het niet te strooken met
de Christelijke viering van den Zondag, dat de Zondagsrust
ook 's avonds wordt gestoord op een wijze als waarop het
thans is geschied. Dat de toestemming is verleend, kon voor
spreker geen verrassing zijner is hier helaas een continuïteit
in het beleid, die de ahti-revolutionnairen niet kunnen waar-
deeren. Waar door den Voorzitter in 1933 een interpellatie
over dit onderwerp geweigerd is, en spreker zich toch den
tolk wil maken van dat zeer groote gedeelte der burgerij, dat
met diepe teleurstelling van het beleid van het plaatselijk
bestuur heeft kennis genomen, geeft spreker hier namens de
geheele rechterzijde van den Baad uiting aan zijn spijt dat
Rondvraag.
(Beekenkamp e.a.)
het plaatselijk bestuur de gevraagde toestemming heeft ver
leend; naar haar meening strookt dit beleid niet met de
opvatting, die de meerderheid van den Baad herhaaldelijk
gehuldigd heeft bij de behandeling van de traditioneele
motie van den heer van Eek over dit onderwerp.
Een woord van teleurstelling en afkeuring daarover mag
in deze vergadering niet achterwege blijven.
De heer Würtz vraagt wanneer de automatische verkeers
regeling ingevoerd zal worden.
De Voorzitter kan geen precies antwoord geven op deze
vraag. De invoering van de automatische verkeersregeling
wordt voorbereid, maar er zal nog eenige tijd gemoeid zijn
met den aankoop en de bestelling van onderdeelen, die niet
in Nederland gefabriceerd worden. De zaak ondervindt
geen stagnatie, maar het duurt langer dan men gedacht heeft.
De heer Hessiny vestigt de aandacht op den ongewenschten
toestand in de nieuwe wijk, ontstaan bij de van der Waals
straat en omgeving. Reeds in October 1937 is gestort de som,
noodig voor den aanleg van de straten daar en voor de her
bestrating, maar op dit oogenblik is er zelfs nog geen sprake
van straten. Het verkeer en de bewoners in die omgeving
ondervinden grooten hinder van het zandhet is voor trans
portmiddelen absoluut uitgesloten daar te komen. Laat het
College daaraan aandacht besteden en in de toekomst tijdig
gereed zijn met het maken van de bestrating.
De heer Splinter zal deze zaak onderzoeken.
De heer Groeneveld zegt, dat er sinds vele jaren aan de
Marnixstraat een bouwterrein ligt, dat geheel uit zand bestaat
en geweldige zandverstuivingen veroorzaakt. De bewoners
in de omgeving moeten hun ramen en deuren gesloten houden;
zandbergen hoopen zich op voor de deuren; dan komen er
gemeente-werklieden die die zandbergen weer naar het
terrein verplaatsen, maar de wind brengt ze weer terug.
Aan dezen onhoudbaren toestand moet iets gedaan worden.
Het mooiste zou zijn, wanneer dit bouwterrein nu inderdaad
bebouwd werd, maar wanneer dit niet gebeurt, moet daaraan
toch iets gedaan worden.
De heer Splinter zegt, dat reeds verscheidene keeren door
Gemeentewerken hieraan werkzaamheden verricht zijn, maar
afdoende voorzieningen zijn in verband met het bouwplan
van Ons Belang nog niet getroffen. Naar omstandigheden
zal echter worden overwogen op welke wijze het euvel kan
worden weggenomen.
De heer Lombert sluit zich aan bij den heer Groeneveld.
Bedoeld terrein wordt bij voortduring gebruikt als voetbal
veld, waarvan de bewoners ook zeer veel last ondervinden.
Ook de betrokken woningbouwvereniging heeft daarvan
grooten hinder, omdat herhaaldelijk de ruiten daar breken
en weer vervangen moeten worden door nieuwe. De politie
sluit daarvoor de oogen.
Niemand meer het woord verlangende, sluit de Voorzitter
de vergadering.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.