28 N°. 62. Leiden, 31 Maart 1938. Ingevolge het bepaalde bij art. 1 van de Verordening, regelende het aantal ambtenaren van den Burgerlijken Stand te Leiden en de verdeeling hunner werkzaamheden, behooren o. a. aan dien dienst verbonden te zijn twee ambtenaren, bestemd om den ambtenaar, belast met alle aan den ambtenaar van den Burgerlijken Stand opgedragen werkzaamheden, bij ontstentenis of afwezigheid om andere redenen, te vervangen. Ter vervulling van de vacature, ontstaan wegens het aan den heer J. Aalbersberg, met ingang van 1 Januari j.l., verleende eervol ontslag als ambtenaar van den Burger lijken Stand, bevelen wij U ter benoeming als zoodanig aan den heer J. Wolters, ambtenaar op de bureaux van den Burgerlijken Stand en de Bevolking alhier. In verband met het besluit van Gedeputeerde Staten dd. 13/23 Maart 1935, G. S. No. 35/2, tot nadere regeling van de jaarwedde van de ambtenaren van den Burger lijken Stand in de gemeenten met 25000 en meer inwoners in deze provincie, is aan deze functie geen aparte bezoldiging verbonden. Wij verzoeken Uwe Vergadering alsnu tot een benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 63. Leiden, 31 Maart 1938. Bij zijn in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven ver zoekt de heer J. M. Bakker hem eervol ontslag te verleenen als onderwijzer aan de Jongensschool voor u.l.o. Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in overweging aan den heer J. M. Bakker, met ingang van een nader door ons College te bepalen datum, eervol ontslag te verleenen uit zijne betrekking van onderwijzer aan de Jongensschool voor u.l.o. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 64. Leiden, 1 April 1938. Bij haar in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven verzoekt Mejuffrouw A. E. Driesens haar eervol ontslag te verleenen als onderwijzeres bij het openbaar vervolgonder wijs voor meisjes. Aangezien tegen inwilliging van dat ver zoek bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in overweging aan Mejuffrouw A. E. Driesens, met ingang van 12 April 1938, eervol ontslag te verleenen uit hare betrekking van onderwijzeres bij het openbaar vervolgonderwijs voor meisjes. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 65. Leiden, 1 April 1938. Het pakhuis aan de Burgsteeg No. 6 is ingevolge raads besluit van 14 Maart 1927 (Ingek. Stukken No. 59) aan de heeren H. J. W. Peeters en H. Stol, alhier, verhuurd van 15 April 1927 tot 1 Mei 1928, en vervolgens van jaar tot jaar, uiterlijk tot 1 Mei a.s., tegen een huurprijs van 350.per jaar, onder bepaling, dat de straatbelasting voor rekening van de huurders is. Met de heeren Peeters en Stol is overleg gepleegd over verlenging van de huur, waarbij overeenstemming werd bereikt over een nieuwe verhuring tegen den geldenden huurprijs, en onder de be staande voorwaarden, met dien verstaande echter, dat de straatbelasting ad 7.88 ten laste van de gemeente zal komen. Met de Commissie van Eabricage zijn wij van oordeel, dat op deze basis een nieuw huurcontract kan worden afgesloten. Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie liggende stukken, geven wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging aan H. J. W. Peeters en H. Stol, te Leiden, wederom te verhuren het pakhuis aan de Burgsteeg No. 6, tegen een jaarlijksche huursom van 350.straatbelasting inbegrepen, zulks van 1 Mei 1938 tot en met 30 April 1939, met bepaling, dat de huur verder wordt geacht telkens voor den tijd van één jaar tegen denzelfden huurprijs en onder dezelfde voorwaarden te zijn verlengd, indien de huur niet drie maanden voor het eindigen van den huurtermijn schriftelijk door een der partijen is opgezegd, met dien verstande, dat de huur in elk geval zal eindigen op 1 Mei 1948, zonder dat eenige opzegging daartoe wordt vereischt, en verder onder de bestaande, m.m. gewijzigde voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 66. Leiden, 1 April 1938. Bij raadsbesluit van 16 April 1934 (Ingek. Stukken No. 79) werd het winkelhuis Nieuwe Bijn No. 21 verhuurd aan den heer M. L. Herreur van 1 Mei 1935 tot 1 Mei 1936, en vervolgens van jaar tot jaar tegen een jaarlijksche huursom van 556.De heer Herreur heeft deze huur tegen 1 Mei a.s. opgezegd, doch de heer N. van Loef, die zijn groenten- en fruitzaak heeft overgenomen, heeft ver zocht de huur te mogen voortzetten. Deze is bereid het pand tegen denzelfden huurprijs en onder dezelfde voor waarden te aanvaarden. Met de Commissie van Fabricage zijn wij van oordeel, dat tegen verhuring van dit pand aan den heer van Loef geen bezwaren bestaan. Wij geven Uwe Vergadering mits dien in overweging het winkelhuis Nieuwe Pijn No. 21 te verhuren aan N. van Loef, te Leiden, van 1 Mei a.s. tot 1 Mei 1939, tegen een jaarlijksche huursom van 556. straatbelasting inbegrepen, met bepaling, dat de huur verder wordt geacht telkens voor den tijd van één jaar tegen den zelfden huurprijs en onder dezelfde voorwaarden te zijn verlengd, indien de huur niet drie maanden voor het ein digen van den huurtermijn schriftelijk door een der partijen is opgezegd, met dien verstande, dat de huur in elk geval zal eindigen op 1 Mei 1948, zonder dat eenige opzegging daartoe wordt vereischt, en verder onder de in de Lees kamer ter visie liggende voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 67. Leiden, 1 April 1938. Van den heer W. F. Kanbier, huurder van het perceel aan de Haarlemmerstraat no. 165a, (twee verheelde pak huizen), is een verzoek om huurvermindering ingekomen. Dit perceel werd aan hem verhuurd bij raadsbesluit van 10 Februari 1936 (Ingek. Stukken no. 16) van 1 Mei 1936 tot 1 Mei 1937, en voorts van jaar tot jaar, uiterlijk tot 1 Mei 1946, tegen den huurprijs van 350.per jaar. Met de Commissie van Fabricage zijn wij van oordeel, dat op grond van de in de stukken vermelde omstandig heden er in dit geval aanleiding is den huurprijs te verlagen tot 200.per jaar. Wij geven Uw Vergadering mitsdien in overweging Uw besluit van 10 Februari 1936, inzake de verhuring van het perceel aan de Haarlemmerstraat 165a aan W. F. Kanbier, in dier voege te wijzigen, dat met ingang van 1 Mei 1938 de huurprijs wordt verlaagd tot 200.per jaar. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 68. Leiden, 1 April 1938. In verband met ver- en bebouwing ter plaatse dienen eenige strooken grond aan de gemeente teworden overgedragen. Wij stellen Uw Vergadering mitsdien voor te besluiten kosteloos in eigendom bij de gemeente over te nemen de volgende voor straat bestemde strooken grond: a. van de N.V. „Gemeenschappelijk Eigendom'', Maat schappij tot Exploitatie van woon- en winkelhuizen, te 's-Gravenhage 1° de strook grond, groot 2345 M2, deel uitmakende van de perceelen, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie M, nis 996 en 997, op de voorgelegde kaart I met donkerbruine en lichtbruine kleur aangegeven, nabij de Fruinlaan 2° de strook grond, groot 5845 M2, deel uitmakende van de perceelen, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie M, nis 2870, 2871, 6072 en 6258, op de overgelegde kaart II met donkerbruine en lichtbruine kleur aangegeven, nabij de De Sitterlaan; 3° de strook grond, groot 6085 M2, deel uitmakende van de perceelen, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie M, nis 5212, 5105 en 992, op de overgelegde kaart III met donkerbruine en lichtbruine kleur aangegeven, aan de Van den Brandelerkade, een en ander onder beding, dat aan de gemeente worden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1938 | | pagina 14