7 nog van de zorg van een asyl voor passanten wordt ont slagen, zulks zonder dat de gemeente iets meer behoeft uit te geven dan thans voor de Stedelijke Werkinrichting alleen. Het spreekt wel van zelf, dat ons College onder deze omstandigheden geen oogenblik aarzelt, om de oplossing, welke een samengaan met het Leger des Heils biedt, bij Uwe Vergadering aan te bevelen. Ook het bestuur van de Stedelijke Werkinrichting, is, blijkens zijn in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven van 24 December j.l., de meening toegedaan, dat deze oplossing moet worden aanvaard. Wij meenen, dat het hier de plaats is om bij voorbaat een bedenking, welke wellicht tegen het exploiteeren van de inrichtingen door het Leger des Heils zou kunnen worden gemaakt, te weerleggen. Wij hebben het oog op de gewoonte van het Leger des Heils, om in zijn werkinrichtingen des Zondagsmorgens een korte wijdingsoefening te doen houden, bij welke oefeningen de in die inrichtingen opgenomenen verplicht zijn aanwezig te zijn. Wat daaromtrent de Maatschappelijk Secretaris schrijft, lijkt ons voldoende om die bedenking grootendeels weg te nemen, al zouden wij het hebben geprefereerd, dat daar omtrent volledige vrijheid zou hebben bestaan. De desbetreffende passage uit het schrijven van den Maatschappelijk Secretaris luidt „lederen Zondagmorgen te 8 uur wordt na afloop van „het ontbijt een korte godsdienstoefening gehouden, welke „wordt geleid door den Directeur van de Inrichtingen of „door den Leider van het Maatschappelijk Werk. Dan „worden eenige toepasselijke liederen gezongen, een Bijbel gedeelte voorgelezen en een korte toespraak gehouden. „Deze diensten worden met gebed geopend en gesloten en „duren in totaal circa 45 minuten. Het bijwonen van deze „Aandacht" bij den aanvang van iederen Zondag is ver plicht gesteld. Dit geschiedt in den geest van een groot „huisgezin, waar de vader zijn kinderen bijeen brengt om „den Zondag met een korten wijdingsdienst te beginnen. „Het uur dezer diensten is expres zoo gesteld, dat ieder „die dat wil bovendien de godsdienstoefening van zijn eigen „geloofsovertuiging kan bijwonen. Niemand wordt daarin „verhinderd. Integendeel, dit wordt veeleer aangemoedigd. „In onze korte diensten zelf wordt alles wat maar zweemt „naar sectarisme zorgvuldig gemeden. Het is, zooals reeds „gezegd, een vriendelijke wijdings-stonde aan het begin van „den gewijden dag. „Dit is een vast beginsel geldend in honderden Inrich tingen van de Stichting „Het Leger des Heils" over de „gansche wereld, en wij mogen met gerustheid zeggen, dat „dit nog nimmer eenig conflict heeft teweeg gebracht". Indien Uwe Vergadering in beginsel met onze zienswijze en met die van het bestuur der Stedelijke Werkinrichting zou kunnen instemmen, zou de voorbereiding van de op richting van de bedoelde maatschappelijke inrichtingen verder ter hand kunnen worden genomen, opdat t. z. t. definitieve voorstellen aan Uwe Vergadering kunnen worden gedaan. Zooals gezegd, ons College is zonder voorbehoud van oordeel, dat het vraagstuk van de reorganisatie van de Stedelijke Werkinrichting in een samenwerking met het Leger des Heils een gelukkige oplossing zal vinden en wij geven U in overweging om: 1°. in beginsel te besluiten: a. tot opheffing van de Stedelijke Werkinrichting; b. tot het doen verbouwen van de voormalige Kweek school voor Onderwijzers en Onderwijzeressen, het gebouw der Stedelijke Werkinrichting en. het voormalige asyl voor dakloozen met daaraan grenzend pakhuis, overeenkomstig de overgelegde plannen en tot beschikbaarstelling van die gebouwen aan de Stichting „Het Leger des Heils" op den voet als bovenomschreven, ten einde daarin te vestigen en te exploiteeren een goedkoop volkslogement, een werk inrichting, tevens tehuis voor mannen en een asyl voor passanten. 2°. de voorstellen van de heeren Wilmer, van Stralen en Knuttel als afgedaan te beschouwen. Volledigheidshalve wordt nog aangeteekend, dat de minderheid van ons tegenwoordig College, indien de finan- ciëele omstandigheden van de gemeente gunstiger waren geweest, aan een gemeentelijke werkinrichting de voorkeur zou hebben gegeven. Ten slotte deelen wij U mede, dat wij, in verband met het aan den heer Hasselbach met ingang van 1 Januari j.l., wegens het bereiken van de leeftijdsgrens, verleende ont slag als Directeur der Stedelijke Werkinrichting, op advies van het bestuur dier instelling, het Leger des Heils hebben verzocht, iemand van zijnentwege voorloopig te belasten met de leiding van die inrichting. Wij oordeelden het, aangezien wij verwachten, dat Uwe Vergadering zich met ons bovenstaand voorstel zal ver eenigen, met het bestuur van de Stedelijke Werkinrichting, ongewenscht, dat die leiding, zij het voor betrekkelijk kort tijdsverloop, in handen zou worden gelegd van een tijdelijk te benoemen functionaris. Met het oog op de te verwachten toekomstige exploitatie door het Leger des Heils, kwam het ons beter voor die leiding in handen te leggen van een door die instelling aangewezen persoon. Het Leger des Heils heeft op de meest bereidwillige wijze aan ons verzoek voldaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1937 | | pagina 7