137
der oude woningen van de Vereeniging tot Bevordering van
den Bouw van Werkmanswoningen.
In verband met belangrijke onderhoudswerken, welke in
1936 moesten worden verricht, heeft de rekening over dat
jaar een nadeelig saldo van ƒ1920.42 opgeleverdaangezien
verder voor uitkeering van 3 dividend een som van
1674.benoodigd is, moet de gemeente een bedrag van
3594.42 bijbetalen.
Dit bedrag kan worden bestreden uit den post „Onvoor
ziene Uitgaven" van de loopende begrooting, waarop thans
nog een bedrag van 5510.35 beschikbaar is.
Overeenkomstig het advies van de Commissie van Finan
ciën geven wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging:
a. de rekening over 1936 van het plan der oude woningen
van de Vereeniging tot Bevordering van den Bouw van
Werkmanswoningen goed te keuren, met dien verstande,
dat een bedrag van 3594.42 ter beschikking van de vereeni
ging wordt gesteld, ten einde haar in staat te stellen over
1936 3 dividend over het aandeelenkapitaal uit te keeren
b. vast te stellen den hierbij overgelegden begrootingsstaat,
model E, dienst 1937, groot ƒ3594.42.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 206. Leiden, 3 December 1937.
In Ingekomen Stukken No. 68 van dit jaar deelden wij
Uwe Vergadering mede, dat wij, in overeenstemming met
een terzake uitgebracht advies van de Commissie van
Fabricage, den voormaligen Dienst van het Bouw- en Woning
toezicht hadden opgedragen voorstellen te doen tot onbe
woonbaarverklaring van slechte woningen, ten einde de
opruiming van krotten geleidelijk ter hand te nemen.
Blijkens de in de Leeskamer ter visie liggende stukken
is reeds een groep woningen aan een onderzoek onder
worpen, bij welk onderzoek is geconstateerd, dat de hierna
te noemen 27 woningen, aan poorten en sloppen gelegen,
in zoodanig slechten toestand verkeeren, dat zij niet door
het aanbrengen van verbeteringen in bewoonbaren toestand
kunnen worden gebracht; ook naar het oordeel van de
Commissie van Fabricage en den Inspecteur van de Volks
gezondheid dient derhalve onbewoonbaarverklaringplaats
te hebben.
De termijn van ontruiming ware op 6 maanden te stellen.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging:
I. tot onbewoonbaarverklaring van de navolgende woningen
over te gaan:
a. de woningen Zwartehandspoort Nis. 1 en 2 wegens
onvoldoende voorziening met daglicht; vochtigheid, onvol
doende verdiepinghoogteouden, vervallen toestand en brand
gevaarlijken toestand;
b. de woningen Zwartehandspoort Nis. 3 en 4 wegens
onvoldoende voorziening met daglicht; vochtigheid, onvol
doende verdiepinghoogte en ouden, vervallen toestand;
c. de woning Zwartehandspoort No. 9 wegens onvoldoende
voorziening met daglicht; onvoldoende gelegenheid tot lucht-
ververschingvochtigheid, gering oppervlak, onvoldoende
verdiepinghoogte en ouden, vervallen toestand;
d. de woning Zwartehandspoort No. 13 wegens onvol
doende voorziening met daglicht, onvoldoende gelegenheid
tot luchtververschingvochtigheid, gering oppervlak en
ouden, vervallen toestand;
e. de woningen Woutershof Nis. 3, 4, 5, 6 en 7 wegens
onvoldoende voorziening met daglicht, onvoldoende gelegen
heid tot luchtverversching; vochtigheid en onvoldoende
constructie (halfsteensbouwmuren)
de woning Mirakelsteeg No. 8 wegens geringe opper
vlakte, onvoldoende inrichting van den toegang, onvoldoende
verdiepinghoogte, uitermate brandgevaarlijken toestand en
slechte indeeling;
g. de woningen Dirkspoort Nis. 1, 2, 3 en 4 wegens onvol
doende voorziening met daglicht, onvoldoende gelegenheid
tot luchtverversching; vochtigheid, gering oppervlak, ont
breken van een doorloopend privaat;
h. de woning Dirkspoort No. 5 wegens onvoldoende voor
ziening met daglicht, onvoldoende gelegenheid tot lucht
verversching; vochtigheid, gering oppervlak, onvoldoende
verdiepinghoogte en slechte indeeling;
i. de woningen Fokkeplein Nis. 1, 2 en 3 wegens onvol
doende voorziening met daglicht; vochtigheid, onvoldoende
verdiepinghoogte en ouden, vervallen toestand;
j. de woningen Bethlehemshof Nis. 1, 2, 3 en 4 wegens
onvoldoende gelegenheid tot luchtverversching; vochtigheid,
ouden, vervallen toestand, slechte indeeling, gering opper
vlak, ontbreken van door loopende privaten;
lc. de woning Bethlehemshof No. 5 wegens onvoldoende
voorziening met daglicht, onvoldoende gelegenheid tot
luchtverversching; vochtigheid, slechte indeeling, gering
oppervlak, ontbreken van een doorloopend privaat;
I. de woningen Bethlehemshof Nis. 6 en 7 wegens onvol
doende gelegenheid tot luchtverversching; vochtigheid, slechte
indeeling, brandgevaarlijken toestand, gering oppervlak, ont
breken van een doorloopend privaat, ouden en tamelijk ver
vallen toestand.
II. te gelasten, dat genoemde woningen moeten zijn ont
ruimd binnen zes maanden, te rekenen van den dag, waarop
de tijd tot voorziening is verstreken of het besluit tot on
bewoonbaarverklaring is gehandhaafd.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 207. Leiden, 3 December 1937.
De Minister van Sociale Zaken heeft bij zijn in de Lees
kamer ter inzage gelegde circulaire d.d. 19 November j.l.
bericht, dat door hem wordt goedgekeurd, dat ook dit jaar
aan ondersteunde en uit hun werkloozenkas trekkende werk-
loozen een Kerstgave wordt verstrekt, aan de tot de laatste
categorie behoorenden echter indien en voor zoover zij aan
kasuitkeering plus eventueelen kastoeslag, minder ont
vangen, dan aan steun plus Kerstgave zou worden toe
gekend, indien zij geen kasuitkeering ontvingen.
De Kerstgave mag 25 bedragen van het bedrag, het
welk betrokkenen over de week van 12 t/m 18 December a.s.
aan uitkeering ontvangen, terwijl zij eveneens kan worden
toegekend over de extra-bijdrage, die aan meerderjarige
inwonende kinderen wordt uitgekeerd.
Onder mededeeling, dat in de kosten van de verstrekking
van de Kerstgave eenzelfde bijdrage uit het Werkloosheids-
subsidiefonds wordt ontvangen als in de overige kosten van
steunverleening, geven wij Uwe Vergadering in overweging
te besluiten tot toekenning van de Kerstgave aan de daar
voor in aanmerking komende werkloozen, overeenkomstig
dë door den Minister van Sociale Zaken gegeven voor
schriften.
Volledigheidshalve deelen wij Uwe Vergadering nog mede,
dat wij aan de Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk
Hulpbetoon hebben verzocht op gelijke wijze een Kerst
gave te verstrekken aan de door haar- ondersteunde arm
lastigen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 208. Leiden, 3 December 1937.
Uit het in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven van
het bestuur der Vereeniging voor Schoolkinderkleeding en
Schoolkindervoeding zal U blijken, dat dit bestuur, wegens
voortdurende, belangrijke, toeneming van het aantal voor
verstrekking van voedsel, kleeding en/of schoeisel in aan
merking komende kinderen, zich genoodzaakt heeft gezien
te verzoeken het ten behoeve van zijn Vereeniging op de
begrooting 1937 uitgetrokken subsidie uit de gemeentekas,
ad 44.065.te verlioogen met niet minder dan 6680.—
en derhalve nader te bepalen op ƒ50.745.
Hoezeer wij het, mede met het oog op den ongunstigen
financiëelen toestand der gemeente, betreuren, dat dit verzoek
moest worden ingediend, zijn wij toch van meening, dat
het verzoek van de vereeniging dient te worden ingewilligd,
aangezien zij anders haar werk niet op denzelfden voet
zou kunnen voortzetten.
Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging te
besluiten
a. het over 1937 aan de Vereeniging voor Schoolkinderklee
ding en Schoolkindervoeding toegekend subsidie, ad 44.065.
alsnog te verhoogen met 6680.zulks eveneens onder
de Voorwaarden genoemd in artikel 10 van het Koninklijk
besluit van 19 November 1900 (S. 202), laatstelijk gewijzigd
bij Koninklijk besluit van 4 Februari 1921 (S. 48);
b. over te gaan tot vaststelling van den hierbij over
gelegden begrootingsstaat, groot ƒ6680.
De dekking van dit bedrag kan worden gevonden door
afschrijving van den post „Rente en provisie van tijdelijk
ter voorziening in de behoefte aan kasgeld opgenomen
gelden", waarop een overschot kan worden verwacht.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.