GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 135 ISAEKOHEH STUKKEN. N°. 193. Leiden, 3 December 1937. In zijn in de Leeskamer ter inzage liggend schrijven, verzoekt de heer J. M. O. de Eoo hem, wegens vertrek uit deze gemeente, ontslag te verleenen als lid van de Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon. Tegen inwilliging van dat verzoek bestaat noch bij die Commissie, noch bij ons College bezwaar. Ter voorziening in de ontstane vacature, alsmede ter vervulling van de op 1 Januari a.s., tengevolge van de periodieke aftreding van mevrouw C. P. Braggaarde Does en den heer Th. B. J. Wilmer, in genoemde Commissie openkomende plaatsen, bieden wij Uwe Vergadering, na raadpleging der Commissie, de volgende aanbevelingen aan VacatureJM. C. de Boo: 1°. J. A. N. DEN TONKELAAE, 2°. J. POELIJOE. VacatureG. P. Braggaarde Does: 1°. C. P. BEAGGAAE—DE DOES, 20. J. C. DE CLEE—DE BEUIJN. VacatureTh. B. J. Wilmer: 1°. TH. B. J. WILMEE, 2°. H. LOMBEET. Wij geven Uwe Vergadering alsnu in overweging: a. den heer J. M. C. de Eoo eervol ontslag te verleenen als lid van de Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon, onder dankzegging voor de als zoodanig be wezen diensten; b. ter voorziening in de ontstane vacature en de op 1 Januari a.s. openkomende plaatsen, tot benoeming van een drietal leden van genoemde Commissie over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 194. Leiden, 3 December 1937. Bij zijn in de Leeskamer ter inzage liggend adres, ver zoekt Dr. Mr. J. W. Verburgt, wegens gezondheidsredenen hem met ingang van 1 Januari 1938 eervol ontslag te ver leenen uit zijn betrekking van Archivaris der gemeente. Onder mededeeling, dat noch bij de Commissie voor het Oud-Archief, noch bij ons College tegen inwilliging van het verzoek bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in over weging aan Dr. Mr. J. W. Verburgt met ingang van 1 Januari 1938 eervol ontslag te verleenen uit zijn betrekking van Archivaris der gemeente. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 195. Leiden, 3 December 1937. Bij zijn ter visie liggend schrijven verzoekt de heer H. P. Veldhuyzen met ingang van 1 Januari a.s. ontslag uit zijn betrekking van stadsgeneesheer. Onder mededeeling, dat de heer Veldhuyzen in genoemde functie laatstelijk voor den duur van twee jaren werd be noemd tot 1 Januari 1938 en tegen inwilliging van het verzoek geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in overweging aan den heer H. P. Veldhuyzen met ingang van 1 Januari a.s. eervol ontslag uit zijn functie van stads geneesheer te verleenen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 196. Leiden, 3 December 1937. Tegen inwilliging van het in de Leeskamer ter inzage gelegd verzoek van den heer J. Aalbersberg bestaat bij ons College geen bezwaar. Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging aan den heer J. Aalbersberg, met ingang van 1 Januari 1938, eervol ontslag te verleenen uit zijn betrekking van ambtenaar van den Burgerlijken Stand dezer gemeente. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 197. Leiden, 3 December 1937. Bij zijn in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven ver zoekt de heer Mr. Dr. H. D. M. Knol om eervol ontslag als tijdelijk leeraar in de Handelswetenschappen aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij, met verwijzing naar de mede in de Leeskamer ter inzage gelegde adviezen van de Commissie van Toezicht op, en den Inspecteur van het Middelbaar Onderwijs, Uwe Vergadering in overweging, aan den heer Mr. Dr. H. D. M. Knol, met ingang van 1 Januari 1938, eervol ontslag te verleenen als tijdelijk leeraar in de Handelswetenschappen aan de Hoogere Burger school voor Meisjes. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 198. Leiden, 3 December 1937. Bij haar in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven verzoekt Mejuffrouw A. L. de Vries om eervol ontslag als onderwijzeres.bij het openbaar vervolgonderwijs voor meisjes. Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in overweging aan Mejuffrouw A. L. de Vries, met ingang van 1 Januari 1938, eervol ontslag te verleenen uit hare be trekking van onderwijzeres bij het openbaar vervolgonder wijs voor meisjes. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 199. Leiden, 3 December 1937. In verband met ver- en bebouwing ter plaatse dienen eenige strooken grond aan de gemeente te worden over gedragen. Wij stellen Uw Vergadering mitsdien voor te besluiten kosteloos in eigendom bij de gemeente over te nemen de volgende voor straat bestemde strooken grond: a. van de N.V. „Gemeenschappelijk Eigendom", Maat schappij tot Exploitatie van Woon- en Winkelhuizen, te 's-Gravenhage 1. de strook grond, groot 8150 M2., deel uitmakende van de perceelen kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie M, Nis 2870, 4007 en 6072, op de overgelegde kaart I met donkerbruine en lichtbruine kleur aangegeven, nabij de De Sitterlaan 2. de strook grond, groot 1275 M2., deel uitmakende van de perceelen kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie M, Nis 5198 en 5199, op de overgelegde kaart II met donker bruine en lichtbruine kleur aangegeven, nabij de Eood.en- burgerstraat, een en ander onder beding, dat aan de gemeente worden vergoed de kosten van straataanleg c.a. op den voet van de mede overgelegde specificaties; b. van J. Eavestein, te Leiden, de strook grond, groot 50 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie L, No. 1378, op de over gelegde kaart III met bruine kleur aangegeven, gelegen aan de Lopsenstraat, met dien verstande, dat in verband met een op het kadaster gebleken onjuiste tenaamstelling, de gemeente aan hem kosteloos in eigendom overdraagt het rood gekleurde strookje grond, groot 0.30 M2, deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie L No. 1379; c. van de N. V. Hollandsche Constructiewerkplaatsen, te Leiden, de strook grond en water, groot 205 M2, deel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1937 | | pagina 1