93 worden bewaard, dat de leerlingen ervan kennis kunnen nemen. Art. 13. Een verzoek om ontslag moet ten minste drie maanden voor den datum van ingang van bet ontslag aan den Ge meenteraad worden ingezonden. Slotbepaling. Art. 14. Deze verordening treedt in werking op 1 November 1937. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 1 64. Leiden, 15 October 1937. Naar aanleiding van het in Uw Vergadering van 10 Mei 1937 om prae-advies in onze handen gestelde adres van de leiders en leidsters der B. K. Jeugd en Jongerenbeweging te Leiden i. z. een verbod van gemengde baden en zonne baden, geeft de meerderheid van ons College Uw Vergadering in overweging de hierbij overgelegde, door de Commissie voor de Strafverordeningen ontworpen verordening op de zweminrichtingen en zwemgelegenheden vast te stellen. In het eerste lid van het op dit onderwerp betrekking hebbende art. 3 is een verbod neergelegd om in een zweminrichting personen van verschillend geslacht boven een bepaalden leeftijd toe te laten, terwijl in het laatste lid aan ons College voor ieder bijzonder geval een vrijstellings-bevoegd- heid is gegeven, voor de redactie waarvan aansluiting is gezocht bij de door Uw Vergadering op 21 December 1936 vastgestelde voorwaarden, waaronder een garantie voor een leening ten behoeve van een Sportfondsenbad werd verleend. De mogelijkheid tot gemengd zonnebaden is dan ook volstrekt uitgesloten. De minderheid van ons College zou gemengde zonne baden en gemengde baden willen toestaan, mits onder behoorlijk toezicht. In de verordening is naar aanleiding van een daartoe strekkend voorstel van den Directeur van den Gemeente lijken Geneeskundigen- en Gezondheidsdienst tevens bepaald, dat voor de oprichting en de exploitatie van een zwem inrichting een vergunning van ons College wordt vereischt. De vergunning zal niet worden verleend, wanneer ernstige hygiënische bezwaren zich daartegen verzetten (wij wijzen slechts op de ziekte van Weil) of wanneer de Verordening op het Bouwen en Sloopen niet is nageleéfd. Aan de ver gunning kunnen voorwaarden worden verbonden, speciaal met betrekking tot de orde, de veiligheid, de zedelijkheid en de hygiëne in de inrichting. Onder verwijzing naar in de in de Leeskamer ter visie neergelegde stukken, geven wij alsnu Uw Vergadering in overweging over te gaan tot vaststelling van de volgende verordening VERORDENING, op de zweminrichtingen en zwemgelegenheden. Art. 1. Onverminderd hetgeen bij of krachtens de bepalingen der Woningwet is geregeld met betrekking tot het oprichten van gebouwen, zoomede hetgeen in de verordening op de Straatpolitie met betrekking tot het baden en zwemmen is bepaald, gelden voor zweminrichtingen en zwemgelegenheden de volgende bepalingen. Art. 2. Het is verboden zonder vergunning van Burgemeester en Wethouders een voor het publiek toegankelijke zwem inrichting of zwemgelegenheid op te richten of te hebben of op andere wijze aan het pubhek gelegenheid tot baden of zwemmen te geven. Onder een voor het pubhek toegankelijke inrichting of gelegenheid is voor de toepassing van deze verordening mede begrepen een inrichting of gelegenheid, waartoe leden van vereenigingen, clubs of andere dergelijke besloten kringen mede of uitsluitend en al dan niet tegen betaling toegang hebben. De in het eerste lid bedoelde vergunning wordt geweigerd a. indien de plaats van de gelegenheid of inrichting zoo danig is, dat gevaar voor de gezondheid door verontreiniging van het water kan ontstaan; b. indien de bij de inrichting of gelegenheid behoorende gebouwen niet voldoen aan de bij of krachtens de ver ordening op het Bouwen en Sloopen daaraan gestelde eischen: c. indien in de omgeving van de inrichting of gelegenheid ratten nestelen of plegen te nestelen. Burgemeester en Wethouders kunnen aan de vergunning voorwaarden verbinden, welke betrekking hebben op: a. de tijden van openstelling van de inrichting of ge legenheid b. de inrichting van de bijbehoorende terreinen; c. maatregelen tot afweer en verdelging van ratten; d. de opberging en verwijdering van spijsresten, afval en ander vuilnis; e. de verversching, reiniging, beveiliging en het onderzoek van bad- en zwemwater, benevens de daaraan te stellen eischen en de hoedanigheid van het overige in de inrichting of gelegenheid aanwezige water; de bekendmaking van voorschriften, o. a. door het plaatsen van waarschuwingsborden; g. maatregelen van orde, zedelijkheid en gezondheid en het uitoefenen van toezicht daarop; h. de bekwaamheid en geschiktheid en het aantal van het toezichthoudend personeel; i. de aanwezigheid van privaten en urinoirs en den afvoer van faecaliën en urine; j. de inrichting en het gebruik van kleedkamers, bassins, speelvelden en springtoestellen, de aanwezigheid en het gebruik van douches en een inrichting voor voetwassching, alsmede de aanwezigheid en hoedanigheid van reddings middelen. Art. 3. Het is verboden in een zweminrichting of zwemgelegenheid, als bedoeld in art. 2, tegelijkertijd personen van verschillend geslacht, boven den leeftijd van 12 jaren toe te laten. Het in het eerste lid bedoelde verbod is niet van toe passing op een inrichting of gelegenheid, die naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders voldoende gescheiden afdeelingen voor mannen en vrouwen bevat. Van het bepaalde in het eerste lid kunnen Burgemeester en Wethouders voor zooveel betreft het gelegenheid geven tot gemengde baden in elk bijzonder geval vrijstelling ver- leenen. Aan een zoodanige vrijstelling kunnen voorwaarden met betrekking tot de orde en de zedelijkheid worden ver bonden. Art. 4. Het is verboden te baden of te zwemmen in zwem inrichtingen of zwemgelegenheden of op plaatsen, ten aan zien waarvan door Burgemeester en Wethouders de in art. 2 bedoelde vergunning niet is verleend. Art. 5. Het is verboden in of in de nabijheid van zweminrichtingen of zwemgelegenheden spijsresten, afval of ander vuilnis neer te leggen of te laten liggen, anders dan in de daartoe bestemde vuilnisbakken. Art. 6. Voor de overtreding van de in het eerste lid van art. 2 en in art. 3 bedoelde verboden zijn de beheerders, bestuur ders, ondernemers of eigenaren van de daar bedoelde ondernemingen of inrichtingen aansprakelijk. Art. 7. Een besluit tot weigering van een vergunning, bedoeld in art. 2 wordt door Burgemeester en Wethouders schrif telijk en met redenen omkleed aan den aanvrager mede gedeeld. Art. 8. Alle vergunningen, krachtens deze verordening te ver- leenen, worden schriftelijk verleend, na ingewonnen advies van den Directeur van den Gemeentelijken Geneeskundigen en Gezondheidsdienst. Zij worden geacht te zijn verleend tot wederopzeggens, tenzij een tijdsbepaling daarin is uit gedrukt. Indien een of meer bepalingen dezer verordening of der krachtens deze verordening opgelegde voorwaarden niet worden in acht genomen en nageleefd, kunnen Burgemeester en Wethouders de vergunning intrekken; echter niet dan nadat belanghebbende schriftelijk is gewaarschuwd alsnog binnen een door Burgemeester en Wethouders te stellen termijn aan zijn verplichtingen te voldoen. De vergunning kan verder door Burgemeester en Wet houders worden ingetrokken: a. indien zich omstandigheden voordoen, welke gevaar opleveren voor de orde, zedelijkheid of gezondheid, voor-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1937 | | pagina 3