52
Aangezien slechts 2000.beschikbaar is, dient dit bedrag
met ƒ499.51 te worden verhoogd.
Onder mededeeling, dat de desbetreffende wijziging van
de begrooting 1936 is vervat in ons voorstel, opgenomen onder
Ingek. Stukken No. 107, geven wij Uwe Vergadering alsnu
in overweging het subsidie ter dekking van het liquidatie
tekort van de met ingang van 1 Februari 1936 opgeheven
werkinrichting van de Vereeniging tot Verbetering van het
Lot der Blinden in Nederland en zijn Koloniën, afd. Leiden,
vast te stellen op 2499.51.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 102. Leiden, 25 Juni 1937.
In ons voorstel van 4 Juli 1936 (Ingek. Stukken No. 123)
deelden wij U mede, dat de als „leerschool" van de ge
meentelijke kweekschool voor onderwijzers(essen) aange
wezen school aan de Vrouwenkerksteeg, ingaande 1 September
1936, haar karakter als leerschool zou verliezen en dat,
van dien datum af, het onderwijs in de lichamelijke oefening
aan die school uitsluitend in het 5e en 6e leerjaar (dus
niet meer in alle leerjaren) door vakonderwijzers(essen) zou
moeten worden gegeven; een daartoe strekkende wijziging
van de Verordening, regelende het openbaar gewoon lager-
en uitgebreid lager onderwijs, werd U daarom ter vast
stelling aangeboden.
Bij nader voorstel van 1 October 1936 (Ingek. Stukken
No. 173) merkten wij echter op, dat inmiddels was komen
vast te staan, dat de z.g. examenklasse van de voormalige
gemeentelijke kweekschool als parallelafdeeling van de
Haagsche rijkskweekschool in Leiden zou blijven en dat de
leerschool gedurende den cursus 19361937 als oefenschool
voor die examenklasse zou dienen. In verband met de om
standigheid, dat de lichamelijke oefening voor de leerlingen van
de kweekschool examenvak is, kon dus het vakonderwijs
in de lichamelijke oefening aan die oefenschool bezwaarlijk
worden gemist, zoodat wij ons aanvankelijk voorstel tot
wijziging van genoemde verordening voorloopig terugnamen,
onder mededeeling, dat wij tegen het einde van den cursus
19361937 op deze aangelegenheid zouden terugkomen.
Op grond hiervan en met verwijzing naar het in de Lees
kamer ter inzage gelegd advies van de Commissie voor het
Onderwijs, geven wij U alsnu in overweging, vast te stellen
de navolgende
VERORDENING,
houdende wijziging van de Verordening van 30 Juli 1923
Gemeenteblad No. 25), regelende het openbaar gewoon
lager- en uitgebreid lager onderwijs in de gemeente
Leiden, laatstelijlc gewijzigd bij verordening van
6 April 1936 (Gemeenteblad No. 8).
Artikel I.
Het 2e lid van artikel 8 van bovengenoemde verordening
wordt gelezen als volgt
„Het onderwijs in de lichamelijke oefening wordt uit
sluitend in het vijfde leerjaar en de hoogere leerjaren door
vakonderwij zers(essengegeven
Art. II.
Deze verordening treedt in werking op 1 September 1937.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 103. Leiden, 25 Juni 1937.
Ingevolge de laatste alinea van art. 39 van de verorde
ning op het beheer van de bedrijven der gemeente, is die
verordening slechts van kracht tot en met het dienst
jaar 1935.
De verordening op het beheer van het Grondbedrijf
bevat een soortgelijke bepaling; art. 21 beperkt haar gel
digheidsduur tot en met het dienstjaar 1937.
Het is derhalve noodig ten aanzien van beide verorde
ningen den termijn te verlengen. Wij zouden deze verlenging
voor een bepaald aantal dienstjaren, b.v. tot en met het
dienstjaar 1942, willen doen plaats hebben. Weliswaar is
het mogelijk, dat eerlang nog andere wijzigingen in de
Algemeene Bedrijfsverordening moeten worden aangebracht
b.v. met betrekking tot de afschrijvingen bij en het
vernieuwingsfonds van de Lichtfabrieken doch een der
gelijke termijn behoeft geenszins aan tusschentijdsche
wijzigingen in den weg te staan.
Wij geven Uwe Vergadering derhalve in overweging
vast te stellen de volgende verordeningen:
I. VERORDENING,
houdende wijziging van de verordening van 2 Juli 1934
(Gemeenteblad No. 19) op het beheer van de
bedrijven der gemeente Leiden.
Artikel I.
In art. 39, laatste lid van bovengenoemde verordening
wordt voor „1935", gelezen: „1942".
II. VERORDENING,
houdende wijziging van de verordening van 2 Juli 1934
(Gemeenteblad No. 20) op het beheer van het
Grondbedrijf der gemeente Leiden.
Artikel I.
In art. 21, laatste lid van bovengenoemde verordening
wordt voor „1937" gelezen „1942".
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 104. Leiden, 25 Juni 1937.
Bij ons voorstel in zake den aanleg van een militair
oefenterrein met sportveld nabij den Haagweg (Ingek.
Stukken No. 9 van dit jaar) deelden wij Uwe Vergadering
mede, dat, in verband met dien aanleg, eenige wijzigingen
van niet ingrijpenden aard in het uitbreidingsplan zouden
moeten worden aangebracht.
De ontwerp-plannen tot die herziening bieden wij U
hierbij thans ter vaststelling aan (teekeningen B en D).
Blijkens teekening B zal de herziening ten aanzien van
de op die teekening met grijze omranding aangegeven
gronden, gelegen ten Zuidoosten van den Haagweg, welke
thans o.m. bestemd zijn voor sport- en speelvelden en
arbeiders- en kleine middenstands-wonmgbouw, voornamelijk
moeten omvatten een wijziging van die bestemming in
militair oefen- en sportterrein, alsmede het in Westelijke rich
ting verleggen van de geprojecteerde straat No. 69 en een
versmalling van plein II, liggende in het verlengde van
die straat.
Tengevolge van deze herziening moeten eenige wijzigingen
in Tabel III, bedoeld in artikel 4, lid 1, van de verordening,
houdende voorschriften ten aanzien van de bebouwing en
het gebruik van de in het uitbreidingsplan der gemeente
Leiden begrepen gronden worden aangebracht.
Blijkens teekening D zal de herziening ten aanzien van
de op die teekening met grijze omranding aangegeven gron
den, gelegen ten Zuidwesten van den Lage Morschweg en
buiten het gedetailleerde gedeelte van het uitbreidingsplan,
en o. m. bestemd voor „exercitieterrein", zich kunnen be
palen tot wijziging van de bestemming voor „exercitie
terrein" in „sport- en speelvelden".
De ontwerpen hebben gedurende den in de woningwet
voorgeschreven termijn op de gemeentesecretarie voor een
ieder ter inzage gelegen. Er zijn geen bezwaren ingediend.
Op grond van het vorenstaande geven wij Uwe Verga
dering, in overeenstemming met het advies van de Com
missie van Fabricage en met verwijzing overigens naar de
in de Leeskamer neergelegde stukken, in overweging, het
plan van uitbreiding voor de gemeente Leiden, vastgesteld
bij Raadsbesluit van 6 November 1933 en laatstelijk her
zien bij Raadsbesluit van 17 Augustus 1936, te herzien in
dier voege, dat
a. Kaart II en Kaart IV van dit plan worden gewijzigd,
zooals op de hierbijbehoorende teekeningen, onderscheidenlijk
gemerkt B en D, ten aanzien van het op die teekeningen
met een grijze omlijning omgeven gebied, is aangeduid;
b. Tabel III, bedoeld in artikel 4, lid 1, van de veror
dening, houdende voorschriften ten aanzien van de bebou
wing en het gebruik van de in het uitbreidingsplan der
gemeente Leiden begrepen gronden, wordt gewijzigd als
volgt
1°. „6" in kolom 1, alsmede de vermeldingen ten aan
zien van straat n°. 6 in de kolommen 2 tot met 8 ver
vallen
2°. de vermeldingen met betrekking tot straat n°. 69
in de kolommen 6, 7 en 8 worden vervangen onderschei
denlijk door: „50°", „6" en „6";
