80 b. aan de Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus te benoemen 1. voor den duur van den cursus 19361937, tot tijdelijk leeraar in de wiskunde Ir. A. A. Lagaay en tot tijdelijk leeraar in het Bngelsch J. H. Zorn; 2. tot en met 31 December 1936 tot tijdelijk leerares in het Duitsch Mejuffrouw L. C. J. Wery. De adviezen van de Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs en van den Inspecteur van het Gym nasiaal en Middelbaar Onderwijs zijn mede in de Leeskamer ter inzage gelegd. Aart den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Ho. 152. Leiden, 28 Augustus 1936. Ter voorloopige voorziening in de vacature van onder wijzeres, welke ten gevolge van het aan mej. J. J. G. Bruintjes verleend ontslag ontstond aan de school voor buitengewoon lager onderwijs, werd door ons College, mej. EL M. Kapteijn, met ingang van 1 December 1935, aan die school benoemd tot tijdelijk onderwijzeres voor een proeftijd, loopende tot en met 31 Augustus a.s., welke proeftijd nader is verlengd tot de in September a.s. te houden vergadering van Uwen Baad. Het tijdelijk karakter van deze aanstelling hield verband met de omstandigheid, dat mej. Kapteijn niet in het bezit was van de akte voor handenarbeid. Aangezien bedoelde proeftijd weldra zal zijn verstreken en mej. Kapteijn inmiddels de hiervoren bedoelde akte heeft behaald, geven wij Uwe Vergadering, met verwijzing naar het bij de stukken in de Leeskamer gevoegd advies van den Inspecteur van het Buitengewoon Lager Onderwijs, in overweging mej. H. M. Kapteijn, met ingang van een nader door ons College te bepalen datum, te benoemen tot onder wijzeres aan de school voor buitengewoon lager onderwijs. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 153. Leiden, 28 Augustus 1936. Tegen inwilliging van het in de Leeskamer ter inzage liggend verzoek van den heer J. A. van Hamel, om ontslag als Ambtenaar van den Burgerlijken Stand, bestaat bij ons College geenerlei bezwaar. Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging aan den heer J. A. van Hamel, op diens verzoek, eervol ont slag te verleenen als Ambtenaar van den Burgerlijken Stand, uitsluitend belast met het sluiten van huwelijken, onder dankbetuiging voor de gedurende een reeks van jaren als zoodanig aan de gemeente bewezen diensten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 154. Leiden, 28 Augustus 1936. Blijkens de in de Leeskamer ter visie liggende stukken ontving de gemeente wederom aanbiedingen voor het aan gaan van een vaste geldleening, n.l. van den heer W. J. vanKregten voor een geldleening bij de Nationale Levens verzekering-Bank N.V. van 500.000.en van de Indische Pensioenfondsen voor een geldleening van 750.000.bij die instelling, beide tegen een rente van 4J per jaar, parikoers en met een looptijd van 35 jaren. Aangezien het zoowel met het oog op de kaspositie, als in verband met de a.s. aflossing van de 5-jarige 5 geld leening van 2.000.000.gewenscht is eveneens van deze aanbiedingen, die ook overigens aannemelijk zijn, gebruik te maken, geven wij Uwe Vergadering, in overeenstemming met het advies van de Commissie van Financiën, in over weging door vaststelling van de in de Leeskamer ter visie liggende besluiten, de volgende geldleeningen aan te gaan: a. bij de Nationale Levensverzekering-Bank N.V. te Botterdam een geldleening van 500.000.tegen een rente van 4J per jaar en tegen parikoers; b. bij de Indische Pensioenfondsen een geldleening van 750.000.tegen een rente van 4J per jaar en tegen parikoers. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 155. Leiden, 28 Augustus 1936. Bij raadsbesluit van 13 Juli j.l. (Ingek. Stukken Ho. 115) werd van de H.V. de Leidsche Katoen Maatschappij aan gekocht het fabriekscomplex, gelegen tusschen de Heeren gracht en de Zijlsingelgracht. Beeds spoedig daarna kwam van de firma A. H. J. Wijtenburg, alhier, een verzoek in, om het tot dit complex behoorende fabrieksgebouw aan de Zijlsingelgracht met het bijbehoorend terrein, alsmede ge deelten water van de Binnenvestgracht van de gemeente te mogen koopen. Het gebouw is op de overgelegde situatie- teekening met donker-roode kleur, het terrein en de ge deelten water met licht-roode kleur aangegeven. Het is de bedoeling van adressante in het pand haar sigarenfabriek te vestigen. Aangezien ook met handhaving van dit fabrieksgebouw een behoorlijke saneering van deze stadsbuurt mogelijk blijft, en het voor de gemeente van belang is het behoud van deze industrie binnen haar grenzen te verzekeren, waren wij met de Commissies van Fabricage en van Financiën van oordeel, dat tegen verkoop geen bezwaar moest worden gemaakt. Voorts waren wij met die Commissies van meening, dat uit hoofde van dat belang genoegen kon worden ge nomen met een koopsom, gelijk aan het gedeelte van den aankoopprijs, dat geacht moest worden op dit fabrieks gebouw te drukken, zijnde rond ƒ25.000. Over dezen prijs werd met de firma, na vele onder handelingen, overeenstemming bereikt, alsmede over de aan den verkoop te verbinden voorwaarden. Blijkens de stukken zal het te verkoopen gedeelte van de Binnenvestgracht op kosten van de gemeente worden gedempt, teneinde het fabrieksgebouw een uitgang te ver schaffen naar de Groenesteeg en naar de ten noorden van het pand geprojecteerde, op de teekening met bruine kleur aangeduide straat. Deze demping zal plaats vinden gelijktijdig met den aanleg van de geprojecteerde straat met brug over den Zijlsingel. In afwachting van de totstandkoming van deze werken, zullen ingevolge de voorwaarden eenige tijdelijke voorzieningen, ook ten aanzien van den toegang tot de fabriek, worden getroffen. Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie liggende stukken, geven wij Uw Vergadering alsnu in overweging aan de firma A. H. J. Wijtenburg te Leiden, te verkoopen het op de overgelegde situatieteekening met donker- en lichtroode kleur aangeduide fabrieksgebouw met bijbehoorend terrein, gelegen aan de Zijlsingelgracht, alsmede gedeelten water van de Binnenvestgracht, ter gezamenlijke opper vlakte van 6200 M2., kadastraal bekend gemeente Leiden sectie A, His 1317 en 1319 en sectie C Ho. 1605, alle ge deeltelijk, tegen den prijs van 25.000.in totaal en voorts onder de mede overgelegde voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. H°. 156. Leiden, 28 Augustus 1936. Op 13 Juli 1936 werd door Uwe Vergadering een ver ordening vastgesteld tot wijziging van de Verordening van den 25en Maart 1935 (Gemeenteblad Ho. 9) op de Winkel sluiting, waardoor aan winkeliers in en venters van fruit de gelegenheid wordt geboden in de maanden Juni, Juli en Augustus zacht fruit op de eerste vijf werkdagen der week ook van 89 uur des namiddags en op Zaterdagen ook van 1011 uur des namiddags te verkoopen. Deze ver ordening werd goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 1 Augustus 1936, Ho. 92. De Minister van Handel, Hijverheid en Scheepvaart heeft echter te kennen gegeven, dat hij er prijs op stelt, dat de redactie van het nieuwe artikel 2 a in overeenstemming wordt gebracht met die van de gewijzigde Winkelsluitingswet (artikel 4, lid 1, onder d), zoodat de woorden „wordt ver kocht" vervangen dienen te worden door de woorden „ten verkoop in voorraad is". Aangezien het hier slechts een formeele wijziging betreft, welke den inhoud van het artikel niet aantast en door ons inderdaad als een verbetering wordt beschouwd, geven wij Uw Vergadering, onder verwijzing naar de in de Leeskamer neergelegde stukken, in overweging vast te stellen de volgende VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van den 25en Maart 1935 Gemeenteblad No. 9) op de Winkelsluiting. Benig artikel. Artikel 2a van bovengenoemde verordening wordt gelezen als volgt:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1936 | | pagina 2