28 Op ons daartoe gedaan verzoek werd bij ministerieele be schikking van 15 Februari 1936 N°. 737 M I/Y. 3681 afd. Volksgezondheid bedoeld voorschot uit 's Rijks kas verhoogd. In verband met een en ander geven wij Uwe Vergadering in overweging, met wijziging van Uwe besluiten van 29 Mei 1933 en 9 Juli 1934: a. ons College te machtigen uit 's Rijks kas te aanvaarden ten behoeve van den bouw van gemeentewege van 55 arbei derswoningen een bouwvoorschot, groot 116.642,12 b. vast te stellen den hierbij overgelegden begrootingsstaat, model D, dienst 1935. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 52. Leiden, 27 Maart 1936. Op de gemeentebegrooting voor het loopende dienstjaar is onder volgn. 611 een bedrag van 42.120.uitgetrokken ten behoeve van het verleenen van aanvullenden steun aan werkloozen (z.g. B-steun), tegenover welke uitgave onder volgn. 169 een ontvang is geraamd van ƒ33.274.als sub sidie in die steunverleening. Zooals uit de toelichting op eerstgenoemden post blijkt, is bij de raming van genoemde bedragen tot grondslag ge nomen de regeling betreffende het verleenen van aanvullenden steun voor 1935. Volgens die regeling mocht over dat jaar in totaal aan aan vullenden steun niet meer worden uitgegeven, dan gemiddeld 10.per werklooze of 33.090. Behalve het niet uitgekeerde gedeelte van het voor 1935 uitgetrokken bedrag, welk gedeelte ruim 3000.bedraagt, mag echter, ingevolge de inmiddels van den Minister van Sociale Zaken ontvangen en in de Leeskamer ter inzage ge legde circulaire, over het kalenderjaar 1936 ten hoogste aan aanvullenden steun worden uitgegeven een bedrag van ge middeld 4,20 per werklooze. Het aantal werkloozen is bepaald op 4109, zijnde het ge middelde over de eerste tien maanden van 1935, zoodat het ingevolge de Ministerieele regeling ten hoogste uit te keeren bedrag over 1936 bedraagt 17.257,80. Van dit bedrag komt 9.039,80 ten laste van het Rijk. In verband met een en ander dient de gemeentebegrooting voor 1936 overeenkomstig den hierbij behoorenden begroo tingsstaat te worden gewijzigd. Tevens dienen met betrekking tot de regeling van het overschot van het op de begrooting voor 1935, ten behoeve van het verleenen van aanvullenden steun, uitgetrokken bedrag, de gemeentebegrootingen voor 1935 en 1936 een wijzi ging te ondergaan overeenkomstig den mede hierbij over gelegden begrootingsstaat. Onder opmerking, dat de, ten aanzien van het verleenen van aanvullenden steun voor het kalenderjaar 1936, gegeven voorschriften, gelijk zijn aan die voor het jaar 1935, geven wij Uwe Vergadering in overweging: a. op den voet van de circulaire van den Minister van So ciale Zaken, d.d. 29 Januari 1936, het bedrag, dat voor het jaar 1936 ter beschikking wordt gesteld voor het verleenen van aanvullenden steun aan werkloozen, nader te bepalen op 17.257,80, mits van het Rijk daarin een bijdrage wordt ontvangen van 9.039,80; b. vast te stellen de overgelegde staten, tot wijziging van de gemeentebegrootingen, dienst 1935 en dienst 1936. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 53. Leiden, 27 Maart 1936. De N.V. Gemeenschappeüjk Eigendom, Maatschappij tot Exploitatie van Woon- en Winkelhuizen, gevestigd te 's-Gravenhage, heeft de medewerking van de gemeente inge roepen, om te geraken tot aanleg van een gedeelte van de Lorentzkade, een gedeelte van de de Sitterlaan en een ge deelte van de van der Waalsstraat. De aan te leggen gedeelten zijn op de hierbij overgelegde teekeningen A en B met donker bruine en licht bruine kleur aangegeven. Verzoekster heeft zich bereid verklaard, om de voor straat c.a. bestemde strooken grond kosteloos aan de gemeente in eigendom over te dragen en heeft bereids, ter nadere ver rekening, in de gemeentekas gestort: I. ten behoeve van den aanleg van het gedeelte Lorentz kade: a. wegens kosten van straataanleg en daarmede verband houdende werken op den op teekening A met donker bruine kleur aangegeven grondf 3.130.-*- b. wegens algemeene bijdrage, bedoeld in artikel 2, 2e lid, van de verordening op den aanleg van straten en wegen 970 M2. bouw rijpe grond a 1.50) 1.455. samen 4.585. te verminderen met een vergoeding aan ver zoekster van ƒ1.per M2. voor den afstand van den met licht bruine kleur aangegeven grond, groot 485 M2., waarmede de normale straatbreedte wordt overtroffen, in totaal 485. blijft 4.100. II. ten behoeve van den aanleg van het gedeelte van de de Sitterlaan en het gedeelte van de van der Waalsstraat: a. wegens kosten van straataanleg en daar mede verband houdende werken op den op teekening B met donker bruine kleur aan gegeven grond 12.965. b. wegens algemeene bijdrage, bedoeld in artikel 2, 2e lid, van de verordening op den aan leg van straten en wegen 3690 M2. bouwrijpe grond a 1.50) 5.535. samen 18.500.— te verminderen met een vergoeding aan ver zoekster van ƒ1.per M2. voor den afstand van den met licht bruine kleur aangegeven grond, groot 400 M2., waarmede de normale straatbreedte wordt overtroffen, in totaal 400. blijft 18.100 Aangezien ons College tegen het verleenen van de ge vraagde medewerking geen bedenking heeft, geven wij Uwe Vergadering, onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage liggende stukken, in overweging, te besluiten van de N.V. Gemeenschappelijk Eigendom, Maatschappij totExploi- tatie van Woon- en Winkelhuizen, gevestigd te 's-Gravenhage, kosteloos in eigendom en onderhoud, met bestemming tot straat en plantsoen, over te nemen de op de overgelegde teekeningen A en B met lichtbruine en donkerbruine kleur aangegeven strooken grond, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie M Nis 5769 (ged.) en 5770 (ged.) en kadastraal bekend Sectie M Nis 5569 (ged.) en 5572 (ged.), ter grootte van respectievelijk 845 M2. en 2275 M2., deel uitmakende van., de Lorentzkade, van de de Sitterlaan en van de van der Waalsstraat, zulks onder beding, dat aan de gemeente worden vergoed de kosten van straataanleg c.a. op den boven aangegeven voet. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 54. Leiden, 27 Maart 1936. In aansluiting aan de mededeeling van den Wethouder van Fabricage in de Raadszitting van 10 Februari j.l., naar aan leiding van een adres van de N.V. Uitgebreid Bezit, inzake verderen aanleg van het gedeelte van de Sumatrastraat, tusschen de Atjehstraat en de Javastraat, deelen wij U het volgende mede. Bedoeld gedeelte van de Sumatrastraat is geprojecteerd op een breedte van 30 M., met een straatbaan langs de Westzijde ter breedte van 15 M. en een straatbaan langs de Oostzijde ter breedte van 7 M. Tusschen beide straatbanen is een plantsoenstrook ontworpen. Van het straatgedeelte, hetwelk over de geheele breedte aan de gemeente in eigendom toebehoort, is thans slechts de Westelijke straatbaan tot een breedte van 8.50 M. aangelegd. Het overige voor straat- en plantsoenaanleg bestemde ge deelte is daarvan afgescheiden. Uitbreiding van den aanleg van het betrokken straat gedeelte, b.v. tot op de halve straatbreedte, zooals bij be bouwing aan één zijde van een straat gebruikelijk is, is, hoewel daarop eenige malen van de zijde van belanghebbenden werd aangedrongen, nog niet voorgesteld, omdat het er ge durende geruimen tijd naar heeft uitgezien, dat ook de aan de Oostzijde van het straatgedeelte gelegen terreinen zouden worden bebouwd en, in verband daarmede, het straatgedeelte over de volle breedte zou kunnen worden aangelegd. Nu echter de plannen tot bebouwing van die terreinen nog steeds niet tot uitvoering zijn gekomen, is er thans o.i. aan leiding om tot uitbreiding van den aanleg van het betrokken straatgedeelte over te gaan. Wij zouden die uitbreiding in het onderhavige geval niet tot de halve straatbreedte willen beperken, doch den straat aanleg willen uitbreiden tot over de ontworpen plantsoen- strook. Er behoeft dan slechts een strook van 7 M. van de aan-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1936 | | pagina 2