24
MAANDAG 10 F
EBEUAEI 1930.
(Voorzitter.)
9°. Bezwaarschrift van de N.V. Gebrs. van Hoeken's
Houthandel tegen het ontwerp van een plan tot herziening
van het uitbreidingsplan.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt
besloten het bezwaarschrift te stellen in handen van Burge
meester en Wethouders om praeadvies.
10°. Adres van de Commissie van uitvoering van het
Leidsch Universiteits-Fonds te Leiden naar aanleiding van
het amendement van den heer van der Voort op art. 20,
2e lid, van de ontwerp-verordening houdende regeling van
den rechtstoestand van het onderwijzend personeel, ver
bonden aan de openbare inrichtingen van onderwijs der
gemeente Leiden.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt
besloten het adres te behandelen bij punt 13 der agenda.
11°. Voorstel van den heer Schüller e. a. om den opzichter
bij den Eeinigings- en Ontsmettingsdienst A.M. W. Pitlo
niet te ontslaan.
12°. Voorstel van den heer Schüller in zake het uitvoeren
van straatwerk in eigen beheer c.q. om de loonen en arbeids
voorwaarden van de werklieden, werkzaam bij uitbestede
straatwerken, te doen vaststellen na ingewonnen advies van
de Dienstcommissie van Gemeentewerken.
13°. Motie van den heer Schüller in zake uitbreiding van
het bestuur van de Woningstichting.
14°. Voorste] van den heer Schüller in zake ordening
van het Bouwbedrijf.
15°. Voorstel van den heer Hessing in zake het verleenen
van een subsidie aan de drankbestrijdersvereenigingen.
16°. Voorstel van den heer Jongeleen in zake het invoeren
van wekelijksche schoolbaden.
17°. Voorstel van den heer Snel om een onderzoek te doen
bistellen naar den toestand in de gezinnen der werkloozen,
alsmede naar den juisten omvang der werkloosheid.
18°. Voorstel van den heer Snel om een onderzoek te doen
instellen naar het aantal jeugdige werkloozen in den leeftijd
van 14 tot 21 jaar.
19°. Motie van mevrouw Braggaar in zake verhooging
van de steunnormen voor de armlastigen, gesteund door
Maatschappelijk Hulpbetoon.
20°. Voorstel van mevrouw Braggaar in zake het ver
strekken van schoenen met de daarbij behoorende reparatie,
in plaats van klompen, aan behoeftige leerplichtige kinderen.
21°. Voorstel van mevrouw Braggaar in zake verlaging
van de verpleegprijzen der Vereeniging tot verzorging van
kleine kinderen.
22°. Motie van den heer van Eek in zake het houden van
optochten op Zondagnamiddagen.
23°. Voorstel van den heer van Eek in zake uitbreiding van
het aantal gemeentelijke vertegenwoordigers in het bestuur
van de Vereeniging Schoolkindervoeding en -kleeding.
24°. Motie van den heer van Eek in zake uitbreiding van
het aantal leden der Commissie van Fabricage.
25°. Motie van den heer van Eek in zake het verhuren van
gemeentezalen aan den Nieuw Malthusiaanschen Bond.
26°. Motie van den heer van Eek in zake gelijke behandeling
van het dagblad „Vooruit" met de Leidsche bladen.
27°. Motie van den heer Carton in zake openstelling van
de zweminrichting gedurende den Zondag.
28°. Voorstel van mevrouw de Cler om het schoonmaken
van gemeentegebouwen in eigen beheer te doen uitvoeren.
29°. Motie van mevrouw de Cler in zake het in het leven
roepen van een Gemeentelijke Commissie voor arbeid voor
onvolwaardige arbeidskrachten.
30°. Motie van den heer Kuipers in zake het verleenen van
(Voorzitter.)
eerste hulp door de politie-brandweer bij overstrooming,
storm e.d.
31°. Voorstel van den heer Groeneveld in zake de stichting
van een centrale autogarage met reparatieinrichting ten
behoeve van de gemeentelijke bedrijven en diensten.
32°. Voorstel van den heer Goslinga:
a. om over te gaan tot vervulling van de vacature van
schatter voor de in het Grondbedrijf ingebrachte gronden;
b. om het ten laste van de reserve van het Grondbedrijf
gebrachte bedrag van 40.000.voorloopig te putten uit
de Algemeene Eeserve, in afwachting van de uitkomsten
der taxatie;
c. om den Eaad van de uitkomsten der taxatie mede-
deeling te doen, eventueel vergezeld van een nieuw voorstel
tot het brengen van een gedeelte van het te verwachten
nadeelig saldo, ten laste der reserve.
33°. Voorstel van den heer Goslinga in zake verlaging
van de storting in het Vernieuwingsfonds der Electrisehe
Centrale voor het jaar 1936 tot 1 in plaats van tot 1/2
en om het daardoor te derven bedrag te putten uit de Alge
meene Eeserve.
34°. Motie van den heer van der Voort in zake het be-
kleeden van bezoldigde nevenwerkzaamheden enz. door ge
meente-ambtenaren.
35°. Voorstel van den heer van Weizen in zake invoering-
van een zakelijke bedrijfsbelasting.
36°. Motie van den heer van Weizen in zake het verhuren
van gemeentezalen aan den Nieuw-Malthusiaanschen Bond.
37°. Voorstel van den heer Groeneveld in zake het ver
strekken van identiteitskaarten aan Eaadsleden, als bewijs
van toegang tot de gemeentelijke bedrijven, diensten en
terreinen.
38°. Voorstel van den heer Groeneveld om 800.be
schikbaar te stellen voor het doen geven van 20 openbare
concerten.
Zullen worden behandeld bij de gemeentebegrooting
voor 1936.
39°. Amendement van de heeren Beekenkamp, Wilbrink
en Wilmer op het voorstel tot beschikbaarstelling van gelden
voor het nemen van een proef met de distributie van goed-
koope groenten aan ondersteunde werkloozen en armlastigen.
Zonder beraadslaging of hoofdeüjke stemming wordt be
sloten het amendement te behandelen bij punt 11 van de
gedrukte agenda.
40°. Adres van de Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Eijnland om het voorstel tot beschikbaarstelling van
gelden voor het nemen van een proef met de distributie van
goedkoope groenten aan ondersteunde werkloozen en arm
lastigen, niet aan te nemen.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt be
sloten het adres te behandelen bij punt 11 van de gedrukte
agenda.
41°. Motie van den heer Manders in zake het nemen van
maatregelen opdat meer personeel aan het werk kan worden
gesteld.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt be
sloten de motie te behandelen bij de behandeling van de
gemeentebegrooting voor 1936.
42°. Voorstel van den heer Goslinga om warm voedsel
verkrijgbaar te stellen voor daarvoor in aanmerking komenden
en tegebjkertijd de schoolkindervoeding te beëindigen.
43°. Voorstel van de heeren Beekenkamp, Wilmer en
Wilbrink om Burgemeester en Wethouders te verzoeken:
a. den Eaad in de gelegenheid te stellen zich uit te spreken
over de wenschelijkheid, c.q. noodzakelijkheid van de vast
stelling eener verordening, houdende vestigingseischen voor
niéuwe winkelbedrijven binnen de gemeente Leiden;
b. ter richtige voorbereiding van een en ander reeds nu
een commissie ad hoe te willen benoemen, die, in afwachting
van hetgeen overigens door de Staten-Generaal ter zake zal
worden gedaan, zich laat voorlichten door de Kamer van
Koophandel en de plaatselijke Middenstandsorganisaties.