178 van de artikelen 2, 2b, 2c, 3a en 3c met een geldboete van ten hoogste honderd gulden of hechtenis van ten hoogste een maand vervalt. Artikel 92, lid 2, De Commissie voor de Strafverordeningen, Aan den Gemeenteraad van Leiden. A. van de Sande Bakhuyzen, Voorzitter. J. Bool, Secretaris. Aan den Baad der Gemeente Leiden. Geeft eerbiedig te kennen: De Verhuurdersbond voor Leiden en Omstreken, afdeeling van den Nederlandschen Bond van Huis- en Grondeigenaren en Bouwondernemers, gevestigd te Leiden aan de Hoog- landsche Kerkgracht No. 40, van welke Vereeniging de Statuten laatstelijk zijn goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 12 December 1924; dat het Bestuur van genoemden Bond hiermede zijn wel- gemeenden dank wenscht te betuigen voor het Besluit van Uw College d.d. 2 October j.l. tot afvoering der wijzigings voorstellen van de Verordening op het bouwen en sloopen van de agenda der Raadsvergadering d.d. 2 October j.l. dat het Bestuur inmiddels kennis heeft genomen van boven bedoelde wijzigingsvoorstellen en deze met de deskundige leden der Vereeniging, n.l. de bouwondernemers, zeer uit voerig heeft besproken; dat het Bestuur zich uitsluitend ten aanzien van de in Art. IX onder Art. 3a, 3b, 3c en 3d opgenomen bepalingen inzake het vaststellen van achtergevelrooilijnen verplicht acht Uw College mede te deelen, dat het bij eventueele vast stelling dier rooilijnen practisch niet mogelijk zal zijn in Leiden goedkoope middenstands- en arbeiderswoningen zoowel eengezins- als verdiepingwoningen te bouwen; dat het Bestuur nimmer klachten van bewoners ter oore zijn gekomen, welke het vaststellen van achtergevelrooilijnen noodig zou maken; dat Art. 5 der Woningwet o. m. bepaalt, dat door Gedepu teerde Staten vrijstelling kan worden verleend van de ver plichting tot vaststelling van achtergevelrooilijnen; dat uit genoemd art. 5 der Woningwet duidelijk blijkt, dat de Wetgever er zich ten deze rekenschap van heeft gegeven, dat in verschillende plaatsen en gevallen bepalingen omtrent achtergevelrooilijnen niet wenschelijk geacht moeten worden te zijn. Eedenen, waarom requestrant zich tot Uw College wendt met het beleefd verzoek aan Gedeputeerde Staten vrijstelling van de verplichting tot het vaststellen van achtergevel- rooilijnen aan te vragen, dan wel de achtergevelrooilijnen zoodanig vast te stellen, dat het mogelijk zal blijven in Leiden arbeiderswoningen en verdiepingwoningen te bouwen met uitgebouwde keukens, slaapvertrekken enz., zooals dit tot op heden steeds mogelijk geweest is. 't Welk doende, enz. De Verhuurdersbond voor Leiden en Omstreken, Afdeeling van den Nederland,schen Bond van Huis- en Grondeigenaren en Bouwondernemers. J. Zitman, Voorzitter. P. T. de Jong, Secretaris. Leiden, 20 October 1933.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1934 | | pagina 8