270
VRIJDAG 28
APRIL 1933.
Aankoop ged. perc.
(van der Heijden e.a.)
Maresingel hoek Haarl.vveg; e.a.
VIII. Voorstel tot aankoop van een gedeelte van het perceel
Sectie K No. 1451, gelegen aan den Maresingel, hoek Haar
lemmerweg.
(Zie Ing. St. No. 81.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
(De heer Manders komt ter vergadering.)
IX. Voorstel tot aankoop van een gedeelte voortuin aan den
Zijlsingel, kad. bekend gemeente Leiden Sectie K No.
686 (ged.).
(Zie Ing. St. No. 82.)
De heer van der Heijden vraagt of het juist is, dat de gemeente
verplicht is dit bedrag aan den heer de Water uit te betalen;
spreker heeft vernomen, dat de vorige eigenaar reeds het
bewijs van afstand geteekend had, vóórdat hij het huis ver
kocht, zoodat de gemeente recht had op dien grond.
De heer Splinter zegt, dat de vorige eigenaar inderdaad
bereid was dien grond af te staan, maar vóórdat het besluit
werd genomen, heeft hij het huis verkocht, zonder aan den
tegenwoordigen eigenaar die verplichting op te leggen om
dezen grond aan de gemeente af te staan.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
X. Voorstel in zake aankoop van een pereeel bouwterrein
aan de P. J. Blokstraat, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie
M, No. 3784 (ged.).
(Zie Ing. St. No. 91.)
De heer Vos wijst er op, dat blijkens de toelichting wordt
voorgesteld een sloot over te nemen „om niet", wat beteekent
„gratis," maar dat de redactie van het voorstel aanleiding geeft
te lezen, dat de Raad besluit die sloot niet over te nemen.
Spreker geeft daarom in overweging die twee woordjes „om
niet" te plaatsen achter in stede van vóór „over te nemen".
De bedoeling is dan duidelijk en de redactie kan geen aan
leiding geven tot processen.
De Voorzitter meent, dat het door den heer Vos gespro
kene ten duidelijkste bewijst, met welke nauwkeurigheid deze
de stukken nagaat, en deelt mede, dat Burgemeester en Wet
houders die wijziging gaarne overnemen.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
gewijzigd voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
XI. Voorstel tot verkoop aan de gemeente Oegstgeest van
een strook qrond, kad. hekend gemeente Oegstgeest, Sectie
II No. 1027 (ged.).
(Zie Ing. St. No. 83.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XII. Voorstel tot wijziging van verschillende posten der
gemecntebegrooting voor 1932.
(Zie Ing. St. No. 76.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XIII. Voorstel in zake het kosteloos in gebruik geven van
cenige zalen van de Stadsgehoorzaal aan het Genootschap
„Mathesis Scientiarum Genitrix".
(Zie Ing. St. No. 84.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XIV. Voorstel in zake de vaststelling van een verordening
regelende de heffing van schoolgeld op de openbare bewaar
scholen.
(Zie Ing. St. No. 85.)
Algemeene Beschouwingen worden niet gehouden.
(Verweij)
Heffing schoolgeld op openb. bewaarscholen; e.a.
De artikelen 1 tot en met 4 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen,
waarna de verordening in haar geheel, eveneens zonder be
raadslaging of hoofdelijke stemming, wordt vastgesteld.
XV. Voorstel in zake den bouw en de inrichting van een
recreatiegebouw met rijwielbergplaats c.a. op het terrein van
het gesticht „Endegeest".
(Zie Ing. St. No. 88.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XVI. Voorstel in zake de classificatie der gemeente voor
de heffing der gemeentefondsbelasting en in zake de heffing
van opcenten op de hoofdsom dier belasting.
(Zie Ing. St. No. 75.)
De Algemeene Beschouwingen over de verordeningen A en
B worden tegelijkertijd gehouden.
De heer Verweij wil als minderheid in de Financieele Com
missie, waarvan het praeadvies van Burgemeester en Wet
houders gewag maakt, zijn afwijzend standpunt ten opzichte
van dit voorstel motiveeren.
Allereerst wil hij uit het overgelegd cijfermateriaal, waar
mede het College de noodzakelijkheid van het nemen van den
voorgestelden maatregel tracht aan te toonen, twee cijfers
naarvoren brengen. Blijkens dit voorstel is het noodzakelijk
het bedrag aan werkloozensteun en aan subsidie aan Maat
schappelijk Hulpbetoon nader te verhoogen van 960.000.
tot 1.160.000.dus rond 12 ton. Die noodzakelijkheid is
naarvoren gekomen tusschen de behandeling van de gemeente-
begrooting voor 1933 en thans. Spreker vestigt er de aandacht
op om tegenover dat bedrag van 1.160.000.direct te
stellen de bijdrage van het Rijk ten opzichte van die beide
genoemde posten.
Volgens het Ingekomen Stuk kan de bijdrage van het Rijk
nader worden vastgesteld op 2 ton; in de kosten voor werkloos-
heidszorg betaalt het Rijk dus blijft voor rekening van
de gemeente. Dit is in financieel opzicht een hopelooze toe
stand, waardoor de gemeente-financiën in de war dreigen te
worden gestuurd. Niet alleen Leiden, maar ook tal van andere
gemeenten gaan onder denzelfden last gebukter zijn er waar
het nog erger is.
Hieruit blijkt wel, dat er met de financieele verhouding
tusschen rijk en gemeente, voor wat deze rijksbijdrage be
treft, iets niet in den haak is en dat die verhouding roept om
herziening. Dit brengt dan ook tal van gemeentebesturen tot
activiteit en tot verzet hiertegen.
Het College hier huldigt blijkens dit Ingekomen Stuk
echter de opvatting, dat dit nu eenmaal zoo is en dat het
binnen de mogelijkheden, die de gemeente heeft om alsnog
in haar eigen middelen te voorzien, zoover gaat als mogelijk
is; het legt zich zonder meer neer bij den bestaanden toe
stand; van eenige activiteit om te trachten verbetering te
krijgen in deze financieele verhouding is spreker niets bekend.
Nu stelt het College voor het aantal opcenten te verhoogen
van 60 tot 80 en de gemeente te plaatsen in de tweede klasse
voor de gemeentefondsbelasting, waarvan aanzienlijke, en
zelfs ernstige belastingverhooging voor de lage inkomens in
het bijzonder het gevolg zal zijn.
Spreker komt tot de volgende cijfers:
Voor een inkomen van 1.000.
De belasting is:
De belasting wordt:
Verschil:
Voor een inkomen van
1.300.—
De belasting is:
De belasting wordt:
Verschil:
Voor een inkomen van
1.600.—
De belasting is:
De belasting wordt:
Verschil:
11.20
18.90
7.70
20.80
31.50
10.70
33.60
50.40
16.80
14.70
6.70
17.60
27.30
9.70
28.80
44.10
15.30
14.80
10.50
5.70
14.40
23.10
8.70
22.40
34.65
12.25
2.10
2.10
8—
14.70
6.70
14.40
23.10
8.70
Niemand zal ontkennen, ook niet de voorstanders van dit
praeadvies van Burgemeester en Wethouders, dat dit een
ontzaglijke verhooging uitmaakt, welke eigenlijk hieruit
moet worden verklaard, dat de gemeentebesturen geen andere
bevoegdheid op belastinggebied hebben.
Ongehuwd Gehuwd
Gehuwd
t kind
Gehuwd
3 kinderen
